Moeilijkheden bij de teelt van Cox's tuinbouw 835 VAN DE B. V. A. B. DINGEN VAN DE WEEK ZATERDAG II NOVEMBER 1961 Van de hand van de heer A. van Oosten lazen wij in „De Noord Oostpolder" een artikel over de moeilijkheden welke de fruitkwekers aldaar ondervinden bij de teelt van Cox's Orange Pippin. Omdat het .goed is kennis te nemen van hetgeen er ge beurt in andere delen van liet land en omdat ook in onze omgeving de teelt van Cox's niet zonder bezwaren is, menen wij er goed aar, te doen dit artikel hier op te nemen, niet opdat hieruit de conclusie moet worden getrokken dat het in Zeeland gelijk ligt maar omdat hetgeen hierin wordt gezegd toch reden genoeg heeft 0111 er over na te denken. De heer van Oosten schrijft het volgende: DE Cox's Orange is na de Golden Delicious het meest geplante appelras in de Noordoostpolder. Meer dan 20 0 '0 van de met fruit beplante oppervlakte wordt door de Cox's in beslag genomen. De reden voor deze grote aanplant ligt voor de hand. De Cox's Orange is de fijnste tafelappel van Europa of zelfs van de gehele wereld. Het ras brengt steeds goede prijzen op, zelfs als andere appels door te groot aanbod goedkoop zijn- En ieder heeft er vertrouwen in. dat de Cox's ook in de toekomst hoog gewaardeerd zal worden. Wat de geldelijke uitkomsten betreft, neemt de Cox's echter in de N.O.P. niet zo'n beste positie in. Het is één der minst rendabele rassen! Het blijkt erg moeilijk de Cox's Orange regelmatig' aan het dragen te krijgen. Ten dele is dat-een kwestie van jeugd. De Cox's is vrij laat vruchtbaai en de meeste bomen in de N.O.P- zijn nog wat jong. Voor een ander deel is het echter door een andere oorzaak. Vele bomen lopen traag en laat uit, staan schraal en bloeien later dan normaal. Tevens en dat is het belangrijkste - verloopt de vruchtzetting slecht. Het verschijnsel wordt ..voorjaarsziekte" genoemd. In sommige jaren komt de ..voorjaarsziekte" veel voor, in sommige jaren weinig. Ook lijkt het met het ouder worden der bomen beter te worden. Verder is er toch veel verschil van bedrijf tot bedrijf. Op sommige bedrijven valt het wel mee en is men nog niet direct ontevreden. Op ander wacht men al 67 jaar tevergeefs op appels en denkt men zelfs al over rooien. Over dit alles is al veel geschreven en gesproken. Een oplossing voor de problemen kan (nog) niet worden gegeven, althans niet voor de oudere percelen. Wel kunnen echter richtlijnen gegeven worden voor nieuwe beplantingen. Door deze op te volgen kunnen ongetwijfeld de grootste moei lijkheden worden omzeild. Plant bij voorkeur niet op M IX, doch op een matig sterke onderstam, b.v. M II. Het staat nu vrijwel vast, dat de moeilijkheden zich in hoofdzaak voordoen bij bomen op IX. Op andere onderstammen komt de „voorjaarsziekte" slechts sporadisch voor. Type II staat bekend als een zeer goede onderstam voor Cox's Orange. Weliswaar krijgt men •hierop vrij grote bomen, die minder goed in de huidige beplantingen passen, maar wie geen risico wil lopen zal dit nadeel op de koop toe moeten nemen. Het is nog altijd beter 30 ton per ha te oogsten met plukladders, dan 15 ton met de plukslee. H Voorzover toch op M IX wordt geplantverdient het aanbeveling de boomrijen zoveel rpogelijk langs de windschermen te projecteren. Menige fruitteler zal toch per se op IX willen planten, om de voordelen van de kleine boomvorm niet te missen. Plant dan zoveel mogelijk langs de windschermen. Overal is te zien dat de Cox's- bomen daar de beste stand vertonen. Deze gunstige invloed gaat aan weerszijden van het wind scherm, doch slechts ten hoogste 2 rijen ver. Andere rassen gedijen juist slecht langs de windschermen. Wat bij Cox's een voordeel is, blijkt bij andere appels een nadeel. Des te meer reden om de Cox's een plaats langs de windsingels te geven. Het mes snijdt dan van twee 'kanten. §g Past bij Cox's Orange geen onderteelt toe. Zaai reeds het jaar na het planten grasstroken in. Er zijn sterke aanwijzingen dat de Cox's Orange gevoeliger is voor structuurbederf dan andere rassen. In de bovengrond moet voldoende lucht zijn. Door gras in te zaaien wordt de verdamping bevorderd en daardoor de toestand verbeterd. Immers, waar vocht wordt onttrokken, komt lucht in de plaats- Nevenvoordelen van de grasstrook zijn, dat het gehalte aan organische stof wordt verhoogd en de grond minder lijdt van berijden van machines. Onderteelt moet speciaal bij Cox's Orange worden ontraden. In verscheidene gevallen was duide lijk een nadelige invloed te zien. Waarschijnlijk is de Cox's op dit punt gevoeliger dan andere rassen. AANVULLENDE OPMERKINGEN WAT betreft de bovengegeven adviezen, is dat van het gebruik van type II als onderstam wel het meest ingrijpend. Sommige telers menen dat het met IX nog wel meevalt en zullen dus aan deze onderstam de voorkeur bijven geven. Men moet echter bedenken dat er gevallen zijn, waarbij Cox's op IX na 7 jaar nog nooit gedragen heeft. Wie de kans op zo'n fiasco Wil vermijden, kan beter II kiezen als onderstam. Een andere mogelijkheid is, om de helft van de Cox's op IX en de andere helft op II te kiezen. De IX langs de windschermen planten en de II eventueel middenin het perceel- Men krijgt door het verschil in plukrijpheid dan nog enige spreiding in de oogst, (de laatste Cox's op II sluit aan op de eerste Golden Delicious). En tevens zal van de borden op II vaak eèn beter houdbaar produkt wor den geoogst. - Het advies om extra aandacht te besteden aan de bovengrond geldt niet alleen vöor de jongste, beplantingen, maar ook voor de oudste. De Cox's Orange stelt hoge eisen aan de grond. Geef hem op dit punt zoveel mogelijk zijn zin! TOT zover de ervaringen met de Cox's in de Noordoostpolder en we zeiden het reeds bij het begin: ook bij ons is de Cox's niet zonder bezwaren en ook hier betreft het de vruchtbaarheid die nogal dikwijls te wensen over laat. In ons artikel over het rassensortiment van 21 oktober j.l. hebben we hierop ook reeds gewezen. Op onze Zeeuwse bedrijven zouden we de Cox's nog niet graag missen maar wel dient men, wan neer men tot aanplant van dit ras overgaat, toch wel terdege op de hoogte te zijn van de mogelijk heden die het ras en de onderstam heeft op het perceel dat men er voor heeft bestemd. In Zeeland is het zeker nog niet zo dat de Cox's Orange een van de minst rendabele rassen is, zoals dat blijkbaar in de Noordoostpolder het geval is, maar we zullen toch we terdege aandacht moeten besteden aan de speciale eisen van de Cox's- Nog altijd is het een van de meest gewaardeerde appels van ons sortiment en de teler met een goede, gezonde aanplant zit er heus nog wel goed mee, maar de ervaringen in de Noordoostpolder stemmen niettemin tot nadenken. GOEDE PRMS, MAAK LAGERE OPBRENGST WONDINFECTIE JAARLIJKS worden ongeveer 20.000 ongevallen van werknemers bij de B. V. A. B. aange geven, waarvan een zeer groot aantal gevallen van wondinfectie, n.l, 2.000 of ongeveer 10 van alle gevallen. Niet alleen beïnvloeden deze gevallen de premie ongunstig, doch ook zult U als werkgever dikwijs op een voor U ongelegen moment de arbeidskracht van een door een der gelijk ongeval getroffen arbeider missen. Het is derhalve uw belang als werkgever er aan mee te werken, dat uw arbeiders ook kleine wondjes ver zorgen. In vele gevallen kan wondinfectie worden voor komen, indien de wond direct wordt behandeld met 2 jodiumtinctuur en daarna wordt afge dekt met wondverband (b.v. hansaplast), welke artikelen tegen geringe prijs bij iedere drogist en apotheker verkrijgbaar zijn. Een wond van enige betekenis dient uiteraard direct door een arts te worden behandeld. REGIONALE VOORLICHTINGS BIJEENKOMSTEN VAN DE B. V. A. B. AOK tijdens het winterseizoen 1961/1962 zal de V B. V. A. B. weer een aantal regionale voor lichtingsbijeenkomsten organiseren. Voor deze bijeenkomsten worden o-m. de leden van de So ciale Verzekeringscommissie uitgenodigd. Wij raden U dringend aan om, als U een uitnodiging ontvangt, hieraan gevolg te geven. Het is van groot belang, dat U op de hoogte komt en blijft met het werk van de B. V. A. B. en de problemen, verbonden aan de uitvoering van de sociale ver zekering. - - - - - - VEI IING 'ONCE NTRATIE HEZE week zouden we graag uw aandacht vra* gen voor de concentratie van veilingen, en zaak waar we tot dusver als standsorganisatie geen aandacht aan hebben besleed. Dat werd over ge laten aan het inzicht van het Centraal Bureau van de Tuinbouwveilingen. I11 de commissie Fruit teelt van de afdeling Fruitteelt van het KNLC is dezer dagen uitvoerig over deze aangelegenheid gesproken, vooral ook in verband met de komende verwezenlijking van de Euromarkt. Hierbij is men gekomen tot de volgende uitspraak: Als beieidsorganisatie op het terrein van de algemene belangenbehartiging voor de land- en tuinbouw is de taak van de standsorganisaties niet begrensd binnen het verband van de bedrijfstak. Dit houdt in dat ook bovengenoemd vraagstuk een punt van bespreking' kan uitmaken, teneinde na te gaan welke het beleid ten aanzien hiervan dient te zijn. I11 de kringen van de standsorganisatie heerst vrij algemeen de mening bij degenen die zich met. dit probleem bezig houden, dat hier bij uitstek sprake is van een taak voor de standsorganisatie. Het feit dat de standsorganisatie niet direct be trokken is hij de veilingen wordt door diegenen juist een gunstige voorwaarde geacht om een objectieve beoordeling van deze zaak mogelijk te maken. IN verschillende vergaderingen is reeds nsLar voren gekomen dat het gewenst is te streven naar concentratie van veilingen in sommige delen' van het land. In telerskringen en gelukkig ook wel onder de veilingbesturen komt steeds meer Je gedachte naar voren dat er samengewerkt moet worden op het gebied van het veilingwezen. 4it bepaalde gebieden heeft men onderlinge regelingen getroffen die prima werken. Ook vindt reeds con centratie van bepaalde produkten en kwaliteiten plaats zowel op bindende als niet bindende wijze, in Groningen hebben de samenwerkende stands organisaties een commissie van goede diensten in gesteld die op dit gebied aktief is. Misschien ligt voor de meeste van de Zeeuwse veilingen dit vraag stuk niet zo moeilijk als in andere delen van het land. Veilingen met een omzet Van 5 tot 10 miljoen gulden zullen geen behoefte gevoelen aan binding of concentratie. Die,willen wel het liefste volledige vrijheid, een hoog goed dat de teler in ons land bézit die zelf zy 11 veiling kan kiezenwaar hij zijn produkten wil veilen. Door hun groot aanbod kun nen dié veilingen aan de behoeften van de handel voldoen, zodat liier een goede prijsvorming tot stand komt. Ook de financieringsproblemen bggen bij de grote veilingen meestal eenvoudiger dan bij eco nomisch zwakke veilingen. Deze zelfstandigheid van de grote veilingen betekent echter niet dat zij op verschillend terrein niet nuttig zouden kunnen samenwerken. We zullen dit hier niet uitputtend behandelen maar elke ingewijde zal weten hoe veel terreinen er zijn waarop die samenwerking mogelijk is en er komen b.v. ook op Zuid-BevelamI heel wat produkten in .aanmerking om geconcen treerd op één veiling te worden aangeboden. Ge heel anders is uiteraard de situatie bij de heel klei ne veilingen die het niet verder kunnen brengen dan een omzet van 2 tot 3 miljoen gulden. Deze veilingen zijn te klein om tegen een redelijke prijs een goede service te kunnen bieden voor hun leden. Ook hier is sprake van een zekere noodzakelijke bedrijfsgrootte zoals we dat ook kennen voor onze tuinbouwbedrijven. Vóór deze veilingen zou het zeer gewenst zijn een onderzoek in te stellen naar de mogelijkheden van samenwerking, concentratie of fusie. Om hiertoe te komen zouden zonder twij fel heel wat weerstanden uit de weg geruimd moe ten worden. We denken aan de traditie, maat schappelijke verbondenheid, plaatselijke chauvinis me, persoonlijke belangen enz. Wanneer het echter in het belang is van de onderneming zal dit alles opzij gezet moeten worden en zal men ernstig moeten zoeken naar de meest wenselijke vorm om- zodoende voor het produkt van de teler de hoogst mogelijke prijs te krijgen. HOOR elke streek zal het verschillend liggen, Voor elke veiling zal er echter wat zitten in het denkbeeld van concentratie of samenwerking, zeker voor bepaalde produkten. In de Euromarkt zullen we moeten Ieren alles breed te zien en dat zal ook moeten gelden voor onze veilingen. Ook hierbij zullen we ons moeten aanpassen. Uiteinde lijk zullen we een Nederlands produkt moeten ex porteren en niet het produkt van de een of andere veiling of streek. We gaan steeds meer toe naar massa produkten. We hebben het idee dat dit alles in onze provincie nog niet sterk leeft maar gezien de uitbreiding van de tuinbouw in Zeeland en het naar voren komen van nieuwe teelten in nieuwe gebieden, zijn we van mening dat er ook hier aan dacht besteed zal moeten worden aan de afzet om zo tot de hoogst mogelijke prijs voor de teler te komen. De veilingbesturen zullen zieli thans reeds moeten gaan bezinnen op hetgeen hun in dezen te doen staat en een commissie van onderzoek, noem het maar „goede diensten", zou ook hier nuttig werk kunnen doen. Tot de volgende week.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1961 | | pagina 7