JpF WAAROM ZAL IK BOER
At»® WORDEN
„Aktuele problemen bij de mechanisatie"
207
Uithuilen en
0 hopelijk is het een uitvoerbaar idee;
0 hopelijk kunnen we straks van het toneelcon
cours zeggen„we hebben uitgehuild,
JAARVERGADERING Z. P. M. - L. G.
AED. HOEK-TERNEUZEN
JONGEREN AKT1VITEITEN
L. J. G. EN Z P. M.
WEST ZEEUWS-V LAAN DEREN
ZATERDAG 11 MAART 196 1
NAAR aanleiding van het stukje in „De Boerenjeugd" „Een L. J. G.-er schrijft", voel ik me gedrongen
daar ook iets over te zeggen. Er wordt hierin een belangrijke gedachte als probleem naar voren ge
bracht. Een probleem dat vooral voor de jongeren van levensbelang gaat worden. De vraag ig n.l. of
het aantrekkelijk is en zal blijven voor de jongeren in de landbouw. Op zichzelf is deze vraag zo veel
zijdig, dat er wel een hele brochure over geschreven kan worden. Daarom is deze ook zonder meer
niet te beantwoorden. De één vindt het vanzelfsprekend dat hij boer zal worden, een ander kan moeilijk
wat anders en een derde zou de landbouw prijsgeven als hij maar wist waarheen. Het spreekt vanzelf dat
een jongere, die de opvolging in een groot bedrijf voor zich in 't verschiet heeft, daardoor gemakke
lijker boer gaat worden dan iemand die misschien nog wel eeng een lapje grond te pakken kan krijgen. De
aantrekkelijkheid van het boer zijn zal dan ook door een ieder verschillend beoordeeld worden.
VAN groot belang bij het bepalen van de keuze is, wat men er van verwacht en wat men er van eist.
De tijd dat een boer bedrijfsleider-directeur was zonder meer, is reeds ten dele, zo niet geheel, voor
bij. Vele jonge boeren verrichten evenveel uren handenarbeid als een arbeider, zo niet meer! Daarbij
komt nog een aantal uren waarop een ander niet werkt.
Een volgende vraag is: Wat is het aanzien van een boer in de ogen van de maatschappij? Wat zijn
sociale positie? Dat er een categorie mensen leeft die niet veel begrip voor de landbouw kan opbrengen,
lijkt mij wel algemeen bekend. Hoe ver dit strekt is vers twee, maar het kan niet prettig genoemd wor
den, als men weet te worden aangezien als iets minderwaardigs; waarbij de politiek van de regering eer een
stimulans is dan dat iets recht trekt.
VOEG daarbij het vooruitzicht van gebondenheid, vooral op het gemengde bedrijf. Vakantie is haast een
utopie! Bovendien nog veel zorgen en grote risico's Vooral dit laatste versterkt de sociale positie
van de boer zeker niet. Verbetering hierin is op kortere termijn haast niet mogelijk. Dit mede door het
feit dat we steeds met minder personeel toe moeten, wat meer machines en veelal meer overuren met
zich meebrengt. Helaas lopen we op dit mechanisatietempo zo veel achter. Zolang het nog gaat, wordt
geprobeerd met overwerk en wat moeite de zaak rond te krijgen met als gevolg nog minder vrije tijd.
Meer vrije tijd zou ook weer investering vergen en de financiële zijde speelt daarbij een niet te verwaar
lozen rol. De oudere boeren die misschien het geld hiervoor zouden hebben vinden 't niet meer de moei
te waard om van alles en nog wat te gaan proberen. De jongeren die dit wel zouden willen, kunnen
zich deze weelde niet permiteren.
MIJNS inziens gaan wij als boer een tijd tegemoet van harder werken (of zo men wil langer) voor
krappere prijzen (indexkosten 1950'60 145 prijzen 108), grote financieringsproblemen en
een minimale waardering. Ondanks alles zal het voor de jongeren die veel voelen voor de boerderij en een
kans op een bedrijf hebben, de keus „boer blijven" de beste zijn, want er zijn ook genoeg mooie dingen.
Diegenen die iets anders zouden willen moeten tijdig de bakens verzetten en wat leren. Voor diegenen
die graag boer zouden worden maar de kans op een bedrijf minimaal achten, zou het wellicht toch maar
hel beste zijn het eigens anders te proberen en de eventuele kansen om te studeren uit te buitén.
HIERMEE zitten wij gelijk midden in het probleem van de trek uit de landbouw. Overduidelijk zien
I* we hoe die op gang is gekomen. Wellicht zal deze afvloeiing nog versnellen. Ja het gevaar is niet
denkbeeldig dat het zelfs te hard zal gaan. Een overschot aan hoeren is niet prettig, maar een tekort zou
ook wel eens een netelig probleem kunnen vormen. De animo om boer te worden is er nog voldoende,
maar dit kan veranderen, ja is misschien al aan het veranderen.
Persoonlijk ben ik een jonge boer van nog geen 35 jaar oud en ik kan onze jongeren verzekeren dat
ik er nog wel eens twee keer over na zou den keu eer ik weer boer werd.
J. OTTE.
OP 25 jan. j.l. hield de L. J. G. afdeling Koude- De heer Andringa behandelde: „Actuele problemen
kerke een gecombineerde vergadering met de in de mechanisatie".
Z. L. M. Mede door het koude weer was de opkomst Bij een algemene beschouwing kunnen we con-
betrekkelijk gering. stateren dat de mechanisatie bijzonder snel en piot-
Na een kort openingswoord van de voorzitter werd seling gaat. We kunnen dit ondermeer vaststellen
het woord gegeven aan de heer Janse van de uit de toename van het aantal trekkers. Was dit in
R. L. V. D., die de uitslag van de bietenproefveld- 1930 nog slechts 25.000, thans bedraagt het aan-
jes bekend maakte en tevens enige toelichting gaf. tal trekkers in de landbouw 85.000. Als oorzaken
Na de pauze kwam de heer Andringa, eveneens van de snelle «toename kunnen we o.m. noemen
van de R. L. V. D.. met een lezing over de „actuele
problemen in de mechanisatie". a' de afneming en het steeds duurde, worden der
Voor de eerste maal in de geschiedenis van de af- ar ei s <rac en en
deling werd een rassenproefveld voor bieten aange- k. de tendenz in de landbouw om tot kostenverla-
legd. Hieraan is door alle leden actief meegewerkt, ging te komen.
eerst bij het zaaien, hetgeen met een handzaai- Ten aanzien van het eerste punt kunnen we zeg-
machine gebeurde en vervolgens tijdens de verple- gen, dat bü investeringen ten bate van de mechani-
ging en het rooien. De heer Janse verleende zijn satie van een bedrijf, de arbeidskosten omlaag moe
medewerking jn de vorm van een geregelde controle ten. Is dit. niet het geval, dan spreekt men van
op de aanwezigheid van ziekten en andere evgntuele „luxe mechanisatie". Hierbij verkrijgt men meestal
aantastingen. Gezien het feit dat de uitslagen van wel een veraangenaming van het werk, hetgeen
de officiële proefvelden in Zeeland nog niet bekend voor sommigen een belangrijke factor is.
waren kon hiermede geen vergelijking, wat betreft Er zijn in de landbouw een heleboel werkzaam-
de opbrengst van de verschillende rassen worden lieden te mechaniseren. Deze zijn echter niet alle
gemaakt. Toch meende de heer Janse dat de uitslag rendabel te maken. Daarom kan men verschillende
een vrij juist beeld gaf van de plaatselijke geschikt- werkzaamheden het beste door een loonwerker laten
heid van de verbouwde rassen. uitvoeren. Deze kan verschillende machines gauwer
Hel hieronder volgende staatje geeft de voor- rendabel maken dan de individuele boer. Er ig nog
naamste gegevens van deze proefvelden. een groot voordeel aan het inschakelen van de loon-
Opbrengst suikerbieten rassenproef van de L. J. G., Afd. Koudekerke.
Gezaaid 1 april, gerooid 28 oktober 1960.
RAS (ipbrengsf kg suiker suiker" Pr«s verhoudings
bieten per ha gehalte per ton per ha cijfer
Maribo Poliploïdc 61.600 10.020 16.3 54.20 3338,72 91.9
Klein Wanzlebener Polibeta 68.000 10.950 16.1 53.40 3631,20 100,0
Hilleshëg Standaard Poliploïde 68.000 10.940 16.1 53,40 3631,20 100,0
Polvkhn 73.200 11.550 15.8 52,20 3821,04 105.2
Tri rave 74.200 11.570 15.5 51,— 3814,80 105.1
UITHUILEN en opnieuw beginnen doen we dik
wijls. We hebben het gedaan op oudejaarsavond
met Wim Kan, we hebben het gedaan op Hedenesse
met wika Wasterval en we zullen het hoogstwaar
schijnlijk ook moeten doen na het toneelconcours.
Wanneer Ik over het toneelconcours schrijf, dan
ligt het zeker niet op mijn weg om kritiek uit te
oefenen. Tenminste geen afbrekende kritiek. Dat
heeft de jury ook niet gedaan. Maar ze heeft ons
wél voorzichtig laten weten, dat we zó niet door
kunnen gaan, omdat het toneelconcours dan een
langzame, maar zekere dood tegemoet gaat.
Het was voor iedereen, zelfs voor een leek op
toneelgebied, duidelijk, dat alle groepen lion één-
acters voor het concours slecht hadden voorbereid.
Niemand kan dit deze groepen kwalijk nemen,
omdat het toneelconcours een dergelijke gang van
zaken in de band werkt. Er moet een kort stukje
worden gespeeld, dat uiteraard in de meeste gevallen
alleen maar op dit concours kan worden gebruikt.
Waarom dan een hoop kosten te maken; de kas
staat er toch al niet zo erg rooskleurig voor. Dik
wijls ook zijn de spelers dezelfde, die in één of meer
andere toneelstukken meespelen en dan daarnaast
nog wel bereid zijn om eventjes aan het toneelcon
cours deel te nemen.
Ligt de fout dan misschien bij de organisatoren?
Beslist niet Zij hebben dit goed bedoelde idee uit
gewerkt en uitgevoerd naar beste weten.
Het enige, wat dus nog overblijft, is liet op een
andere manier te proberen. Hoè we dit moeten doen,
zult U vragen? De jury heeft; ons reeds bij de na
bespreking een idee aan de hand gedaan.
0 Hopelijk zal het hoofdbestuur dit idee in
overweging nemen;
maar gaan opnieuw beginnen!"
P. K.
T 7R.IJDAG 24 februari hield de Z.P.M. en
L. J. G. in café-restaurant ,,Monopole" haar
jaarvergadering.
In zijn openingswoord wierp de voorzitterde
heer Piet Blok, in het kort een terugblik op het
afgelopen jaar. Na het financiële jaarverslag en
het jaarverslag van secretaresse en secretaris,
iverd de bestuursverkiezing gehouden. Bij de
Z. P. M. werd rhej. Marie Jansen in de plaats van
mej. Anny de Mul tot streekafgevaardigde ge
kozen, en bij de L. J. G. was het de heer Jan Die-
leman die in de plaats van de heer Bram. van
Hoeve tot bestuurslid werd gekozen.
De pres., mej. Mientje Kielman, dankte in haar
slotwoord allen die er aan meegewerkt hadden
om deze avond te doen slagen.
OP zaterdag 18 maart 1961 zal de dansclub in
hotel-café Victorie" van de heer JAdriaan-
sen te Oostburg een bal houden met medewer
king van het ensemble Le Clercq. Alle L. J. G.-ers
zijn welkomeventueel met danspartner. Entree
f 1,50 per persoon. Aanvang 7.30 uur.
HET BESTUUR.
BIETENZ A AI WEDSTRIJD THOLEN
Belangstellenden maken wij attent op de bieten-
zaaiwedstrijd die georganiseerd wordt door de
streekverbeteringskommissie.
Iedereen kan aan deze wedstrijd deelnemen, zowel
met het paard als met de trekker.
Opgaven graag vóór 15 maart bij de assistenten
van de R. L. V. D.
werker verbonden. De boer is dan namelijk niet ver
plicht elk jaar die gewassen te verbouwen, die bet
gebruik van de -in zijn bezit zijnde machines vereist.
Vervolgens behandelde spreker verschillende
werktuigen betreffende de werkzaamheden in de
verschillende seizoenen, zowel op het gebied van de
landbouw als de veeteelt.
Tenslotte bracht de heer Andringa nog even de
vooruitzichten voor de loonwerker ter sprake. Hij
voorzag een verdere uitbreiding van het machine
park met name wat betreft de grotere machines,
zoals bietenrooiers, aardappelrooiers en combines.
Het inschakelen van de loonwerker heeft ondermeer
ook als voordeel dat deze niet alleen met de machi
nes komt, maar ook met deskundig personeel, zodat
het werk goed en snel kan gebeuren, zodat de boer
minder moeilijkheden zou kunnen hebben met de
personeelsbezetting in tijden van grote drukte.
Nadat de heer Andringa zijn inleiding beëindigd
had, gaf de voorzitter gelegenheid tot het stellen
van vragen, waarvan door verschillende aanwezigen
gebruik werd gemaakt.
Na de gebruikelijke rondvraag sloot de voorster
de vergadering en konden we weer terugzie» op
een geslaagde en leerzame avpnd.