Zaal-uien KORTE WENKEN I Hm ZEEUWS LANDBOUWBLAD Op de proefvelden kwam dit jaar in Goudkorrel zeer veel rolmozaïek voor. Dit remcte de ontwikkeling en rijping van dit ras. Deze rolmozaïek was een sterke besmettingshaard voor de andere rasen. Vooral Beka bleek hiervoor in ernstige mate gevoelig te zijn. Het in 1960 voor het eerst in de rassenlijst opgenomen ras Berna bleek een goede resistentie te hebben. Bataaf werd wel wat aangetast., doch in veel mindere mate dan Beka. In produktiviteit komt Bataat boven Beka. Bovendien is dit ras minder vat baar voor vetvlekkenziekte en rolmozaïek. Indien echter van gezond zaaizaad wordt uitgegaan, dan kunnen ook met Beka goede resultaten worden ver kregen. Bataaf is een vrij kort, stevig ras. Voor dit ras is een wat nauwere rijen- afstand gewenst dan voor Beka, daar onder minder gunstige omstandigheden de grondbedekking wel eens te wensen overlaat. Bataaf is vatbaar voor vlek- kenziekte en vooral voor spikkelziekte. In afrijping is er weinig verschil tussen Beka en Bataaf. De zaadkwaliteit is van beide rassen zeer goed. Het nieuwe ras Berna heeft een zeer goede indruk gemaakt. Dit ras is produktief en weinig vatbaar voor ziekten. Berna maakt wat meer stro dan Beka en rijpt iets vroeger af dan Beka en Bataaf. De kwaliteit van de boon is zeer goed; de kleur is iets lichter dan van Beka. Dit ras verdient alle aandacht. De belangstelling voor de kogelboon Goudkorrel is gering, temeer daar de handel momenteel praktisch naar geen kogelbonen vraagt. Goudkorrel groeit middelmatig lang en is nogal bladrijk. Tevens is ze nogal vatbaar voor spik* keiziekte maar vooral voor rolmozaïek. Rijpt iets later dan Beka. BE teelt van witte bonen komt vrijwel alleen op Walcheren voor. Hoewel de teelt van weinig betekenis geacht kan worden, gezien de geringe om vang, neemt de belangstelling ervoor weer iets toe. De rassenkeuze is beperkt tot Walcherse Witte en Exponent. Ondanks het feit dat Exponent steeds hogere opbrengsten geeft dan Wal cherse Witte, maken de minder goede zaadkleur en zaadkwaliteit de ver bouw van dit ras weinig aantrekkelijk. De opbrengstresultaten van het nieuwe ras Krijger Stam 8 ten opzichte van Walcherse Witte zijn redelijk goed. Het ras rijpt vroeger af en heeft: wat korter stro met minder ranken. De zaadkwaliteit is gelijk aan die van Walcherse witte; de korrel is wat kleiner. Overzicht van de eigenschappen der hoofdselecties 19561960 Eigenschappen Produk- Duurzaam- Vroegrijp- tiviteit heicl heid Gem. opbrengst kg/are en rendement hoofdgroep 100 618.3 64.2 Rijnsburger type Grobol 111 101 7 Maelstede 110 96 7 Bol a 109 95 7 Favoriet 112 95 6 Maliebo 95 7 Galathee 110 104 7 l.uctor 99 96 8 iWesterloo 100 106 8 Sel. Wabeke 105 105 7 ,\Vijbo 104 100 7 Primeur 111 100 7 Pikeur 99 99 8 Noordhollandse Strogele type Plastro 104 95 7 AVijdehoud 82 105 8 Noordhollandse Bloedrode type Brillant79 97 8 .West-Friesia 83 109 7 Sel. H. Zwaan85 102 8 Vorm bol bol bol bol bol bol bol bol bol bol bol bol plat plat plat b/pl plat DIJ de teelt van de gewone zaai-ui wordt bij voorkeur gezaaid in de tweede helft van maart of de eerste helft van april en valt de oogst eind augus tus tot begin september. Voor deze teeltmethode wordt overwegend uitgegaan van Nederlandse selecties, welke naar hun eigenschappen in een 3-tal typen zijn onderverdeeld, namelijk het Rijnsburger, het Noordhollandse Strogele en het Noordholland.se Bloedrode type. Van deze 3 typen wordt de Rijnsburger verreweg het meest verbouwd. De teelt van de tot het Noordhollandse Strogele type behorende selecties is alleen van betekenis in de provincie Noord-Holland. De beteelde oppervlakte met Noordhollandse Bloedrode uien is zeer gering. N. A. K.: monsterkeuring van granen door monsterkeuringscommissie. RIJNSBURGER TYPE BOLVORMIGE ui. Omvat tamelijk produktieve tot zeer produktieve, meren deels matig duurzame tot zeer duurzame selecties, met sporadisch tot zeer weinig sterk uitwendig rood en zeer weinig tot weinig inwendig rood. Bij beschouwing van de eigenschappen van de afzonderlijke selecties blijken de gunstigste resultaten verkregen te zijn met Grobol, Galathee, sel. Wabeke en Primeur. Ondanks de hoge produktiviteit is de duurzaamheid van deze selecties niet minder dan van het merendeel van de overige tot dit type behorende vertegenwoordigers. Vrijwel gelijkwaardige eigenschappen hebben Maelstede, Bola, Favoriet en Wijbo. De met Maliebo, Luctor en Pikeur verkregen resultaten zijn minder bevredigend. In tegenstelling tot Westcrloo wordt de mindere produktiviteit van deze selecties niet door een betere houdbaarheid opgeheven. NOORDHOLLANDSE STROGELE TYPE DLATTE uien. Met uitzondering van de vorm komen de vertegenwoor- digers van dit type veel met die van de Rijnsburger overeen. Van de beide opgenomen selecties is Plastro het meest produktief, daaren tegen is de duurzaamheid van Wijdehoutl beter. NOORDHOLLANDSE BLOEDRODE TYPE AVERWEGEND platte ui. Wijkt van de overige rassen af door de paarsrode kleur van de uien. In vergelijking met het merendeel van de Rijnsburger en Noordhollandse Strogele selecties, is de opbrengst laag; de duurzaamheid is vrijwel gelijk. De van dit type meest op de voorgrond tredende selecties zijn West-Friesia en sel. H. Zwaan. AMERIKAANSE HYBRIDE-UIEN HET door de zaadhandel van deze rassen aangeboden zaad wordt uit Ame- rika geïmporteerd. Met de teelt van hybride-uien wordt beoogd, op een vroeger tijdstip over voor export geschikte uien te beschikken, dan met de inlandse selecties mogelijk is. Overzicht eigenschappen hybride-uien 19561960 Eigenschappen Produk- Duurzaam- Vroegrijp- Vorm tlviteit heid heid Gem. opbrengst kg/are en rendement Primeur 100 590.0 70.5 Primeur 100 100 7 hol Vroege Glorie 62 94 10 bol Encore 77 90 9 bol Epoch 67 109 10 bol U OOR AL de produktiviteit van Vroeger Glorie is belangrijk lager dan van de inlandse selectie Primeur. Van de in de tabel genoemde hybriden is Encore het meest produktief. In vergelijking met Primeur zijn de hybriden daarentegen omstreeks drie weken vroeger oogstbaar. Ten aanzien van de bewaarbaarheid zijn geen grote verschillen waar genomen. In de praktijk is gebleken, dat door de hybriden hogere eisen aan de grond worden gesteld dan door de inlandse selecties. Hierdoor zijn droogtegevoelige en/of zware gronden voor de teelt van deze rassen niet geschikt. NAT bouwland, laat zich niet alleen slecht bewerken, maar blijft ook in het voorjaar lang koud, waardoor het zaad traag ontkiemt. In vele gevallen zijn verstopte drains de oorzaak van de natte plekken in het perceel. Laat deze drain- reeksen opgraven of door spuiten, wat tegenwoor dig tegen betrekkelijk geringe kosten goed moge lijk is. J—F OEWEL het onbekende trekt en de gewas- senkeuze voor de boer moeilijk is, moet U zich niet allerlei onbekende gewassen laten aan smeren. Wanneer U een voor U onbekend gewas wilt gaan telen, is het verstandig vooraf bij des kundigen te informeren. Een stap in het onbe kende heeft menigeen teleurstellingen bezorgd. J-f ET gebruik van slecht zaaizaad en pootgoed brengt geen voordeel, maar kost geld. Veel boeren zorgen zelf voor de instandhouding van een goede onkruidbezetting door sterk verontrei nigend zaaizaad te gebruiken. Bestel tijdig het benodigde zaaizaad en zorg er voor dat het ook goed uitgangsmateriaal is. NIET de gewassen, die het meeste werk vra gen geven u altijd het grootste netto-over schot. Bij de gewassenkeuze dient u er op be dacht te zijn, dat de arbeid steeds schaarser en duurder wordt. Steeds meer wordt handenarbeid vervangen door machines. Hoewel suikerbieten een goede opbrengst kunnen geven moet u be denken wat de kosten zijn en of u voldoende arbeid voor dit gewas zult kunnen aantrekken. NIET alleen verstopte drainsmaar ook een ploegzool laat het water onvoldoende door. Welke van deze twee de oorzaak zijn, kunt u na gaan door een gat te spitten vlak boven de drain- reeks tot op de buis. Is een dichte ploegzool aan wezig dan merkt u dat bij het spitten. Zijn de buizen verstopt, dan blijft het water in het ge spitte gat staan. TTTANNEER u al vele jaren iets in uw bezit W hebt, is het begrijpelijk dat u daaraan ge hecht raakt. Vele boeren hebben hun percelen vaak erg verspreid liggen wat het bewerken zeer bemoeilijkt. Door onderlinge landruil is het ratio neel boeren aanzienlijk te verbeteren. Tracht iedere boer voor zich eens na te gaan welke mo gelijkheden daarin aanwezig zijn. /N deze tijd van „machinaal boerenis het noodzakelijk om op één perceel slechts één bewas te telen. Tracht door kavelvergroting ver snippering tegen te gaan, waardoor de machinale bewerking aanzienlijk wordt vereenvoudigd. Voor de kleinere boeren geldt het advies: „Verbouw met het oog op maaidorsen zoveel mogelijk één graangewas" ■i

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1961 | | pagina 8