WATERVOORZIENING
ZEEUWS-VLAANDEREN
VRIJDAG 20 JULI 196:2
IN
Spaarbekkens ook voor land- en tuinbouw van belang
Frankering bij abonnement: Terneuzen
50e Jaargang No. 2640
Officieel orgaan van de Ma^tschappU tot bevordering van Land- en Tuinbouw en Veeteelt in Zeeland"
TOEN in 1052 de Braakman werd ingepolderd
en naast de beschikbaarkoming van honder
den' hectares landbouwgronden voor tal van
nieuwe bedrijven, hier ook voor de recreatie nieu
we perspectieven werden geopend, had zeker nog
geen buitenstaander kunnen denken, dat midden
in dit nieuw gewonnen land later een uniek pro
ject ter hand zou worden genomen om de drink
watervoorziening in geheel Zeeuws-Vïaanderen in
de toekomst te behoeden voor steeds meer drei
gende tekorten.
WIE thans de weg van Biervliet naar Terneuzen
volgt ziet iets zuid-oostelijk van het recrea
tiegebied en juist ten zuiden van genoemde weg
enorme zanddijken midden in de vlakte verrijzen
en de niet-ingewijde agrarisch ingestelde aan
schouwer zal wellicht de gedachte voelen opkomen:
wat het ook is, dat kost weer de nodige hectares
landbouwgronden. En dat is ook zo, maar we kun
nen er direct aan toevoegen dat het lang niet de
beste gronden zqn en dat ze bovendien geofferd
worden voor een andere uiterst belangrijke zaak,
n.I. de bouw van zgn. spaarbekkens voor de drink
watervoorziening in Zeeuws-Vïaanderen.
DREIGEND WATERTEKORT
VROEG OM OPLOSSING
REEDS ongeveer 10 jaar geleden voorzag men
bij de Waterleiding Maatschappij Zeeuwsch-
Vlaanderen, dat de capaciteit van het waterwin
gebied te St. Jansteen binnen afzienbare tijd on
voldoende zou zijn om aan de toenemende behoef
ten van bevolking,, industrie en landbouw te vol
doen. Het verbruik in de laatste jaren overtrof
deze capaciteit van 3.2 miljoen m3 water per jaar
regelmatig. In 1960 was het verbruik 3.8 miljoen
m3, in 1961 4.1 miljoen m3.
Het niet onbelangrijk tekort werd aangevuld
door aankoop van water uit België, dat via een
koppelingsleiding bij Philippine werd aangevoerd.
Om verschillende redenen zocht men echter reeds
enkele jaren naar een andere oplossing, die spoedig
verwezenlijkt zou worden en afdoende zou zijn om
aan het snel stijgend verbruik, vooral ook door
de industrialisatie in de kanaalzone Terneuzen—
Sas van Gent, hej hoofd te kunnen bieden. Met
een toenemend verbruik van water van goede
kwaliteit door land- en tuinbouw werd uiteraard
eveneens rekening gehouden.
Een van de oplossingen zou kunnen worden ge
vonden in het betrekken van water van de Bra
bantse wal en dit door middel van een zinker door
de Westerschelde naar Zeeuws-Vlaanderen te
leiden. De moeilijkheden, verbonden aan het leg
gen van een bedrijfszekere zinker door een zee
stroom, waarin de vaargeul voortdurend aan ver
andering onderhevig is, doch meer nog de plannen,
welke er bestaan de bevaarbaarheid van deze
Gezicht op het bassin en de bekleding van het dijktalud aan de binnenzijde.
rivier te vergroten, is aanleiding geweest om de
oplossing in een andere richting te zoeken.
Zo kwam men op een andere gedachte, n.I. het
vormen van een reserve-voorraad water waaruit
in tijden van schaarste geput zou kunnen worden.
Dit kon gerealiseerd worden door gebruik te ma
ken van het oppervlaktewater dat in regenrijke
perioden vrij kwam in België en dat normaal via
het Isabellakanaal naar de Westerschelde wordt
geloosd. Door het bouwen van resuachtige bassins
zou dit water verzameld kunnen worden.
- SNELLE I ITVOERING
EIND 1959 lagen de plannen
klaar en achtte men uitvoering
mogelijk. Reeds in april 1960 had
men een proefbekken aangelegd
met een inhoud van 100.000 m3.
Technisch voldeed deze proef en ook
de kwaliteit van het water beant
woordde aan de gestelde eisen.
Het gevolg was dat in de zomer
van 1961 begonnen werd met de be
dijking van een oppervlakte van 25
ha. De Nederlandse Heidemaat
schappij pakte dit werk groot
scheeps aan met zwaar materiaal.
Zand werd in grote hoeveelheden
uit de ondergrond in de directe om
geving van het werk gezogen en
met draglines en bulldozers ver
werkt.
De dijken om het bekken zijn 12
meter hoog, aan de voet 65 meter
breed en hebben een totale inhoud van, ongeveer
i miljoen m3. In dit bekken zal 2^ miljoen *mri
water kunnen worden verzameld.
Belangrijk is natuurlijk dat de bodem en de
binnenglooiingen van deze dijken waterdicht wor
den gemaakt. Op de bodem, die maar weinig be
neden maaiveld ligt, is dit geschied door aanbren
ging van een zeer dunne laag plastic waarover
een laag zand van 30 cm. De dijken zijn aan de
binnenzijde bedekt met drie aan elkaar gekitte
vijverviltlagen, die het doorsijpelen van water ge
heel voorkomen.
Bijzondere maatregelen zijn getroffen om on
verwachte schade aan de taluds op te vangen. In
het dijklichaam zijn n.I. drainreeksen van grote
diameter aangebracht. Deze kunnen doordringend
water opvangen en zijn zo geconstrueerd, dat men
ook de plaats van eventuele scheuren en lekkages
spoedig kan vaststellen.
Tegelijk met het reeds genoemde proefbekken
werd een proefpompstation met zuiveringsinstal
latie gebouwd. In de toekomst zullen deze instal
laties echter te klein blijken daar het in de bedoe
ling ligt nog twee spaarbekkens van gelijke grootte
als dat wat deze zomer in gebruik zal worden ge
nomen te bouwen, welke met de overige benodigde
terreinen een oppervlakte van 130 ha zullen be
strijken. Wanneer deze gereed zijn zal in totaal
over ëén waterreserve voor raad van 8 miljoen m3
kunnen worden beschikt.
Voor de nog te bouwen dijken zal een hoeveel
heid grond van 2.7 miljoen m:!, vrijkomend bij de
werken in de Kanaalzone, in depót worden opge-
sla~gen.
(Zie voor vervolg pagina 659.)