tuinbouw £)e verzorging van bramen
Als wij nog eens moesten beginnen
191
VOORZICHTIG MET
BESTRIJDINGSMIDDELEN
DINGEN VAN DE WEEK
ZATERDAG 2 4 FEBRUARI 1962
TIJDENS de vorstperiode van eind december j.l. lagen er in Zeeland heel wat percelen bramen
T wefkTniet afgedekt waren voor de vorst. Er zijn in die tijd vrij lage temperaturen gemeen
r elukkie heeU het niet lang geduurd met de vorst en een felle oostenwind was er ook niet bij zodat
HaMhSt mee lil vallen met de vorstschade bij bramen, wel gewettigd is. Ondertussen
de verwachting, dat het mee z* kwekers die tijdig de nodige voorzorgsmaatregelen hadden geno-
merzij Sddkengde°°skt "3 ^lefd en hef afdekmateriaal gereed dat direct bij
d° H^Th^ïXmende'wXn met het weer zal gaan weten we niet. maar waarschijnlijk
voi rol troon vnr«;f van betekenis meer te verwachten zijn. We mogen rekenen op stijgende tempera
turen en dat wi. z^gen dat de TorstteSng van de bramen verwijderd dient te worden^Wam
noov rio7o. nampinir t*p lm" bliift liggen gaan de knoppen voortijdig uitlopen, er treedt bioei op
en grote schade kan het glvolg zijn Wanneer de bedekking nog niet verwijderd is moet dat nu wel
op korte termijn gebeuren.
HAARNA kunnen we ook een begin maken met het aanbinden van de stengels. Alvorens hiertoe
D wordt overgegaan dient eerst het steunmateriaal grondig nagekeken te worden. Palen die met
best meer zSn dienen verwijderd te worden en door steviger exemplaren vervangen te worden. De
dientn van goede kwaliteit te zijn en goed strak gespannen te worden. Wanneer men het
hiermee niet zo nauw neemt zullen moeilijkheden in de oogsttijd met uitblijven De braam ontwikkel
zich tot een zwaar gewas dat veel steun nodig heeft voor de zware last die desten^ls moeten torsen.
Het aanbinden van de stengels is een werk dat niet alleen gedaan kan worden. Het handigs werkt
men wanneer één man de stengels bij de draad houdt en een ander ze er aan vast maakt. De man die
ze er bij moet houden kan dan zorgen voor een goede bescherming van de handen want da is wel
noodzakelijk. Bij het aanbinden moet met overleg worden gewerkt. Er dienen ook me t^eel sten
gels aangebonden te warden want dat geeft maar een wirwar in de zomermaanden. By een plant-
afstand van 2 m op de rij worden 5 tot 6 stengels per struik aangebonden.
(Vervolg van pag. 189)
zouden wij beslist niet gaan. Daar op de ry-rich-
ting een gesloten windscherm bezwaar kan op-
leverei» voor diverse werkzaamheden, zouden wtf
hier. afhankelijk van de lengte van het perceel, om
de 100 m een populus-Vereecken op de rij plan
ten en deze breed opkweken. Daardoor wordt door
deze maatregelen, genomen in de herfst vooraf
gaande aan het jaar waarin de bomen geplant zul
len worden, de basis gelegd om straks de factor
wind, zoveel mogelijk uit te sluiten.
In het volgend voorjaar gaan we reeds denken
aan de
GRONDBEWERKING.
DEZE begint in feite al bij het opmaken van het
plantplan. Het is zo verleidelijk om het laat
ste jaar de grond nog een keer te benutten.
Als we daar nu nog eens een keertje suikerbie
ten of aardappelen verbouwden? Het duurt, als
het goed is, weer jaren, vóór we op deze grond
weer normaal kunnen „boeren".
Dit laatste valt niet tegen te spreken, maar het
zouden wel eens duur betaalde bieten en aard
appelen kunnen zijn. De grond moet vroeg „leeg"
HE tijd van de ziektebestrijding op onze bedrij-
ven gaat weer aanbreken. Algemeen bekend
is dat we met de giftige bestrijdingsmiddelen
welke we daarbij gebruiken, niet voorzichtig ge
noeg kunnen omspringen. Toch komen er elk
jaar weer ongelukken voor, veroorzaakt door non
chalance bij het gebruik van deze middelen. Elk
ongeluk dat hierdoor plaats vindt is er een teveel.
Daarom bij het begin van het nieuwe seizoen nog
eens een dringende oproep tot een ieder die met
deze middelen gaat werken om de uiterste zorg
vuldigheid in acht te nemen. Dat wil zeggen dat
we er nauwlettend op toe zien dat er geen kinde
ren bij de bestrijdingsmiddelen kunnen komen
of andere personen die niet weten wat ze voor
handen hebben. Dat wil ook zeggen dat we er ter
dege op letten dat de bestrijdingsmiddelen zolang
we ze niet nodig hebben, achter slot en grendel
worden bewaard en wanneer we ze nodig hebben
mogen ze zeker niet onbeheerd ergens staan.
Ledige emballage dient zoveel mogelijk terug
naar de handelaar waar we de bestrijdingsmid
delen hebben gekocht, indien dit niet mogelijk
of gewenst is dienen we deze ledige emballage te
begraven of te verbranden, in elk geval moet er
voor gezorgd worden dat b.v. spelende kinderen
hiermede niet in aanraking kunnen komen.
Bij het spuiten of nevelen dienen we ook weer
te zorgen voor een goede bescherming van degene
die met het vergif moet werken. Het dragen van
een masker bij dit werk is niet prettig maar het
is noodzakelijk. Dat we bij het spuiten of nevelen
ook terdege dienen te letten op de wind en het
beschadigingsgevaar voor in de buurt gelegen ge
wassen is wel algemeen bekend maar wordt toch
nog dikwijls over het hoofd gezien.
We zullen niet uitvoerig ingaan op alles wat
er komt kijken bij het nemen van maatregelen
tegen gevaren bij het gebruik van bestrijdings
middelen. We hopen enkel dat een ieder die er
mee werken moet, overtuigd zal zijn van de ver
antwoordelijkheid welke hij in dezen heeft niet
aueen tegenover zichzelf maar vooral ook tegen
over zijn medemens die het slachtoffer zou kun
nen worden van nonchalance.
zijn en de oogst geborgen onder gunstige omstan
digheden. De risico's om het laatste jaar vóór het
planten, de structuur van de grond nadelig te be-
invloeden moeten tot het minimum beperkt wor
den. Door bijv. gerst te zaaien is dit risico te ver
waarlozen. Dit betekent ook dat wij in het najaar
al vroeg de grond kunnen bewerken. Aannemende,
dat geen bijzondere voorzieningen moeten worden
getroffen, zal deze bewerking in de meeste geval
len bestaan uit ploegen en eventueel moren.
Gaan we deze laatste bewerkingen toepassen, dan
is het wel van belang dit vroeg te doen. Globaal
kunnen wij dit stellen op begin oktober. De voor
delen aan deze werkwijze verbonden zijn:
le. De weersomstandigheden en conditie van
de grond zijn in het algemeen gunstiger dan later
in de herfst. Dat dit de struktuur van de grond
alleen maar ten goede kan komen, spreekt voor
zich.
2e. Het gezegde: met passen en meten, wordt
de meeste tijd versleten, is ook op het planten van
toepassing. Door vóór het planten, eerst de boom-
palen te plaatsen, is deze tijd niet nodig als de
bomen de grond in moeten. Door een behoorlijke
tijd vóór het planten te ploegen, hebben wij wat
speling om de palen te plaatsen, zodat wij dit kun
nen doen als de grond redelijk droog is.
3e. Als we in pas bewerkte grond moeten plan
ten kan dit moeilijkheden geven. Deze grond, die
dan erg los is, moet zich nog zetten en zakt nog
wat in. De kans op te ondiep planten is dan groot.
Ligt er een bepaalde tussenruimte tussen ploegen
en planten, is dit gevaar niet meer aanwezig.
Zijn we eenmaal zover gekomen en worden de
bomen geleverd dan kunnen wij direkt gaan
PLANTEN.
We schrijven met opzet direkt, want bedenkt wel
dat: een boom in het najaar geplant moet groeien;
een boom in het voorjaar geplant kan groeien.
Een even belangrijk punt is wel, de bomen onmid
dellijk na het planten aan de paal vast te zetten.
Hiertegen wordt nog wel eens gezondigd, waar
schijnlijk omdat men zich niet ten volle bewust is
van het belang hiervan.
SLOT.
ALS wij nog eens moesten beginnen
Hierover hebben wij onze gedachten eens
laten gaan. Daarbij uitgaande van het feit, dat dit
dan zou gebeuren onder dezelfde omstandigheden
waarop thans ons bedrijf reilt en zeilt. We heb
ben onze ervaringen, op dit bedrijf opgedaan, een
duchtig- woordje laten meespreken. Alle punten
welke van belang kunnen zijn, hebben wy in vogel
vlucht behandeld, zonder ook maar te streven naar
volledigheid.
Als we nog eens moesten beginnen, ja, dan zou
den wij het doen als in dit artikel beschreven.
Maar gelukkig, moeten we (nog) niet opnieuw be
ginnen. En als over een aantal jaren, deze vraag
ook voor ons actueel gaat worden, en we zouden
dan onze gedachten weer in een artikel verwerken,
dan is de kans zeer groot dat er heel andere din
gen op papier terecht kwamen. Dat is het risico
dat men loopt als men werkzaam is in een beroep
dat zo dynamisch is! En dit laatste is de fruit
teelt zeer zeker!
(Vervolg van 3e kolom)
We hebben misschien wel eens gedacht dat het met
de industrialisatie en o.m. ook met de vrije zaterdag
niet zo'n vaart zou lopen maar we zien dat dit wel
het geval is. Het zou onder deze omstandigheden
onverstandig zijn de ogen te sluiten voor de wer
kelijkheid. Op het probleem van de arbeidskrach
ten hopen we een volgende keer terug te komen.
Tot de volgende week.
DE VRIJE ZATERDAG
MET grote aandacht en belangstelling lezen wy
steeds het (uitstekend geredigeerde) vakblad
voor de groothandel in aardappelen, groenten en
fruit. Ook Zeeuwse problemen en vraagstukken
krijgen daarin regelmatig de aandacht. Nog maar
kort geleden lazen we dat de fruitpachters uit de
Betuwe en Utrecht in 1961 weer maar beste zaken
hebben gedaan met het goede fruit uit de moderne
Zeeuwse •bedrijven dat ze reeds vroeg in het sei
zoen op het hout hadden gepacht tegen prijzen die
toen wel hoog leken maar later zelfs laag bleken
te zijn.
Dit verpachten is een onderwerp op zichzelf dat
we b\j gelegenheid hier zeker nog wel een keer
willen behandelen omdat het ook in Zeeland van
meer betekenis gaat worden en omdat het naar
onze mening niet dient te geschieden1 door een
fruitkweker welke deze naam met ere wil dragen.
Wanneer we hierboven melding maken van het
vakblad dan is het echter niet om speciaal de aan
dacht te vestigen op het vraagstuk van de fruit-
verpachting maar wel om melding te maken van
een artikeltje van een bekend fruithandelaar en
exporteur, de heer M. van Rijn, welke wekelijks
in dit blad zijn mening geeft over vraagstukken
en problemen waarmee de handel heeft te maken.
Vorige week lazen we zeer behartenswaardige
opmerkingen over de vrije zaterdag zoals zich dat
voordoet voor de fruithandelaren.
De heer Van Rijn schreef hierover:
„De risk nee li ten (wat een woord) in ÏJmuI-
„den lieten op zaterdag de vis, ris- In onze da-
„gen van brood en spelen is het de massa vet
„spek of voedsel wegrot. De hongerwinter van
,,1945? Niemand denkt er meer aan bij ons in
„het Westen. Waarom zou men? De pakhuizen
,,en winkels barsten bijna van allemaal steeds
„lekkerder dingen. Laat ons eten en drinken
„en vrolijk zijn.
„Al dat bovenstaande is gezellig en leuk, maar
„wij uit onze branche zitten met het probleem
„van de vrye zaterdag, al leest men er zeer
„weinig over in onze vakbladen. Zolang de tuin
ders op de vroege zaterdagmorgen spullen
„blijven aanvoeren-, moeten onze mensen meest-
„al de gehele dag in touw blijven. Hun collega's
„uit andere bedrijven gaan vissen enz. Dat zet
„kwaad bloed. De weg van de minste weerstand
„is Gods water maar over Gods akker laten
„lopen err doen alsof je neus bloedt. Beter was
„het de koe bij de horens te pakken en dit pro-»
„bleem van de vrye zaterdag met de veiling-
organisaties aan te vatten, voor er conflicten
„ontstaan. Wanneer de derde wereldoorlog nog
„een poosje wegblijft, kan men er zeker van
„zyn, dat zeer binnenkort niemand van de werk
nemers meer op zaterdag wil werken, of men
„moet het met goud betalen. Zulk een gang van
„zaken trekt alles scheef en narigheid is het
„eind. Mijns inziens is het het beste op zaterdag
„niet meer te veilen. Ik ken de moeilijkheden,
„waarin daardoor vele tuinders komen te ver
deren, ik weet dat de natuur zich door ons
„mensen niet laat dwingen, maar ik weet ook
„dat men tegen de hel niet kan gapen."
Tot zover deze man uit de kringen van de fruit
handel die een vry groot gezag heeft en waarnaar
veel wordt geluisterd.
IUE hebben dit aangehaald omdat hier een prp-
bleem wordt besproken dat voor onze tuin
bouw zeer ernstig gaat worden. De vrije zaterdag
is in ons land voor een g^oot deel gemeengoed ge
worden. De ontwikkeling in deze richting is niet
te stuiten. Nu kunnen we als tuinders zeggen- dat
het in de zomermaanden op onze bedrijven onmo
gelijk is de vrije zaterdag In te voeren. Het is in
derdaad ook bijzonder moeilijk maar het kan mis
schien nog gevaarlijker zijn om „de verzenen tegen
de prikkelen" te slaan en te trachten de vrye
zaterdag in onze sector tegen te houden- Het zal
niet tegen te houden zijn
„Kom bij ons werken. Wat doe je nog langer in
de kou. Wc hebben prettig verwarmde fabrieks-
ruimten", schreeuwen de advertenties in de Zeeuw
se kranten ons tegen. De arbeiders wordt voorge
houden- dat het pendelen toch wel zeer prettige
kanten heeft. Het merendeel van onze arbeiders
weet gelukkig wel beter maar we kunnen ons toch
voorstellen dat de arbeider die de gehele dag in
een bijtende koude in de boomgaard heeft gewerkt,
toch eens even extra aandacht besteedt aan die met
raffinement opgestelde advertenties waarin als het
ware om zijn werkkracht wordt gesmeekt.
Het Ls onmogelijk in de toekomst te kijken. We
vragen ons ai zo lang af waar het heen moet maar
er is geen enkel teken dat duidt op veranderende
omstandigheden op de arbeidsmarkt, welke nog
steeds zichtbare tekenen van overspanning ver
toont. We kunnen, om met de heer Van Ryn te
spreken, doen alsof onze neus bloedt, maar daar
mee zullen- we het toch niet redden. Als tuinbouw
zullen wc moeten concurreren op de arbeidsmarkt
met de industrie. Onze tuinbouw stelt speciale
eisen aan de mensen die er in werken. Daar zullen
we dan ook w erkelijk rekening mee moeten houden
door niet in 1962 te leven alsof het nog 1937 was.
(Zie verder 2e kolom onderaan),