FRUITTEELT in het BUITENLAND
De show van tuinbouwmachines
TUINBOUW
DINGEN VAN DE WEEK
Toenemende belangstelling
voor de fruitteelt
ZATERDAG 21 JANUARI 1061
61
IIET was de fruitteelt in het buitenland en met name die in Amerika en België welke werd be-
n sproken in de lezingen op de Zeeuwse fruitteeltdag 1961. Over Amerika sprak ir. G. S. Roosje
verbonden aan het Proefstation voor de Fruitteelt in de Vollegrond te Wilhelminadorp, en over die'
in België door de heer F. Siaens, leraar aan de tuinbouwschool te Melle in België.
Ir. Roosje heeft in 1960 een studiereis van enkele maanden naar Amerika gemaakt. Hij beperkte
zijn bespreking tot de appel en de peer en daarbij vertelde hij hoe vooral de appelteelt in Amerika
belangrijk is. De produktie is op het ogenblik tienmaal die van Nederland, namelijk 2Vs miljoen ton.
Men hoopt in 1965 een produktie van 3 miljoen ton te hebben. Evenals in ons land komt ook daar
de Golden Delicious sterk naar voren. Op het ogenblik bezet dit ras de achtste plaats. Men schat dat
in 1965 de produktie met 105% zal zijn toegenomen.
Verreweg het belangrijkste appelras in Amerika is de Red Delicious. In de staat Washington b.v.
bestaat 60 van alle appels uit dit ras. Op de tweede plaats komt het ras Mac Intosh. De Jona
than bezet de vierde plaats maar de belangstelling hiervoor loopt terug in verband met het meel-
dauw-vraagstuk.
Dertig procent van alle appels worden door de fabrieken verwerkt tot moes, sap enz. Van de peren
gaat 80 naar de fabriek. Het belangrijkste perenfas is Bartlet of Bonne Chretien William.
De belangstelling voor de kleine boomvorm in Amerika neemt toe, aldus ir. Roosje, die echter
ook zei dat de Nederlandse fruitkweker' zijn Amerikaanse collega ver vooruit is wat deze boomvorm
betreft. De ziektebestrijding is, evenals in ons land, ook in Amerika een probleem. Het spint is een
grote plaag welke moeilijk te bestrijden is, mede tengevolge van het resistent worden van de spint
tegen fosforesters. Verder is ook resistentie van bladrollers en fruitmot waargenomen tegen be
paalde hiervoor gebruikte bestrijdingsmiddelen.
We zouden graag uitvoeriger schrijven over deze bijzonder interessante lezing van ir. Roosje, maar
de plaatsruimte hiervoor ontbreekt ons en daarom moeten we volstaan met op te merken dat we
er van hebben genoten en eveneens van de prachtige dia's welke hij vertoonde en een zeer goed
beeld gaven van de fruitteelt in dit land, dat voor het Westen van zo groot belang is.
PEREN IN BELGIE
IN een uitvoerig betoog heeft de heer Siaens de aanwezigen verteld over de mogelijkheden en
moeilijkheden van de perenteelt in zijn land. We hebben er van genoteerd dat de belangstelling
voor de teelt van peren terugloopt, vooral door de lange periode welke er ligt tussen aanplant en
in produktie komen van een perenaanpldnting. Op het ogenblik is het zo dat van de Belgische fruit-
aanvoer 50 uit appels bestaat en 24 uit peren. Bij de jonge aanplant evenwel is de verhouding 5
appels tegen 1 peer. De plaats van de peer loopt dus terug. Ook het ontbreken van goede peren-
grond is hiervan een reden en verder zoekt men in België naarstig naar een onderstam welke beter
dan kweek A bestemd is tegen harde vorst in de winter. De gevolgen van de strenge winter van
1955 op '56 zijn thalïs nog te zien in de Belgische perenaanplantingen.
In het sortiment voltrekken zich volgens de heer Siaens weinig veranderingen. De kern
ervan wordt gevormd door Durondeau, Conférence en Doyenné du Cornice. Als aanvulling hierop teelt
men Précose de Trevoux, Clapps Favorite, Triomphe de Vienne en Beurré Hardy. De Beurré Hardy
was enkele jaren geleden uit het sortiment verdwenen door het laat in produktie komen, maar door
de grote vraag naar deze peer is ze weer terug gekomen. In Bon Chretien als handpeer heeft men
in België geen vertrouwen meer. Van de nieuwe perenaanplantingen in België bestaat op het ogen
blik 15 uit Durondeau, 25 Doyenné du Cornice, 35 Conférence en 25 Précose, Clapps, Har
dy en Triomphe. De Beurré Alexander Lucas is in België verdrongen door de Doyenné du Cornice en
de Bonne Louise door Durondeau en Conférence.
De coöperatieve bewaring van fruit kent men in België niet en de telers ondervinden hiervan de
moeilijkheden bij het bewaren van hun fruit.
DE mogelijkheid is aanwezig dat verschillende
van onze lezers zich weinig interesseren voor
de gang van zaken binnen ons organisatorisch
leven. Toch is het belangrijk dat zij hiervan op de
hoogte zijn. We leven nu eenmaal niet in een ge-
isoleerde gemeenschap, in een eigen beperkte kring
van groente- of fruitkwekers, die zichzelf verder
nergens mee hebben te bemoeien. Als we zo leef
den zou dat tot gevolg I nnen hebben dat we spoe
dig in een hoek werden gedrongen en dat er over
en zonder ons werd beslist. Organisatie is nodig
en hoe beter men georganiseerd is, hoe meer men
zijn belangen kan behartigen in een groot verband.
Vorige week hebben we 't kleine-boerennummer
van ons blad gehad. Juist ook voor de kleine grond
gebruikers is het zo belangrijk dat zy georganiseerd
zijn, want zij vooral plukken de vruchten van het
georganiseerd zijn. Door het lid zyn van hun stand-
organisatie komen ook hun belangen aan de orde.
Zeker wanneer men een klein bedrijf beheert, kan
men het niet stellen zonder organisatie. Zaken als
die welke verband houden met grond en pacht,
onderwijs, borgstellingsfonds, afzet enz., zij zijn
voor de kleine grondgebruikers van het grootste
belang. De meeste kleine telers moeten dat dan
uiteraard overlaten aan anderen welke daar meer
tjjd en gelegenheid voor hebben. Dat is ook niet
erg en het kan niet anders, want op het kleine één-
ma nsbc drijf kan men er soms moeilijk herhaalde
lijk uitbreken voor vergaderingen en bijeenkom
sten. Maar wanneer men georganiseerd is, weet men
dat zijn belangen ook worden behartigd.
Daarom is het goed dat u ook kennis neemt van
de gang van zaken binnen onze organisatie. De
afdeling tuinbouw van het K. N. L. C. heeft van
voorzitter en secretaris gewisseld. Reeds enige tyd
geleden is de heer Van Kampen afgetreden als
voorzitter van de afdeling Tui-bouw. Hij werd op
gevolgd door de heer Bos. Thans heeft de heer Ven-
nik afscheid genomen als secretaris. Hij wordt op
gevolgd door de heer C. G. Trouw.
De heer Trouw is reeds drie jaar op het secreta
riaat werkzaam, dus hy is geen onbekende. Hij
staat voor een drukke, maar ook mooie werkkring
en wij hebben het vertrouwen dat hy veel zal kun
nen doen voor de tuinbouw. Gezien de verschillen
de facetten van de tuinbouw, is zyn taak zeer veel
omvattend. Als de reorganisatie van de afdeling
tuinbouw geheel is doorgevoerd dan zullen de ver
schillende sectoren elk hun eigen karakter krygen.
We hebben dan de afdelingen groenteteelt, fruit
teelt, bloembollenteelt, bloemkwekerij en boom
kwekerij. Deze worden dan overkoepeld door het
K. N. L. C.-verband en v el door de afdeling Tuin
bouw.
De Secretaris krygt o.m. tot taak het verband
vast te houden tussen de verschillende afdelingen
en de hoofdafdeling. Hij moet het contact levendig
houden met de Provinciale maatschappijen. Hy
heeft te zorgen voor de Tuinbouwrubriek in de
Landbode. Dit alles is veelomvattend en het vraagt
beleid om de tuinbouwbelangen het beste te kun
nen behartigen.
Het is geen gemakkelijke taak om in ons land
met zijn vele groeperingen en zuilen iets tot stand
te brengen. Vaak komen de eigen belangen binnen
de organisatie met elkaar in botsing.
Toch dienen we ons goed te realiseren wat de
betekenis is van het georganiseerd zyn.
Wat zou het een losse, onsamenhangende boel zijn
wanneer we niet onze organisatie hadden. Vooral
de teler zou daarvan de dupe zijn geworden. Daar
om is het van groot belang dat onze gehele orga
nisatie zo goed mogelijk draait en als er medewer
king van ons voor wordt gevraagd, zullen we deze
ook moeten geven.
De beste organisatie-mense krijgt men niet voor
niets, maar in de praktijk zien we heel dikwijls dat
de beste mensen, welke we voor iets kunnen krij
gen dikwijls ook de goedkoopste zyn, want ze be
talen in de regel zichzelf. Op velerlei terrein heb
ben we dat reeds gezien. Dat gold voor het ver
leden, maar dat geldt evenzeer voor het heden.
Over dit onderwerp zou veel te zeggen zijn, maar
we willen dat niet doen omdat een ieder zal be
grijpen wat we bedoelen.
Het ging ons er deze week om, belangstelling te
wekken voor uw organisatie. En als er eens critiek
is op al dat vergaderen en op al de administratieve
rompslomp, bedenk dan dat daar in onze tijd niet
meer aan te ontkomen is. Als eenling wordt men
in deze tijd in de hoek gedrukt en men telt niet
meer mee. Samenbundeling betekent kracht en die
kracht hebben we nodig, zeker in de toekomst bij
de toenemende concurrentie welke ons te wachten
staat.
Tenslotte nog iets over de
FRUITTEELTDAG 1961.
De jaarlijkse hoogtijdag voor de telers is weer
voorbij. Jammer genoeg konden we er vorige week
geen verslag van geven, maar deze week willen we
dat inhalen. Het was een zeer geslaagde dag. On
danks regen en wind was er grote belangstelling.
De show van machines toonde duidelijk dat er veel
te koop is om efficiënt te werken op onze bedrijven.
Op deze pagina vindt u over een en ander een
kort verslag.
Tot de volgende week.
DAT er in onze provincie een toenemende be
langstelling voor de fruitteelt bestaat, is be
kend. Hoe groot deze is, blijkt o.m. uit een mede
deling welke de Zeeuwse Rijkstuinbouwconsulent
ir. J. J. van Hennik deed in zijn nabeschouwing
op de fruitteeltdag te Goes.
Ir. Van Hennik zei namelijk dat het afgelopen
seizoen bodemkartering werd aangevraagd voor
575 ha grond, bestemd om te worden beplant met
vruchtbomen. Voor het grootste deel waren deze
aanvragen afkomstig van nieuw beginnende fruit
kwekers en overwegend betrof het oppervlakten
van 5 ha en meer. We gaan dus in Zeeland steeds
meer naar het telen van fruit in grote percelen
en ir. Van Hennik stelde hierop de vraag of dat
verantwoord is, aan de hand waarvan hij enkele
opmerkingen maakte. In de eerste plaats wees hij
er op dat het verschil tussen de kostprijs van
fruit in ons land en die in het buitenland, niet
zo groot is. Hier liggen dus niet direct de moei
lijkheden. Van bijzonder belang is de kwaliteit
van het fruit, de organisatie van de afzet en de
presentatie van het produkt.
OVER de kwaliteit zei ir. Van Hennik dat
hierover de Zeeuwse fruitkwekers ook niet
ongerust behoeven te zijn want vooral uit de
jonge bedrijven is die wel goed. Het zwaartepunt
voor de komende jaren zal evenwel volgens hem
komen te liggen op de presentatie van het pro
dukt en de organisatie van de afzet. Hieraan zul
len zeer hoge eisen worden gesteld en het zal er
op aan komen op welke wijze deze worden opge
lost. Vocral de veilingen hebben in dezen een be
langrijke taak.
Over de produktie van de jonge fruitaanplan-
tingen in Zeeland zei spreker dat deze een ge
middelde produktie geven van 30 ton appels per
hectare.
Over het vraagstuk van de investeringen welke
nodig zijn voor het fruitbedrijf zei ir. Van Hen
nik dat het vooral voor de beginnende kweker
zeer belangrijk is dat hij zich oriënteert ten aan
zien van de zeer grote bedragen welke nodig zijn.
Ook wees hij op de noodzakelijkheid van vak
bekwaam personeel. In dit verband is het be
langrijk dat de belangstelling voor het fruitteelt
vakonderwijs in Zeeland zo groot is. Er zijn in
Zeeland vier fruitteelt-vakscholen en deze heb
ben thans 220 leerlingen.
Tenslotte vroeg ir. Van Hennik opnieuw de
aandacht voor de goede mogelijkheden welke de
perenteelt biedt voor de Zeeuwse fruitkwekers.
MBL veel genoegen hebben we op vrijdag 6 januari j.l. rondgekeken op de show van machines
voor het tuinbouwbedrijf. Deze show werd gehouden in zaal Krijger aan de Beestenmarkt te
Goes. Het was er vanaf 's morgens een gezellige drukte. Fruitkwekers uit alle delen van onze pro
vincie en uit West-Brabant ontmoetten er hun handelaren, zagen de produkten welke deze hadden
aan te bieden en wisselden van gedachten met collega's. Het geheel had eigenlijk wel iets weg van
een reünie en we geloven dat het een goede gedach te is van de organisatoren van deze dag om niet
de gehele dag lezingen te houden maar dit tentoonstellingselement er aan vast te koppelen.
Uiteraard kunnen we hier geen volledige beschrijving geven van alles wat er te zien was. Vooral de
trekkers waren er in rijtfe verscheidenheid en daarbij valt op dat er zulke geschikte modellen voor
gebruik in de boomgaard te koop zijn. De vierwielige trekkers namen een belangrijker plaats in dan
de tweewielige trekkers. Bij deze laatste gaat de belangstelling steeds meer uit naar de zwaardere
typen en ook de diesel komt hierbij meer en meer naar voren.
De nieuwste machines voor de ziektebestrijding waren er in verscheidenheid te zien, verder niet te
vergeten de bestrijdingsmiddelen en meststoffen.
Het Proef station voor de Fruitteelt in de Vollegrond te Wilhelminadorp had een voorlichtings
stand ingericht waarin de nieuwste appelrassen tentoongesteld stonden.
Vele honderden fruitkwekers hebben deze show bezocht. Het was er prettig vertoeven.