Contractteelt en samenwerking
Het Landbouwschap en E. E. G.-beleid
voor rundvlees
WS
KORTE WENKEN
Vrijdag saugustus 196 2
OP een landbouwbedrijf zullen doorgaans verschillende gewassen voorkomen en al naar bodem
en klimaat, ligging van de percelen ten opzichte van de bedrijfsgebouwen, vruchtopvolging
en interesse van de boer, zullen talrijke variaties mogelijk zijn.
Bij alle beperkingen in onze vrijheid, is de boer nog vrij in de keuze van zijn gewassen. Hoewel dit
laatste ook nog weer betrekkelijk is, omdat hij een aantal gewassen niet anders dan op contract met
sen daartoe gerechtigde kweker-handelaar mag verbouwen. Dit betreft dan de zaadteelt van b.v.
bloem- en tuinbouwzaden en van een aantal zaadteeltgewassen als graszaden, bietenzaden. etc. Voor
deze zaadteeltgewassen, die op contract moeten worden geteeld, vragen we hier uw aandacht, om
dat vooral de laatste jaren een toenemende belangstelling van onze landbouwers voor deze teelten valt
waar te nemen. Ter verduidelijking geven we hier enkele oppervlakten aan zaadteeltgewassen. Voor
spinaziezaden waren dit in 1959, 1960 en 1961 resp. ongeveer 1100 ha, 1000 ha en 1400 ha. Bietenzaden
beslaan jaarlijks een oppervlakte tussen de 2500 en 3.000 ha. Van graszaden is de oppervlakte tot een
13.000 ha opgelopen.
Deze globale gegevens hebben alleen de bedoeling aan te tonen, dat het hier gaat om gewassen,
die een groot areaal vertegenwoordigen en als zodanig een belangrijke plaats innemen.
Landbouwers die zich met deze contractteelt-gewassen bezig houden, zullen naast kennis van de
teelttechniek ook nog te maken krijgen met contracten en alles wat daar zo bijbeboort. Ze krijgen dan
te maken met:
Ten eerste het contract en de voorwaarden
Ten tweede: de prijs
Ten derde de afrekening.
Deze onderwerpen zijn bij de contractzaadteelt belangrijk, waarom er hier iets meer van zal wor
den vermeld.
HET CONTRACT EN DE VOORWAARDEN
HET contract kan een vrij eenvoudig docu
ment zijn. waarin staat vermeld dat b.v. de
firma A een overeenkomst met de landbouwer B
heeft aangegaan voor de teelt van X ha van het
een of ander gewas voor oogst 1966 tegen een
vastgestelde prijs of op participatie-basis. Verder
zou dan nog moeten zijn aangegeven, dat dit con
tract is afgesloten op de A.T.V. met uitbetaling
op analyse van het Rijksproefstation voor Zaad-
controle te Wageningen.
We komen hier twee verschillende manieren
van prijsbepaling tegen, die enige uitleg behoe
ven. Teelt men op een vaste prijs, dan weet de
landbouwer hoeveel geld hij per kilogram ge
leverd zaad, dat aan de gestelde eisen voldoet, zal
ontvangen. Bij het contracteren op participatie-
basis is deze prijs van tevoren niet bekend. Hier
deelt de teler min of meer mee in het risico van
de handel. Hij krijgt voor het door hem geleverde
zaad een bepaald percentage van de verkoopprijs,
die de firma er bij verkoop voor heeft gemaakt.
Deze prijs is vooruit niet te berekenen en kan
pas worden bepaald, nadat alle door telers ge
leverde zaad door de firma is verkocht.
We volstaan hier met deze vermelding, hoewel
er nog wel meer over kan worden geschreven. Er
komen n.l. nog meerdere variaties voor, maar we
willen het niet te ingewikkeld maken.
Verder zal het ieder duidelijk zijn, dat de firma
bepaalde eisen stelt aan het door teler geleverde
zaad. De te betalen prijs heeft betrekking op zaad
dat aan bepaalde eisen moet voldoen.
Deze eisen moeten bij het aangaan van een con
tract nauwkeurig zijn vastgelegd en zouden in het
contract kunnen worden opgenomen. Dit is even
wel niet zo eenvoudig als het wel lijkt, omdat:
tevens regelingen moeten worden getroffen en
overeengekomen voor die partijen zaad, die ofwel
beter zijn dan de vastgestelde eisen, of er niet ge
heel aan voldoen. Dit wordt al spoedig een lange
lijst met gegevens, die bij opneming dit contract
tot een zeer omvangrijk geheel maken. Verder zijn
de aan het zaad te stellen eisen niet gelijk voor
ieder gewas, waardoor de firma's dus voor ieder
gewas een ander contract zouden moeten hebben.
Een en ander is nogal bezwaarlijk. Daarom is een
andere weg gekozen en wel door deze contract
voorwaarden samen te brengen in een boekje, dat
we de A.T.V. noemen. Deze A.T.V. zijn de alge
mene voorwaarden voor de teelt van in voorkoop
gekochte zaden; ook wel Algemene Teelt-Voor
waarden genoemd. Hierin staan de rechten en
plichten van teler en handelaar zo goed mogelijk
omschreven. Verder staan er de eisen voor het
door teler te leveren zaad in en zijn er tabellen
in opgenomen, waaruit kan worden nagegaan of
er toeslag of wel korting zal worden berekend.
Tevens zijn tarieven voor drogen en schonen ver
meld en nog vele andere onderwerpen.
Ieder die aan contractteelt doet, moet een
exemplaar van deze A.T.V. bezitten.
Uit dit alles volgt, dat de zaken vrij goed zijn
geregeld en dat ieder kan weten waar hij aan
toe is.
In de praktijk blijkt evenwel, dat dit bij vele
telers toch niet het geval is. Vele landbouwers
ondertekenen een contract in goed vertrouwen,
zonder eerst kennis te nemen van de inhoud
hiervan. Zakelijk is dit echter niet en het is
spijtig te moeten vermelden, dat door onbe
kendheid nog wel eens teleurstellingen voor
komen.
EEN ANDER PUNT BETREFT DE PRIJZEN,
DIE TELER ZAL ONTVANGEN
IN het algemeen is het zo, dat de kweker-han-
1 delaar op een gegeven moment contracten
tracht af te sluiten voor het telen van een gewas
tegen een door hem vastgestelde prijs. Dit be
treft dan een overeenkomst op vaste prijs. De
kweker-handelaar zal deze prijs serieus hebben
bepaald, rekening houdende met afzetmogelijk
heden, concurrentie en een eigen winstmarge. Op
deze prijs heeft de teler geen invloed en het kan
voorkomen, dat de teler deze prijs laag vindt.
Nu moet goed worden bedacht, dat de teler
geheel vrij is voor deze prijs te contracteren of
niet. Wanneer een teler een contract afsluit
tegen een volgens hem te lage prijs, dan doet
hij zich dit zelf aan. Men zou veronderstellen,
dat dergelijke contracten wel niet zullen wor
den afgesloten. Dit is echter niet het geval. In
sommige gevallen gaat de teler er toch toe
over.
Dit zou kunnen wanneer het gaat om een ge
was, waaronder een andere ondervrucht zeer goed
wil groeien. Er wordt dan weieens met een iets
lager gewin genoegen genomen^ maar het tekort
drukt dan op het volgende gewas. Deze situatie
achten de telers minder bevredigend en zij zou
den wel gaarne meer willen bétrokken worden
bij de vaststelling van deze prijzen.
TENSLOTTE DE AFREKENING
HIT kan op het eerste gezicht een vrij ingewik-
keld document lijken en vele telers kunnen
er moeilijk uit wijs worden. De berekening van
bruto gewicht naar netto kilogrammen en de
nogal eens voorkomende kortingen of toeslagen
op kiemkracht of onzuiverheden, valt velen niet
gemakkelijk.
0
HE in het voorgaande genoemde factoren wor-
U den door telers als min of meer onbevredi
gend of lastig gezien. Ze zijn aanleiding geweest
tot de oprichting van de Contract-Zaadtelersver-
eniging, die is gevestigd in de Gratamastraat 14
te Groningen. Bij de oprichting in 1948 was het
een provinciale vereniging, maar spoedig kwamen
zovéél aanvragen voor het lidmaatschap uit an
dere delen van ons land, dat in 1951 werd besloten
er een landelijk werkende vereniging van te ma
ken. De leden wonen nu dus over het gehele land
verspreid. Het doel van de vereniging is
het bevorderen van goede contracten en voor*
waarden, en
het behartigen van de financiële belangen van
de leden.
We zullen er hier niet verder op ingaan, maar
willen er op wijzen, dat een groot aantal telers
zich in deze vereniging heeft verenigd. De be
langen van de leden worden door het bestuur
verdedigd. Het bestuur kan optreden namens een
grote groep telers en heeft daardoor meer gehoor
en gezag dan de individuele teler.
Verder worden de aan de teler aangeboden con»
tracten door deze vereniging gecontroleerd en
worden de afrekeningen nagezien. Dit geeft de
teler de zekerheid, dat alles in orde is.
In deze tijd, nu alles zich meer en meer gaat
concentreren en tot vorming van grotere een
heden wordt overgegaan, is het ook voor telers
van zaden op contract een eerste eis, hun be
langen gezamenlijk voor te staan. Het middel
daartoe is aanwezig. Laten velen zich nog bij deze
Contract-Zaadtelersvereniging aansluiten. Hoe
meer leden deze vereniging telt, hoe beter zij haar
taak zal kunnen verrichten.
M.
IT jaar komen er nogal veel schieters voor in
de bieten. De bieten die nu reeds een zaad-
stek gevormd hebben, geven geen opbrengst. U
kunt ze beter omhakken, zodat ze er naast staande
planten niet in hun groei belemmeren. Wanneer U
de zaadbieten nu niet verwijdert, hebt U er straks
bij het machinaal rooien veel hinder van.
nEEM nu nog eens de Rassenlijst en ga eens na
wat daarin vermeld is over de door U uit
gezaaide granen wat betreft geschiktheid voor
maaidorsen, gevoeligheid voor schot, korreluitval en
afbreken van de aren. Door bij het bepalen van
de oogstdatum en het kiezen van de oogstmethode
daarmee rekening te houden, kunt U misschien
grote verliezen voorkomen.
UGUSTUS is de beste zomermaand om. gras
land in te zaaien. Grasland wordt aangelegd
voor meerdere jaren, neem dus het beste graszaad,
dat U kunt krijgen. Koop uitsluitend N.A.K.-ge
keurde mengsels, liefst met oranjeband certificaat,
omdat daarin alleen zaad afkomstig van in Neder*
land geteelde grassen in verwerkt mag worden.
MAAR aanleiding van de indiening van het voorstel dat de Europese Commissie voor het ge-
meenschappelijk beleid in de rundvleessector bij de Raad van de E. E. G. heeft ingediend, heeft
het Landbouwschap zich hierover in een schrijven tot de minister van Landbouw gewend.
Near de mening van het Landbouwschap is een stelsel van richtprijzen niet geëigend voor de
rundvleessector. Een gezonde ontwikkeling van de Europese markt Voor rundvlees is veel meer gebaat
bij een globale bescherming aan de buitengrens en een interventie die niet gebonden is aan een be
paalde richtprijs maar slechts plaatsvindt wannéér zich ernstige overschotten zouden voordoen.
Ten einde tot 'n verantwoorde oriëntatie van de produktie te komen, zal men fluctuaties in de rund
vleesprijzen moeten accepteren en zeker niet het prijsniveau bevriezen door een stelsel van richt
prijzen. Daarbij kan nog worden gewezen, op grote praktische bezwarende vele soorten en kwalitei
ten, die vaak onderling niet vergelijkbaar zijn, maken een Europees richtprijsstelsel voor rundvlees
zeer moeilijk uitvoerbaar.
De door het Landbouwschap bepleite aanpak is ook veel meer in overeenstemming met het beleid
dat op het ogenblik in het overgrote deel van de E.E.G.-staten in de rundvleessector wordt gevoerd.
De indruk bestaat, dat de Europese Commissie bij het onderhavige ontwerp vooral oog heeft gehad
voor de huidige Franse marktordening van rundvlees. Het Landbouwschap dringt erop aan, dat al
het mogelijke wordt gedaan om het nu voorgestelde systeem van richtprijzen te vervangen door een
toepassing van oriëntatie-prijzen.
IJET Landbouwschap is het met de Europese Commissie eens inzake het verband tussen het be-
leid voor rundvlees en de ontwikkeling in de zuivelsector. Volgens het Landbouwschap dient
het beleid voor rundvlees er mede op gericht te zijn, dat de prijsverhoudingen enigszins ten gunste
van het rundvlees worden gewijzigd, zodat in de zuivelsector enige verlichting ontstaat. Van de moge
lijkheden die de vraag in de E. E. G. aan de veehouderij biedt, zou door een lichte stijging van de
prijzen voor rundvlees een beter gebruik kunnen worden gemaakt, waarbij echter zekere fluctuaties
in de prijzen moeten worden aanvaard. In afwijking van hetgeen de Commissie voorstelt, wil het
Landbouwschap een bescherming aan de buitengrens bepleiten,die naast een in vier jaar te reali
seren gemeenschappelijk tarief, reeds het eerste jaar van de overgangsperiode voor de belangrijkste
soorten gemeenschappelijke sluisprijzen voor de E. E. G. omvat. Deze sluisprijs dient ter voor
koming van te lage aanbiedingen uit derde landen en zou afgestemd moeten zijn op het in de E. E. G.
wenselijk te achten niveau van de rundvleesprijzen.
Overeenkomstig het voorstel van de Commissie zou tussen de E. E. G.-landen een onmiddellijke
liberalisatie van het verkeer moeten plaatsvinden en een afbraak van de tarieven binnen vier jaar
doorgevoerd kunnen worden. Nationale interventie zou dan volgens het Landbouwschap mogelijk
kunnen blijven zolang de vrijmaking van het onderling handelsverkeer er niet door wordt belemmerd
en er zou zo spoedig mogelijk een communautair systeem van interventie tot stand moeten komen,
waarbij niet automatisch interventie-aankopen plaatsvinden bij een daling van de marktprijzen onder
een bepaald niveau, doch waarbij prijsfluctuaties mogelijk blijven en alleen bij ernstige marktversto
ringen tot aankopen wordt overgegaan.