De ventilator en haar mogelijkheden
D
M. MURRE
INTENSIEVER GEBRUIK VAN KOELRUIMTEN EN BETERE AANPASSING
VAN DE BEDRIJFSGEBOUWEN AAN VERANDERDE OMSTANDIGHEDEN.
AARDAPPELEN EN UIEN
DROGEN VAN GRAAN EN UIEN
DIVERSE OPSLAGMOGELIJKHEDEN VAN DE GRAANOOGST
4e.
5e.
T K S D A C FR1BUAR1 1961
f<*
IVE heer M. Murre, bedrijfsdeskundige voor het Akkerbouwbedrijf bij de R. L. V. D. te Goes, wees
"in zijn inleiding op de steeds krapper en duurder wordende arbeid. Dit maakt het noodzakelijk
dat aan de opslag van de verschillende produkten zo weinig mogelijk tijd wordt besteed. Geen tijd
rovende bezigheden als het maken van kuilen, stro opbrengen, afdekken enz.
De steeds verdergaande mechanisatie zal, hetzij in combinatie, hetzij individueel nog belangrijke
uitbreiding van het machinepark vragen. Dit betekent dat de landbouwbedrijfsgebouwen in toe
nemende mate niet meer gebruikt zullen worden voor het doel waarvoor ze in het verleden zijn ge
bouwd. De beschikbare ruimte kan voor andere doeleinden gebruikt en ingericht worden, hetgeen
veelal op betrekkelijk eenvoudige wijze en met geringe kosten kan plaats vinden.
De beschikbare ruimte kan worden gebruikt
voor:
a. berging verschillende landbouwmachines;
b. bewaring van .landbouwprodukten die voor
heen in kuil, ren, zak enz. opgeslagen werden.
De heer Murre behandelde vervolgens de bewa
ring en droging van enkele produkten.
DE totale opslagcapaciteit eind 1960 in het kon-
sulentschap de Zeeuwse Eilanden was ca
84,000 ton met globaal een investatie van ƒ12 mil
joen.
Hoewel aan betere, doelmatige en economische
bewaring de laatste jaren veel aandacht is besteed,
geeft een taxatie van de hoeveelheid aardappelen
en uien die in kuil of ren worden opgeslagen te
zien dat dit ca 365.000 ton moet zijn. Deze 165.000
ton betekent een totale opslaglengte van 250
km of een afstand GoesDen Helder. Een uit
spraak, dat de kuilbewaring steeds meer op de
achtergrond raakt en met name in Zeeland nog
maar van weinig betekenis is, blijkt dus onjuist te
zijn.
IN de naaste toekomst moet er naar de mening
van spreker naar gestreefd worden, dat geen
aardappel en ui meer aan de kuil bewaard wordt.
Vooral dit najaar is overduidelijk gebleken afge.
zien van arbeidsbesparing de nadelen van bewa
ring aan de kuil met als gevolg veel natte, zieke
aardappelen. Waren deze zelfde aardappelen
geventileerd, dan had veel schade voorkomen kun
nen worden. Hetzelfde geldt voor de uienbewa-
ring in rennen.- -
Voor al deze aardappelen en uien behoeven geen
permanente bewaarplaatsen gebouwd te worden.
Naast aanbouw van permanente bewaarruimte
van 80.000 ton zou ca 100.000 ton provisorische be
waring voldoende zijn, hiervoor kunnen de be
staande bedrijfsgebouwen benut worden.
Eén der mogelijkheden voor bewaring
van aardappelen.
DOOR het afzetten van een bepaalde ruimte met
strobalen, waartussen de aardappelen komen
te liggen, verkrijgt men een provisorische bewa
ring. Benodigd zijn een ventilator, hoofdpers-
kanaal en lattenroosters.
De investering voor bijv. 80 ton (8 x 5 m) be
draagt ca 1400,Heeft men 2 rassen, dan wordt
dit iets duurder. De bewaarkosten tot bijv. eind
december zijn uiterst gering.
Afschrijving (10 jaar) 140,-
Rente 5 35,—
Onderhoud 1 14,—
Stroom 80,
voor 80 ton of
269,-
34 cent per 100 kg.
DE investeringen die nog gevraagd worden om
de totale oogst onderdak te bewaren kunnen
begroot worden op;
permanente opslag 8.000.000 en provisori
sche opslag 2.000.000. Een totaal van
10.000.000.
De jaarlijkse kosten van kuilbewaring kunnen
begroot worden op:
S0.000 ton tot hi het voorjaar 1.600.000,
100.000 ton tot eind dec. 400.000,
r' -
2.000.000,—
De jaarlijkse kosten bij onderdak bewaring:
80.000 ton permanent inger. bew.pl. 960.000,
100.000 ton provisorisch inger. ruimte 340.000,-
1.300.000.—
Een jaarlijkse „winst" of „minder verlies" van
ƒ700.000 of ƒ140 per ha. De conclusie kan dan
ook getrokken worden dat zo snel mogelijk de
ƒ10.000.000 geïnvesteerd zou moeten worden.
Voordelen van deze bewaring:
a. natte aardappelen zo snel mogelijk droog
draaien;
b. minder arbeid en kosten voor opslag;
c. bij aflevering staat de arbeider oncler dak;
d. beter produkt;
f. ventilator ook voor andere doeleinden bruik
baar.
UOOR het drogen van graan en uien is naast
een ventilator een verwarmingsbron nodig
bijv. een „Prior", „Priofect" een eenvoudige gas
brander enz.
De heer De Boer heeft in de laatst gehoudm
Algemene Vergadering der Z. L. M. erop gewezen,
dat het grote aanbod van granen de eerste drie
maanden na de oogst 50— 55 bedraagt. Bij nog,
verdere mechanisatie verwachtte deze spreker dat
dit aanbod belangrijk toe zal nemen. Zijn gedach
ten gingen uit naar de richting van graanbewarert.
op de boei-derij. Echter moet dan ook de moge
lijkheid van drogen aanwezig zijn.
Andere mogelijkheden ventilator en gebruikmakiug
van de bedrijfsgebouwen.
STAMBONEN blijken veelal nog lang op stok
of ruiter te blijven staan. Deze bonen^hadden
mechanisch gedroogd kunnen worden door middeL
van ventilator en warmtebron. Dit brengt enige
onkosten met rich mee, maar het maandenlang'
op het land staan, kost eveneens geld in de vorm
van kwaliteitsverlies. i
In een cel voor aardappelbewaring is als proef
dit jaar een proef met mechanisch drogen geno
men. De opwarming was 9—10 C. Na 4 5 5 dagen,
was het produkt droog en kon worden gedorst.
De kosten bij een normaal gewas bedroegen pet
ha aan olie, stroom en celhuur ƒ60. of bij een.
opbrengst van 2000 kg 3 cf p kg.,
Ook door middel van een dfoogvlcertje in elke
beschikbare ruimte te plaatsen (wagenberging,
veldschuur). Dit sterke vloertje, ook bruikbaar,
voor het drogen van graan in zakken kostte ca-
ƒ1500.
rT slot vermeldde de heer Murre nog eeri
proef met het tasdrogen van erwten. De op
zet was in principe gelijk aan het hooidrogen, ech
ter met dit verschil dat er een verwarmingsbron
(„Prior") bij ingeschakeld was. Het produkt, miri
of meer groen, met een gemiddeld vochtgehalte van
40 met zeer natte plukken, werd van 20 .juli
tot 2 augustus In totaal 338 uren gedroogd. Het
vochtgehalte liep toen nog vrij sterk uiteen en
varieerde van 1620,6
De droogmethode van hooi kan dus niet zonder
meer voor erwten worden toegepast. De massa
komt plaatselijk te vast op elkaar te zitten, zodat
daar geen voldoende lucht wil komen. Bij een ge
wijzigd ventilatie-systeem en meer verdeel roos tors
bleek het bezwaar van natte plukken wel onder
vangen te kunnen worden.
b.
(1.
e.
S-
E conclusies die o.m. uit het voorgaande ge
trokken kunnen worden zijn:
De ventilator, zonodig gecombineerd me<fc
verwarming, heeft op onze landbouw l>e<iriyj-
ven ongekende mogelijkheden.
De bedrijfsgebouwen kunnen voor veel nut
tige doeleinden worden gebruikt.
Aardappels dienen onderdak opgeslagen foffi
worden.
Om meer spreiding in de graanafzet te ver
krijgen is uitbreiding van opslag noodzake
lijk. Hierbij is opslag op de boerderij te over
wegen.
Stam bonen niet meer op het veld laten nui-
drogen maar mechanisch (bewaarplaats
droogvloertje).
Het drogen van erwten is waarschipiiijlk
voorlopig alleen interessant voor spe-oiaJI?'
vermeerderingsbedrijven.
De investeringen zullen zeer aanzienlijk z||n«
Of deze verantwoord zijn zal van geval tofï
geval bekeken dienen te worden.
dus de kosten zal drukken. Wij hebben zelf twee
van dergelijke cellen, die goed voldoen. In Holland
wordt deze plaat o.a. gemaakt door Plevier in
Oudenbosch en Sluis in Groningen. Ook kan men
voor ronde cellen alluminium golfplaat gebruiken,
zoals deze in Flevoland zijn gebruikt. Van al dit
pre-fabricated materiaal zijn cellen in verschillende
maten te maken.
Diverse Engelse. Belgische en Franse fabrikan
ten leveren ronde cellen van geperforeerde plaat.
Deze cellen hebben in het midden een koker van
geperforeerde plaat, waardoor ze tevens als een te
ventileren cel of droogcel kunnen worden gebruikt.
Bij de fa. Duvekot te Goes zijn twee van dergelijke
cellen te zien, waarbij voor de droging gebruik
wordt gemaakt van de blazer, die ook het vullen
van de cellen kan verzorgen.
AOK ursusgaas is bruikbaar om cellen voor op-
slag van graan te maken. In Frankrijk wordt
dit materiaal toegepast. Ringen, gemaakt van
ursusgaas, bekleed met mussen gaas en er omheen
banden.van dik draad. Deze waren gewoon op een
betonnen vloer gezet en konden 30 ton graan be
vatten. De kosten waren toen in 1957 3,per
ton. Uiteraard is dit materiaal niet geschikt voor
langdurige opslag. Voor tijdelijke opslag kan het
echter zeer wel dienen.
Een steviger materiaal, dat misschien een goed
koop systeem op kan leveren, is bouwstaal. Dit
zijn rollen van matten wapeningsijzer. Stevig dus.
Wanneer men deze aan de binnenkant graandicht
maakt, b.v. met board ol mussengaas, geloof ik
dat men stevige en goedkope cellen kan maken.
Ook hier zullen ijzeren banden rond de cel de extra
stevigheid moeten geven.
Zo U ziet, zijn er meerdere materialen bruikbaar
voor cellenbouw. Een zorgvuldige bestudering wat
voor Uw omstandigheden het geschiktst is, loont
zeker de moeite.
TRANSPORTSYSTEEM
VOOR vertikaal transport van het graan kun-
nen worden gebruikt: le. elevator, 2e. vijzel,
3e. graanblazer.
Voor horizontaal transport kan worden gebruikt
le. vijzel, 2e. Raedlerketting, 3e. transportbanden.
4e. schudgoten, 5e. graanblazer.
Men zal eerst voor zichzelf moeten bepalen welke
kapaciteit men voor het transportsysteem verlangt.
Deze zal voor een boerensilo ongeveer tussen 6 a
10 ton per uur moeten liggen. Men moet er reke
ning mee houden dat de kapaciteit van welk trans
portmiddel dan ook, behalve misschien bij trans
portbanden, bij nat graan wel met 30 terug kan
lopen.
Bijna elk transportsysteem moet beginnen met
een stortput. Deze moet zo zijn gelegen dat de
wagens er goed bij kunnen en goed geledigd kun
nen worden. Wanneer de put laag komt te liggen,
zorg er dan voor dat hij goed waterdicht is.
Uit de put kan het graan met een elevator om
hoog worden gebracht. Wanneer de cellen in de
put leeg kunnen lopen, kan dezelfde elevator wor
den gebruikt om het graan rond te draaien.
Een vijzel moet wel onder een hoek van maxi
maal ±60% staan om nog voldoende kapaciteit
te behouden.
PEN graanblazer vraagt veel vermogen, maar
is op zijn plaats, indien om een hoek moet
worden gewerkt, b.v. wanneer er veel gebinten zijn
of wanneer het gebouw niet hoog genoeg is om
met een elevator te kunnen werken. Een graan
blazer zal nogal wat stof veroorzaken.
Voor horizontaal transport, dus waar de celleiC
op rijen staan, is de transportband het beste micP»
del. Dat behoeft niet een luxe uitvoering te zijn.
met rollen enz. Wanneer men gewoon een platt6
band over een vlakke plank laat slepen, zal het
vermogen, wat nodig is, misschien iets hoger rijn;»'
maar de kosten voor zo'n bond zijn zeer laag. Al$
men het graan in een niet te brede band op zo'rr.
platte transportband laat lopen, valt er geen korrel)
af.
Geen transportsysteem in een silo is volledig*
wanneer niet een punt aanwezig is, waar men lo>
graan in een wagen kan afleveren en één waar,
men graan kan afzakken. In de regel zal het graait
door een buis naar deze punten moeten glijden, Ui
moet er om denken dat het beloop van deze buizen^
en hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor de zijkanten
van .de stortput, nooit kleiner mag zijn dan 1 of
1.4 d.w.z. 70 cm vertikaal voor elke m horizontaal*
Indien de ruimte aanwezig is, is 1 op 1, dus eern
hoek van 45 uiteraard nog beter.
VENTILEREN EN DROGEN
GRAAN bewaren zonder dat een drooginrichting:
en/of ventilatiesysteem aanwezig is, is niet
mogelijk. Om graan te drogen, zijn er tientallen
verschillende systemen.
Het systeem Mansholt. waarbij het graan in
dunne lagen wordt gedroogd, is zeer aantrekkelijk
vanwege de goedkope bouw. Ook zeer aantrekkèlijk
is de silo van geperforeerde plaat met de centrale
koker.
Er zijn veel mogelijkheden, maar daar een goede
droging van zeer veel faktoren afhankelijk is, kan
het beste advies gevraagd worden bij de R. L, V, IX
of het I. B. V. L.