UIT DE PRAKTIJK E.E.G. WERKT DOOR V 816 Tarweregeling 1962 ZEEUWS LANDBOUWBLAD "rij i -i*icjz HET is elk jaar weer een genoegen om de gegevens van de mei-inven tarisatie te vergelijken met het voorgaande jaar. Men kan daarmee gedane veronderstellingen toetsen aan de werkelijkheid, en menige doos sigaren is ermee gewonnen of verspeeld. AP NOORD-BEVELAND zijn er nogal watver- schuivingen over en weer opgetreden, zoals het onderstaand staatje laat zien. We hebben hierin de oppervlakten van de belangrijkste ge wassen van dit en het vorige jaar verwerkt. 1961 1962 Wintertarwe 224 ha 793 ha Zomertarwe 537 ha 354 ha Zomergerst 1283 ha 904 ha Totaal granen 2044 ha 2051 ha Aardappels 992 ha 1007 ha Suikerbieten 1235 ha 1220 ha Totaal aardapp. suikerb. 2227 ha 2227 ha Graszaad 254 ha 385 ha Groene erwten 634 ha 499 ha Schokkers 132 ha 82 ha Vlas 748 ha 796 ha Totaal handelsgewassen 1768 ha 1762 ha Het totaal van de granen is nagenoeg ongewij zigd gebleven, maar er is wel sprake van een aan zienlijke verschuiving van gerst naar tarwe. De aardappels en suikerbieten zijn naar opper vlakte gesproken ieder voor zich ongewijzigd ge bleven. Het totaal hakvruchten is zelfs precies ge lijk. Hoewel het totaal van de handelsgewassen eveneens geen wijziging heeft ondergaan, zijn er binnen deze groep wel belangrijke verschuivingen geweest. Zo is het graszaad met niet minder dan 50 in oppervlakte vooruitgeboerd en het lijkt ons dat het verzadigingspunt nu wel is bereikt. Het kon wel eens zó wezen dat dit peil de eer ste jaren althans niet weer zal worden bereikt. Het enthousiasme voor dit gewas is zich n.l. iets aan het matigen, mede door de lagere prijzen en de matige ervaringen met dit gewas als voor- vrucht. Wèl moet gezegd worden dat die in de meeste gevallen daaraan te wijten is, dat in het voorgaande jaar de zode te weinig werd verpul verd. In drie jaren tijds is de oppervlakte erwten ongeveer gehalveerd. Ook nu weer een verdere daling. De schokkers hebben zelfs het lage peil van 1953 bereikt. Het vlas ging iets vooruit Bij een vergelijking van de totaal-cijfers over 1961 en 1962 blijken zich echter geen principiële verschuivingen te hebben voorgedaanvan de granen, de hakvruchten en de middengroep bleef het totale percentage ongewijzigd. OOK WALCHEREN heeft de cijfers van de landbouwtelling 1961 met die van het vorige jaar eens vergeleken en komt voor wat het bouw plan en veebezetting betreft, tot de volgende ge gevens Haver is er 87 ha, zomergerst 458 ha min der dan vorig jaar. Zomertarwe is er minder maar wintertarwe belangrijk meer. In totaal is er 586 ha meer tarwe. De groene erwten hebben zich vrijwel gehand haafd, van de schokkers zijn er echter 322 ha minder. Stambonen zijn evenmin meer in trek. De oppervlakte liep met 68 ha terug, terwijl er 11 ha meer veldbonen worden verbouwd. Het blauwmaanzaad is drastisch teruggelopen, n.l. van 49 ha in 1961 tot minimum 2 ha nu. Vlas is er 175 ha en graszaad 138 ha meer. De oppervlakte aardappelen en suikerbieten is respectievelijk 104 en 107 ha geringer dan in 1961. Het totaalbeeld is dus minder zomergranen en meer wintertarwe; meer vlas en graszaad en min der erwten, aardappelen en suikerbieten. De uit breiding van het aantal koeien per bedrijf zette zich voort, waarvan een steeds groter aantal ma chinaal gemolken wordt. OP SCHOUWEN-DUIVELAND groeien on danks de minder warme zomer de gewassen goed. Het vlas is de laatste tijd nog in lengte ge groeid en de kleur is mooi. De opkomst van de groenbemesting was over het algemeen zeer goed. Door droogte en kou zijn er echter weer veel plantjes gesneuveld. We hebben de indruk, dat er op deze wijze meer planten dood gaan dan van de chemische bespuitingen. Het blijft echter een moeilijke zaak. Erg druk wordt 't weer met dat onderhoud van sloten en slootbermen. Het geheel is slecht ver deeld. Het maaien en afvoeren vraagt veel tijd. Vroeg sproeien bespaart zeer veel werk. Velen zouden alles liever door derden uitgevoerd zien en dan bereid zijn iets hogere polderlasten te be talen. Een onderzoek hiernaar en de mogelijkheid van uitvoering door loonwerkers en/of sproei- yerenigingenmoet mogelijk zijn.Helaas is het onderhoud van sloten en bermen voor velen nu een zware opgave om dit er nog, met het \ele andere werk, er ook nog bij te moeten doen. Mis schien dat door zo'n oplossing ook eens wat tijd voor vakantie vrij zou komen! De fokveedag is weer een succes geweest. We zouden nog graag wat meer deelnemers zien. Vooral bij hét rundvee is dat mogelijk. Er was voor liefhebbers weer volop te genieten in deze sportieve strijd! HET is vele jaren geleden dat er in WEST ZEEUWS-VLAANDEREN zo weinig akker bouwgewassen werden bespoten. Aan chemische onkruidbestrijding werd nog het meeste gedaan. De insektenbestrijding is dit jaar echter van heel weinig betekenis, terwijl tot heden nog weinig aandacht aan de phytophthorabestrijding in aard appelen werd besteed. Vanwege de voorbehoedende werking van dit laatste betwijfelen we echter de juistheid van deze besparing, vooral wanneer de onderste bladeren niet meer kunnen worden geraakt. Ook de zo gevreesde bladluizen, de overbrengers van de vergelingsziekte in de bieten, waren in het begin van deze week nog klein in aantal en zullen misschien ook wel geen Systox-bespuiting op de bieten noodzakelijk maken. Als regel vermindert de bladluisbezetting in het begin van juli sterk, ook zonder bestrijding. De grond in ons gewest is erg droog, waarbij vanwege de plaatselijke buien-aktiviteit toch nog grote verschillen optreden. Een mals regentje kun nen we echter overal wel gebruiken, vooral op de veebedrijven. De graszaadoogst staat voor de deur en zal plaatselijk nog wel deze week een aanvang nemen. NU de E. E. G. Graanverordening op 30 juli a.s. in werking* zal treden moeten de verschillende nationale regelingen daarbij aangepast wordendit is trouwens de oorzaak dat de E. E. G.-rege- ling niet reeds op 1 juli ingaat zoals aanvankelijk de bedoeling was. Tevens moeten er diverse voor zieningen getroffen worden om de overgang zo soepel mogelijk te laten verlopen. Een en ander was duidelijk te merken in de laatste vergadering van het Produktschap voor Granen, Zaden en Peul vruchten, waar een groot aantal wijzigingvoorstellen voor bestaande verordeningen de revue passeer den. Voor Nederland verandert er overigens in de regelingen voor de voergranen weinig, omdat de E. E. G.-regeling in grote trekken gelijk is aan de Nederlandse. De belangrijkste wijzigingen bij de voergranen, die overigens al was ingegaan en ook niet bij verordening behoeft te worden geregeld, is wel de wijziging in de grootte van de uitslag en de grootte van het bedrag waarmeede heffingen worden aangepast. Tot nu toe werden de importheffingen gewijzigd als de aanbodprijzen van importgranen vermeer derd met de heffing 0,75 per 100 kg hoger of lager uitkwamen dan richtprijs. De heffing wérd d^n met ƒ1,verlaagd of verhoogd. Nu is deze uitslag teruggebracht tot ƒ0,50 en worden ook de heffin gen met dit bedrag veranderd. DE TARWEREGELING VOOR 1962 rL het in werking treden van de E. E. G.- Graanverordening zal het niet meer toege staan zijn de huidige regeling voor het realiseren van de garantieprijs vcvor tarwe, n.l. de verplichte bijmenging, te handhaven. Hiermede is tevens een einde gekomen aan het jaarlijks terugkerende dis cussiepunt over de hoogte van het bijmengings percentage. In de plaats van de verplichte bij menging komt nu ook een heffingstelsel als bij de voergranen. In het kort komt dit hierop neer dat er een richtprijs wordt vastgesteld in het sta dium van de groothandel in het grootste tekort- gebied. van ons land. Verwacht mag worden dat deze prijs zal worden bepaald voor de maand juli op ƒ33,30 per 100 kg voor tarwe van gezonde handelskwaliteit met een vochtgehalte van 16 Daarnaast wordt er een drempelprijs vastge steld, welke bepalend is voor de hoogte van «Ie heffing die bij import moet worden betaald. Deze prijs is reeds vastgesteld eveneens op 33,30. Tenslotte wordt er nog een interventieprijs be paald, die minimaal 5 en maximaal 10 lager moet zijn dan de. richtprijs. Tegen- deze prijs is het VIB ten alle tijde verplicht tarwe over te nemen. Gelet op de reeds door de Minister vastgestelde garantieprijs van 31,per 100 kg bij levering in in december moet deze voor de maand juli worden bepaald op 30,90 bij franco levering aan te wijzen pand. De voorheen geldende staffelregeling blijft ge handhaafd. Dit betekent dat de richtdrempel en interventieprijzen gedurende 10 maanden met ƒ0,35 per 100 kg worden verhoogd. Er zal nu het gehele jaar door gelegenheid zijn tarwe bij het MB aan te bieden. Voorheen was dit beperkt tot enkele perioden per jaar. Voor het overige komen er in de voorwaarden waarop het V. I. B. aankoopt, geen grote wijzigin gen. Over één punt, dat ook voor de landbouw van direct belang is, n.l. het aankopen van ge droogde tarwe, is nog geen beslissing genomen. Als reden om dit eventueel niet te doen wordt opgegeven dat het risico groot is dat de ingelever de hoeveelheden als veevoeder moeten worden af gezet, waarbij het niet mogelijk is de vergoeding die voor het hogere drogestofgehalte moet worden betaald, bij verkoop te realiseren. Afgezien hier van is het bezwaarlijk devverkoop van gedroogde tarwe voor het eerst in april 1963 mogelijk te maken, aangezien de handel door de staffelrege ling de gedroogde hoeveelheden zonder prijsrisico kan bewaren tot mei, terwijl dan nog een zeer be perkte periode voor de afzet door het V. I. B. res teert. ANDERE BELANGEN UOEWEL deze moeilijkheid zich zeker kan voordoen menen wij toch dat ook andere be langen bij het bepalen van het al dan niet aan kopen van gedroogde tarwe een rol spelen. We den ken dan uiteraard in de eerste plaats aan de akkerbouwbedrüven, maar ook voor de coöperatie die zelf hun tarwe drogen en opslaan, geldt in wezen hetzelfde. Willen de bedrijven hun tarwe gedurende een langere periode bewaren dan zul len zij dit moeten terugdrogen tot een lager per centage dan 17. Het is dan echter ook billijk dat voor deze tarwe een hogere prijs wordt betaald dan voor tarwe met 17 en wel om verschillende redenen. In de eerste plaats stimuleert men daarmede het bewaren op het eigen bedrijf, waarmede voor komen wordt dat er direct na de oogst een groot aanbod komt met als gevolg dat do prijs daalt tot de interventieprijs met de kans dat er grote hoe veelheden bij het V. I. B. zullen worden aange boden. Een tweede reden zien wij in het feit d»t, als er kort na de oogst veel tarwe bij het V. I. B. inge leverd wordt met 17 vocht, het V. I. B. deze tarwe toch ook zal moeten drogen. Het zal er natuurlijk van afhangen tegen welke prijs het V. I. B. zijn voorraden zal mogen afzetten, maar we nemen niet aan dat afzet in een hierboven ge schetste marktconsteïlatie mogelijk zal zijn. Men zal zich dus moeten instellen op een langere be waarperiode. Ten derde wordt er wel een korting toegepast bij een hoger vochtgehalte, het is dus niet meer dan billijk dat er in het tegenovergestelde geval een overeenkomstige toeslag betaald wordt. PEULVRUCHTEN NAAR aanleiding van de voorlopige uitkomsten van de meitelling merkte één van de direc teuren van het Produktschap, de heer Brandsma, nog op het een gelukkige omstandigheid te vin den dat het areaal groene erwten en schokkers sterk is afgenomen. De resultaten zullen dit jaar wel beter zijn dan de laatste jaren, met voor de schokkers zelfs kans op zeer gunstige prijzen. Hij hoopte echter dat de landbouw hieruit niet de conclusie zou trekken dat het areaal wel weer kan worden uitgebreid, want hij ziet geen per spectief voor een groot areaal. O.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1962 | | pagina 4