903 Enige nieuwe appelrassen die besproken werden: ZATERDAG 24 DECEMBER 1060 Melrose, het nieuwe appelras, waarvan het I.V.T. verwacht dat dit mogelijk een vervanger zal kun nen worden van de Jonathan. (Foto I.V.T., Wageningen). zegt: ..Ik zou het wel willen proberen met peren, maar dan moet ik er te lang op wachten. Dat kan er niet af. Ik moet zo gauw mogelijk inkomsten hebben en daarom ga ik appels planten." Het ge volg in beide gevallen is dat er geen peren worden geplant. Voor beide redeneringen valt iets te zeggen. Als we op moderne wijze appels gaan planten, mogen we na vijf jaar reeds een redelijke produktie ver wachten. Alles is duur in deze tijd en een aan loopperiode, welke precies eens zo lang duurt, kost veel geld. Wanneer men het zich kan veroorloven, dan is er toch veel te zeggen voor de teelt van peren, want we zien, wanneer eenmaal een perceel in volle produktie is, de opbrengst belangrijk hoger -is dan van de appels. De laatste jaren zijn er heel veel appels geplant en betrekkelijk weinig peren. De berichten over de samenstelling van het fruitsortiment laten zien, dat de plaats van de peer in het totale sortiment de laatste jaren belangrijk is teruggelopen. Zeker in Zeeland is daar geen reden voor en we zijn van mening dat op de lange duur de peren teelt meer perspectief biedt dan de teelt van appels. Ook nadelen /"-OVERIGENS realiseren we ons dat het laat in produktie komen niet het enige nadeel is van de peei\ We denken ook aan de onderstam. Het iS nog altijd moeilijk om de juiste kweq-onderstam te pakken te krijgen. Dit bezorgt vooral de boom kwekers veel moeilijkheden. Een ander nadeel is dat bij strenge vorst in de winter de kwee soms kan bevriezen. Dan kan er nogal wat schade ontstaan en hiert«7gen moeten dus ook maatregelen worden genome*. Tenslote noemen we nog het feit dat we bij de peren heel wat meer het verschijnsel van beurt jaren kennen dan bij de appels. Toen we enige tijd geleden schreven over het rooien en het planten, spraken we de hoop uit dat de weersomstandigheden zouden verbeteren, opdat snel voortgang gemaakt kon worden met het plan ten van vruchtbomen. Daar is nog weinig van te recht gekomen. Het is nog steeds te nat om dat werk uit te voeren. Er zullen kwekers zijn die er dit seizoen niet meer toe komen om te planten. Voor hen in het bijzonder geldt dat ze zich toch eens terdege dienen te bezinnen op de mogelijk heden van de perenteelt voor hun bedrijf. Mis schien dat ze er dan toch toe zullen komen om deze teelt een grotere plaats te geven dan ze op het ogen blik heeft. En staat men voor de noodzaak een deel van het bedrijf te vernieuwen, dan dient ook zeker hieraan aandacht besteed te worden. We geloven dat de nadelen van de teelt van peren ruimschoots opwegen tegen de voordelen en dan denken we daarbij in hoofdzaak aan de, geweldige uitbreiding van het areaal appelen in alle landen van West- Europa en het min of meer terug lopen van het aandeel van de peer in het hardfruitsortiment. Rassenkeuze \JNTANNEER we bij de peren spreken over de ras- senkeuze, dan is dat een heel wat eenvoudiger aangelegenheid dan wanneer we dat doen bij de appels. We zien hier belangrijk minder verschui vingen. Pererassen, welke twintig jaar terug goed voldeden, gaan nog mee en nieuwe rassen komen er weinig of niet naar voren. Het huidige sortiment dat kan worden aanbe volen bestaat in hoofdzaak uit de rassen Précose de Trevoux, Triomphe de Vienne, Bonne Louise d'Avranches, Beurré Hardy, Conference, Beurré Alexander Lucas en Doyenné du Cornice. Van alle rassen.valt veel goeds te zeggen. We hebben hierbij de Clapps Favourite niet meer genoemd, omdat we geloven dat dit ras voor onze omgeving minder interessant gaat worden. Als vroege peer kunnen we de Précose de Tre voux nog moeilijk missen. Van het ras Conference zijn de laatste jaren zoveel bomen geplant, dat we ons wel eens afvagen of we hier niet teveel van het goede zullen krijgen, vooral omdat we zien dat deze peer het toch altijd nog niet zo goed doet in West- Duitsland, het land dat onze peren voor het grootste deel afneemt. Overigens heeft de Conference veel goede eigenschappen. Duitsland toont veel interesse voor rassen als Legipont en Beurré Alexander Lucas. Mede omdat dit rassen zijn, welke een zeer hoge produktie kun nen geven en ook goede bewaareigenschappen be zitten, mag hierop wel een keer extra de aandacht worden gevestigd. Industrie-peren •yENSLOTTE hebben we nog niet genoemd de zgn. industrie-peren, zoals Bon Chretien William, Beurré Lebrun e.a. Over de mogelijkheden voor de teelt van deze peren heerst wel enige onzekerheid. Er zijn fruit kwekers, welke wel eens bang zijn voor de eenzijdig gerichte afzetmogelijkheden van deze peren. Aan de andere kant mogen we echter niet uit het oog verliezen dat de industrie steeds meer peren gaat verwerken en er zijn geen redenen om aan te nemen dat dit binnenkort zal veranderen, integen deel we staan hier nog maar aan het begin van de ontwikkeling. Het zijn rassen, welke betrekkelijk gemakelijk geteeld kunnen worden en een hoge kilo-opbrengst geven. De laatste jaren is de teelt van deze peren zeer goed geweest en het lijkt ons verantwoord enige uitbreiding aan de teelt van deze zgn. „in dustrie-peren" te geven. We zouden ook nog kunnen schrijven over de tussenstam, welke bij de perenteelt zo belangrijk is en over de boomvorm, maar het ging ons deze week in het bijzonder om het aandacht vragen voor deze teelt en de meer technische dingen, welke er ver band mee houden, bewaren we graag tot een vol gende keer. Graag zouden we echter zien dat Zee land als produktiegebied van peren van nog meer betekenis werd. Close: Dit ras is niet aanbevelenswaardig en kan alleen vanwege zijn vroegheid een plaatselijke primeur zijn. Lodi: Kan niet algemeen worden aanbevolen; de resultaten met dit ras opgedaan in praktijkproeven op M IX zijn niet gunstig, daar de vruchten zeer snel melig zijn en barsten aan de boom. Stark Earliest: Heeft in enkele jaren een grote vlucht genomen en wordt algemeen aan bevolen. Strenge selectie van het uitgangs materiaal blijft noodzakelijk. Mantet: Heeft de volle belangstelling; gewaar schuwd moet echter worden, daar dit ras niet voor export geschikt is. De vruchten zijn niet lang houdbaar en zeer moeilijk te vervoeren. Moet zeer zorgvuldig behan deld worden. Het is de perzik onder de appels Puritan: Verdient meer belangstelling door zijn gunstige rijptijd. De ervaring met Puritan is echter nog te kort. De rijptijd valt na half augustus, nog voor de James Grieve en een week na Mantet. Puritan is enige tijd houdbaar en niet zo snel ver sleten als Mantet. Is tevens goed vervoer baar. Zal met M IX op gronden waar de vruchten ste\-k kleuren, te donker van kleur worden. Oriole: Is niet zo mooi van kleur als James Grieve en de indruk bestaat dat dit ras minder produktief is. Is niet lang houd baar en moet vrij snel na de pluk verhan deld worden. Tydeman.s Early Worcester: De belangstelling voor dit ras neemt nog steeds toe. De er varingen in 1960 waren over het algemeen gunstig, ondanks de moeilijke boomvorm. Het is zeer geschikt voor vervoer (export). De beste resultaten komen van aanplantin gen op MIX aan draad. Zeer mooi ge kleurde appel met zeer goede smaak. Mcrton Worcester: Het optreden van stip, vooral op M IX in het 5e groeijaax', maakt dit ras voor de fruitteler niet aantrekke lijk. Op MIX in Zeeland treedt veel stip op. Merton Beauty: Het snel rimpelen van de vruchten, het zeer sterke aroma en het voorkomen van bontblad maken dit ras niet aanbevelenswaardig. Taunton Cross: Ervaringen met Taunton Cross zijn uiteenlopend. Is voor Zeeland op MIX niet aan te bevelen, komt onvol doende op kleur. Assumpta: Een mooie vrij kleine appel van redelijke kwaliteit. In Zeeland op MIX kleurt ze vroeg en mooi, maar heeft veel last van voortijdige val. Elton Beauty: Een zeer vruchtbaar ras van redelijke kwaliteit, waarvan de groei te zwak is voor M IX. Lucullus: Is zeer gevoelig voor meeldauw, ter wijl de vruchtbaarheid te wensen overlaat. Jan Steen: Een verbetering van Sterappel. De vraag rijst Achter in hoeverre men nog Sterappel wil plvnten. Lobo: Een zeer vruchtbaar, goed smakend ras, goed van kleur, dal meer aanbeveling ver dient. Een van de mvest vruchtbare rassen. Volgens de Zeeuwse ervaringen minder geschikt voor M IX wegens kankergevoe ligheid en de donkere kleur van de vrucht. Lobo zal over het algemeen zwaar gesnoeid moeten worden om groei en produktie op peil te houden. Schweizer Orangenapfel: Bewaarappel van zeer goede kwaliteit en vruchtbaarheid. Het verdient aanbeveling dit ras op zeer bescheiden schaal te beproeven. Spencer: De boom groeit sterk en vormt een tamelijk grote kroon. De vruchtbaarheid lijkt vroeg te beginnen en het laat zich aanzien dat de vruchtbaarheid goed is. De vrucht is tamelijk groot en regelmatig van vorm, het vruchtvlees is wit, zacht, sap pig met een zwak aroma. Het uiterlijk is goed. De rijptijd valt eind oktober en de vruchten zijn bewaarbaar tot maart. Er varingen onder Nederlandse omstandig heden zijn nog veel te kort om ook maar een voorlopig oordeel er over te kunnen geven. Melrose: De boom groeit sterk en vormt ge makkelijk, is geschikt voor de meest ge bruikte onderstammen. Op sterke onder stam zal dit ras evenwel een grote kroon vormen. Het ras begint matig vroeg te dragen, de vruchtbaarheid wordt later goed. De vorm van de vrucht houdt het midden tussen Jonathan en Delicious, maar is minder geribd dan laatstgenoemde. Ver dient meer aanbeveling. Nog meerdere rassen werden besproken. Hiermede werd echter nog te weinig er varing opgedaan.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1960 | | pagina 19