Spruitkoolteelt heeft mogelijkheden
513
TUINBOUW
oprolbare onkruideggen
TIMMERMAN VERBEEK N V.
DINGEN VAN DE WEEK
V K IJ' D A G 1 JUNI 1962
||IJ die deze rubriek steeds nauwkeurig leest zal er van op de hoogte zijn dat naar onze mening
er voor vele eeuwse grondgebruikers mogelijkheden schuilen in de teelt van spruiten.
We achten dit een produkt dat 05 onze Zeeuwse tuinbouwbedrijven niet de plaats krijgt welke het
eigenlijk verdient.
Niet alleen uit een oogpunt van arbeidsverdeling rnaar ook in verband met de zo noodzakelijke risico
spreiding is er alles voor te zeggen deze teelt in Zeeland in wat groter verband aan te pakken.
Onbekend maakt onbemind is een gezegde dat zeker ook geldt voor de spruitenteelt. Wanneer we
zien dat vele gronden in onze provincie zeer geschikt zijn voor deze teelt en we zien hoe de opbouw
is van onze Zeeuwse tuinbouwbedrijven dan zou dit produkt een veel grotere plaats moeten innemen.
We herinneren hieraan nog eens nadrukkelijk omdat in de komende weken de tijd is aangebroken
om spruiten te planten. Eind mei-begin juni wordt algemeen aangehouden als planttijd van spruiten.
Dit jaar zal het misschien noodgedwongen wat later moeten worden omdat de planten niet tijdig be
schikbaar zijn. Ook deze zijn namelijk niet zo gegroeid als we graag zouden zien.
Wanneer we spruiten gaan telen moet men wel
goed letten op de juiste soort. Een veel geteeld
spruitenras is Roodnerf. Hierin komen verschillen
de selecties voor welke over het algemeen goed
zijn. Het is een matig winterharde spruit welke
niet te vroeg komt, groen tot donkergroen is en
vast. Dit ras voldoet goed om als ongeschoonde
spruit te worden aangevoerd.
Wanneer we de beschikking hebben over goede
planten kunnen deze worden uitgezet op een rijen-
afstand van 70 cm en in de rij ongeveer 50 cm.
Het planten zal meestal plaats vinden met de
schop maar wanneer men een grotere oppervlakte
wil inplanten kan dat ook goed met de plant-
machine gebeuren. In elk gebied zijn wel mensen
die een plantmachine ter beschikking hebben.
Het is erg belangrijk dat de grond voldoende los
is wanneer men gaat planten. Ook na het planten
is het van grote betekenis om de grond los te hou
den.
Lichte kleigronden zijn het meest geschikt voor
de spruitenteelt. Goede tuingrond kan soms be
zwaarlijk zijn omdat de spruiten dan te welig op
groeien en er geen mooie en vaste spruiten wor
den gevormd wat toch juist de bedoeling is van
deze teelt.
BEMESTING
OMDAT een zeer welige groei voorkomen moet
worden, dient men op te passen met stikstof.
Wel is de spruit dankbaar voor een flinke kali
bemesting. Een algemene norm om te geven bij
het begin van de teelt is 600 kg kali 40 200400
kg kalkammonsalpeter en 400500 kg super per
ha. Uiteraard is dit een zeer globale norm welke
ook zeker niet algemeen geldend is. De toestand
van de grond speelt immers een overheersende
rol bij de kunstmestgift.
ARBEIDSVERDELING
UERDER willen we er met grote nadruk op wij-
zen dat spruiten een hekel hebben aan natte
grond. Op percelen welke daar last van hebben
kan men beter geen spruiten planten of men dient
te zorgen voor een zeer goede drainage. De sprui
tenteelt is geen moeilijke teelt. De pluk komt voor
lopig nog niet aan de orde en daarom zullen we
daarover ook weinig zeggen. Alleen vinden we het
zeer belangrijk dat de pluk komt in een periode
dat de andere werkzaamheden op het gemiddelde
tuindersbedrijf zijn afgelopen. De spruitenteelt
geeft1 veel werk in de wintermaanden en daarom
juist past deze teelt zo goed op verschillende be
drijven.
We denken b.v. ook aan de kleinfruitbedrijven,
waar aan de arbeidsverdeling nog al eens wat
mankeert. Daar kent men meestal een zeer hoge
arbeidstop gedurende de zomermaanden en dan is
het al spoedig gebeurd.
(Advertentie)
Tevens te
gebruiken
als
zaadegge
en
weidesleep
ZIERIKZEE
LEWEDORP BIJ GOES
Op dergelijke bedrijven worden dikwijls nog
bonen geteeld welke de reeds hoge arbeidspiek
nog verder in ongunstige zin beïnvloeden. Juist op
dergelijke bedrijven zou er alles voor te zeggen
zijn het te wagen met de spruitenteelt.
De laatste jaren zijn de resultaten van deze teelt
zeker niet ongunstig geweest en degenen die dit
produkt op'hun bedrijf hadden, kregen er een zeer
welkom inkomen van in een periode dat er anders
geen geld meer binnen kwam.
Zoals bekend is de teeltregeling in de groente
sector opgeheven en hierdoor behoeft de spruiten
teelt dus ook geen belemmering te zijn voor de
erkende groenteteler. We kunnen ons voorstellen
dat deze teeltregeling nog wel eens een belemme
ring is geweest voor de uitbreiding van de sprui
tenteelt maar dat bezwaar is nu vervallen. We
hopen dat vele Zeeuwse tuinders eens na zullen
denken over deze teelt en tot het besluit zullen
komen een gedeelte van hun bedrijf er mee in te
planten.
ZIEKTEBESTRIJDING
AVER de ziektebestrijding bij de spruitenteelt
kunnen we nog het volgende opmerken: Een
insekt dat zeker bestreden zal moeten worden is
de koolvlieg. Ter bestrijding hiervan moet bij het
uitplanten per plant 3 gram Aldrin stuif 2Yz bij
de wortels worden uitgestrooid of dient per plant
150 cc van een oplossing van 0,2 Aldrirt 25
worden gegoten.
Dit kan worden uitgevoerd met een rugspuit
zonder spuitdoppen. Bij droog weer verdient gie
ten echter de voorkeur.
Worden er koolvliegeieren afgezet in de blad
oksels dan dient om de veertien dagen te worden
gespoten met 200 cc heptachloor 25 per 100 liter
water.
Verder kunnen we soms last hebben van blad
luizen. Hiertegen kan worden gespoten met 50 cc
meta-isosytox of 100 cc fosfamidon per 100 liter
water. Wanneer we deze middelen gebruiken die
nen we echter wel rekening te houden met de
voorgeschreven veiligheidstermijn van resp. 6
weken en 4 weken.
Tot 4 dagen voor de oogst kan er tegen blad
luizen nog worden gespoten met 50 cc Phosdrin
per 100 liter water.
Door bestrijding van de koolgalmug kan draai-
hartigheid worden voorkomen. Tijdens de vlucht
van de koolgalmug moet worden gespoten met 60
cc parathion per 100 liter water.
Aangezien de koolgalmug me§nf,ylj^J}t<mt h,eeft
moet deze bespuiting meerdere malen worden her
haald. Daarbij moet er op gelet worden dat het
hart van de piant goed met de spuitvloeistof wordt
geraakt. Ten aanzien van de vluchten van de kool
galmug worden regelmatig waarschuwingen via de
radio in de critieke periode uitgezonden. Daar
dient men zeker naar te luisteren wanneer men
spruitkoolteler is.
PERSPEKTIEF
WE hebben in dit artikel een pleidooi gevoerd
voor de spruitenteelt. We deden dit omdat
we overtuigd zijn van de perspectieven van deze
teelt voor vele van onze Zeeuwse tuindersbedrijven.
Reeds enkele jaren zijn we van mening dat er te
weinig aandacht wordt besteed aan deze teelt welke
elders onder vrijwel dezelfde omstandigheden als
in Zeeland tot zulke goede resultaten heeft geleid.
Wanneer we zien hoe de spruitenteelt op de Zuid-
Hollandse eilanden zich heeft ontwikkeld en we
horen hoe het met deze teelt is gegaan in Gronin
gen dan hopen we van harte dat Zeeland in dezen
de achterstand die het heeft op het gebied van de
spruitenteelt zal inhalen. Er is voor deze achter
stand geen aanleiding. Over de afzetmogelijkheden
hebben we deze keer niet geschreven maar de laat
ste jaren is dat steeds goed gegaan. De binnen
landse markt wordt van steeds grotere betekenis
voor de afzet. Er is een grote vraag voor export
en verder is de industrie en met name de diep
vriesindustrie een belangrijke afnemer.
TWEE berichten, beiden betrekkin# hebbende oi»
de diepvriesindustrie, trokken in de afgelopen
periode de aandacht.
Het eerste was uit de „Financial Times" waarin
werd bericht dat het Nestlé-concern in Zwitserland!
en het Scandinavische concern Marabou-Findus-
Freia gezamenlijk Findus international hebben op
gericht. Deze maatschappij heeft een kapitaal van
ruim 160 miljoen gulden en hiervan heeft Nestlé
80 van de aandelen en Findus 20 Het doel
van deze nieuwe N.V. is de produktie én afzet vanj
voedingsmiddelen, in het bijzonder diepvriesproduk-
ten, over de gehele wereld uit te breiden en voor-:
lopig in het bijzonder in Europa. In de komende»
jaren zal door Findus international voor dit doel
ongeveer 200 tot 250 miljoen worden besteed.
Het tweede bericht over de diepvriesindustrie
troffen we aan in de Nieuwe Rotterdamse Courant
en daarin werd meegedeeld dat in een nieuwe^
fabriek van de N.V. Iglo aan de Veilingstraat te
Utrecht op het ogenblik volledige drepvriesmaalty-
den worden klaar gemaakt welke over een half
jaar in de winkel te koop zullen zijn.
Deze twee berichten tonen aan dat de diepvries-»
producenten niet stil zitten. Ze hadden onze spe*
ciale belangstelling omdat we ook als tuinbouw,
zeer veel belang hebben bij de ontwikkeling welke
hier aan de gang is. Reeds vyf en twintig jaar ge*
leden, aldus de N.R.C., is men in ons land begonnen
met het diepvriezen van groenten en fruit. Vooral
in de laatste jaren heeft deze vorm van conser
veren een, geweldige omvang aangenomen.
De N.V. Iglo heette tot voor kort Vita. Het is een
van de belangrijkste Nederlandse producenten van
diepvriesprodukten en de grote ontwikkeling van
dit concern is enkele jaren geleden eerst goed tof
haar recht gekomen toen het werd overgenomen
door het Unilever concern dat reeds eerder had
getoond grote mogelijkheden te zien in de verdere
ontwikkeling van de diepvriesindustrie.
Het Unilever concern neemt op het ogenblik in
de diepvrieswereld een zeer grote plaats in. Ver
wacht wordt dat door de samenwerking van Nestlé
en Findus er voor Unilever een grote concurrentie
op deze diepvriesmarkt zal ontstaan. Deze nieuwe
combinatie is namelijk gekomen tot een zekere
taakverdeling. Nestlé zal zorgen voor de financie
ring van het project en zijn wereldomvattend af-
zetapparaat hiervoor ter beschikking stellen. Fin
dus heeft een uitgebreide ervaring op het gebied
van de grondstoffenproduktie en de technische en
afzetvraagstukken.
Eén van de grootste diepvriesmarkten van Euro
pa vinden we in Zweden en het is vooral Findus
geweest welke hiervoor heeft gezorgd. Sedert en
kele jaren is deze maatschappij ook begonnen met
haar diepvriesprodukten op de Engelse markt te
brengen en het slaagde er in hier een aandeel van
10 van de totale diepvriesomzet te veroveren.
Overigens is het in Engeland speciaal het Unilever,
concern dat de toon aangeeft in de diepvrieswereld
want 2/i van de omzet aan diepvriesprodukten in
Engeland komt voor rekening van dit concern.
In „Groenten en Fruit" vonden we nog enkele
interessante cijfers over het gebruik van diepvries
produkten. Op het ogenblik bedraagt dit verbruik
in Europa gemiddeld 1 kg per hoofd per jaar. In
Scandinavië is dat gemiddeld Z/z kg per hoofd per
jaar en in Engeland 3 kg.
In de Verenigde Staten zien we een diepvries-
verbruik van gemiddeld 20 kg per hoofd per jaar»
De totale diepvriesproduktie van Europa ligt op
het ogenblik rond 300.000 ton per jaar en er wordt
verwacht dat omstreeks 1970 een produktie kan
worden bereikt van 1.500.000 ton per jaar. Dat zou
dus vijf keer zoveel zjjn.
WS halen hier dit alles aan omdat we zien dat
ook voor de afzet van onze Zeeuwse tuin-:
bouwprodukten de diepvriesindustric van steeds
grotere betekenis wordt en omdat het zeer belang
rijk is dat deze afzetmogelijkheid toeneemt. Vooraf
de telers die een kwaliteitsprodukt kunnen voort
brengen zullen daar de vruchten van plukken. We
zien namelijk dat de diepvriesindustrie in de eerste
plaats om deze beste kwaliteiten vraagt. Daar.
wordt dan ook wat meer voor betaald en voor de
teler kan dat juist de winst zijn.
Wanneer de ontwikkeling van de diepvriesindus
trie zich voltrekt zoals de deskundigen op het ogen
blik verwachten dan zal deze tak van de industrie
ook op de Zeeuwse veilingen nog steeds belangrij*
ker kunnen worden en wanneer wie zien hoe de ver
houding ligt tussen het gebruik van diepvriespro
dukten in Enropa en in Amerika dan zijn er inder
daad nog grote mogelijkheden. Dat hebben Nestlé
en Findus begrepen toen zij hun nieuwe combina
tie vormden. Dat heeft de directie van Unilevcc
voor ogen gehad toen zij het „Vita concern" over
nam. Dat heeft de directie van „Iglo" in ons land
in het oog nu zij zich gaat toeleggen op complete
diepvriesmaaltijden die weldra in de winkels te
koop zullen zijn. Maaltijden compleet met vlees en
groente en dan kan er tegelijk wel een bakje diep»
vriesfruit als nagerecht gekocht worden. Het wordt
steeds gemakkelijker voor de huisvrouw. Laten we
hopen dat een ieder volop zal kunnen meedoen aan
de mogelijkheden om het leven aangenamer te ma
ken en laten we hopen dat we er als tuinders mede
de vruchten van mogen plukken.
Tot de volgende week.
