Concentratie bij coöperaties
ZATERDAG 25 FEBRUARI 1961
OVERZICHT
Ir. GEUZE over
U/IJ willen hier eens enige aandacht schenken aan de afzet van het land-
bouwprodukt en de eigen verwerking ervan.
No. 2569 Frankering bij abonnement: Temeuzen
zeeuws
ukóbouwbiaó
IIET gaat dit jaar met de afzet van verschillende landbouwprodukten niet
goed. Het is alsof overal de klad inzit. De prijzen van de produkten, waar
voor de Overheid geen garanties heeft gesteld, liggen op een niveau, dat voor
de boer-producent geen enkele aantrekkelijkheid meer biedt.
Daarnaast knabbelt dezelfde Overheid regelmatig aan de garanties en door-
deze beide factoren is er, zeker in de akkerbouwsector, een onbevredigende
toestand ontstaan.
Het is begrijpelijk, dat men zich in de kringen van het Landbouworganisa-
tieleven hoe langer hoe meer begint af te vragen, wat gedaan kan worden
om deze situatie te verbeteren, opdat de boer zijn vruchten weer met meer
kans op financieel succes kan telen.
Nu zijn er verschillende mogelijkheden. Bij de Overheid kan gepleit wor
den voor hogere prijzen voor de gegarandeerde produkten. Via voorlichting,
bedrijfsverbetering en cultuur-technische verbeteringen kan gestreefd wor
den naar lagere kostprijzen.
Aan deze beide kanten van de zaak wordt het nodige gedaan. Wij willen
het daar deze keer niet over hebben.
VERWERKING EN AFZET
BOER STAAT ZWAK
ALLEREERST haalde hij een passage aan uit
de verkiezingsredevoeringen van de huidige
President van de Verenigde Staten, Kennedy, waar
in deze zeide, dat ten aanzien van de afzet van hun
produkten de boeren in een ongunstige uitzonde
ringspositie verkeren. Er zijn immers vele mil
joenen boeren tegenover betrekkelijk slechts en
kele kopers.
Voor ons land liggen deze cijfers in hun totaliteit
wat. anders, maar de verhouding is even slecht.
Het is daarom noodzakelijk en gewenst, aldus
Kennedy, dat de regering een onbelemmerde ont
wikkeling van de coöperatie bevordert.
Deze uitspraak, aldus Ir. Geuze, zou ook in
ons land aan de regering tot richtsnoer moeten
dienen. En wij voegen daaraan toe, zeker in een
tijd, waarin 'de afzetproblemen van Vele land--
bouwprodukten zich opstapelen. Want hierin
zit een verbetering van de positie van de boe
renstand, die deze door eigen kracht tot stand
kan brengen. En deze wijze van werken ver
dient altijd de voorkeur boven steun van Over
heidswege.
VOORDELEN
ALS tweede argument voor een grotere samen-
werking op coöperatief gebied haalde Ir.
Geuze aan de voordelen, die eer. breder draagvlak,
een grotere risicospreiding en meer armslag bie
den in de wereld van industriële verwerking en
afzet in het groot.
Het is het verschijnsel, dat wij in de particuliere
sector van het bedrijfsleven als het ware dagelijks
zien gebeuren. Wie de krant opslaat kan lezen
over het samenwerken, het samengaan en de vol
ledige fusie van werkelijk op zich zelve toch grote
bedrijven, Koninklijke Zout en Albatros, Werk
spoor en Stork, Unilever en noemt u maar op. Het
is onzes inziens de hoogste tijd, dat de grote zaken
van de boerenstand deze weg volgen, willen zij
niet achterop komen. Het is de enige manier om de
vleugels verder uit te spreiden en om initiatieven
te ontplooien, die anders door anderen worden
aangevat Met smart denken wij .bijvoorbeeld aan
de zopas nog gemiste kans van de fabriekmatige
vlasbewerking, welk procédé aan de A. K. U. is
toegevallen.
GEBREK AAN VOLDOENDE KADER
A LS derde en laatste argument bracht Ir. Geuze
naar voren, dat bij de grote verscheidenheid
van coöperatieve instellingen, een gebrek aan be-
stuurskader dreigt te ontstaan. De jonge boer is
door de totaal gewijzigde bedrijfsomstandigheden
veel meer aan zijn bedrijf gebonden, dan een aarital
jaren terug. Uit becijferingen, die een landbouw-
journalist van „Het Parool" heeft gemaakt, blijkt
duidelijk, dat het in de toekomst moeilijk, zoal niet
onmogelijk zal blijken, de vele besturen op vol
doende wijze aan te vullen.
Toch dienen de landbouwcoöperatieve instellin
gen in hoofdzaak door de bedrijfsgenoten bestuurd
te blijven. Ook uit dezen hoofde is concentratie ge
wenst.
Tot slot wees Ir. Geuze ook nog op de industriële
concentratie in E. E. G.-verband, welke op gang is
gekomen. De landbouw mag hier niet achterblij
ven.
BEZINNEN EN AANPAKKEN
HET is duidelijk, dat er bezinning nodig is over
deze voor de boerenstand uiterst belangrijke
kwestie. Bezinning over de wijze waarop concen
tratie mogelijk is en hoe en waar zij tot stand kan
worden gebracht.
Wij herinneren in deze nog eens aan een pleidooi,
dat wij reeds enige jaren geleden in deze kolommen
hielden en waarbij wij ons afvroegen of er hier
geen taak ligt voor de Nationale Coöperatieve
Raad. En dan een bredere taak, dan alleen maar
documenteren en publiceren.
Ook vroegen wij ons toen af, of het niet tijd
werd, dat er door de grote coöperaties fondsen af
gezonderd werden om nieuwe zaken aan te pakken.
Dit zou onzes inziens het voordeel hebben, dat
als er eens iets aangepakt werd, dat niet dade
lijk lukte, dit geen terugslag op de gehele
coöperatieve wereld zou hebben. Tevens zouden
hierdoor heel wat formele en juridische moei
lijkheden kunnen worden opgelost. In ieder ge
val hopen wij, dat de rede van de heer Geuze
mede mag werken aan het van de grond komen
van een nieuwe gedachte, waardoor de boeren
stand ook in de toekomst en temidden van de
moderne ontwikkeling liaar verworven positie
kan behouden en versterken.
Het zou éen mooie beloning zijn voor de af
tredende Voorzitter van het L. E. I., onder wiens
bekwame leiding dit Instituut de laatste jaren
goed werk verrichtte. S.
Zulks mede naar aanleiding van., de Jaarvergadering van het Landbouw
Coöperatie Centrum voor Zuid-West*Nederland, welke óp maandag 20 februari
te Roosendaal werd gehouden.
De Voorzitter van het L.C. C., Ir. M. A. Geuze, hield daar zijn laatste
openingsrede, daar hij zich niet herkiesbaar stelde. Hierin vroeg hij aandacht
voor een bepaald aspect van het afzetprobleem, waarmede de boer-producent
te kampen heeft, en wel voor de vraag of de tijd niet rijp is om te komen
tot een grotere concentratie bij verwerking en afzet van landbouwprodukten.
Een grotere concentratie van bijvoorbeeld de reeds grote coöperatieve instel
lingen, die de boerenstand in de loop der jaren tot stand en tot bloei bracht.
Concentratie en samenwerking, waardoor mede nieuwe gebieden bestreken
zouden kunnen worden.
De heer Geuze wilde met name pleiten voor de zogenaamde heterogene
concentratie, het samengaan dus van ongelijksoortige coöperaties, daar over
de homogene concentratie, het samengaan van gelijkgerichte coöperaties
van twee melkfabrieken bijvoorbeeld reeds meer gesproken en geschreven
is en deze in de praktijk ook op verschillende plaatsen te vinden is.
Er werden door de spreker drie belangrijke redenen aangevoerd, waarom
het hoog tijd is zich over deze zaken te bezinnen.
EEN nieuw hoofdstuk voor de paardenfokker^ in Nederland is begonnen
door de recente import van Haflingers. Verdere bijzonderheden over de
Haf linger vindt ,U op pag. 162.