UIT DE PRAKTIJK 709 Het receptenboek voor boer en loonspuiter Wist U dat ZATERDAG 23 SEPTEMBER 19 6! I|OOR het uitermate gunstige weer, ideaal voor de landbouvvwerkzaamheden, vorderen deze bijzon- der goed. De aardappel-, bonen- en uienoogst schiet overal bijzonder goed op. zodat er reeds veel werk aan de kant is. met als vooruitzicht dat de bietenoogst dan als regel ook zonder abnormale moeilijkheden zal verlopen. Verschuiving van het septemberwerk naar een later tijdstip geeft veelal aanleiding tot grote moeilijkheden ver in het najaar. OP ZUID-BEVELAND ziet het er naar uit, dat de aardappeloogst deze week ongeveer aan de kant is. De opbrengsten lopen plaatselijk nogal uiteen, hoewel ze gemiddeld als goed beschouwd kunnen worden. Phytophtora-aantasting komt slechts sporadisch voor. Ook op NOORD-BEVELAND blijkt dit jaar weer opmerkelijke opbrengst-verschillen tussen de per celen te bestaan. Hoewel de hierop van invloed zijnde factoren ten dele buiten de activiteitssfeer van de boer liggen, kunnen er toch wel enkele genoemd worden waaraan wèl iets gedaan kan worden. Zo heeft dit jaar weer eens bewezen, dat vroeg poten niet hindert, tenzij de grond maar voldoende draagkrachtig is voor trekkers, kunstmeststrooier en pootmachine, zonder dat daarbij sprake is van mishandeling van de grond. Doch vaak en we spreken hier op de minder lichte grond is dit niet het geval; is er wèl sprake van structuurbe- derf, wat zich meer of minder wreekt in de op brengst. Vooral bij vroeg poten kan de schade bijvoorbeeld van hét trekkerwiel, dat bij het poten loopt op de plaats waar even later de rug wordt gevormd, vrij groot zijn. Niet, dat men op zulke ruggen (met de zakkenrooier) veel minder kilo's zal oogsten. O nee, soms wel meer. Alleen is de verdeling voor de boer iets ongunstiger: wat min der aardappelen en wat meer kluiten Een andere invloed op de opbrengst: wie rond 1 juni veel in zijn aardappels heeft gereden, dus veel afgeslecht en aangeaard, moet thans wel tot zijn schade inzien, dat dit hem opbrengst heeft gekost. Om in een droge tijd veel in de bedden te roeren, op welke wijze dan ook, heeft toch altijd tot gevolg, dat er vochtige grond ten prooi valt aan zonneschijn en wind en er kurkdroge grond in de bedden terecht komt. Niet alleen om deze réden, maar ook om kluitvorming zoveel mogelijk tegen te gaan is het zeer vroeg (vlak na het poten) op peil brengen van de ruggen van enorm veel belang. Ook laat dit jaar weer zien, dat erg ondiep poten gevaarlijk is, wanneer men het met de opbouw van de rug niet te nauw neemt. De kans op groene knollen is dan alleszins aanwezig. We telden op zulk een perceel niet minder dan 20 groene knol len, enkel te wijten aan het feit, dat bij ondiep poten de rug niet tot voldoende hoogte was op gebouwd. Tegen deze achtergrond is het ook te verstaan, dat er een duidelijke tendens is om (te recht) de afstand tussen de ruggen te vergroten tot 70 of 75 cm. OP THOLEN en ST. PHILIPSLAND hebben vele boeren hun aardappels al in de cel liggen of hebben ze reeds verkocht. Door de prijzen, die de laatste maanden gemaakt konden worden, zijn er heel veel geruimd. Hoewel de aardappelkoelhuisruimte op THolen niet kan wedijveren met andere delen van de pro vincie kan toch niet van een achterstand in opslag mogelijkheden gesproken worden. Door de dikwijls gunstige vroege afzetmogelijkheden is er minder behoefte aan be waarruimten. Overigens worden op de bedrijven nog steeds nieuwe koelhuizen gebouwd en gaat men ook co- operatief weer een nieuw koelhuis bouwen. Betreffende de aardappelrooidemonstratie, die de vorige week op Tholen werd gehouden en waar van in een volgend nummer een verslag wordt geplaatst, willen we thans alleen vermelden, dat de zelflossende wagen steeds meer terrein op onze bedrijven gaat innemen en een steeds belangrijker plaats toegewezen krijgt, zowel bij verwerking van los gestort graan, als van aardappelen en bieten. Tevens is voor de gemengde bedrijven deze wagen van groot belang. IN WEST ZEEUWS VLAANDEREN zijn reeds zeer veel aardappelen gerooid, waarbij voor al van de verzamelrooier gebruik is gemaakt. Ook daar (het wordt eentonig) uiteenlopende opbreng sten. Vooral de wat vroeg afgestorven percelen blijken in opbrengst achter te blijven. De aard appelprijzen acht men daar teleurstellend. De teler moet maar eens zuiver rekenen hoeveel de kosten van de marktbare consumptie-aardappelen wel zijn en wat deze per kg moeten opbrengen, al vorens van een lonende teelt gesproken kan wor den. Dit verandert niets aan de prijs, maar kan zeker zijn nut hebben! VAN WALCHEREN vernamen wij dat men al daar de opbrengsten van de aardappels van goed tot zeer goed taxeerde en over het algemeen een gezond produkt. Over de verschillende toegepaste rooimethodea komen wij, naar aanleiding van de in de verschil lende gebieden gehouden rooi- en transportmetho den naast hetgeen hierover betreffende de demon stratie in Tholen reeds opgenomen is, nog t.z.t. terug. OOK de suikerbietenoogst, alhoewel slechts een begin, gaat op gang komen. Op Zuid-Beveland is men op een enkel groot landbouwbedrijf hier mee reeds begonnen. Weliswaar eerst met de hand, maar een beetje voorraad voor de le en 2e levering is, vooral voor de grotere bedrijven, wel gewenst. Het aantal bietenrooiers is wederom uitgebreid en bij niet te ongunstige weersomstandigheden zal het areaal dat machinaal gerooid zal worden, aan merkelijk groter zijn dan het vorige jaar. Het aan tal voor de machines in september geschikte dagen is veel groter dan in oktober. Vroegtijdig beginnen is, zo mogelijk, dan ook gewenst om een behoor lijke voorraad te kunnen vormen en om voor de volgende termijnen regelmatig aan de leverings plicht te kunnen voldoen. Bij normale weersom standigheden kan dan ook een rustige campagne worden verwacht. Wanneer de fabrieken voor regelmatige afvoer! kunnen zorgen en de telers zich aan de regels van het spel houden, kunnen lange wachttijden zeker voorkomen worden. OP Walcheren zijn van het type Vicon-rooier, die op de lift van de trekker zijn bevestigd, twee rooiers verkócht. De bieten moeten eerst met dé kopschoffel worden gekopt. Vooral op die bedrij ven waar men veel waarde hecht aan schoon blad en kop en voldoende arbeidskrachten aanwezig zijn, zullen deze machines zeker nuttig Werk ver richten. i DE groei van de groenbemesters, is deze zomer maar matig. De opkomst van de wikken en van de Alexandrijnse klaver waren goed. De ont wikkeling van de laatste valt bij velen echter tegen* Het gaat er steeds meer op lijken dat ondanks de gevens deze klaver ook vroegtijdig gezaaid moet worden. De allervroegst gezaaide percelen laten dan ook wel een betere stand zien. 't Is te hopen dat het verdere najaarsweer zodanig is dat de groene massa nog flink kan toenemen. Op enkele bedrijven op de zwaardere gronden is men reeds begonnen met het wintervoor ploe gen. Ook is men al aan het zaaivoor ploegen voor de wintertarwe. EN tot besluit deze week iets over mechaniseren en investeren. Naarmate de mechanisatie verder gaat worden de machines groter en duurder en worden de bij komende werktuigen dikwijls groter in aantal. Om alles dan ook goed rond te krijgen zijn vrijwel al tijd grote investeringen vereist. Hierbij voelt men dan reeds spoedig de noodzaak tot samenwerking, omdat het dikwijls alleen op die wijze mogelijk is om goed en verantwoord te mechaniseren. Vrijwel de gehele boerenstand, is zeer gehecht aan het alleen baas zijn op eigen bedrijf en over eigen werktuigen. Daarom tracht men zo lang mogelijk om zelf op eigen bedrijf alles zodanig te regelen dat men eigen baas blijft. Maar ondanks dat ziet men toch enkele bedrijven tot een beperkte en hier en daar iets uitgebreidere samenwerking komen, vanzelfsprekend uit de nood geboren. Dit proces zal zich ontegenzeggelijk voortzetten, en zij die er in slagen om zo spoedig mogelijk de juiste samenwerkingsvorm te vinden, zullen op den duur het meest economisch werken. Verdere specialisatie kan hierbij van belang zijn, maar ook hierin is men nu eenmaal aan bepaalde beperkingen gebonden, door vruchtwisseling en marktverloop. Ieder streeft naar vereenvoudiging en dat is volkomen juist gezien. EEN bericht in de landbouwpers heeft er melding van gemaakt dat mededeling 116 van de Plan- teziektenkundige Dienst weer in een nieuwe druk verschenen is. Dit onder de wat breedsprakige titel van „Bestrijding van planteziekten, schadelijke «lie ren en onkruiden in de landbouw." Heel simpel tus sen haakjes komt er dan achteraan: Receptenboek. Dit is weer al de zesde druk. Geen wonder trou wens. De inzichten ten aanzien van bestrijdingen in de landbouw zijn zo veel omvattend en wijzigen zich zo snel dat een vorige druk snel verouderd is. De naam van de heer K. Schipstra, destijds werk zaam bij het Rijkslandbouwconsiilentschap voor Planteziekten, die het grootste gedeelte van deze herziening nog verzorgde, staat er borg voor dat de inhoud weer uitstekend verzorgd is. Puntsgewijs worden alle bestrijdingen en middelen genoemd. De prijs van 2,75 is eigenlijk maar een krats als men dit vergelijkt met die van andere prak tische handleidingen. In andere branches is men dan ook beslist jaloers op de service die de Plan- teziektenkundige Dienst in dit opzicht verleent. Goede wijn behoeft geen krans. Daarom kunnen wij in de aanbeveling kort zijn. Elke boer die be langstelling heeft voor de bestrijding van plante ziekten en elke loonspuiter die dit boek niet bezit, leeft beneden zijn stand, is eenvoudig niet „bij". Hebt u het nog niet in huis, stort dan vandaag nog 2,75 op postrekening 83.21.75 van de Plante- ziektenkundige Dienst te Wageningen en het wordt u franco thuisbezorgd. R. L. V. D. Goes P. VERHAGE ELEGGEN van gelden op lange termijn nog meer moeilijkheden meebrengt dan beleggin gen op korte termijn Zeer belangrijk is de vraag of men zal beleg gen in (eigen) bedrijf of buiten bedrijf Bij belegging (investering) in bedrijf zal men di rect de vraag stellen of het rendabel is. Heeft een boer of tuinder b.v. f 10.000,beschikbaar, dan zal hij aankoop van een machine of bouw van een kas kunnen overwegen, maar zich eerst afvragen of hierdoor zijn winst zal stijgen. Hier spelen allerlei factoren een rol. Is het bedrijf volledig „op de hoogte van de tijd", dan is het zeer goed mogelijk dat belegging in be drijf niet-economisch is. Afgezien van andere fac toren zal dus belegging buiten bedrijf moeten plaats hebben. Het is echter evengoed mogelijk dat die andere factoren tot investering in eigen bedrijf dwingen. De snelle evolutie of beter revolutie op het ge bied van de mechanisatie is oorzaak dat een bedrijf nog niet zo spoedig „geheel op de hoogte van de tijd" is. Ook het al of niet beschikbaar zijn van menselijke arbeidskracht speelt veelal een grote rol. NEMEN we nu eens aan dat zich geen bijzon dere omstandigheden als boven genoemd voordoen. We kunnen ons dan beperken tot het vraagstuk van de rentabiliteit, de vraag dus op welke wijze kunnen we meer van ons geld maken, door ons bedrijf verder te verbeteren of door be legging buiten bedrijf. Er van uitgaande dat iedere speculatieve neiging ons vreemd is en dat we de genoemde f 10.000,— naar redelijke verwachting gedurende 10 jaar kun nen missen, komt de vraag „wat nu We kunnen dit bedrag op onze boerenleenbank rentegevend beleggen. Dit levert ieder jaar, bij een rentevoet van 4 °/o f 400,aan rente op en als we deze rente niet opnemen, is het bedrag van f 10.000,na 10 jaar aangegroeid tot ruim f 14.800,—* J^\IE berekening is zeer eenvoudig. Stel daar nu eens naast de vraag of we door aankoop en ingebruikname van een bepaalde machine of ook door aankoop van een stuk grond na 10 jaar even ver zullen zijn. Zelfs de meest geschoolde reken meester kan u dit niet voorrekenen. Natuurlijk kunnen en moeten er wel bereke-' ningen worden gemaakt, maar dit kunnen niet meer, zijn dan zeer globale berekeningen, met allerlei on zekere factoren. Hoe lang zal een nieuwe machine meegaan, hoe veel onderhoud zal deze vragen, welke invloed zal het gebruik van deze machine op mijn bedrijfsre sultaten hebben e.d. vragen meer. De mentaliteit van iedere boer en tuinder speelt hierin tevens een grote rol. Wat voor Jan goed kan is wellicht voor Piet onmogelijk. U weet immerseen ondernemer is iemand die liever tien vogels in de lucht heeft dan één in de hand en hij heeft, of meent althans te hebben, in zijn bedrijf een zeer goed jachtgeweer. MEIJERSt

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1961 | | pagina 5