T
U
I
IV
II
O
u
w
Contractteelt erwten en bonen
voor conservenindustrie
DE ZEEUWSE TUINBOUW IN 1961
6
Ontwikkelingsdag Zeeuwse fruitteelt
ZEEUWS LANDBOUWBLAD
DE contractteelt van tuinbouwgewassen voor de industrie
is een onderwerp dat de laatste tijd in het middelpunt
van de belangstelling staat bij de organisaties welke de
belangen van de tuinbouw behartigen. Aanleiding hiertoe
is de sterk vergrote belangstelling van de zijde der con-
servenfabrieken om contracten af te sluiten ter voorziening
in haar grondstoffenbehoefte en-de mogelijkheid om deze
contracten onder te brengen op het specifieke akkerbouw
bedrijf dus buiten de kring van de erkende groentekwekers.
Juist voor de Kerstdagen hebben wij in Roosendaal een
dag bijgewoond, welke werd georganiseerd door de Peul
vruchten studie-combinatie, waarop de contractteelt van
peulvruchten voor de conservenindustrie aan de orde is ge
weest.
Op die dag zijn we toch wel van enkele dingen onder de
indruk gekomen. In de eerste plaats van de bijzonder grote
opkomst, waaruit bleek dat bedoelde contractteelt een zaak
is die leeft bij de grondgebruikers. In de tweede plaats
kwamen we onder de indruk van de omvang, welke deze
contractteelt in bepaalde delen van het land reeds heeft
genomen en in de derde plaats waren we dat van de stellig
heid waarmede de fabrikanten overtuigd zijn van het feit,
dat de teelt van produkten als spinazie, erwten en bonen
een zaak wordt voor het akkerbouwbedrijf. Daarom is het
goed aandacht te schenken aan deze ontwikkeling ook in
dit blad, dat zowel voor de akkerbouwers als voor de speci
fieke groentekwekers bestemd is. Vooral uit West-Brabant
waren veel akkerbouwers gekomen om te horen wat er
werd gezegd over de teelten die op hun bedrijf van grote
betekenis zijn geworden.
CONSERVENERWTEN
HOE groot die betekenis is, hoorden we uit de
mond van ir. L. J. P. Kupers, rijkslandbouw-
consulent te Zevenbergen, die hierover een inlei
ding hield. Uiteraard behandelde ir. Kupers daar
bij de betekenis van de teelt voor West Brabant.
Met name de teelt van doperwten voor de con-
servenfabriek is in dit gebied van zeer groot be
lang. Spreker vertelde, dat er het afgelopen seizoen
in West Brabant 2180 ha conservenerwien werden
geteeld, wat 65 was van alle erwten die er groei
den in dit gebied. Hieruit blijkt dus wel dat de
teelt van droge landbouwerwten in dit specifieke
landbouwgebied van steeds minder betekenis wordt.
Verder werden er in dit seizoen in West Brabant
op contract geteeld 190 ha voorjaarsspinazie, 90 ha
herfstspinazie, 500 ha stamsla-bonen, waarvan 350
ha op akkerbouwbedrijven; voorts 150 ha tuin
bonen en 50 ha spruiten.
Deze cijfers geven een zeer duidelijk beeld van
de grote omvang, die de teelt van tuinbouwproduk-
ten voor de industrie op de akkerbouwbedrijven in
West Brabant heeft genomen.
We hebben echter ook begrepen dat de boeren
daar nu niet bepaald reden hebben om te juichen
over deze contractteelt want in de discussie kwam
o.m. naar voren dat een landbouwer was begonnen
om erwten op contract te telen voor de fabriek
tegen een prijs van 16 cent per kg. Dit seizoen had
hij nog 12 cent Per kg gekregen en nu werd er
11 Vo cent per kg geboden voor het volgende sei
zoen. Dat was het gevolg van de wet van vraag
en aanbod, die ook hier de prijs bepaalt, en zo
doende het resultaat dat de akkerbouwer kan be
halen.
De landbouwer, die zich over deze zaak in de
discussie mengde, zag als oplossing het zelf ter
hand nemen van de verwerking van bedoelde pro
dukten op een manier, zoals dat ook met de sui
kerbieten is gebeurd.
Persoonlijk betwijfelen wij of hierin de oplossing
van de moeilijkheden van de prijs wel ligt. We
hebben niet zoveel vertrouwen in de mogelijk
heden om coöperatief groenten en fruit te gaan
verwerken. Niet omdat wij de coöperatieve gedach
te verwerpen, integendeel wij zijn er van overtuigd
dat er langs die weg reeds veel is bereikt kunnen
worden voor onze land- en tuinbouw en niet ge
noeg kunnen we deze gedachte steunen.
We kennen echter de situatie op het gebied van
Gaarne willen wij in deze rubriek melding maken
van de ontwikkelingsdag voor de Zeeuwse fruit
teelt, welke op vrijdag 12 januari a.s. gehouden zal
worden te Goes.
Ook dit jaar is men er weer in geslaagd om een
aantrekkelijk programma samen te stellen voor
deze t oogdag der Zeeuwse fruitkwekers.
's Morgens is er een show van machines en an
dere benodigdheden voor het tuinbouwbedrijf. Deze
wordt gehouden in zaal Krijger. Ze wordt geopend
om 9 uur.
De middag bijeen komst wordt gehouden in „De
Prins van Oranje". Deze begint om half twee. Na
liet openingswoord door de voorzitter spreekt dr.
W. H. Kemmers van liet Centraal Bureau van de
Tuinbouwveilingen in Nederland over „Recente
ontwikkelingen in de afzet van fruit."
De heer P. A. Spoor, verbonden aan het L. E. I.
in Den Haag, spreekt over „Het nieuwe fruitbe-
drijf".
Na elke lezing is er gelegenheid voor discussie,
terwijl aan het eind van de middag de Zeeuwse
Kijkstuinbouweonsulent ir. -ï. J. van Hennik een
samenvatting zal geven van het besprokene.
de conservenindustrie zeer goed en wanneer we
zien welk een geweldige concurrentie daar bestaat
dan kunnen we zeker niet spreken van een machts
concentratie welke nadelig zou kunnen zijn voor
de afzet van onze produkten. We geloven echter
dat de moeilijkheden bij de prijsvorming van de
contra et-teelten op het landbouwbedrijf zitten in het
feit dat er te weinig overleg en eensgezindheid is
hij de telers onderling. Zij gaan ieder op eigen ge
legenheid over tot het afslniten van contracten en
hebben geen enkele afspraak of onderlinge over
eenkomst. Op dit punt zou er verbetering moeten
komen. Wat dat betreft heeft de tuinbouw in liaar
veilingen een machtig afzetapparaat, want. daar
vindt een verantwoorde prijsvorming plaats. Ook
op het geliied van de contractteelt worden de vei
lingen (gelukkig) steeds meer aktief en we ge
loven dat ze hier ook een grote taak hebben. Wij
vragen ons af of de akkerbouwers, die de groenten
voor de fabriek gaan telen, er niet, verstandig aan
zouden doen hiervoor ook de veiling als bemidde
lend orgaan te kiezen.
In elk geval ligt hier een vraagstuk van grote
betekenis waarop ook de standorganisaties zich ter
dege dienen te bezinnen. De Z. L. M. schenkt hier
reeds haar volle aandacht aan.*Red.) Wanneer we
de situatie in West Brabant zien, dan is hier reeds
sprake van een geweldige ontwikkeling en dat kan
ook in Zeeland zo komen.
DE FINANCIËLE RESULTATEN
UITERAARD is echter ook zeer belangrijk wat
de netto-opbrengst, van bedoelde produkten is
voor de teler. Uiteindelijk gaat het daar immers
om. Het Rijkslandbouwconsulentschap in Zeven
bergen had hierover aantekeningen gemaakt naar
aanleiding van gedane onderzoeken.
Hierbij had men gerst als vergelijking genomen.
Bij de cijfers is uitgegaan van een saldo welk be
drag aangeeft de bruto financiële opbrengst ver
minderd met de direkte kosten. Voor gerst bij een
produktie van 4000 kg per ha tegen 30 cent per kg
kwam men dit jaar in West Brabant aan een saldo
van 730; gerst tegen 4500 kg per ha en een prijs
van 30 cent gaf een saldo van 933 en tegen 27
cent per kg kwam men aan een saldo van 800 bij
4500 kg.
Bij oonservenerwten kwam men aan een bruto
gemiddelde opbrengst van 1530 per ha. De direk
te kosten waren 585 per ha, dus een saldo van
945.
Droge groene erwten bij een produktie van 4000
kg per ha en een prijs van 33 rent per kg gaven
een saldo van 795.
Hieruit blijkt dus wel, dat de conservenerwten
beslist niet zo veel meer opbrengen dan gerst en
zeker moeten ze niet vergeleken worden met tarwe.
Ir. Kupers was echter van oordeel dat conserven
erwten vergeleken dienen te worden met gerst om
dat er op het akkerbouwbedrijf een streven is om
te komen tot de teelt van minder intensieve ge
wassen. Daarbij is het eenmaal niet mogelijk om
alles op de kaart van de granen te zetten, want
dan komen er problemen bij de organisatie van
de oogst.
De oogst van conservenerwten valt wat vroeger
dan de graanoogst en bij de erwtenteelt worden de
problemen rond de graanoogst wat eenvoudiger.
Bovendien heeft rnen bij de conservenerwten de
mogelijkheid van een nateelt van b.v. spinazie,
stamslabonen, spruiten en' zelfs wel van aardappe
len. Ook kan er na de erwten met succes een
groenbemester worden ingezaaid.
De financiële opbrengst van conservenerwten is
de laatste jaren beter dan van de droge erwten,
terwijl de laatste bovendien nog geruiterd moeten
worden en afgedorst.
LEES HET TE TEKENEN CONTRACT
GOED DOOR
EEN nadeel is, dat er wel eens minder goede kwa
liteit wordt geleverd, en ook blijkt dat er nog
al eens bezwaren aan de contracten kleven waar
door de boer niet weet waar hij aan toe is en
teleurstellingen niet uitblijven. Daarom deed ir.
Kupers ook een dringend beroep op de boeren om
de contracten toch vooral goed te lezen en wij
zouden daar aan willen toevoegen dat ook de stand-
organisatie bij de contractbeoordeling goed werk
kan doen, terwijl de veilingorganisatie er haar des
kundigen voor heeft. Maar dan moeten de contrac
ten ook via de veiling worden afgesloten. Daar
over hebben wij echter op de contraetteeltdag in
Roosendaal geen woord gehoord. Niettemin lijkt
het ons een aangelegenheid die ten volle de aan
dacht verdient, zeker ook voor Zeeland, waar, als
de situatie blijft zoals ze nu is, ook de contract
teelt voor de conservenfabriek op het akkerbouw
bedrijf steeds belangrijker zal worden.
MECHANISATIE.
OP bedoelde bijeenkomst hebben wij ook gezien
en gehoord over de machines waarmede thans
reeds wordt gewerkt om de erwten te oogsten.
Alles is hierbij gemechaniseerd waardoor het ook
mogelijk is geworden deze teelt van het groente
bedrijf te verplaatsen naar het akkerbouw bedrijf.
Met de stamslabonen gaat het dezelfde kant op.
De veredelaars zoeken naar een ras dat gelijk
matig rijpt, waardoor de bonen allemaal tegelijk
de gewenste grootte hebben. Dan kan de bonen-
plukmachine alles in één keer oogsten. Het ras
voldoet aan deze eisen, is reeds gevonden en de
bonenplukmachinc is reeds enkele jaren in bedrijf
en aan de vervolmaking daarvan wordt hard ge
werkt. De Nederlandse conservenfabrieken stre
ven naar een sterke expansie en daarbij hebben zij
de bovengenoemde produkten nodig en daarom
twijfelen de fabrikanten, die wij in Roosendaal
spraken er ook niet aan of de stamslaboon zal net
zo goed een produkt van het akkerbouwbedrijf
worden als de doperwt dat reeds is.
Wanneer de bonenplukmachine nog verder is ver
beterd (en er wordt hard aan gewerkt) dan zal het
zover zijn. Dan zal ook de tijd van de bonenpluk
met de hand voor de fabriek tot het verleden gaan
behoren. Of de teelt van stamslabonen op het tuin
bouwbedrijf dan helemaal zal verdwijnen valt op
het ogenblik niet te beoordelen. Zeker is evenwel
dat we staan voor een periode die veranderingen
zal brengen.
DE FABRIKANT.
OVER de vraag wat de fabrikant verwacht van
de contractteler heeft de heer L. C. West-
strate, direkeur van Zwanenbergs Conservenfa
brieken te Oss, in Roosendaal gesproken. Deze
heeft er de nadruk op gelegd dat de fabrikant in
de eerste plaats verwacht dat de contractant zich
zal houden aan de voorwaarden van het contract.
De rassenkeuze is erg belangrijk, maar voor de op
brengst speelt ook de kwaliteit van het zaaizaad
een grote rol. Ook de verzorging van het gewas
verdient de volle aandacht, want met name bij
erwten worden er zware eisen gesteld aan de on-
kruidbestrijding. Zaden van onkruiden kunnen zeer
grote moeilijkheden geven bij de verwerking.
Tenslotte heeft de heer Weststrate ook nog eens
nadrukkelijk onderstreept dat de industrie op het
standpunt staat dat zij volledige vrijheid moet heb
ben om haar produkten te laten telen waar zij wil,
tegen prijzen die zij wil betalen.
Wij zijn vrij uitvoerig op deze materie ingegaan
omdat het hier een zaak betreft die ook voor de
Zeeuwse akkerbouw van het grootste belang is en
ook de tuinders zullen er goed aan doen fiiet zon
der meer aan deze ontwikkeling voorbij te gaan.
IN ons Kerstnummer heeft u een vrij uitvoerig overzicht kunnen lezen over de gang van zaken bij
de Zuid-Bevelandse fruitveilingen in 1961. We zijn in de heer Noordhoek dankbaar voor het samen
stellen van dit overzicht. Uiteraard ging het hierbij om de fruitprodukten.
We hadden ook graag een overzicht gegeven van de groente-aanvoer op de Zeeuwse veilingen, maar
dat bleek nog al wat moeilijkheden te geven omdat niet nu reeds overal de gegevens hierover beschik
baar waren. Dc cijfers, welke wij wel reeds ontvingen, laten zien dat de groenteteelt voor Zeeland
steeds belangrijker gaat worden. Met name in het gebied van de veiling in Krabbendijke werd vrij
veel knolselderie geteeld, die via de veiling werd ingeschreven. In het gebied van Kapelle-Biezelinge
kwam de augurkenteelt op gang, terwijl voorts Zeeland toch ook een zeer belangrijk produktiegebied
is van dubbele princessebonen, want hiervan werden er toch enkel op de Zuid-Bevelandse veilingen ook
ruim IV2 miljoen kg aangevoerd. De middenprijs van de dubbele princessebonen lag dit jaar op de
Zuid-Bevelandse veilingen rond 60 cent per kg. Dat was ongeveer 5 cent per kg boven de prijs van
1960.