DE PRODUKTIE VAN KALFSVLEES
Wist U dat
Wet Erkenningen Tuinbouw
aanvaard
Nieuwe wet op de
bestrijdingsmiddelen in de
landbouw
Wij zijn geen volk van
renteniers
WEEROVERZICHT JUNI 1961
ZATERDAG 15 JULI 1961
(Vervolg; van le pagina.)
emmers voerwagentje, waterslang, schop) zijn gebaseerd op een mesterij van 3 x 20 of 60 kalveren
ad 300,— per jaar. Dit kan als ruim voldoende worden beschouwd.
De kosten van een slachtverzekering bedragen voor een mestkalf circa 1,zodat voor transport
en overige kosten een bedrag overblijft van 14,—. Bij gelijktijdig afleveren van grotere aantallen mest-
kalveren zullen de vervoerskosten lager kunnen zijn.
DE OPBRENGST
BïJ een eindgewicht van 140 kg in 100 dagen bedraagt deze bij een prijs van 2,60 per kg 1. g.
364.bij een prijs van 2,75 per kg 1. g. ƒ385,bij een prijs van ƒ2,90 per kg 1. g. ƒ406,
Afhankelijk van de prijs geeft het mesten van 3 x 20 kalveren per jaar dus een saldo voor arbeid
en gebouwen van resp. 32,53,of 74,per kalf, d.i. in totaal 1920,3180,of 4440,
Enige praktijkgegevens geven aan, dat bij een doelmatig ingerichte stal het aantal arbeidsuren
voor 20 kalveren op ongeveer IV2 uur per dag ligt. Bij deze arbeidsbehoefte is geen rekening gehouden
met benodigde tijd voor aan- en verkoop van de kalveren.
De investeringskosten voor boxen die ongeveer 3 jaar meegaan, bedragen volgens gegevens van
het I. L. B. te Wageningen ongeveer 25,per dier.
Afschrijving, rente en onderhoud bedragen dan per jaar 12,Bij mesten van 60 kalveren per jaar
komt dit per dier neer op 4,—. De totale kosten van de boxen zijn dan op 240,per jaar te stellen.
In sommige gevallen zal een extra post voor bijverwarming van de stal in de- winter moeten worden
opgenomen.
Bij het bovenstaande is uitgegaan van een bestaand gebouw, waarin kooien voor 20 mestkalveren
worden ingericht. Het bouwen van speciale kalvermeststallen zal verantwoord kunnen zijn, wanneer
grotere aantallen dieren tegelijk, van minstens 50 of meer dan 100 dieren, worden opgezet.
De Rijksveeteeltconsulent, Ir. W. L. HARMSEN.
/N de afgelopen jaren maatregelen zijn getroffen ter bevordering van de vrijmaking van de Ne
derlandse rundveestapel van abortus Bang? Onder meer zijn door het Landbouwschap besluiten
uitgevaardigdkrachtens welke aan de veehouders in bepaalde gevallen premies of vergoedingen wor
den toegekend, indien zij met inachtneming van de daaromtrent gestelde voorwaarden met abortus
Bang besmette runderen laten slachten. Bij het Slachtpremiebesluit bestrijding abortus Bang van 15
april 1959 is voor die gevallen een premie van 250,— per geslacht rund toegekend, terwijl bij het in
de plaats van het vorige besluit getreden Slachtvergoedingenbesluit bestrijding abortus Bang van 17
augustus 1960 voor die gevallen een vergoeding is vastgesteld, welke in het algemeen het verschil
tussen 90 °/o van de getaxeerde gebruikswaarde en de getaxeerde slachtwaarde van het rund bedraagt.
VOOR zoveel nodig heeft het ministerie van Financiën goedgekeurd dat ten aanzien van de op
ruiming vg.11 gebruiksvee in het kader van de vrijmaking van de veestapel van abortus Bang het
bepaalde in artikel 11 van het Besluit op de Inkomstenbelasting 1941 toepassing vindt. Onder de al
daar bedoelde vergoedingen kunnen derhalve zowel de van de slachterij verkregen verkoopprijs
voor het rund als de slachtpremie of de slachtvergoeding worden gerangschikt.
DIT geldt eveneensindien in het kader van de vrijmaking van de bedoelde abortusziekte gebruiks
vee wordt opgeruimd zonder dat aanspraak op een slachtpremie of slachtvergoeding bestaat.
In een dergelijk geval komt derhalve uitsluitend de van de slachterij te ontvangen verkoopprijs als
vergoeding in de zin van artikel 11 van het Besluit op de Inkomstenbelasting 1941 in aanmerking.
E.e.a. echter met dien verstande dat deze regeling geen aanleiding geeft tot herziening van reeds
onherroepelijk vaststaande aanslagen.
DE Tweede Kamer der Staten-Generaal heeft
dinsdag j.l. zonder hoofdelijke stemming het
wetsontwerp, dat „Regelen omtrent de erkenning
van tuinbouwers" stelt" (Wet Erkenningen Tuin
bouw) aangenomen.
Minister Marijnen onderstreepte bij de behande
ling als overwegingen onder meer de bevordering
van de vakbekwaamheid en de kwaliteit van het
produkt, het scheppen van criteria voor de toe
lating van nieuwe telers, areaalbeheersing en
voorkoming van speculatieve teelten en verbete
ring van de bedrijfsvoering.
Handhavende zijn motief tot vrijlating van de
zgn. contractteelt nodig in de concurrentie
positie van de verwerkende industrie wees de
bewindsman er op, dat er niettemin een grendel
op de vrijheid is. want de vrijheid van contract-
teelt is niet neergelegd in de wet, maar in een
algemene maatregel van bestuur. Dit schept de
mogelijkheid bij wijziging van de situatie de con
tractteelt onder de werking van de wet te bren
gen.
In anwoord op de kritiek op de sterke differen
tiatie in de erkenningen voor de onderscheidene
takken van tuinbouw, betoogde de minister, dat
de regelingen verschuivingen in de tuinbouvv-
produktie niet in de weg mogen staan, maar an
derzijds mogen de verschuivingen het geheel niet
uithollen. Het systeem der vereiste erkenningen
en opleidingen nader te regelen in overleg met
het, bedrijfsleven bij algemene maatregel van be
stuur geeft voldoende mogelijkheden tot flexi
biliteit, waarbij overigens de praktische toepassing
van doorslaggevende betekenis is.
De minister wees er op, dat de feeltbeheersing
in de groentesector soepel wordt uitgevoerd.
Klachten treden niet op en hij verwachtte, dat de
toepassing van de wet het wellicht mogelijk zal
maken de teeltbeheersing in deze sector af te
schaffen.
■Ar
DE moderne landbouwproduktie kan het onder
de huidige omstandigheden onmogelijk zon
der doeltreffende middelen tot bestrijding van
ziekten en plagen stellen. De stormachtige ont
wikkeling der toepassing van bestrijdingsmiddelen
heeft een toenemende behoefte aan controle op de
deugdelijkheid der middelen geschapen en de
vlucht der industriële ontwikkeling op dit gebied
maakt regulering van de handel in bestrijdings
middelen geboden. Gestreefd moet worden naar
een evenwichtige behartiging zowel van de econo
mische belangen als van de gezondheidsbelangen,
of, met andere woorden, naar een regeling, waar
in zowel de deugdelijkheid van de bestrijdings
middelen als de veiligheid en de gezondheid tot
hun recht komen.
Aldus de thans verschenen memorie van ant
woord op het voorlopig verslag der Tweede Kamer
op het ontwerp-Bestrijdingsmiddelenwet.
Het wetsontwerp heeft het onderzoek van de
bestrijdingsmiddelen vóór dat deze tot de markt
worden toegelaten en de bij die toelating te geven
voorschriften, tot kern. Over de vast te stellen uit_
voeringsvoorschriften zal de alzijdig samenge
stelde Bestrijdingsmiddelencommissie, die een wet
telijke status krijgt, worden gehoord.
IHIJ moeten van de export leven. Deze export
dient niet bemoeilijkt te worden wat vol
gens het PVV thans wel gebeurt als gevolg van
het met grote wellust vieren van de vrije zater
dag. Het personeel Van de veeartsenijkundige
dienst en van de Algemene Inspectiedienst schijnen
groot bezwaar te hebben tegen het keuren, con
troleren en verzegelen van exportzendingen op
zaterdag, ook al vergt dit maar een paar uur. Een
bespreking met het hoofd v an de D. heeft nog
geen resultaat gehad.
Het is toch te gek dat ons land dat zo zeer van
uitvoer afhankelijk is zo stroef draait wat de uit-
voerformaliteiten betreft. Het PVV besloot deze
kwestie, die de uitvoer van levende en geslachte
vette kalveren en ander vers vlees betreft, zeer
ernstig op te nemen en zich te beroepen op het
Ministerie van Landbouw en van Binnenlandse
Zaken. Het is onder de huidige tijdsomstandig
heden te gek dat wij als leveranciers onze kopers
moeten vertellen dat de goederen op zaterdag
niet afgezonden kunnen worden omdat onze Vee-
artsenijkundige dienst en Inspectiedienst algemeen
de vrije zaterdag vieren.
Op vrijdag afzenden kan 11.Ï. niet omdat dan
b.v. de kalveren bestemd voor Italië niet verder
dan Bazel komen en daar -de zondag over blijven
staan. D.
Het Boekhoudbureau van de Z. L. M. tekent
hierbij aan:
ALS in het kader van de abortus Bang Bestrij
ding rundvee wordt afgeslacht, bestaat de
mogelijkheid dat de slachtopbrengst van de opge
ruimde dieren vermeerderd met de slachtvergoe
ding die van de Gezondheidsdienst voor dieren
wordt ontvangen, hoger is dan het bedrag waar
voor de afgeslachte dieren op de landbouwinven-
taris voorkomen. Voor de belasting wordt dan op
dit vee winst gemaakt.
Het Besluit op de Inkomstenbelasting kent ech
ter een bepaling die toestaat de winst bij verlies
tof onteigening van duurzame productiemiddelen
buiten de belastingheffing te laten door deze te
reserveren en bij vervanging van het verlorene op
de aanschaffingsprijs of de voortbrengingskosten
van het vervangende productiemiddel af te boe
ken.
DE Minister van Financiën heeft destijds ver
klaard dat de genoemde wetsbepaling toepas
sing kan vinden bij de opruiming van met t.b.c.
besmet vee. Bij een aanschrijving van 30 mei 1961
heeft de Minister nu als zijn mening te kennen
gegeven dat dit ook mogelijk is bij de opruiming
van met abortus Bang besmet gebruiksvee. Hier
door wordt dus voorkomen dat deze opruiming
ook nog fiscale nadelen met zich brengt. Met een
voorbeeld willen wij deze bepaling duidelijk trach
ten te maken.
Wij nemen aan dat in een bepaald geval een
met $bortus Bang besmette koe wordt afgeslacht
en opbrengt:
1. aan slachtprijs 600,—
2. aan slachtvergoeding 450,
Samen 1050,—
De boekwaarde bedraagt 800,
Gereserveerd mag dan worden 250,—
Een vervangende koe wordt gekocht voor 1100,—
Hiervan moet worden afgeboekt de
gevormde reserve 250,—
Deze koe komt op de inventaris voor f 850,—
Bij verkoop van de aangekochte koe zal derhal
ve de loinst hoger zijn dan wanneer geen reserve
voor de afgeslachte koe was gevormd. Men dient
dit in het oog te houden en geval voor geval te
bezien of de genoemde reserve al dan 7iiet ge
vormd zal worden. Verplicht is dit n.l. niet.
Wij wijzen er ten slotte nog op dat de reserve
niet mag worden gevormd als men niet het voor
nemen heeft het afgeslachte rundvee te vervan
gen.
DE afgelopen maand is wat het weer betreft een maand van uitersten geweest. Gedurende het eer
ste weekeinde kwam op vele plaatsen nachtvorst voor, die vooral in de nacht van 3 op 4 juni
in het midden en oosten van het land belangrijke schade aan het fruit en de aardappelen toebracht.
Fruittelers, die hun beregeningsinstallatie nog niet hadden afgebroken of voor deze gelegenheid
weer hadden opgebouwd en die nachten hebben beregend, zullen de opoffering van hun nachtrust
naar het zich laat aanzien wel beloond krijgen.
IN het centrum van het land daalde de temperatuur in de nacht van 3 op 4 juni op 1.50 m hoogte
tot circa 1 graad onder nul, de volgende nacht was hét minder koud hoewel toch hier en daar nog
temperaturen beneden het vriespunt werden afgelezen. Het komt maar zelden voor dat nachtvorst op
treedt in een reeds zover ontwikkeld fruitgewas.
DAAR de temperaturen in de rest van de eerste decade tot een redelijk niveau stegen, bleef het ge
middelde van de overdag temperatuur slechts weinig onder de normale waarde, til. 16.6° C De
tweede decade was ;óver het algemeen betrekkelijk koel met een gemiddelde van 15.8° C. In de cferde
decade werd het geleidelijk warmer met een korte hittegolf aan het einde van de maand. Plaatselijk
werden temperaturen van meer dan 30° gemeten. Het gemiddelde van de laatste decade kwam hier
door op 19.7°, belangrijk boven normaal. De gemiddelde temperatuur over de gehele maand bleef met
17.6° slechts 0.3° boven het veeljarig gemiddelde.
OOK de neerslagverdeling over de maand was zeer grillig. In het centrum van het land bracht de
eerste decade ca. 63 mm, de tweede 22 en de derde 7 mm. Het maandtotaal bedroeg 92 mm tegen
ca. 55 mm in een norale junimaand. Ook de verdeling over het land was grillig. Zo meldde Den Hel
der 35 mm, Vlissingen 42, Leeuwarden 51, Groningen 62 en Maastricht 91 mm.
TENSLOTTE was er ook een belangrijk verschil tussen de decaden voor wat betreft het aantal uren
zonneschijn. In De Bilt werden in de eerste decade slechts 54 uren zon geregistreerd, de tweede
decade was met 60 uren maar weinig beter, de derde daarentegen was zeer zonnig en bracht met 111
zonne-uren vrijwel evenveel als de beide voorafgaande decaden tezamen. Het maandtotaal kwam zo
doende op 225 uren, d.i. twee uren minder dan normaal»