Weinig rooskleurige toestand in veehouderij
STAND LANDBOUWGEWASSEN
744
MELK EN ZUIVEL
PROVINCIALE SCHAPENFOKDAG
VOOR ZEELAND
WIJ ONTVINGEN:
ZEEl'WS LANDBOUWBLAD
HET zou onjuist zijn de problemen die de afzet van onze zuivel en melkprodukten ondervinden, te
onderschatten of van weinig betekenis te achten. Wanneer wij op dit moment de balans opma
ken aan de hand van de gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek en berichten uit het be
drijfsleven, dan zien we dat de gestegen melkproduktie niet weggewerkt wordt door een evenredige
vergroting van de afzet.
De melkproduktie beweegt zich op een hoog niveau. Vanaf 1 januari werd tot op heden in het ge
hele land ruim 4 meer dan vorig jaar om dezelfde tijd geproduceerd. Hierbij valt aan te tekenen
dat dit niet voor alle provincies geldt. In Noord- en Zuid-Holland ligt de produktie n.l. niet boven
vorig jaar, terwijl in de zuidelijke en oostelijke provincies op dit moment een melkproduktie plaats
vindt die zelfs resp. 8 tot 10 hoger ligt.
DE AFZET
WANNEER we over het eerste half jaar de
cijfers van de voornaamste afzetkanalen be
zien, dan blijkt het consumentenmelkverbruik 1
te zijn toegenomen. Het boterverbruik in het bin
nenland steeg met 4 Het kaasverbruik daalde
echter 1
DE UITVOER
DE uitvoer van consumptiemelk steeg 5.000
ton, van condens 12.000 ton 11
melkpoeder 500 ton 3%), boter 3.000 ton
42%) en kaas 2500 ton 6%).
De cijfers zijn zeker niet slecht en zouden zelfs
zeer hoopgevend zijn wanneer de totale melkpro
duktie maar niet in ijltempo zou uitbreiden, een
verschijnsel dat overigens Europees genoemd
kan worden.
EEN DEEL IS ZEER MOEILIJK
TE PLAATSEN
I\E botervoorraad bij het V. I. B. (Voedsel
V Voorzieningsbureau) is n.l. ruim 4.000 ton
21%) groter dan vorig jaar. De voorraad
gecondenseerde melk liegt er ook niet om en is
met ruim 29.000 ton, begin augustus ook bijna
GRANEN
ï\E afrijping van de granen verliep zeer lang-
zaam. De meeste percelen stonden toen nog
volkomen groen. Slechts in het zuiden en oosten
van het land was hier en daar een perceel winter-
gerst maairijp. Overigens stonden de granen er
goed voor. Door zware onweersbuien was hier en
daar echter sterke legering opgetreden. De geringe
lengte van het graanstro, scheen op tal van per
celen nog weer mee te vallen.
In het algemeen komen in de granen weinig
ziekten voor. In het Oldambt echter in sommige
percelen tarwe een sterke bezetting met de larven
van de tarwestengelgalmug, waardoor de opbrengst
onzeker is. In de Noordoostpolder komen in de
granen hier en daar bruine en gele roest en meel
dauw voor. In Oostelijk-Flevoland werd op som
mige percelen aantasting door voetziekte gecon
stateerd.
De opbrengst van de reeds gedorste wintergerst
was goed. Voor een betrouwbaar gemiddelde was
het aantal dorsresultaten nog te gering.
PEULVRUCHTEN
De stand van de veldbonen was goed. De loof-
ontwikkeling op sommige percelen was soms iets
te zwaar, waardoor de peulbezetting tegenviel.
Goede opbrengsten kunnen verwacht worden.
Van de 17.600 ha groene erwten, welke in mei
1962 werd geïnventariseerd, was ruim 4100 ha
groene erwten geteeld op contract voor de con-
servenindustrie.
Gemiddeld over het gehele land staan de erw ten
er goed voor. Er is dit jaar zeer weinig vreterij
door knopmade en peulboorder. De erwtenop
brengsten kunnen eveneens goed zijn.
De schokkers op Schouwen en Duiveland be
loofden een zeer goede opbrengst. In het zuiden
van het land was de oogst van dit gewas reeds
begonnen; elders was het nog volkomen groen.
Het stro was hier en daar wat kort maar het aan
tal peulen per plant was goed. Van de stambonen
was de stand door de regen verbeterd. Veel neer
slag kon dit gewas echter niet verdragen. In west
Zeeuwsch-Vlaanderen, waar de regen later is ge
komen, liet de stand nog te wensen over. De mees
te percelen stonden in volle bloei. Gunstige
weersomstandigheden zijn bepalend geweest voor
de opbrengst
20 groter dan vorig jaar. Daarnaast gaat de
inlevering van kaas bij het V. I. B. onverminderd
voort en zal op dit moment circa 6.000 ton be
dragen terwijl in de paar voorgaande jaren geen
sprake was van inleveren van kaas bij het V. I. B.
Wekelijks wordt 300 a 500 ton kaas bij het V. I. B.
opgeslagen met het gevolg dat het P. Z. het ge
hele land afzoekt naar opslaggelegenheid voor
kaas die aan redelijke eisen voldoet. Het blijkt
dat de mogelijkheden niet ruim zijn. De prijzen
die de melkveehouders van keurmelk ontvangen,
zullen, blijkens de melkprijsadviezen van de zui-
velbonden, ongeveer even hoog zijn até voTig jaar
begin augustus. Bij 3,7 vet belopen deze gemid
deld ƒ16,40 per 100 kg. Daar overheen komt nog
de voorschotuitkering van het Zuivelfonds van
ƒ2,40 en van de garantietoeslag van circa ƒ2,80,
zodat bij 3,7% vet de opbrengst circa ƒ21,60 is.
Dit is een benaderd landelijk gemiddelde.
DE SITUATIE IN DE VEEHOUDERIJ
IS NIET BEST
GEMIDDELD zal de opbrengst van de melk,
wat veelal een voorlopige prijs is waarop nog
een einduitkering of eindafrekening volgt, niet
veel van vorig jaar afwijken. Hier staat echter
tegenover dat de inkomsten van varkens en
H ANDELSGE WASSEN
Van het koolzaad werd een matige en van het
karwijzaad een goede opbrengst verwacht. Hoewel
de stand van het blauwmaanzaad verbeterd was,
gedijde het onder de heersende weersomstandig
heden maar matig.
Het strovlas is gemiddeld korter van lengte dan
in andere jaren. De strokwaliteit valt gezien de
ongunstige groeiomstandighederi zeker niet tegen.
Deze is gemiddeld beter dan in Frankrijk en
België.
Door de plaatselijk grote hoeveelheid neerslag
verliep de opkleuring van het vlas zeer traag. De
belangstelling voor het dauwroten van vlas nam,
wegens de lagere kostprijs van het vlaslint, toe.
SUIKERBIETEN
Voor de bieten is er dit jaar te weinig zon ge
weest. Er waren opmerkelijk weinig luizen en
slechts hier en daar was een begin van de verge-
lingsziekte te constateren. Naast goed ontwikkelde
percelen kwamen er nog veel voor, waar de ont
wikkeling een belangrijke achterstand had. Op
vroeg "gezaaide percelen, waar de groei heeft stil
gestaan, kwamen soms veel schieters voor. Dat
de uitkomst van de eerste bemonstering van de
suikerbieten dit jaar onvoordelig uitviel, was be
grijpelijk. Wanneer de weersomstandigheden in de
komende periode gunstig zijn, kan nog veel wor
den ingehaald. Topopbrengsten zullen echter niet
verkregen worden.
De zaai-uien groeiden nu wel goed, maar ook
dit gewas had een grote achterstand in te halen.
GROEN VOEDERG E WASSEN
De ontwikkeling van de groei.'voedergewassen is
weliswaar verbeterd, maar laat toch nog te wensen
over. Vooral in het noorden komen veel percelen
voor met een te holle stand, maar ook in het zuid
westen is dit het geval. De eerste snede hooi van
luzerne en klaver is in het algemeen matig ge
weest en ook de tweede levert te weinig op. De
hergroei valt tegen en in Groningen werden ver
schillende percelen rode klaver na de eerste snede
omgeploegd wegens onvoldoende stand.
Een groenvoedergewas dat 'n belangrijker plaats
in gaat nemen, is de snijmais. De animo voor du
gewas is toegenomen, omdat het goed met do
maaikneuzer te verwerken is. Door het koudo
weer, waarvoor dit gewas zeer gevoelig is, bleef
cle ontwikkeling nu echter belangrijk achter bij
normaal.
pluimveehouderij zeer bedroevend zijn en zeer
weinig bijdragen zoniet een negatieve invloed heb-
ben op het boereninkomen. Tenslotte rest er voor
de melkveehouderij nog een belangrijke post, dat
is de opbrengst van de uitstoot van de rundvee
stapel, de post omzet en aanwas.
De nuchtere kalveren zijn 10,— of meer goed
koper dan vorig jaar, de graskalveren doen 40 a
ƒ50,— minder, drachtige vaarzen brengen ƒ80 a
ƒ100,minder op, koeien drachtig of vers en
in volle produktie doen ƒ100 tot ƒ150,— minder
dan vorig jaar. Het volwassen guste vee brengt
eveneens 100 a 150,minder op. Als we zeer
globaal een taxatie mogen doen dan ziet het er
naar uit dat de post omzet en aanwas een op
brengstvermindering te zien zal geven in de prij
zen van circa 13 wat nog erger kan worden
wanneer de uitstoot van de herfst groter zal zijn
dan normaal. Hier is wel kans op gezien de zware
veebezetting en de slechte ruwvoederpositie. Wan
neer we in de L. E. I.-calculaties zien dat de post
omzet en aanwas per ha varieerde in het voor
gaande jaar tussen de 340 en 620,— per ha, dan
is het duidelijk dat de verminderde opbrengst van
het uitstootvee de rentabiliteit op de veehouderij
bedrijven momenteel al ƒ45 a ƒ80,— per ha ver
minderd, wat al gauw 1 cent per kg melk uit
maakt. De slechte uitkomsten in de varkenshou
derij en pluimvee dienen hierbij opgeteld te
worden. Dat de situatie in de veehouderij precair
is, is duidelijk, te meer ook daar de prijzen van
het veevoeder circa ƒ3,per 100 kg hoger zijn.
evenals de kosten voor aanschaf en onderhoud
van werktuigen, inventaris, gebouwen enz. Hoe
weinig rooskleurig de toestand in de veehouderij
is, wordt aangegeven in het bulletin no. 38 van
het C. B. S. Behalve de hogere veevoederkosten
zijn de overige kostenfactoren 11 gestegen en
is de opbrengst in de veehouderij in juni t.o.v.
1960/1961 8 teruggelopen. De precaire toestand
in de veehouderij is het gevolg van verschillende
ongunstige factoren en is niet alleen te wijten
aan de melkopbrengst.
D.
AP dinsdag 4 september a.s. zal de Grote Markt
in Goes het trefpunt zijn van de fokkers van
het Texelse schaap in de provincie Zeeland. Dan
wordt n.l. de zevende Provinciale Schapenfokdag
gehouden, waarvoor bijkans 300 dieren zijn inge
schreven. Gelijktijdig hiermee wordt de Zuid-Beve-
landse Rundveefokdag gehouden.
Deze fokkersdag zal ongetwijfeld voor de Zeeuw
se schapenfokkerij en met name voor de gere
gistreerde een betekenisvolle worden. Immers door
onderlinge vergelijking van de in te zenden dieren
verkrijgt de fokker een beeld van de bereikte re
sultaten. Bovendien wordt de drang tot kwaliteits
verbetering door een provinciaal gebeuren als dit
in sterke mate bevorderd, hetgeen het rendement
van de schapenfokkerij en -houderij gunstig be-
invloed. Naast een aanzienlijk aantal fokooien,
rammen en lammeren, die individueel uitkomen,
zijn een viertal groepen afstammelingen van goed
fokkende rammen ingeschreven.
Voor aankoop van jonge fokrammen of vrouwe
lijk fokmateriaal leent zich deze dag bijzonder; men
heeft immers een overzicht van de plaatsing der
dieren en van de produktie en afstamming, het
geen in de catalogus omschreven staat.
t. K.
van het I. L. R. te Wageningen verslag van de
landelijke demonstraties van aardappelverza-
melrooien en aardappeltransport te Numans-
dorp en Tollebeek in 1961. Publikatie no. 64
juli '62 door ir. A. H. Siepman en ir. J. J. Terp
stra.
van het S. B. O. te Wageningen publikatie no.
16 over gebouwen, mechanisatie en arbeid op
het weide-bedrijf. Kosten 2,op giro 94.74.76'.
van het L. E. I.
m' Coöperatieve of zelfstandige beregening
vergelijkende kostenbeschouwingen in af-
hanKenjkheid van de oppervlakte door drs.
F. H. Born en B. J. te Paske.
de Melkveehouderij in de Verenigde Sta
ten door drs. J. I. M. Vriend.
Mededeling van het M. I. B. M. Onderzoek naai
de brouwKwaliteit van zomergerststammen,
door dr. H. van Veldhuizen.
van het L. R. te Wageningen. Mechanisatie
van de saikerbietenoogst, door ir. J. Jorritsma
Publikatie no. 62 van juli 1962.
Een verslag naar aanleiding van de landelijke
bietenrooiaemonstratie 1961 in de Over-Betuvve
onder natte omstandigheden op zware klei
grond (75% afslibbare delen). De resultaten
van deze demonstratie hebben bewezen, aldus
de heer Lamers, voorzitter van de voorberei
dingscommissie, dat het rooiprobleem zijn op
lossing nadert. Uitvoerige bijzonderheden ook
over de afvoer van de bieten vindt U in dit
verslag.
JJET Landbouwoogstbericht per 30 .juli van het Ministerie van Landbouw en Visserij geeft een uit
voerig overzicht van de stand van landbouwgewassen per die datum. Hoewel dit dus op basis
van gegevens van een maand geleden opgesteld werd, geeft dit bericht een inzicht hoe landelijk de stand
van zaken was. Wij ontlenen hieraan een aantal gegevens, opdat onze lezers een overzicht van de alge
mene stand kunnen krijgen.