De snoei van bessen De snoei der belangrijkste appelrassen 918 ZEEUWS LANDBOUWBLAD ^yANNEER we deze week in het bijzonder stilstaan bij de snoei op onze fruitbedrijven en bij alles wat daar mee samenhangt, dan mogen we zeker ook de bessensnoei niet onverméld laten. In de eerste plaats immers is de bessenteelt in Zeeland van grote betekenis en speciaal denken we dan aan rode en zwarte bessen. Verder valt het op dat er op verschillende bedrijven nog al wat man keert aan de bessensnoei. Nu moeten we voorop stellen dat we ook hierbij niet uitvoerig kunnen ingaan op de elementaire ken nis van het snoeien. Zoals we ook reeds opmerkten in het artikel over de snoei van vruchtbomen is dit een werk dat een grote mate van kennis en inzicht vereist. Van grote betekenis is dat de snoeier op de hoogte is met de eigenschappen van de struik die hij onder handen gaat nemen en dat hij weet wat de betekenis is van de verschillende twijgen aan die struik. KODE BESSEN AAN DRAAD IYE laatste jaren zijn er in Zeeland veel rode bessen aan draad geplant. Ten aanzien van de .meeste gewenste snoeimethode bij deze teelt heerst nog steeds verschil van mening. We kennen de zg. korte" en de „lange" vruchthoutsnoei. Elke bessenteler zal wel weten wat hiermee wordt be doeld. Er zijn telers van bessen aan draad die zwe ren bij de korte v^chthoutsnoei en anderen wil len er niets van weten en houden het op de lange vruchthoutsnoei. De ervaringen welke met de verschillende snoei- methoden tot op heden zijn opgedaan zijn nog te onzeker om een vaststaand advies te kunnen geven. Er zijn echter wel aanwijzingen dat bij toe passing van de lange vruchthoutsnoei, de produk- tie wordt verhoogd, vooral wanneer men een rui me plantafstand heeft. Er is dan ook iets te zeggen voor de snoei methode op verschillende percelen bessen aan draad. Bij de korte vruchthoutsnoei zien we dikwijls dat de vruchten zeer dicht op elkaar zitten en dat kan moeilijkheden geven. We herhalen echter dat het van bedrijf tot be drijf anders kan liggen maar wanneer men inzicht heeft in de groeimogelijkheden van de aanplant en rekening houdt met de plantafstand, kan men toch wel een verantwoorde snoei-keus maken. BESSENSTRUIKEN (rood) UJE begonnen met te zeggen dat er plaatselijk wel wat mankeert aan de snoei van de rode bessen. Wanneer men hierbij echter ook maar weer voor ogen houdt welke eisen de struik en het ras stellen dan zal men zeker ook een verantwoor de snoei kunnen toepassen. Er is een tijd geweest dat men bij de rode bes sen de korte snoei toepaste omdat men van, mening was dat deze hoofdzakelijk droegen op het kortlot, dus op de spoortjes op het oude hout. De laatste jaren is men er echter wel achter ge komen dat de meeste rode bessenrassen de mooi ste trossen geven op de krachtige éénjarige twij gen, dus op het langlot. Daarom is men meer overgegaan op de lange snoei. Beide snoeimethoden, de korte en de lange snoei, hebben hun voor- en nadelen die we hier zullen weergeven. Bij de korte snoei snoeien we de gesleltakken steeds in op een bepaald aantal ogen, al naar ge lang de groeikracht van de struik. De sterk groei ende struiken worden dus lang gesnoeid (meestal zijn dat de jonge struiken). Zwak groeiende strui ken worden wat korter gesnoeid, b.v. op 3 tot 5 ogen. Men zal zoveel gesteltakken laten staan als men gebruiken kan en de gehele snoei is er op gericht het kort lot voldoende licht te verschaffen. Een voordeel van deze snoeimethode is dat de bessen zich gemakkelijk laten plukken en de kwa liteit van de vruchten wordt er ook gunstiger door beïnvloed maar er staat tegenover dat het enkele jaren duurt voor een bessenstruik in volle pro- duktie is. DIJ de lange snoei gaat men hoofdzakelijk over tot het uitdunnen van de struik op een zoda nige wijze dat de gesteltakken voldoende licht ont vangen. Bij het ras Prolific moeten we overigens wel voorzichtig zijn bij deze snoei want dit ras groeit slap op en wanneer men niet voldoende in kort kan het nodig zijn de scheuten op te binden wat overigens ook een onbegonnen werk is. Het is een gemakkelijke snoeimethode die bo vendien tot gevolg heeft dat de struik in enkele jaren in volle produktie is en waarbij men er voor moet zorgen dat men er door de grondscheuten een goede groei in houdt. De lange snoei van rode bessen zal veel vlugger opschieten dan de korte snoei. Verder gaat men vanzelfsprekend bij de rode bessen-snoei ook al het dode en zieke hout afknippen en ook de grond- scheuten die niet nodig zijn voor het komende jaar worden zo diep mogelijk weggeknipt. Naast de twee snoeimethoden van rode bessen welke we noemden, kennen we ook nog de z.g. vervangingssnoei. Daarbij worden de gesteltakken steeds teruggesnoeid op flink ontwikkelde zijtwij gen en voor de rest wordt de uitdunningssnoei van het lang- en kortlot toegepast. Hierdoor heeft men steeds behoorlijke struiken die bevredigende oog sten kunnen geven. Bij het ras Fays Prolific kennen we de beruchte knoploosheid, wat een erfelijkheidskwestie is. Bij de snoei moet hierop zeker worden gelet en wan neer het heel erg is met de aantasting dient men de betreffende struiken te rooien omdat er dan weinig meer ten goede te veranderen is. ZWARTE BESSEN TUANNEER zwarte bessen gesnoeid moeten worden dienen we ons weer voor ogen te houden wat het doel is van de teelt, namelijk te oogsten van grote trossen en vruchten die gemak kelijk geplukt kunnen worden. Wanneer we nu weten dat de mooiste vruchten groeien op de een jarige twijgen dan is wel duidelijk dat we bij de snoei van de zwarte bessen moeten denken in de richting van het uitdunnen van de struik omdat we langloten moeten hebben die vruchten dragen en die moeten een zo gunstig mogelijke plaats in nemen. Bij de zwarte bessen zullen we steeds tij dig de nodige vervangers moeten hebben om zo doende een struik te houden die een k.waliteits- produkt levert. Wanneer we zwarte bessen telen moeten we er voor trachten te zorgen dat we steeds om de drie of vier jaar de struik verjongen door de grondscheuten een kans te geven. Wan neer de snoei goed wordt toegepast kan dat proces steeds voortgang vinden zonder dat er een produk- tie-verlies ontstaat al moeten we uiteraard ook zeggen dat we bij de zwarte bessen nog al wat teleurstellingen kennen door zieke struiken. Overi gens vinden we het voor de zwarte bessen altijd nog ideaal dat de zomersnoei wordt toegepast maar we weten ook dat dit voor vele fruitkwekers een vrome wens is omdat ze eenvoudig er niet aan toe komen in de zomermaanden. Samenvattend kunnen we van de snoei van de zwarte bes dus opmerken dat het hier gaat om het uitdunnen van de struik en het kansen geven aan de krachtige, jonge twijgen, daarbij voor ogen houdend dat steeds vernieuwing noodzakelijk is om een optimale produktie te verkrijgen. OVER de snoei van kruisbessen tenslotte behoe ven we niet uitvoerig te schrijven omdat deze teelt van steeds minder betekenis wordt in Zee land. De kruisbes draagt zowel op lang als op kort lot. Ruim snoeien is niet noodzakelijk bij de kruis bes omdat het in de eerste plaats komt op de kilo- opbrengst bij de teelt zoals we die in Zeeland ken nen. We zijn er van overtuigd lang niet volledig te zijn geweest in dit artikel over de bessensnoei. Het doel er van was slechts een algemeen inzicht te geven in deze werkzaamheden welke in de zo mer uitgevoerd kunnen worden maar over het al gemeen in deze weken aan de orde komen omdat er eerder geen tijd voor was. UORIGE week hebben we enkele algemene opmerkingen gemaakt over de snoei van onze vruchtbomen en de invloed van deze noodzakelijke cultuurzorg op kwaliteit en produktie. Zoals toegezegd, willen we deze week nader ingaan op de snoeimethode van enkele van onze bekendste appelrassen. Uiteraard zullen we ook hier bij ons weer moeten beperken tot een algêmene benadering van het snoeiprobleem omdat er verschillende inzichten zijn, maar het geheel van handelingen welke we uitvoeren bij de snoei moet er toch toe bijdragen invloed uit te oefenen op groei en vruchtbaarheid van de boom en daarom is er toch weer wel een algemene lijn te ontdekken. WANNEER we hier onze belangrijkste appel- rassen behandelen moeten we wel beginnen bij de Golden Delicious want dit ras is hard op weg om de belangrijkste plaats in te nemen in het Zeeuwse fruitsortiment. Het is ook juist dit ras dat het meer nog dan alle andere van ons sorti ment moet hebben van grote vruchten met een mooie kleur en daar kunnen we bij de snoei veel aan doen. Bij de Golden Delicious moeten we flinke ingrepen durven toepassen als het nodig is. Vooral wanneer de bomen niet zo jong meer zijn maar wel zeer grote opbrengsten geven, moet de snoeischaar de kwaliteit aanbrengen. Midden in de boom hebben we meestal de kleinste appels en daar blijven ze ook groen en dat kunnen we bij de Golden Delicious niet hebben. We zullen hierbij vooral de vervangingssnoei moeten toepassen. Het vruchthout snoeien we dan terug tot op een nieuwe twijg. De boom blijft hierdoor in goede conditie en de kwaliteit en grootte van de vruchten zal beter worden. Het kan soms nodig zijn bij de Golden Delicious drastisch in te grijpen, maar dat mag dan beslist niet worden nagelaten, want teveel hout verwijderen we daarom tot aan de harttak .den in de boom is funest voor de kwaliteit. De snoei van Golden Delic-ious zal dus aangepast moe ten worden aan de ervaringen welke men met de boom in het afgelopen jaar heeft gehad. Te zwaar houd verwijderen we daarom tot aan de harttak van de boom en in het vruchthout passen we een sterke vervangingssnoei toe. UEN ander ras, dat bij de snoei de speciale aan- dacht verdient, is de Jonathan. Ook hierbij passen we de vervangingssnoei toe, dat wil zeggen dat we veel fijn hout wegsnoeien. Belangrijk bij dit ras is dat we de draagtakken voldoende kort terugsnoeien, want de Jonathan is een slappe groeier. Verder zorgen we ook bij dit ras, dat het licht voldoende in de boom kan en desnoods nemen we hiervoor radicale maatregelen. Verder moeten we bij de snoei van Jonathan in het bijzonder let ten op de meeldauw, welke bij dit ras zulk een geweldige plaag kan zijn. Met name de eindknop- pen knippen we weg in verband met die aantas ting door meeldauw. Reeds nu begint cle bestrij ding van deze gevreesde plaag die vooral bij onze Jonathan maar al te veel voor komt. Een moeilijk ras om te snoeien is de Cox's Orange Pippin. Dit ras stelt heel andere voor waarden dan b.v. de Golden Delicious en over het algemeen zullen we hier ook niet zo rigoureus moeten ingrijpen als bij de eerder genoemde ras sen. Bij de Cox's Orange Pippin zouden we bij voor keur een lange snoei willen toepassen en verder zullen we de vruchtbaarheid van dit ras moeten bevorderen door uit te buigen. Voor de vruchtzet ting is dat beter en daar zullen we bij de snoei steeds aan moeten denken. Algemeen gesteld kan opgemerkt worden, dat bij de James Grieve de nadruk gelegd moet wor den op een korte snoei en dat vooral ook een goede bekleding van de harttak belangrijk is. Bij de James Grieve is verder belangrijk, dat de hart tak vrij kan opgroeien. TENSLOTTE nog dit: Bij de snoei van-onze vruchtbomen houden we steeds voor ogen, dat voor het oogsten van een goede kwaliteit de belichting van zeer grote betekenis is. De gestel of vruchttakken moeten daarom een ruime stand hebben ten opzichte van elkaar. Deze dienen over het algemeen goed bekleed te zijn met fijn hout. Verder gaan we er bij de snoei van uit, dat de harttak en de gesteltakken zo goed mogelijk ver deeld dienen te liggen. Vooral is belangrijk dat ze elkaar niet belemmeren bij de groei en daarom laten we ze bij de opkweek van onze jonge bomen bij voorkeur niet te dicht bij elkaar ontspringen-. Op vele Zeeuwse bedrijven maakt de laatste jaren de spil een grote opgang. Bij de snoei hier van moet men altijd voor ogen houden dat de harttak het belangrijkste onderdeel van de spil is en de vraag of deze sterk of zwak moet zijn hangt nauw samen met de plantafstand die is aangehou den. Hoe wijder men heeft geplant hoe breder de spil kan worden. Zeer belangrijk bij de vorming van de spil is dat er een goede verdeling bestaat tussen de twee tot vier zware takken die de spil heeft. Er komen in onze boomgaarden nog steeds spillen voor met, teveel zwaar hout en dat is jam mer, want op latere leeftijd zullen de bomen hier van de nadelige gevolgen ondervinden. Als de bomen jong zijn dan lijkt dat allemaal nog niet zo erg maar later komen toch de teleurstellingen en dan moet er fors worden ingegrepen om de zaak goed te krijgen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1961 | | pagina 6