Alqctncnt Vevgcsclemaag Jer %.-«£•
OPENINGSREDE
949
van de heer Ir. M. A. Geuze, voorzitter van de Zeeuwse
Landbouw Maatsehapppij, uitgesproken op de Alg. Vergadering
op maandag 18 december 1961 te Middelburg
Beter akkerbouwklimaat gewenst
Mogelijkheden graanverbouw voor
Z. W. kleigebied aanwezig
Afzet- en concentratieproblemen
Engeland en E. E. C. - „Alle beetjes
helpen"
HHMHKFiyl
Omstreeks 1830 moet de één miljardste be
woner van onze aardbol zijn entrée gemaakt heb
ben. 100 jaar later was de wereldbevolking ver
dubbeld. Doch nu, 30 jaar later, naderen we reeds
de 3 miljard bewoners, terwijl de voorspelling is
dat over 40 jaar, dus in het jaar 2000, ten opzichte
van nu wederom meer dan een verdubbeling zal
zijn ingetreden en het vermoedelijk aantal perso
nen zal zijn gestegen tot liefst 6,3 miljard. Deze
versnelde bevolkingsgroei is, zoals we allen we]
weten, een gevolg van de sterftedaling, waarbij
vooral de zuigelingensterfte is teruggedrongen.
Vroeger werden de mensen ook oud; nu zijn er
echter meer oude mensen. Iemand, die in Europa
in 1870 geboren werd, kon een gemiddelde levens
verwachting van 37 jaar koesteren; een in 1955
Europees-geborene had die termijn teruggevonden
tot 67 jaar gestegen. In Nederland bedraagt de
gemiddelde levensverwachting thans ongeveer 71
jaren; in India echter slechts 32 jaren.
IN deze bevolkingssituatie rapporteert de landbouw- en voedselorganisatie der Verenigde Naties
F. A. O. per 1 oktober j.l. omtrent de wereldlandbouw- en voedselpositie dat er enerzijds in de
produktiesektor sprake is van overvloed, en anderzijds in de konsumptiesektor van ondervoeding. Over
de verslagperiode deden zich grote wijzigingen voor in de voorraden voergraan, boter en suiker. De
tarwövoorraad, welke een min of meer konstant peil bereikt leek te hebben, liep nog op. We merken
hierbij op dat thans een teruggang verwacht wordt. Koffie en cacao dreigden de lijst van overschotten
aan te vullen. Ten aanzien van dit punt plaatsen we de kanttekening dat men bij een te overvloedige
produktie in de industrie spreekt over voorraadvorming, -in de landbouw daarentegen van overschotten.
Een uitzonderlijk grote voorraad, zoals bij tarwe nu al jaren boven de markt hangt, is inderdaad goed
gekarakteriseerd als overschot. Een voorraad suiker echter zoals b.v. in West-Duitsland geproduceerd
in 1960, welke torenhoog boven de in het binnenland nodige jaarhoe veelheid was gelegen, is echter
ten gevolge van een slechte bietenoogst daar in dit jaar als sneeuw voor de zon verdwenen en niet
eens de normale stock zal overblijven. Het F. A. O.-verslag behandelt ook de verhouding tussen het
aanbod van voedingsmiddelen en het verbruik en wijst er dan op dat de grootste verbeteringen zich
hebben voltrokken in die delen van de wereld, waar het voedingspeil reeds redelijk genoemd kan wor
den. Daarentegen dreigt de achterstand in de gebieden met een slecht voedingspeil nog groter te wor
den. Structureel vertoont de wereldmarkt voor landbouwprodukten grote wijzigingen tengevolge van
uitbreiding van importen door' Sowjet-Rusland en Rood-China. Beide landen zijn de belangrijkste im
porteurs van suiker geworden sedert het doorsnijden van de ekonomische banden tussen Cuba en de
Verenigde Staten. Bovendien heeft Communistisch China wegens mislukte oogsten grote termijnaan
kopen tot 1963 van tarwe en gerst verricht in Canada en Australië.
De nieuwe garantieprijzen ak
kerbouw 1962 op pag. 951
Zie ook onze Kerstpuzzel op pag. 963
i 'r-ffliim tin ii m
ACHTERSTAND AGRARISCH INKOMEN
IN vele landen vertoont het agrarisch inkomen
een langzamer groei dan het nationale inkomen,
een verschijnsel waarvan we ook in Nederland
weten mee te praten. Het F. A. O.-rapport noemt
als drie oorzaken van dit verschijnsel
a. afnemende elasticiteit in de vraag naar voe
dingsmiddelen bij stijgende inkomsten;
b. het ingewikkelder en duurder worden van de
industriële be- en verwerking van het afzet-
apparaat;
c. de voortdurende kostenstijging van benodigd
heden die de andere sektoren aan de landbouw
leveren in verhouding tot de waarde van de
landbouwproduktie.
Met eenvoudige voorbeelden valt aan te tonen,
dat ons land evenmin buiten de sfeer van de hier
genoemde drie oorzaken valt. Afnemende elastici
teit in de vraag naar voedingsmiddelen in landen
waar de welvaart stijgt, ondervinden wij o.a. in de
sektoren broodgraan, peulvruchten en* aardappelen.
Daarentegen vinden luxueuze produkten, b.v. vlees,
bepaalde groenten en fruit dan meer aftrek. Daar
bij schijnt zich thans in Nederland een zeer
gelukkig verschijnsel ook gevoegd te hebben
boter, waarvan de konsumptie in de eerste helft
van het jaar 1960 per hoofd van de bevolking 1,82
kg bedroeg en in dè eerste helft van het jaar 1961
2,63 kg, ergo op jaarbasis een stijging van 3,64
tot 5,26 kg. De konsumptie van margarine liep
over diezelfde periode, eveneens per hoofd, terug
van 10,55 kg tot 10,09 kg. In verband met de#Plan-
ta-affaire zullen deze cijfers nog niet gestabiliseerd
zijn, doch wij hebben moed dat de boter in een
welvaartsgroei een gezochter artikel zal worden.
HET ingewikkelder en duurder worden van de
industriële be- en verwerking uit zich o.a. in
de verschuiving van bepaalde produkties naar ver-
edelder soorten en kwaliteiten, terwijl het afzet-
apparaat gelukkig niet door een toeneming van het
aantal tussenschakels, maar wel door een prijsstij
ging van de diverse schakels in het apparaat wordt
gekenmerkt. We hebben allemaal nog wel de tijd
gekend dat onze aardappels voor 50 meer dan
de af-boerderijprijs in de stad te koop waren. Nu
is dat konsumptieprijs peil vaak gestegen tot het
dubbele van de af-boerderijprijs.
De voortdurende kostenstijging yan benodigd
heden, die de andere sektoren aan de landbouw
léveren in verhouding tot de waarde van de land
bouwproduktie, is tenslotte ook in Nederland heel
gemakkelijk te illustreren aan de hand van de
kosten-indexcijfers van landbouwbenodigdheden
voor
1955 117 1959 140
1956 125 1960 145
1957 131 sept. 1961 149
1958 137
De indexcijfers van de prijzen voor landbouw
produkten af-bedrijf vertonen echter een ander
beeld n.l.
Akkerbouw- Veehouderij-
gëwassen produkten Gemiddeld
1959 104; 1960 106 99 100
Wel vaartsafstand
WANNEER wij problemen als deze, waarmee
onze eigen sektor en ons eigen landje wor
stelt wederom projecteren op 't scherm der werejef,
dan moet de overeenstemming met de problema
tiek der mondiale situatie opvallen. De politieke
worsteling der wereldmachten berust niet alleen
op tegenstellingen tussen ideologieën en systemen
of op tegenstellingen tussen rassen en sentimen
ten, doch overheersend speelt in dit alles mee de
materiële differentiatie. Eenvoudiger gezegd een
sleutelpositie in het politieke wereldgebeuren wordt
ingenomen door de enorme welvaartsverschillen,
welke het wereldbeeld vertoont. En de klem, waar
in de mensheid gevangen zit, is het feit dat het
leven alleen achterwaarts begrepen kan worden,
terwijl het voorwaarts geleefd moet worden. De
Nederlandse Minister van Ekonomische Zaken
heeft omtrent de problematiek van de onderont
wikkelde gebieden onlangs wijze beschouwingen
gepubliceerd.
Ondanks omvangrijke hulpprogramma's blijft de
welvaartsafstand, gemeten naar het nationale in-
[(Zie verder pagina 951.)!