Augurkenteelt biedt mogelijkheden voor „de kleine man" 275 TUINBOUW DINGEN VAN DE WEEK Vertrouwen in het vak ZATERDAG 1 APRIL 1961 UOORAL voor het kleine bedrijf wordt de laatste tijd steeds meer gezocht naar nieuwe teelt- mogelijkheden. Een instantie welke zich daar ook sterk mee bezig houdt is de veiling in Kapelle, wat ook wel te begrijpen is want het kleinbedrijf overheerst in dat gebied. Het bestuur met de direc tie van deze veiling zoeken naar mogelijkheden om ook de teelt van groente in dit tuinbouwcentrum van meer betekenis te doen worden. In dit verband heeft men ook gedacht aan de teelt van augurken, een teelt welke vele jaren ge leden in dit gebied ook wel werd beoefend. De mogelijkheid bestaat thans voor een ieder om een be paalde oppervlakte augurken voor de fabriek te telen en naar aanleiding hiervan wil men in Ka pelle bekijken of er voldoende belangstelling is om te komen tot afsluiting van een contract. We ach ten dit een goede gedachte want we zien de contractteelt van steeds grotere betekenis worden en daarom is het goed dat de veilingen, zijnde het afzetapparaat van de tuinders, mede leiding trachten te geven aan deze ontwikkeling. c Daarom heeft men in Kapelle ook de mensen welke wat voelen voor de augurkenteelt bij elkaar geroepen om te kijken wat men kan doen en daarom heeft men van de zijde der veiling ook een zeer uitvoerige toelichting op de augurkenteelt geaonden aan alle leden, opdat zij zich tevoren kun nen oriënteren omtrent deze teelt. Aangezien er in geheel onze provincie eeri toenemende belangstelling is voor de groenteteelt, meen den we er goed aan te doen deze gegevens over de augurken teelt, afkomstig van de heer M. Wattel te Middelburg, hoofdassistent A van de Rijkstuinbouwvoorlichtingsdienst, hier weer te geven opdat elke lezer zich kan overtuigen van hetgeen er geaegd kan worden over de ontwikkeling van deze teelt en de eisen welke er aan worden gesteld. AIGEMEEN HE laatste jaren fs er een goede vraag naar V augurken. Om meer zekerheid te hebben voor hun produktie dekken de fabrieken zich graag door contractteelt. De oogstresultaten zijn zeer afhankelijk van het weer. Augurken hebben n.l. veel zon nodig. Bij een slechte oogst zien we dikwijls hoge veilingprijzen zodat de teelt dan toch nog lonend kan zijn. Er moet echter wel worden bedacht dat bij contractteelt alle risico's ten aanzien van het weer, voor de teler zijn. Ondanks de grotere vraag gedurende de laatste jaren, vertoont de teelt geen neiging om uit te breiden. Dit vindt zijn oorzaak wel in het feit dat de teelt zeer arbeidsintensief is. De fabrieken doen daarom hun uiterste best om contractteelt te plaatsen in nieuwe gebieden. De teelt is niet moeilijk en kan gemakkelijk worden geleerd. Er moet wel voorzichtig worden gewerkt en met beleid worden geoogst. De oogst- werkzaamheden vragen ongevëer 60 van de teeltarbeid. De oogstperiode duurt ongeveer 67 ER worden de laatste tijd wel eens pessimis- tische klanken vernomen uit de kringen van de fruitkwekers. Onder bepaalde omstandigheden is daar ook wel reden toe. Terwijl alles duurder wordt en we rondom ons een toenemende wel vaart zien, is de uitkomst van vele fruitbedrijven slechts matig. We mogen echter niet vergeten dat in de loop dei- geschiedenis goede en slechte tijden elkaar altijd hebben afgewisseld en daarom is er beslist geen reden om in een overdreven pessimisme te verval len wanneer het eens tegen zit. In zijn openingsrede op de dezer dagen gehouden .jaarvergadering van de veiling in Kapelle heeft de heer P. J. J. Dekker uit Wemeldinge met grote nadruk gewezen op het belang dat de fruitkweker vertrouwen stelt in het vak dat hij beoefent. Het is beslist niet zo dat het op het ogenblik enkel maar tegen zit in de sector van de fruitteelt, in tegendeel zelfs. In dit verband heeft de heer Dekker op bedoelde vergadering ook een uitspraak aangehaald van ir. A. W. v. d. Plassche, de direkteur-generaal van de landbouw welke op de onlangs gehouden vergade ring van de N. F. O. zeide dat hij de toekomst van de Nederlandse fruitteelt zeker rooskleurig achtte wanneer de fruitkwekers in staat en bereid zouden zijn een kwaliteitsprodukt te telen tegen een matige prijs. Ir. Van dér Plassche zeide van mening te zijn dat er in de toekomst zeer veel fruit nodig zal zijn. De fruitteelt is echter niet alleen een economische zaak; ook de technische kant er van mag zeker niet worden vergeten. Daarom is het van het grootste belang dat de resultaten van het weten schappelijk onderzoek snel doordringen tot de praktijk. We meenden er goed aan te doen deze week de opbeurende woorden van Ir. Van der Plassche hier weer te geven. Het kan er misschien toe mee wer ken dat we ons behoeden voor een overdreven pessimisme. Graag willen we daarom de woorden van de heer Dekker tot de leden van zijn veiling onderstrepen toen deze zeide dat het van zo enorm groot belang is dat men vertrouwen heeft in het vak. Dat is uiteindelijk het fundament van heel het bestaan van de fruitkweker, zoals het dat trouwens is voor elke ondernemer. Alleen als men daar van uitgaat mag een maximum resultaat worden verwacht. We hopen dat een ieder die in 1960 een minder goed jaar had, daar toch eens over nadenkt. weken, n.l. van half juli tot eind september-begin oktober, al naar gelang de weersomstandigheden. IN dit verband moeten we wel opmerken dat de oogstperiode dus valt in de periode dat ook frambozen, bonen en bramen geoogst moe ten worden. Men kan de augurken op elk uur van de dag oogsten, doch bij zeer grote warmte is het beter om dit te doen in de morgen en avonduren. De augurken moeten drie keer in de week wor den geoogst. Bij koud weer kan dat minder zijn. Op bedrijven waar reeds veel plukarbeid is, kan de augurkenteelt bezwaarlijk zijn. Het kan echter ook gebeuren dat men door de teelt van augurken de plukkers een volle week bezig kan houden. De plukarbeid is overigens wel geheel anders dan van frambozen en bramen en zelfs dan die van bonen. Er moet op worden gerekend dat de meeste pluk kers niet graag augurken plukken. Deze arbeid kan niet in accoord-loon worden uitgevoerd. DE GROND De teelt van augurken is op verschillende gron den mogelijk. Liefst echter op geen al te lichte of al te zware grond. Wel is belangrijk dat de grond goed ontwaterd en doorlatend is. Te nat geeft over het algemeen meer schade dan te droog. Een goede diepe grondbewerking is aan te bevelen. Ook is belangrijk dat er een goede structuur is. Deze kan door frezen worden verkregen. BEMESTING TEN aanzien van de bemesting kan worden op- gemerkt dat een augurk dankbaar is voor veel kali en fosforzuur, terwijl men matig dient te zijn met stikstof. Per are kan als algemene norm worden aangehouden1 kg korrels 12-10-20. Dit is overigens zeer globaal. Al naar gelang de stand van het gewas kan een overbemesting wor den gegeven. ZAAITIJD PEGINNENDE telers kunnen het beste maar direct ter plaatse zaaien. Ook is het moge lijk om uit te poten. De nachtvorst kan zeer grote schade toebren gen aan augurken en daarom moet niet te vroeg worden gezaaid. Als zaaitijd kan dan ook het beste half mei worden aangehouden. Per beteelde roe heeft men ongeveer 2% gram zaad nodig. AFSTANDEN ALS rijenafstand dient men 2 meter aan te houden. In de rij kan een afstand van 40 cm worden aangehouden en op zeer goede grond 50 cm. In een kuiltje dienen 5 tot 6 zaden te worden gelegd. Het is ook mogelijk om met een zaai- machientje op rijen te zaaien en dan uitdunnen op 10 cm. VERPLEGING DE ranken van augurken moeten steeds voor zichtig worden uitgelegd. Tussen de rijen geen diepe grondbewerking uitvoeren bij het be strijden van het onkruid. ZIEKTEBESTRIJDING HET zaad dient behandeld te worden met TMTD 50 poeder. Per kilo zaad dient men hiervan 5 gram te gebruiken. Door goed schud den moet het met het zaad worden vermengd. In natte zomers zal men enkele keren moeten spuiten met Maneb en in droge zomers enkele keren met Karathane. Er moet dus niet veel ge spoten worden maar dat wil niet zeggen dat de augurk een zeer gezond gewas is. Er zijn meer dere ziekten waar men nog geen middel voor heeft. PASEN 1961 MEDE door het vroege voorjaar en de zomerse dagen die we gehad hebben, zijn we al vroeg in een paasstemming gekomen. Na elke winter periode weike op zichzelf ook zijn gezelligheid en bekoring heeft, is er toch steeds weer een intens verlangen naar de zon en de vernieuwing van het voorjaar met zijn uitbottend groen, zijn eerste bloemen, de ontwakende natuur in het planten- en dierenleven. Ook de mens ontkomt niet aan deze drang tot vernieuwing en dat uit zich in vele vormen. De huisvrouw keert het huis met bezemen. Ze brengt gezelligheid aan in huis en steekt zichzelf en de kinderen in een nieuw toiletje. De man werkt weer met groot elan op de akker of in de boom gaard. Hij ziet het jonge groen als een teken van de naderende oogst welke hij zal hebben te ver zorgen. Alles is blij en vrolijk want het is Pasen, het is voorjaar. De winter is voorbij en alle narigheid van het natte weer, de vele verkoudheden en de griepjes zijn vergeten en men gaat met frisse moed het voorjaar tegemoet. Alles werkt er toe mee om de Paasdagen extra gezellig door te bren gen. De winkels liggen vol met paasgeschenken in in diverse variaties. Bij tienduizenden worden de paaseieren verkocht en een extra stukje vlees van de „paas os" besteld. Het gezinsleven beleeft weer enkele dagen van intense vreugde nu velen weer in gezinsverband met elkaar zyn verenigd. Nog groter is de vreugde van Pasen wanneer we zien de achtergrond van dit feest, namelijk het feit van de Opstanding van Christus, de glorie van de overwinning van het leven op de dood. Christus is opgestaan en leeft in eeuwigheid en allen die in Hem geloven leven mèt Hem. Zijn we niet vaak moedeloos en terneer gedrukt als de toekomst ons zo donker schijnt, het leven zo moei lijk kan zijn en vol tegenstrijdigheden. Zijn we dan niet dikwijls bezig om de levenden bij de doden te zoeken? We moeten op Pasen niet alleen zien het ledige, open graf, maar bovenal een open Hemel voor heel de mensheid, waar de Eeuwig levende troont en aan allen die in Zijn opstanding geloven en zijn verschijning hebben lief gehad, de kracht en dc blijdschap wil geven om een levend getuige te zijn van Zijn Liefde in deze vaak zo koude en harde wereld. Een Gelukkig Paasfeest. Tot de volgende week. R ASSENKEUZE TEN aanzien van de rassenkeuze kan worden opgemerkt dat Guntruud een nieuw ras is dat sterk is tegen zgekten doch wat laat met de oogst is en grove vruchten geeft. Het heeft een sterke groeikracht. In Limburg bestaat ongeveer 50 van de augurkenteelt uit dit ras. Een ander ras is Baarlose Nietplekker (ras Tereken). Deze is fijner van vrucht en vroeger, doch gevoelig voor mozaïek. In een nieuw teelt- gebied zal men dit ras beter kunnen telen dan in de oude centra. Op Tholen wordt dit ras het meest geteeld. OPBRENGST I\E kilo-opbrengst kan zeer grote verschillen te V zien geven. Het weer en zorgvuldig plukken spelen een grote rol. Voor de fabriek zal men het best niet al te fijne maten plukken maar aan de andere kant ook niet al te grof. Op Tholen is de opbrengst gemiddeld per roe: 12 kg A en B gemengd 0,60 5 kg C en D (grof) ƒ0.17 7,20 ƒ0,85 Totaal per roe ƒ8,05 TEELTGEBIED THOLEN IN het teeltgebied Tholen vindt men de meeste telers rond St. Maartensdijk. Daar is ook het ontvangcentrum. De meeste telers aldaar zijn arbeiders met een hoekje grond waar de augur ken worden geteeld en die ze dan 's avonds pluk ken. De vele arbeid, welke het plukken vraagt, remt de teelt. Een concurrerende fabrikant begint nu rond St. Annaland. Over het algemeen blijkt dat „de kleine man" de augurkenteelt wel aantrekkelijk vindt. Zeeland is als teeltgebied voor augurken hoewel geschikt iets te winderig. Het beste is daarom een combinatieteelt met tuinbonen of rijserwten. Er zijn echter ook mogelijkheden van beschutting met hennep, maïs, zomertarwe enz. Tot zover deze teeltgegevens die we graag in de belangstelling aanbevelen van een ieder die zoekt naar nieuwe mogelijkheden voor zijn bedrijf. De augurkenteelt kan een mooie teelt zijn maar we vrezen dat ze niet past binnen het bestaande schema van heel wat bedrijven waar men naast kleinfruitprodukten ook honen teelt. Misschien kan er echter aanleiding toe bestaan dat men in plaats van bonen tot de teelt van augurken komt. Daarin lijken ons wel de grootste mogelijkheden te liggen.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1961 | | pagina 19