HET DAUWROTEN VAN VLAS
Noord-Beveland blijft buiten het regiem
De marktpositie van
contractteeltgewassen
789
MELK EN ZUIVEL
ZATERDAG 21 OK TOM ER 19 til
In ons blad van 30 september j.l. werd door onze medewerker van de rubriek „Melk
en Zuivel" onder meer over de consumenten melkprijs op Noord-Beveland geschreven.
Naar aanleiding hiervan deed de algemeen secretaris van de Zeeuwse Melkfederatie, de
heer C. Zee, ons onderstaand schrijven toekomen waarvoor wij gaarne plaatsruimte
verlenen. Red.
MAAR aanleiding van het artikel in het Zeeuws Landbouwblad van 30 september j.l. onder de kop
„Noord-Beveland blijft buiten het regiem", merken wij het volgende op:
Uit dit artikel zouden de consumenten van melk kunnen concluderen dat de prijs voor 1 liter volle
melk onverantwoord hoog ligt en dat tengevolge hiervan de melkveehouders grote winsten zouden
maken op de door hen verkochte melk. Het is ons niet bekend of de schrijver iets van de melkvee
houderij op Noord-Beveland afweet. Bij het lezen ervan menen wij te mogen vaststellen dat dit niet
het geval is. Mogen wij de schrijver hierover wat nader inlichten?
AP Noord-Beveland worden op een 70 bedrijven
de laatste jaren zo rond de 225 melkkoeien
gehouden. De zgn. melkdichtheid per km2 is op
Noord-Beveland zeer laag (Melkdichtheid Neder
land 100; Noord-Beveland 8).
Van de totaal 465 ha grasland worden 395 ha
of 85 ingenomen door binnendijken. De melk
koeien op Noord-Beveland worden gehouden op
dijken, wegbermen, enige laag gelegen stukjes
slecht weiland, die ongeschikt zijn voor bouwland
en soms op kunstweiden. De afrastering van dijken
en bermen, het brengen van drinkwater naar de
koeien, de vrij grote afstanden, het dikwijls moe
ten bewaken van de woeien door zgn. koewachters
en het oogsten van hooi, doen de produktiekosten
per eenheid melk aanzienlijk stijgen; De boeren op
Noord-Beveland, die melkkoeien houden, behoren
niet tot de kapitaalkrachtige akkerbouwboeren in
deze streek. Zij trachten door het houden van
melkkoeien, hoofdzakelijk op binnendijken, in hun
bestaansmogelijkheid te voorzien.
DE produktiekosten der melk liggen in dit bij-
zondere gebied in vergelijking met de door
het L. E. I. berekende kosten veel hoger. Deze
meerdere kosten worden sinds jaren opgenomen
in de consumentenprijs voor melk. Bovendien
geven de melkkoeien op Noord-Beveland evenals
in overig Nederland in mei en juni belangrijk
meer melk dan in nov./dec. De verhouding is on
geveer als 3 1. Dientengevolge moet in de zomer
een vrij groot gedeelte van de melk worden af
geleverd aan een fabriek. In deze periode brengt
die melk, in vergelijking met de zgn. wintermeik,
relatief weinig op, derhalve een belangrijke ver
liespost, die nog vergroot wordt door het bijkopen
van aanvullingsmelk in de herfst en winter.
Verheugend is dat het Bestuur van het Produkt-
sehap Zuivel onze argumenten als juist aanvaard
heeft en dat van 5 november 1961 af geen heffin
gen over rauwe volle melk meer betaald moeten
worden, waar tegenover staat dat over deze melk
evenmin zuivelfonds- en melkprijsgarantietoesla-
gen zullen worden verstrekt.
De melkveehouders en melkhandelaren bereiden
in overleg met de fabrieken een regeling voor,
waardoor de hogere produktiekosten, vrachtkosten
en distributiekosten der melk en de verliezen op
overmelk kunnen worden opgevangen.
DEEDS nu te suggereren dat de boer 13 cent
boven de gemiddelde opbrengst van 27 cent
per kg melk zal ontvangen is positief onjuist.
Eveneens is onjuist, te stellen dat de slijtersmarge
6 a 7 cent per liter bedraagt. De totale detail
handelsmarge, dus het verschil tussen consumen
tenprijs (verkoopprijs) en melkveehoudersprijs
(inkoopprijs) ligt aanzienlijk hoger. Wij zijn liet
eens met de eindconclusie van de schrijver dat de
Noord-Bevelanders de beslissing van het P. Z. niet
onwelkom is geweest.
Immers, invoering van de melkstandaardisalie
op Noord-Beveland zou de volgende gevolgen heb
ben gehad:
a. een lagere prijs der melk voor de melkvee
houders (veel hogere transportkosten; lagere
fabrieksprijzen in vergelijking met de huidige
gemiddelde prijs voor volle consumptiemelk ge
leverd aan melkhandelaren en/of rechtstreeks
aan consumenten)
b. oen lagere detailhandelsmarge voor de melk
handelaren (zouden de zgn. melkophaalvergoe-
ding moeten derven; deze vergoeding ligt lager
dan de melkophaalkosten voor een fabriek)
c. gestandaardiseerde melk voor de consumenten,
waarvoor zij evenveel hadden moeten betalen
als voor de volle melk;
d. clandestiene verkoop van rauwe melk (ten
platteïande consumeren vele personen liever
verse melk dan gestand, melk).
OINDS de laatste jaren neemt in Nederland de belangstelling voor het dauwroten van vlas weer toe,
aldus Ir. J. C. Friederich, de consulent voor vezelgewassen in „de Vlasbode". Als oorzaken noemt
hij onder meer: in Frankrijk wordt meer dan 90°/o van het vlasareaal in dauw root gelegd; het dauw-
rootlint gaat tegén behoorlijke prijzen van de hand; deze bewerkingsmethode vereist lagere investe
ringskosten aan machines; het eindprodukt kan eerder op de markt aangeboden worden dan het warm
water-rootlint, waardoor snellere roulering van het i n deze grondstof gestoken kapitaal. Als laatste oor
zaak kan nog vermeld worden het hogere lintrendement.
TOCH is het gevaarlijk om zonder meer de in
Frankrijk gevolgde dauwrootmethode naar
Nederland over te brengen, hetgeen diverse vlas
sers tijdens de regenperiode van medio juli tot na
genoeg eind augustus reeds aan den lijve hebben
ondervonden. De moeilijkheden die men hierbij had
te overwinnen, waren vele, waarvan door Ir. Frie
derich o.m. naar voren gebracht wordt: de over het
algemeen gunstiger weersomstandigheden in de
vlasgebieden in Frankrijk, hogere temperaturen en
minder neerslag en wind. Het dauwrootproces in
ons land, dat 40 tot 50 dagen duurt, kan bij aan
houdende regens moeilijk gestopt worden. Che
mische middelen gespoten om de roting stop te
zetten, brachten geen oplossing, alhoewel hier nog
naar een oplossing in de vorm van een fungicide of
antibiotica door het I.B.V.L. wordt gezocht. Tevens
Het dauwroten is öf voor het vlas öf voor de
ondervrucht hinderlijk en schadelijk. Daarbij komt
nog dat de prijs voor dauwrootscheven iets lager
is het in ons land veelal gebruikelijk een onder
vrucht als klaver öf graszaad in het vlas te zaaien,
ligt dan warmwaterrootscheven en zijn de stro
opbrengsten vooral in het zuiden en zuid-westen
van ons land vaak zeer hoog. Bij het trekken van
een vlasperceel met opbrengsten van 10 ton en
hoger, zal men zeker dienen zorg te dragen, dat de
lagen niet te dik liggen en het vlas wat aan de
vroege kant getrokken wordt. Bij gelegerd vlas zal
het vlas moeilijk in een regelmatige laag kunnen
neerleggen, hetgeen voor een gelijkmatige dauw
root gewenst is. Het machinaal trekken van grote
hoeveelheden vlas zal voorts de risico geven, dat
onder bepaalde omstandigheden een grote hoeveel
heid vlas tegelijkertijd gekeerd moet worden of gaar
is en dus geraapt moet worden.
De bestaande keermachines leveren onder droge
weersomstandigheden prima werk. Op vochtige
kleigrond is het keren praktisch niet uitvoerbaar.
Indien er een ondervrucht aanwezig is, treden,
vooral bij hoog opgeschoten klaver, vaak stroppin
gen op. Op lcopakkers en langs slootkanten zal men
toch op de gebruikelijke manier met de hand moe
ten keren, hetgeen normaal toch zeker wel twee
maal zal dienen plaats te vinden voor een gelijk
matige roting.
Voorts is gebleken, dat waar deze machines
aangedreven door een tractor over het vlas rijden
op deze plaatsen het vlas sneller root. Ook de
opraapmachine werkt het beste onder droge weers
omstandigheden, terwijl deze machine juist onder
gunstige weersomstandigheden het moeilijkst kan
worden gemist, wil men overroting voorkcrr.cn.
De lagere kostprijs van het dauwroot staat of valt
echter voor een belangrijk deel met de mogelijk
heid van het gebruik van een keeropraapmachine,
welke hetzij afzonderlijk, hetzij als gecombineerd
type, in diverse merken in de handel worden ge
bracht.
Tenslotte wordt nog opgemerkt, dat het Wiera-
vlas zich beter voor het dauwroten schijnt te lenen,
dan het Fibra-vlas.
OK TOBE R O VERZI H T.
HET mooie herfstweer animeert tot een extra uitzaai van wintergranen,
maar het slechte weer tijdens de graanoogst heeft de zaaigraanpositie
zodanig beperkt, dat zowel van rogge als van wintergerst het z.g. handelszaad
(dat dus alleen door de N.A.K. op partij is goedgekeurd) voor de zaadhandel
is toegelaten. Van wintertarwe is het rassensortiment meer gevarieerd met
nieuwe rassen als Hector en Ibis, naast de snelle opkomt van Felix en de
andere bekende rassen. Min of meer wintervast en ook daardoor met een
eigen marktpositie, mede door de vrije nabouw, die van jaar tot jaar sterk
kan versciiillen, Is het prijsniveau in een maand sterk opgelopen.
De exporteurs richten hun offertes reeds weer op de zomerzaaigranen,
zowel zomergerst, zomertarwe als haver, maar de exportpositie wordt be
perkt door de rassenlijsten in het buitenland. Deze erkennen de Nederlandse
rassen niet gemakkelijk wegens voorkeur voor inheemse rassen van eigen
kweekbedlijven. Wel heeft het buitenland veel belangstelling voor onze
brouwgerstrassen, voor Condor-haver, in mindere mate voor zaaierwten,
waarvan de verbouw werd ingekrompen, maar in meerdere mate voor zaai-
lijnzaad van het overheersende Wiera-ras.
nE vermeerdering tot elite en originele partijen zaaigranen, peulvruchten
en zaailijnzaad vindt plaats op participatie-contract met proportionele
verdeling van de afzet, daar de opgang van een nieuw ras zeer onzeker is.
Zonder afzet als zaaizaad blijft bestemming voor consumptie of fourage over,
maar voor de extra kosten aan zaaigoed, verpleging en keuring wordt dooi
de kwekers geen premie gegarandeerd, zodat het netto resultaat trouwens
voor beide contractpartners vaak tegenvalt. De prijzen van origineel zaai
goed w orden door de kwekersbond met de sectie vermeerderaars vastgesteld
en bij een groot contractteeïtareaal wordt wel onderscheid gemaakt in A-
en B contracten, wat de afzetkansen betreft. Een premie hoven de betref
fende beursnoteringen als tegemoetkoming In de extra kosten, is zeer dubieus,
boewei deze contracten op hoop van zegen bij de gegadigde contracttelers
toch worden ondergebracht.
Van zaailijnzaad is de veldkeuring 25 kleiner dan vorig jaar, zodat een
stabiele markt met 80 per 100 kg voor nabouw, ook voor het origineïe-
goed een bevredigend financieel resultaat doet verwachten.
DE export van graszaden zij het deels tegen lage prijzen als gevolg van de
felle concurrentie op «le wereldmarkt, is de laatste jaren voor Neder
land snel van grotere betekenis geworden. De overdreven uitbreiding van
liet éénjarige Westerwolds raai-landras heeft de exportprijs daarvan zelfs
doen dalen tot ƒ60,per 100 kg, waarbij de contractfirma's er bij contract
prijzen van 75,a 80,zwaar op moeten verliezen. Ook van de andere
raaigraslandrasseii overvoert Nieuw Zeeland de exportmarkt en de Deense
handelsprijzen lagen (althans lot voor kort) voor landrassen van beemdlang-
bloem, Engelsraai, Italiaans raai en roodzwenk op 100,of daar nog
beneden. Vehlbeemd en ruwbeenxl daarentegen op ƒ240,.overeen
komend met een telersprys in de participatie verhouding 80 20 tegen 206,
Hier te lande is graszaad vrij oogst zeker en de kwaliteit in 't algemeen,
behoudens schadelijke onkruidvermengingen, ook van de gazongrassen goed
tot zeer goed, waarmee een prae op de wereldmarkt moet worden bedongen.
Ook dc zaadteelt van weidegrassen met bladrijke selecties, waarmee de
Nederlandse kwekers een voorsprong hebben, is naast de graslandverbetering
in het binnenland, ook aanleiding tot meer export, tegen belangrijk hogere
prijzen dan voor de hooitypen, vooral die uit concurrente landen.
In navolging van de nieuwe kweekmethoden bij bietenzaden met poli-, tri
en zelfs reeds monoploïde nieuwe rassen, wordt deze veredelingsmethode
ook bij graszaden toegepast, hetgeen nieuwe perspectieven inhoudt.
De oppervlakte suiker- en voederbietenzaad loopt in opbrengst en kwaliteit
dit jaar weer sterk uiteen van matig tot zeer goed, maar de marktpositie
is door de matige oogst in 1960, waarop alsnog uit bet suikerbietenzaadfonds
150,per ha zal worden gesuppleerd, wel gezond. Van voederbieten zaad
is, bij een groot rassensortiment, het areaal maar een fractie van het belang
rijke suikerbietenzaad, met één internationale exportprijs en een vaste afzet
via de suikerindustrie in het binnenland.
In november zijn reeds weer de contractprijzen voor de tuinbouwzaden in
1962 te verwachten; in verband daarmee is het van belang dat vooral de
opbrengst van tuinbouwerwten in 1960 en 1961 beneden normaal is en dus
de marktpositie krap. Voor de eontraetteelt van zaaiuien en gladiolen Is van
belang dat de uienteelt belangrijk is ingekrompen en de vrije teelt van gla
diolen zich naar het zuidwesten des lands verplaatst, voor zover deskundige
arbeidskrachten beschikbaar zijn. Het prijsniveau in de bloembollensector
is dit jaar zeer hoog.