Nieuwe Ford trekkers
De natte grond, de ploeg en de spitmachine
4.
ZEEUWS LANDBOUWBLAD
AP vele gronden is de ploeg bij een goed gebruik en een juiste afstelling een uitstekend
v werktuig, waarmee de grond prima kan worden bewerkt. Onder enigszins normale om
standigheden zal er weinig behoefte bestaan aan iets anders.
Naarmate de grond echter zwaarder en/of moeilijker te bewerken wordt, ontstaat er een
behoefte aan iets beters. Thans is de situatie zo, dat de werkzaamheden sterk verlaat zijn en
daardoor ontstaat tevens een behoefte om een loonwerker in te schakelen, o.m. voor het be
werken van de grond.
Gesteld dat de grond inderdaad bewerkbaar is, kunnen we een keuze maken tussen het ge
bruik van een ploeg of een spitmachine. Percelen die veranderd zijn in een complete modder-
massa zijn voorlopig onbewerkbaar. Misschien kunnen we hier en daar de diepe sporen nog
wat opbreken met een moorvoet, waardoor het water kan wegzakken. Tevens komt de grond
dan meer gelijk te liggen zodat deze met een eventuele oppervlakkige bewerking in het voorjaar
enigszins zaaiklaar gemaakt kan worden voor graan.
PLOEG OF SPITMACHINE
MAAST totaal onbewerkbare percelen liggen er
nog grote oppervlakten die wel voor een be
werking met ploeg of spitmachine in aanmerking
komen. Zoals reeds werd vermeld, hebben we
onder moeilijke omstandigheden behoefte aan
een werktuig dat de ploeg zou kunnen vervangen
en dat tegelijk beter is.
De bezwaren van de bewerking van de natte
grond met een ploeg zijn
moeilijke kering van de sneden en dicht-
smeren daarvan door het risten;
2 de ploegsneden vormen dikwijls één lange
riem en verkruimelen dus te weinig;
3 er is veel trekkracht nodig; soms gaat het
ploegen alleen met een flinke rupstrekker;
bij wieltrek-
kers treedt
altijd in
meer of
mindere
mate wiel-
slip op
waardoor
structuur-
bederf ont
staat; voor
al in de
voor is dat
bezwaarlijk
Bij veel
wieïslip kan
de trekker
zichzelf in
graven en
vastlopen.
De spitmachine
wijkt, naar con
structie en wer
king sterk af van
een ploeg. We wil
len ons thans
onthouden van
een uitvoerige be
schrijving van
deze machine.
Wel springen bepaalde voordelen van de spit
machine in het oog, die we in onderstaande
punten willen samenvatten:
1. er is weinig trekkracht voor nodig; een trek
ker van .30 pk beschikt over ruim voldoende
kracht voor aandrijving en voortbeweging;
2. de trekker vertoont geen wielslip;
3. de trekker rijdt niet meer door de voor;
4. de kering van de grond is bij een goede afstel
ling zodanig dat een nabewerking overbodig
wordt;
de grond wordt niet dichtgesmeerd; ook op
zware grond treedt geen riemvorming op; in
het algemeen dus minder structuurbederi
op moeilijke percelen (stuk gereden en diepe
sporen) wordt met de spitmachine beter werk
geleverd dan met een gewone ploeg,
onder bepaalde omstandigheden blijken ge
spitte percelen een hogere opbrengst te geven
dan geploegde percelen.
5.
6.
7.
Een proefveld te Zoetermeer gaf in 1960 de vol
gende resultaten (eerste proefjaar):
GEWAS: ERWTEN
geploegd land 5.490 kg per ha
gespit land 5.770 kg per hadit is 280 kg méér.
GEWAS: AARDAPPELEN (meerlander)
totaal boven 38 mm kriel
geploegd land 33.060 kg 25.640 kg 7.420 kg
gespit land 42.800 kg 35.275 kg 7.525 kg
De opbrengst boven 38 mm was op het gespitte
deel 9.635 kg hoger.
Deze resultaten moeten wel beschouwd worden
als een eerste oriëntatie op dit gebied. Tevens zijn
deze gegevens van één proefveld van één oogstjaar.
PR blijkt evenwel duidelijk uit dat een grond-
l bewerking met de spitmachine goede perspec
tieven kan bieden.
Als bezwaren kunnen worden genoemd:
1. de aanschaffingsprijs ligt vrij hoog;
2. de machine weegt circa 750 kg. Daarom moet
de trekker over een sterke hef inrichting be
schikken. Het hefvermogen dient, wel circa
1000 tot 1200 kg te bedragen. Voorts is i.v.m. dit
gewicht veelal een voorwielbelasting nodig;
3. de rijsnelheid bedraagt normaal 1,52 km per
uur. Onder zeer moeilijke omstandigheden iets
lager. In verband hiermede moet de trekker
van een kruipversnelling zijn voorzien;
4. de capaciteit kan normaal 3 ha per dag zijn:
dit is gerekend bij een werkbreedte van 2.10 m
en een rijsnelheid van 1,5 km per uur. Deze
capaciteit is niet hoog;
5. onkruid en groenbemesting worden niet vol
ledig ondergewerkt, hoewel de bezwaren hier
van in de praktijk erg meevallen.
CONCLUSIE:
TVTAARMATE de omstandigheden
waaronder gewerkt moet worden
moeilijker zijn, wordt het verschil in
resultaat tussen de spitmachine en de
ploeg groter. Over de kosten en de ren
tabiliteit valt moeilijk iets te zeggen.
Het gaat er thans vooral om of er goed
ploegwerk geleverd kan worden of niet.
In ieder geval is er een toenemende
belangstelling voor de spitmachine. Het
ziet er wel naar uit dat de loonwerkers
hierin een belangrijk aandeel zullen krij
gen. Wanneer de te bewerken opper
vlakte voldoende groot is zal er ook
tegen een redelijk tarief kunnen worden
gewerkt.
R. L. V. D. Goes.
J. T. ANDRINGA.
HET streven van de trekkersfabrikant is erop gericht zijn machines voort
durend te verbeteren, om daardoor de gebruiksmogelijkheden uit te
breiden.
Ter gelegenheid van de introductie van diverse verbeteringen aan de
Dexta zowel als aan de Major had Ford Dagenham een driedaagse bijeen
komst belegd in Hamburg, waar ruim duizend geïnteresseerden uit vijftien
landen aanwezig waren. De organisatie was voortreffelijk. Een défilé van
alle Ford produkten uit Dagenham; personenauto's, vrachtauto's, trekkers
en industriële motoren, uitstekend opgezet en duidelijk toegelicht, werd
binnen gehouden, terwijl de tweede dag buiten werd gedemonstreerd met
beide typen trekkers, uitgerust met een grote verscheidenheid van getrok
ken en aangebouwde werktuigen.
HET nieuwe model van de Power Major heet Fordson Super Major. De
motor is onveranderd, maar er zijn verbeteringen aangebracht waar
door de motorkracht bij het trekken van diverse werktuigen beter wrordt
benut. Er is nu een automatische diepteregeling, zoals de Dexta reeds had.
Hierbij blijft het aangebouwde werktuig, ongeacht het op en neer gaan van
de achterwielen van de trekker, steeds op dezelfde werkdiepte. Dit is vooral
een voordeel bij het werken op ongelijk land. Hierbij komt nog de gewichts
verplaatsing van het werktuig op de achteras van de trekker, waardoor de
kans op slip geringer wordt. Andere verbeteringen zijn de differentieelgren-
del, schijfremmen in plaats va» trommelremmen, de mogelijkheid tot ver
wisseling van de aankoppelingsscharnieren van Dexta en Super Major,
waardoor meerdere werktuigen passend zijn voor beide typen trekkers.
De verbetering van de Dexta bestaat in het aanbrengen van een kruip
versnelling met een uursnelheid van circa 1 km. De zitting is verbeterd eri
tevens is de voorzijde iets gewijzigd.
ALS aanvulling op de binnenshow was er de volgende dag een velddemon-
stratie van vele werktuigen. Ook daar was de organisatie uitstekend.
Aan weerszijden van het terrein was een overdekte tribune. Allereerst kwam
een aantal grondbewerkingswerktuigen zowel aan de Super Major als aan
de Dexta; risterploegen in diverse uitvoeringen, schijvenploeg, cultivatoren
met stijve tanden en met triltanden. Door de trekker enkele malen over een
verhoging te rijden, kon duidelijk worden aangetoond, dat de cultivatortan-
den op gelijke werkdiepte blijven, dankzij de automatische diepteregeling.
i
Het effect van de differentieelgrendel bleek overduidelijk toen een Super
Major met een driescharige aangebouwde ploeg zonder moeite weg kwam
en direct slipte nadat de differentieelgrendel was uitgeschakeld.
EEN indrukwekkende verschijning was de tweelingtrekker, bestaande uit
twee Power Major's, waarachter een 4-scharige wentelploeg. Men heeft
hiermee de beschikking over 100 pk en 4-wielaandrijving. Een uitstekende
indruk maakte de Ridder greppelfrees, gemonteerd aan een Super Major.
Het spectaculaire werk lokte vele fotografen die dit van nabij wilden gade
slaan, van de tribunes.
Na de landbouwwerktuigen werd een groot aantal machines voor cultuur
technisch en wegenbouwkundig werk gedemonstreerd, waarmee de vele ge
bruiksmogelijkheden nog eens extra werden onderstreept.
Wageningen, november 1960 P. W. BAKKER—ARKEMA.