Het ontsmetten van wintergranen
Nieuwe Renault trekker
Dl
ZATERDAG 7 OKTOBER 1961
Wij ontlenen aan het P. D. Bericht van 26 september
No. 1460 het volgende:
UOEWISL bij het opstellen van dit bericht nog' geen volledig overzicht over
de gezondheidstoestand van het zaaizaad van wintergranen is verkregen,
laat zich de situatie hieromtrent in het algemeen gunstig aanzien. Niettemin
zal het ook dit .jaar weer gewenst zijn aan een goede zaaizaadonsmetting bij
zondere aandacht te besteden om het optreden van ziekten, die met het zaad
overgaan te voorkomen. Indien het ontsmetten één of enkele jaren achterwege
blijft, kunnen ziekten zoals bijv. steenbrand bij tarwe en strepenziekte hij
gerst, namelijk snel in betekenis toenemen. Vooral wanneer het gewas voor
de teelt van zaaizaad wordt bestemd, is het noodzakelijk van ontsmet zaaizaad
uit te gaan. omdat het voorkomen van een betrekkelijk klein aantal zieke
planten reeds afkeuring van Het gewas tengevolge kan hebben.
Bovendien is de zaaizaadontsmetting gericht op de bestrijding van de zgn.
kietïDschimmels (bijv. Fusariumsoorten), die de opkomst van het gewas na
delig kunnen beïnvloeden. Een minder goede opkomst of stand van het gawas
kan de onkruidontwikkeling in de hand werken, zodat mede om deze reden
de opbrengst kan tegenvallen. In de praktijk tracht men hieraan dikwijls te
ontkomen door meer zaaizaad te gebruiken. Bij gunstige groeiomstandig-
hedeii kan dit echter een te dichte stand van het gewas tengevolge hebben,
waardoor de kans op voortijdig legeren toeneemt. Bovendien zijn de kosten
van de extra hoeveelheid zaaizaad reeds spoedig hoger dan die welke, aan het
ontsmetten zijn verbonden.
De voor het ontsmetten gegeven voorschriften betreffende de keuze en de
dosering van het middel, het tijdstip en de wijze van toepassing dienen nauw
keurig te worden opgevolgd, om een bevredigend resultaat te verkrijgen. Dit
geldt In hei bijzonder voor partijen met bijv. een te hoog vochtgehalte, met
schot of dorsbeschadiging.
TARWE EN GERST
|EZE granen moeten met een kwikbevattend middel worden ontsmet. De dosering voor een poeder-
vormig resp. vloeibaar droogontsmettingsmiddel bedraagt 2 g, resp. 2 ml per kg zaad. Het ont
smetten kan in het algemeen geruime tijd vóór het zaaien geschieden mits men zich aan de voorge
schreven dosering houdt en het zaad op een droge plaats wordt bewaard. Partijen met eet» te hoog
vochtgehalte, met (vrij) veel schot of dorsbeschadiging moeten echter kort vóór het zaaien worden
ontsmet om de kans op kiembeschadiging zoveel mogelijk te voorkomen.
Voor een bestrijding van stuifbrand bij tarwe en gerst is een warmwaterbehandeling van het zaai
zaad noodzakelijk. Het kwekers- en elitezaad komt hiervoor in de eerste plaats in aanmerking. Daar
voor deze behandeling een speciale apparatuur en ervaren personeel nodig zijn, leent deze methode
zich alleen voor toepassing door een kvveekbedrijf, een zaaizaadfirma of -coöperatie.
Betreffende de te gebruiken middelen kan de R. L. V. D. nadere inlichtingen geven.
OP BASIS VAN EEN KWIKVERBINDING
Voor droog-ontmetting. Poedervormige middelen: AAgrano '48-droog*; Aba vit neu*; Aseptasan*;
Brabant zaadontsmetter droog*; Ceresan-nieuw*Duphar-droogontsmetter*; Emmisan*; Germisan-
droog*; Landisan-droog*.
Vloeibare middelen: AAbiton vloeibaar; Duphar vloeibare droogontsmetter; Panogen (vloeibaar).
Voor nat-ontsmetting: AAgrano-nat; Germisan-nat.
Voor „slurry''-(pap)behandeling: Ceresan-slurry*AAgrano-S.
OP BASIS VAN THIRAM
Voor droog-ontsmetting: AAtiram; Brabant-TMTD 50 Zaadontsmetter; Duphar TMTD Zaadont
smetter; Farming TMTD Zaadontsmetter; Van Hasselt TMTD Zaadontsmetter; Liro Thiram; Luxan
TMTD Zaadontsmetter; Orga-TMTD Zaadontsmetter; Phyco-TMTD Zaadontsmetter; Shell TMTD
50%; Thirasept-TMTD Zaadontsmetter; Trametan; Tripomol Zaadontsmetter.
WIJZE VAN ONTSMETTEN
JJÏET alleen de keuze van het middel en het gebruik van de juiste dosering, maar ook de wijze
waarop de ontsmetting wordt uitgevoerd, bepalen het resultaat. Voor het ontsmetten is geschikte
apparatuur vereist om een gelijkmatige verdeling van het middel over het zaad te verkrijgen.
hexachloorbenzeen toegevoegd.
1. Droog-ontsmetting. Het gebruik van een ont
smettingstrommel of een continu-werkende ma
chine is voor dit doel noodzakelijk. Bij gebruik
van een trommel wordt deze voor de helft of
gedeelte met zaad gevuld. Over dit zaad wordt
de benodigde hoeveelheid poeder uitgestrooid,
waarna de trommel 4 minuten kalm (d.w.z. niet
te snel en niet te langzaam) wordt gedraaid
De continu-werkende machines komen speciaal
voor het ontsmetten van grote partijen in aan
merking.
2. Ontsmetting met vloeibare kwikbevüttende
middelen. Voor een vloeibaar middel dient ge
bruik te worden gemaakt van een speciaal hier
voor bestemde machine, n.l. een Wiersum- of
een Panogen-ontsmettingsmachine.
3. „Slurry" (pap)-behandeling
Bij een behandeling van het zaaizaad met een
„slurry" (pap)-middel heeft men tijdens het
ontsmetten geen of weinig last van het inade
men van giftige stof, omdat het middel beter
aan het zaad hecht. Slechts bepaalde thiram-
en kwikbevattende middelen komen voor dit
doel in aanmerking. Hiertoe wordt' het benodig
de poeder met water tot een papje gemengd en
in een ontsmettingstrommel op het zaad ge
bracht, waarna de trommel 4 minuten wordt
gedraaid. Terugdrogen van het zaad is niet
nodig. Voor de dosering raadplege men de ge
bruiksaanwijzing op het etiket.
Om een goede verdeling van het middel over
het zaad te verkrijgen, verdient het gebruik
van een speciale ontsmettingsapparatuur
(„slurry-treater" papontsmetter) sterk aan
beveling. De Panogen-ontsmettingsmachine en
de Goldsaat-droogontsmetter kunnen hiermede
worden uitgerust.
OPMERKINGEN
1. Hoewel het ontsmet ten op de boerderij
zeer goed mogelijk is, heeft het ontsmet
ten op een centrale plaats (bijv. bij een
zaaizaadhandelaar of -coöperatietoch
verschillende voordelen zoals arbeids- en
tijdsbesparinghet gebruik van moderne
apparatuur en betere veiligheidsmaat
regelen.
2. In verband met de giftigheid van kwik-
bevattende middelen en de onaange
name prikkeling van de slijmvliezen van
neus, mond en ogen door thiramdient
men tijdens het ontsmetten de nodige
voorzichtigheid in acht tc nemen. Hier
toe behoort een goede ventilatie van de
ontsmettings- en opslagruimte, het ge
bruik van een stof masker e.d. Men raad
plege vooraf de waarschuwing die op de
verpakking van het middel is vermeld.
OE afdeling landbouwmachines van de Renault-fabrieken, welke ge
vestigd is te Le Mans, heeft haar trekkerprogramma uitgebreid met
een nieuw type. Deze nieuwe trekker, de N 71 Super, beschikt over een motor
vermogen van 41,6 pk bij 2150 omw./min. De motor is een Perkins 3/152 die
sel. Getest volgens de normalisatie, welke in O.E.E.C.-verband thans alge
meen is aanvaard, bleek bij de proeven, die door de C.N.E.E.N.A. te Antony
(Frankrijk), het nationale proefstation waar men lapdbouwtractoren test,
werden verricht, aan de aftakas een max. vermogen van 40 pk beschikbaar
te zijn, terwijl het max. koppel 15,4 kgm. bedraagt. Het brandstofverbruik
varieerde van 184208 gr/pk/uur.
IJEZE nieuwe N 71 Super is ontwikkeld uit het reeds bestaande type
N. 71. Om het grotere vermogen op de achterwielen over te brengen
werden de gietijzeren differentieel-tandwielen vervangen door een stalen
tandkrans, die op een gietijzeren kern gemonteerd wordt.
In de standaarduitvoering wordt dit type uitgèrust met het z.g. bloc
agriroute, waarbij de versnellingen bij een bandenmaat 11 x 28 komen te
liggen op: 1ste versnelling 0,86; 2de versnelling 1,34; 3de versnelling
1,93; 4de versnelling 2.69; oplopend tot 25 km/uur.
De rijsnelheid kan nauwkeurig aangepast worden aan de vereiste land
bouw werkzaamheden. Volautomatische hefinrichting met diepteregeling en
gewichtsoverbrenging worden in standaarduitvoering geleverd.