uciól&&ót DE LEVENDE HOOP WAI betekent liet Paasfeest voor u persoonlijk Nu is er een hoop die bestaat „in een zekere elasticiteit des gemoeds, die VRIJDAG 20 APRIL 1962 SytHniï Léjeeuw Frankering bij abonnement: Terneuzen 50e Jaargang No. 2627 eeuuis landbouwblad „Officieel orgaan van de Maatschappij lot bevordering van Land- en Tuinbouv en Veeteelt in Zeeland' £JE kleermakers hebben hef druk gehad in deze weken. Je moest bij hen niet aankomen met wat reparatiewerkzaamheden aan oude kleren. En met de naaisters zal het ook wel zo geweest zijn. Ook al is het weer nog guur en hebben we niet veel hoop dat we het komende week-end buiten zullen kun nen zittèn, iedereen wil uitgedost kunnen zijn op z'n paasbest. Dat is zo maar een oude uitdrukking die is blij ven hangen, maar ze geeft toch nog juist aan dat ook in ons land vroeger het Paasfeest de belang rijkste van de christelijke feestdagen is geweest. .Wanneer wij nu oordelen naar de drukte die er voor gemaakt wordt, moeten we constateren dat er een verschuiving heeft plaats gevonden in de richting van het Kerstfeest. Wij vieren het Paasfeest niet meer met uitbundige blijdschap. Dat doet men in de Oosters Orthodoxe Kerk nog wel. Wie een beschrijving leest zoals het gevierd wordt in het huidige Rusland, komt daar van toch wel onder de indruk. Het bekende boek „Christus wordt weer gekruisigd", begint met die uitbundige jubel omdat het Pasen is. Wanneer wij dat in ónze westerse wereld lezen, staan we er wat vreemd en onwennig tegenover. Wij hebben 't ver leerd om het Paasfeest te vieren. ^•WEE jaar geleden heeft men uit een bepaalde kring aan zes personen gevraagd of ze er iets over Wilden zeggen wat het Paasfeest voor hen persoon lijk betekende. Die zes waren zó gekozen dat er onder hen kerkelijk meelevende mensen waren van verschillende kerken en er waren er ook onder die tot de buitenkerkelijken of randkerkelijken moesten worden gerekend. Wat betekent het Paasfeest voor u persoonlijk Dat is geen gemakkelijke vraag. Tracht voor u zelf daarop maar eens een antwoord te geven. Het zal u niet gemakkelijk zijn. Van deze zes verklaarden er twee ronduit dat, nu ze er over na hadden .gedacht, zij tot de slotsom waren gekomen dat Pasen voor hen eigenlijk niets betekende. Twee andere wilden zover niet gaan, maar ze verkeerden in een moeilijkheid wanneer ze er iets van onder woorden wilden brengen. De twee laatste hebben getracht vanuit het Evangelie iets te zeggen over de betekenis van dit feest voor henzelf. Een nog al mager resultaat dus. Wanneer er gevraagd was naar de betekenis van de lijdens- tijd, was men waarschijnlijk wat minder verlegen geweest. Toch moeten we hier wel in het oog houden dat we geen scheiding mogen maken tussen de lijdens weken en het Paasfeest. Van beide kan worden ge zegd dat zonder het een, het ander zijn betekenis verliest. Daarom zingt de kerk in de lijdenstijd reeds van het Paasfeest en in de Paasliederen grijpt zij terug naar het lijden. Kruis en opstanding vor men zulk een eenheid, dat ze niet gescheiden kun nen worden. Het gaat om „Hem, wiens sterven ons verzoende, Hem, wiens leven ons behoudt". We doen goed eens rustig te lezen wat er in de evangelieën staat over de opstanding van Christus. De discipelen wisten wel een antwoord te geven op de vraag wat het Paasfeest voor hen betekende. De opstanding van Christus heeft hun leven compleet veranderd. Na het gebeurde op de Goede Vrijdag zaten ze in doffe berusting neer, zoals wij dat ook kennen wanneer er plot seling een uit ons gezin is weggenomen. Ze moesten wel aanvaarden wat ze eigenlijk niet wilden en niet konden aanvaarden. Op het Paasfeest veren ze ineens weer op. Er komt weer perspectief in hun leven. Daarvoor is het paasevangelie ook ons gegeven, opdat wij een toekomst zouden hebben, die waarlijk toekomst is. Van die evangelieverhalen spreekt dat van de mannen uit Emmaus (Lu- kas 24) een heel duidelijke taal. Deze mannen hebben iets gehoord van de opstanding, maar hun persoonlijk doet dit niets, tot dat zij met de Opgestane zelf in aanraking komen. Als ze terug gaan naar hun dorpje geloven zij in de dode Heer. Zij hadden op Hem gehoopt. Nu hopen ze niet meer. Ook hun hoop was dood gegaan op de Goede Vrijdag. En wat is er erger dan hoop die sterft. Dan moet de mens de toekomst in als een hopeloze. waarlijk ook wel een geschenk van Gods geduld met ons mag heten". Zij geeft veerkracht aan het leven. Maar zij kan nooit op tegen de dood. Tot de mannen uit Emmaus, die een gerucht van het paasevangelie had den gehoord, begon Jezus, die zij niet herkenden „bij Mozes en bij al de pro feten en legde hun uit, wat in al de Schriften op Hem betrekking had". Zo komt er bij hen weer hoop, maar nu een andere. Wanneer al onze hoop sterft, dan pas is er ruimte voor het paasevangelie. Christus Jezus is onze hoop. Zo spreekt de Schrift van een levende hoop, een hoop die het niet behoeft af te leggen tegen de dood, want Jezus leeft en wij met Hem. Wanneer wij hiervan iets weten, is er alle reden voor een nieuw kleed, een feestkleed Hoedekenskerke S. J. M. HULSBERGEN.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1962 | | pagina 1