UIT DE PRAKTIJK
692
Wist U dat
ZEEUWS lANDBOUWBLAD
0'
deze week mee te beginnen op zaterdag 28 juli werd de
Zeeuws-Vlaamse Coöperatieve Groenvoederdrogerij te
Westdorpe officieel in gebruik gesteld, waarover reeds elders in
dit nummer geschreven wordt. Een uiterst modern uitgerust
bedrijf, aangepast aan de tegenwoordige tijd, niet alleen voor
wat de bouw en de inventaris betreft, maar ook modern ten op
zichte van de eisen welke aan de bedrijfsvoering in onze land
bouwbedrijven worden gesteld.
Want willen we als agrariërs financieel met beide benen op
de grond blijven staan, dan zullen we voor wat de technische
kant van onze bedrijven betreft steeds meer de samenwerkende
en op grotere eenheden geconcentreerde vorm moeten aan
nemen.
Wij willen ons gaarne aansluiten bij de woorden van de heer
De Bruine die namens de landbouworganisaties de drogerij suc
ces wenste en besloot met:
Houdt de vuren brandende
En de lucerne droog
BE stemming omtrent het gewas graszaad is
op het ogenblik op NOORD-BEVELAND
sterk in mineur. En de zie-je-wel !'s van degenen
die nog nooit wat in „hooizaad" zoals dit ge
was soms minachtend wordt geheten hebben
gezien, zijn niet van de lucht. Nu zijn er voor
deze depressie aan de graszaadhemel verschillen
de oorzaken aan te wijzen.
Daar is dan in de eerste plaats het verschijnsel
van de dalende prijzen, voor enkele soorten (bijv.
roodzwenk) ingrijpend. Daarbij komt dat de op
brengsten dit jaar lager liggen dan in voorgaande
jaren, terwijl het dorsen van veldbeemd en rood
zwenk samenvalt met de vlasoogst, soms zelfs met
de erwtenoogst, wat hier en daar aanleiding geeft
tot spanningen. En hoe reageert men dan op zulke
momenten? Erg menselijk: dan deugt er van het
graszaad niets meer!
En dit temeer door de schijnbaar matige er
varingen met graszaad als voorvrucht. Schijnbaar
inderdaad! Want als er aan de volgvrucht ock
maar iets hapert, dan wordt al gauw het gras
zaad als de oorzaak hiervan uitgekreten. Nu moe
ten we toegeven, dat er soms wel eens iets van
aan is! Maar vaak is dón het euvel terug te lei
den tot een minder goede bewerking van de gras
zaadzode en dan ligt de schuld dus niet bij het
„hooizaad", maar bij de teler!
En ook wordt er geklaagd over de afrekening,
die zo lang op zich laat wachten, terwijl de 5
omzetbelasting het geschrei vergroot.
Tenslotte heeft menige teler ontdekt", dat de
contracterende firma altijd safe zit, omdat deze
20 van de financiële opbrengst trekt, na door
berekening van de kosten aan de boer. Wel een
wat te simpele redenering, want de firma maakt
heel wat meer onkosten aan het graszaad dan hij
de teler uiteindelijk laat betalen schoningskos-
ten)
Hoewel heel begrijpelijk dat men zulk een ge
was op bepaalde momenten in de Zandkreek zou
wensen, doet men goed uiteindelijk is de soep
nooit zo heet als ze opgediend wordt later toch
maar eens aan het rekenen te slaan, daarbij de
totale kosten samenvattend, waartoe men zeer
zeker ook moet rekenen de omzetbelasting, het
tweemaal laten frezen van de stoppel en het ren
teverlies van het geld, dat men pas ontvangt een
jaar na de oogst. Samen dus met de kosten van
bemesting (stikstof!), onkruidbestrijding, dorsen,
enz. Want we zijn echt van mening, dat het pot
lood op de duur meer uitwerkt dan de vuist!
BE graszaadoogst op ZUID-BEVELAND, die
met goed weer veelbelovend was begonnen,
heeft een volle week veel te lijden gehad van de
vele regen. Plaatselijk traden er verliezen in het
veld op. Ook kwamen er in de dik liggende zwa
den wat schimmel voor. Daar een geheel samen
hangend zwad zonder verleggen, omwenden of
hoe dan ook, slecht droogt, heeft men op ver
schillende manieren getracht het zwad te verleg
gen of te lichten zodat het sneller en beter zou
drogen. De harkkeerder „schijnt" hier en daar te
voldoen? Verliezen, soms grote, zijn hierbij niet
uitgesloten. De plaatselijk gebruikte zwadverleg-
ger met opvangbak voldoet beter.
Verder is het mogelijk gebleken om het
zwad wat te lichten met een normaal snijdende
maaibalk waarop enige erwtenlichters zijn be
vestigd. Dit eenvoudige werktuig kan vrijwel
op ieder bedrijf hiervoor, indien nodig, inge
schakeld worden.
De eerste regen was voor het vlas zeer gunstig,
doch thans blijkt dat door de vele aanhoudende
regen het vlas vrij veel gelegerd is en er nogal
wat botrytis voorkomt, waardoor de kwaliteit vrij
ernstig achteruit is gegaan. Op een zeer enkel
perceel na is thans alles geplukt. Vrij veel is
reeds geschelfd. Door de aanwezigheid van ka
mille dient alleen geschelfd te worden als het
vlas hier ook werkelijk geschikt, dus voldoende
droog is.
De eerste erwten zijn deze week gemaaid. Nu
bij het wat warmere weer na de vele regen be
ginnen ze wat sneller af te rijpen. De zomergerst
én plaatselijk ook een enkel perceel wintertarwe
beginnen wat te verkleuren. Het ziet er dus nu
wel naar uit dat we de volgende week kunnen
beginnen.
THANS heeft het ook op WALCHEREN zóveel
geregend, dat het grasland en de gewassen
als aardappelen en bieten hiervan kunnen profi
teren. Reeds is het grasland veel veranderd van
kleur en is een snellere groei waar te nemen.
Het vlas is voor het grootste deel getrokken.
Goede kwaliteit vlas is verkocht voor 25 cent per
kilogram.
Vroege graszaadsoorten als veldbeemd, rood
zwenk en beemdlangbloem zijn gemaaid en
meestal gedorsen. Van de opbrengst kan men
met zekerheid eerst iets zeggen als het analyse-
verslag van Wageningen ontvangen is.
De oogst van de plantuien, 1ste en 2de jaars, is
begonnen.
Zo hier en daar heeft de oogst van Bintje een
aanvang genomen. Een deel hiervan is reeds eer
der te velde door de handel gekocht. Ook komt
het voor dat de teler de aardappelen veilt.
De vochtigheid van de grond maakt het mogelijk
om stoppelgewassen onder gunstige omstandig
heden in te zaaien. Voor aanvulling van de win-
tervoedervoorraad voor het vee en/of voor struk-
tuurverbetering van de grond kan een stoppel
gewas van veel betekenis zijn.
AAN de droogteperiode is ook op SCHOUWEN-
DUIVELAND nu wel een eind gekomen.
Vooral in de polder Schouwen had het de laatste
weken niet veel meer geregend. Niettemin geeft
de stand van de gewassen veel reden tot tevreden
heid.
Het vlas is voor de helft geplukt en de prijs
voor goede percelen valt niet tegen. Ook beloven
de erwten hier een zeer goede opbrengst. Er zijn
zeer veel en goed gevulde peulen en gezien de
prijs zal menigeen er weer spijt van hebben geen
erwten of niet wat meer erwten gezaaid te heb
ben
Nog steeds doet zich hier het merkwaardige
feit voor, dat op veel percelen erwten stikstof
wordt gezaaid. Ook dit jaar zien we geen resul
taat en het is onbegrijpelijk, dat onnodig geld
wordt verstrooid., Hetzelfde moeten we opmerken
van de bieten. Giften van 1000 kg stikstof en meer
per ha zijn niet nodig. Door de vele regen is veel
gerst gelegerd. We waren er begin van deze zomer
bang voor. Gelukkig is zoiets voor een combine
niet al te moeilijk.
In Duiveland is men bezig met het rooien van
vroege percelen Bintje. Gezien de prijs tot nu toe
zeker een lonende bezigheid. Hetzelfde geldt voor
de plantuien.
IN OOST ZEEUWS-VLAANDEREN vallen de
opbrengsten van het graszaad hier en daar
nogal tegen. Over het algemeen wordt beweerd
dat dit voornamelijk ligt aan de dorskwaliteit van
het gras, terwijl ook de afstelling en mogelijk
heden van de combine een grote rol spelen. Een
groot deel van het vlas is onder gunstige om
standigheden getrokken en valt qua kwaliteit niet
tegen. Op verschillende plaatsen ziet men al erw-
tenruiters staan. De prijs van de erwten varieert
zo rond 43 cent per kilo. Een prijs overigens
waarbij alleen een grote opbrengst dit gewas ren
dabel kan maken.
Ons pessimisme over de stand van de bieten,
ondanks de gunstige berichten in de P. Z. C.,
wordt door de uitslagen van de eerste monster-
name in Oost Zeeuws-Vlaanderen gerechtvaar
digd. In 1961 (24 juli) bedroeg het gemiddelde ge
wicht van 10 bieten 4325 gram en het suikerge
halte 13,17 De uitslag van de eerste monster-
name op 23 juli j.l. gaf een gemiddeld gewicht
van 2234 gram en een suikergehalte van 10,66
Momenteel een achterstand van bijna 50% t.o.v.
1961. Het is welhaast onmogelijk deze nog in te
halen.
Vóór 1 augustus zal 't vlas in WEST ZEEUWS-
VLAANDEREN wel niet allemaal getrokken
zijn, terwijl op dat tijdstip nog betrekkelijk wei
nig erwten gemaaid zullen zijn. Hieruit blijkt
weer, hoe laat de oogst dit jaar is in vergelijking
tot andere jaren. Ook bij ons begint de gerst nu
snel te verkleuren en met de oogst van dit ge
was zal op de lichte gronden wel spoedig worden
begonnen.
Veel werk staat ons,thans te wachten, werk dat
wij technisch voldoende beheersen, maar dat
desalniettemin onze boerenharten vaak in beroe
ring brengt.
Laten we hopen, dat de vakantiegasten onze
oogstwerkzaamheden bij ideaal zomerweer kun
nen gadeslaan!
'i960V€em*svers*an<^ bestaat over de betekenis van het nieuwe wetsontwerp Inkomstenbelasting
Vooral als men dan mede let op het met 31 december 1962 vervallen van de Wet Vervreemding Land
bouwgronden, is de zaak weinig duidelijk. Dit verwondert mij in geen geval. Het is allemaal niet zo
eenvoudig. Laat ik beginnen met op te merken, dat ik het een voordeel acht dat het vervallen van de
Wet Vervreemding Landbouwgronden plaats heeft (aannemende dat de Eerste Kamer geen streep door de
rekening van de Tweede Kamer haalt) vóór de nieuwe Inkomstenbelastingwet zal gaan werken. Ik zal
dit even duidelijk maken.
T N het wetsontwerp Ink. Belasting 1960 is de z.g. LANDBOUWVRIJSTELLING van art. 6 lid 2 Besluit
Ink belasting 1941 niet overgenomen. Hoewel we nog altijd de hoop koesteren dat onze Tweede Kamer
alsnog de landbouwvr ij stelling in ere herstellen zal, moet uiteraard met de mogelijkheid worden gerekend,
dat dit niet het geval zou zijn. Alsdan wordt de winst welke behaald wordt bij vervreemding van land
bouwgronden en opstallen voor de Ink. Bel. in principe belast. Stel voor dat dit het geval zou zijn per
1 januari 1963.
Men kan het dan zo zeggen, dat een boer die zijn bedrijf of een gedeelte ervan verkoopt Ink. Be
lasting moet betalen over het bedrag waarmee de verkoopprijs de boekwaarde overtreft. Dit zou vooral
bij de invoering van de nieuwe wettelijke bepalingen zeer verstrekkende gevolgen hebben en buiten
gewoon onbillijk zijn. Dit heeft de wetgever reeds direct ingezien en hiertegen maatregelen genomen. Ik
doel hier op de z.g. belastingvrije opwaardering van crt. 58 van het ontwerp. Hierdoor wordt voorkomen
dat waardevermeerdering van tot het landbovwbedijf van de belastingplichtige behorende onroerende
goederen uit de periode der vrijstelling wordt belast.
Stel voor: boekwaarde is op 31 december 19S2 f 100.000,Verkoop 2 januari 1963 voor f 200.000,In
principe is er dan een belast verschil van f 100.000,dat in feite geheel ontstaan is in de periode toen
de landbouwvr ij stelling nog bestond.
7/7 U is art. 58 van het wetsontwerp daar om te zorgen dat deze f 100.000,niet wordt belast, door te
v bepalen dat de boekwaarde van deze onroerende goederen opnieuw mag worden gewaardeerd en wel
op de waarde welke die onroerende goederen dan in het economisch verkeer zullen hebben. Laten we
eenvoudigheidsha.lve zeggen dat dit de verkoopwaarde is. Welnu, de verkoopwaarde blijkt op 1 januari
f 200.000,te zijn en door nu volgens art. 58 ook op f 200.000,te waarderen, ontstaat geen winst.
Waardestijging in een latere periode boven deze f 200.000,zal bij vervreemding worden belast.
De aandachtige lezer zal nu begrijpen dat het ons verheugt dat de Wet Vervreemding Landbouw
gronden verdwijnen zal vóór of gelijktijdig met de invoering van de Wet Inkomstenbelasting, daar anders
de kans zou bestaan dat na invoering der nieuwe Inkomstenbelasting nogmaals een waardesprong naar
boven zou volgen die dan tot belaste winst zou voeren.
Een oordeel over het al of niet gewenste van het verdwijnen der Wet Vervreemding Landbouw
gronden houdt dit niet in. Ik wil op dit onderwerp nog eens terugkomen.
MEIJERS.
