De mogelijkheden van de veehouderij in West Zuid-Beveland 903 ZATERDAG 9 DECEMBER 1961 c. In een enkel geval kan samenwerking van 2 of meer akkerbouwbedrijven wellicht een mogelijkheid bieden voor het opzetten van een renderende melkveehouderij in een nog grotere eenheid voor gezamenlijke rekening. 2. OP DE GEMENGDE ÉÉN EN TWEE MANS- BEDRIJVEN IS WAT DE VEEHOUDERIJ BETREFT EEN KEUZE TE MAKEN UIT: a. melkvee houden als bij de grotere akker bouwbedrijven pnder b. is vermeld, waarbij de grootte van de melkveestapel iets kleiner kan worden gesteld, doch op minstens 10 stuks. Uiteraard ook hier met toepassing van machinaal melken; b. varkensfokkerij met tenminste 10 fokzeugen; c. varkens mesten in een stal van tenminste 100 mestvarkens. Onder 3 (kleine bedrijven) wordt op de mogelijkheden van het houden van varkens nader ingegaan. yOOR het houden van rundvee, varkens of pluimvee wordt in. Zuid-Beveland in het al gemeen weinig gevoeld. Op slechts weinig bedrij ven levert de veehouderij een belangrijke bijdrage tot het arbeidsinkomen. Dit komt omdat deze tak veelal als een bijzaak wordt gezien naast de akker bouw. De omvang van de veestapel is meestal der mate klein dat arbeidsparende methoden weinig mogelijkheden bieden. Gezien het voortdurend stijgende loonpeil, de verkorting van de arbeidstijd en het steeds dalende aanbëtl van arbeidskrachten is het de vraag of hst zin heeft om enkele koeien te melken, daar naast nog wat jong rundvee of mestvee te stallen en bovendien nog enkele varkens en enige kippen te houden. Als het voor het: .Verlenen van voldoende werk voor de aanwezige arbeidskrachten of voor het benoud'van voldoende, oogstzekerheid van de land bouwgewassen (stalmest) niet beslist noodzakelijk is vee te houden kan geheel afstoten van de vee stapel en alle grasland scheuren ongetwijfeld tot een sterke vereenvoudiging van de bedrijfsvoering leiden. Op de meeste bedrijven zal het evenwel onmo gelijk zijn een veeloze bedrijfsvoering toe te pas sen. De kleinere en kleine bedrijven zijn in het algemeen wel op uitoefening van één of meer vor men van veehouderij aangewezen. Waar vee gehouden moet worden biedt dit on getwijfeld goede mogelijkheden voor het voort bestaan van het bedrijf, ook wanneer dit slechts klein van oppervlakte is. Voorwaarde is dan echter'dat dit houden van rundvee, varkens of pluimvee geschiedt: le. met liefde en vakbekwaamheid; 2e. in een zodanig grote eenheid dat arbeidsparen de methoden kunnen worden toegepast. De werkgroep Veehouderij uit de Vereniging voor Bedrijfsvoorlichting West Zuid-Beveland komt tot de conclusie dat uit het houden van rundvee, varkens of pluimvee, mits goed opgezet, zeker een voldoende groot arbeidsinkomen is te halen. In aanmerking komen: 1. OP DE GROTERE, MEER OVERWEGENDE AKKERBOUWBEDRIJVEN a. mesten van rundvee eenheid tenminste 20 stuks. Voorraad en zelfvoe tering in loopstallen biedt mogelijk heden tot een drastische beperking van de arbeidsbelioefte. Naast handhaving van de bodemvruchtbaarheid door middel van stal- mestproduktie en doelmatige verwerking van goedkope bijprodukten van het bouw land, is verhoging van het arbeidsinkomen met ca ƒ1000,ongetwijfeld mogeüijk. Het houden van rundvee voor de vleesproduktie of pluimveehouderij zal op deze bedrijven in het algemeen niet passen en voorzover aanwezig dus heter afgestoten kunnen worden. S. HET KLEINE BEDRIJF b. melkvee houden eenheid tenminste 15 stuks, beter nog meer. Met behulp van machinaal melken, vereen voudigde voederaanwending, korte loop- lijnen kan ook hierbij de arbeidsbehoefte per melkkoe en per jaar drastisch worden be perkt tot 100 a 200 werkuren. Met produk- tief melkvee, dat op produktie wordt gecon troleerd en waarbij ook wordt geseleeteerd op exterieur door middel van deelname aan de stamboekhouding, zal bij doelmatige keu ze der vaderdieren (K. I.), doelmatige voe ding en stalling het arbeidsinkomen per koe per jaar 600,— a 800,kunnen bedragen. b. varkens fokken met tenminste 15 fokzeugen in een goed opgezette eenvoudige maar praktische, sterk arbeidsparende stalling. De productiekosten van een big bedragen zonder vergoeding voor arbeid ca 32,—. Bij een opbrengst van de biggen van slechts 40,— per stuk bedraagt het arbeidsinkomen ca f8,Per zeug per jaar kunnen ruim 16 biggen worden grootgebracht. Een zeugen stapel van 15 stuks kan dus een arbeidsin komen leveren van 15 x 16 x 8 1920 Een biggenprijs van ƒ5,meer verhoogt het arbeidsinkomen met ƒ1200,— per jaar. Aan arbeid behoeft hieraan niet meer dan Op d;t bedrijfstype zul len, mits deze tof vol doende ontwikkeling worden gebracht, twee van de volgende vormen van veehouderij toepas sing kunnen vinden: a. melkvee, met machi naal melken en mits aan de voorwaarden als onder 1 b is vol daan in een omvang van tenminste 10 stuks. Dit alleen wanneer op het be drijf .voor .een. zo grote melkveestapel voldoende gras kan worden gewonnen. c. varkens mesten in een stal van tenminste 150 mestvarkens. Hierin is liet mogelijk iiet aantal werkuren per afgemest varken tot 4 of minder te beperken. Enigszins riskant is deze vorm van veehouderij wel, daar bij een lage prijs van b.v. 1,90 per kg geslacht ge wicht dc beloning per uur slechts ongeveer op komt. Bij iets ruimere prijzen voor cte afgeleverde varkens biedt het varkens mesten zeer goede mogelijkheden met een arbeidsinkomen per werkuur van 3,tot S,- De ervaring elders leert dat regel matig varkens mesten lonend is. d. leghennen in een doelmatige stalling van tenminste 1500 stuks. Het arbeidsinkomen is hierbij sterk afhankelijk van de eierprijs. Bij een gemiddelde eierprijs van 11 ct per ei bedraagt het arbeidsinkomen in zo'n stal ca 5000,waarvoor lang geen volledige dag taak nodig is. e. .slacht pluimvee biedt voor zeer gespeciali seerde bedrijven een mogelijkheid op een goed inkomen maar is zeer riskant. f. mcstkalveren. Hoewel eveneens vrij riskant hierbij worden zeer hoge eisen gesteld aan de persoonlijke zorg en hygiëne biedt ook het mesten van kalveren met kunst - melkpreparaten voor daarvoor in aanmer king komende bedrijven, waar het houden van varkens of pluimvee niet past, mogelijk heden. Het mesten van b.v. 3 x 20 kalveren per jaar kan bij een opbrengst van 2000, - of ruim ƒ3,per werkuur. INVESTERINGEN Goed opgezette vormen van veehouderij bieden voor elk bedrijfstype ongetwijfeld aantrekkelijke mogelijkheden die nadere overweging voor toe passing in het eigen bedrijf alleszins waard zijn. Wanneer deze mogelijkheden tot hun recht wil len komen betekent dit dat daarvoor de nodige in vesteringen moeten plaats vinden. Dit behoeft echter niemand te weerhouden. Wel is het nodig dat vóór tot wijziging in de bedrijfsvoering wordt overgegaan de mogelijkheden terdege worden be keken. De werkgroep Veehouderij uit de vereniging voor bedrijfsvoorlichting in West Zuid-Beveland is gaarne bereid hulp te verlenen bij het oplossen van het gestelde probleem. Degenen die gaarne omtrent de mogelijkheden van het eigen bedrijf nader georiënteerd willen worden kunnen zich wenden tot hun bedrijfsvoorlichter van de Rijks- landbouwvoorlichtingsdienst te weten J. VAN BALEN, Van der Bijlparkstvaat 17, Oudelande (tel. 0110.4—320). J. C. VAN BERGEYK, Willem de Zwijgerstraat 15, Goes (tel. 01100-7237). De Werkgroep Veehouderij, M. STEIJN, Voorzitter. C. DEN ENGELSEN, Secretaris. Goes. 22 november 1961. Kuif voor voorraad voedering van hooi. 900 uren te worden besteed. Bij redelijke big- genprijzen is dus een goed uurloon mogelijk. Een grotere omvang van de varkensfokkerij biedt nog meer mogelijkheden tot rationali satie.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1961 | | pagina 9