De nieuwe belastingontwerpen Agrarische belastingkwesties De winstbepaling bij Coöperaties VERSLAG OVER 1959 VAN DE ONDERLINGE BRANDWAARBORG MAATSCHAPPIJ VOOR DE PROVINCIE ZEELAND VAN 1829 oedgekozen! vloeibare brandstoffen en smeermiddelen voor boei* en tuinder 735 Ver zeker i ngszaken jftP de alweer enige tijd geleden te Middelburg gehouden jaarlijkse Algemene Vergadering van Deelhebbers der Onderlinge Brandwaarborg Maatschappij voor Zeeland, werd de rekening over 1959 goedgekeurd. Uit het door de Directie uitgebrachte verslag bleek dat in het afgelopen jaar aan nieuwe ver zekeringen en verhogingen een netto-vooruitgang van ruim 10 miljoen gulden geboekt kon worden. De geleden schade was in vergelijking met 1958 redelijk, waardoor de omslag over 1959 onveran derd kon worden gehandhaafd. Per saldo kon aan het Reservefonds worden toegevoegd een be drag van 12.165,27, waaronder koerswinst op effecten. In de stand der beleggingen werd over 1959 geen wijziging gebracht. De volgens rooster aan de beurt van aftreden zijnde commissaris der Maatschappij, de heer J. W. Hupkes, werd met algemene stemmen her kozen. |N de loop van het jaar werd wederom een aan- tal Saval brandblus-apparaten aangeschaft, terwijl plaatsing daarvan plaats vond. Gezien het feit dat de belangstelling voor aan brenging- van Bliksembeveiligingsinstallaties lijkt terug te lopen, werd voorgesteld te trachten hierin verbetering te brengen. Er zij op gewezen dat de Maatschappij een bijdrage van 10 der aanleg- kosten verstrekt, alsmede een korting op de jaar lijkse omslag geeft voor de beveiligde objecten. In verband met in de vorige Jaarvergadering besproken plannen tot het openstellen der moge lijkheid tot verwaarborging van het Stormrisico werd een voorstel hiertoe aan een bespreking onderworpen en een daarvoor benodigde Regle mentswijziging voorgesteld. Het bleek reglementair noodzakelijk hieraan een nieuwe vergadering te wijden, welke inmid dels, na aankondiging, is gehouden. In deze ver gadering is het besluit tot openstelling ener Kas Stormverzekering genomen. De Deelhebbers zul len dus thans in combinatie met de Brandver zekering het risico van Stormschade bij de Maat schappij kunnen onderbrengen. Gedurende het jaar 1959 werden wederom mid dels de Z.L.M.-samenwerking belangrijke contac ten onderhouden op de landbouwbeurzen, waar bij vele adviezen konden worden verstrekt bij de vaststelling van verzekerde bedragen etc. Vraagt, zonder kosten uwerzijds, voorlichting hierom trent aan het Landbouwhuis te Goes. j\E M. v. T. op het ingediende wetsontwerp schenkt hieraan veel aandacht. Er doen zich t.a.v. de bepaling van de belaste winst twee hoofd vragen voor n.l.: a. hoe moet de fiscale jaarwinst worden bepaald? b. hoe moet deze worden gesplitst in belaste „verzelfstandigde" winst en onbelaste „ver lengstukwinst". Wat de eerste vraag betreft komt de inhoud van het wetsontwerp hierop neer, dat de winst gecor rigeerd moet worden met de invloed van het lid maatschap. De fiscale winstberekening moet dus plaats hebben alsof onder normale omstandigheden met niet-Ieden is gehandeld. Volgens de M. v. T. zal dit weinig moeilijkheden opleveren daar de beslaande marktprijzen hier dienst kunnen doen. Een eenvoudig voorbeeld kan deze bepaling van art. 9 verduidelijken. Een coöperatieve vereniging heeft haar winst over een bepaald jaar berekend op 15.000, De prijs waarvoor zij haar producten aan de leden heeft geleverd was 2 ct per eenheid beneden de marktprijs. Het betreft een omzet van 500.000 eenheden. Prijsverschil dus 500.000 x 2 ct 10.000, Fiscale winst 25.000, IUE komen nu tot de onder b. gestelde vraag, n.l. die van de winstsplitsing. We moeten vaststellen, ten eerste welk gedeelte van de fiscale winst is verzelfstandigde winst en welk gedeelte is verlengstukwinst. De verzelfstan digde winst is geheel belast. Van de verlengstuk- winst moeten we nu verder vast stellen welk ge deelte is vrijgesteld en welk gedeelte is belast. Dit probleem zou zeer veel vragen en moeilijkheden hebben opgeroepen en teneinde deze zoveel moge lijk te beperken is in het ontwerp de weg aange geven hoe deze splitsing moet plaats hebben. De wetgever heeft wat men noemt een verdeelsleutel gegeven. Deze verdeelsleutel wordt voorgesteld door een breuk met als teller de waarde van de door de leden natuurlijke personen aan de coöpe ratie geleverde, in eigen onderneming voortge brachte goederen en andere prestaties en als noemer de totale kosten van de coöperatie. In de M. v. T. wordt deze wat ingewikkeld voor komende bepaling met een voorbeeld toegelicht. Wij willen dit voorbeeld hier opnemen en voor zover nodig nader toelichten. De jaaromzet van een coöperatie is 600. ©it be treft zowel grondstoffen welke door dc leden als door niet-Ieden geleverd zijn. De totale kosten be dragen 400 en de grondstoffen welke van leden gekocht zijn 280. De totale jaarwinst (opbrengst minus kosten) is dus 600 400 •-= 200. Het aan deel van de winst op het door de leden geleverde 980 gedeelte is nu x 200 140. 4IX) Indien nu van de winst de helft, dus 100 aan de leden wordt uitgedeeld (en de helft wordt inge houden) moet het onbelaste gedeelte van de uit kering aan leden met behulp van deze breuk be- 280 rekend worden, dus x 100 70. Belast blijft dus 30. De ingehouden winst ad 10§ wordt geheel als verzelfstandigde winst beschouwd en is dus winst. De totale belasting bedraagt dus 130. Wellicht kunnen wij de betekenis van dit een voudige voorbeeld nog iets meer doen spreken door de cijfers van een middelgrote coöperatie In een voorbeeld te verwerken. Hier volgen eerst de gegevens. Omzet 5.000.000,Totale kosten 4.900.000, waarvan aan leden voor producten van hun eigen bedrijf ƒ3.920.000,(80%). De jaarwinst is 100.000,- Wij nemen aan dat er geen prijscor- reeties zijn als hierboven genoemd. Het aandeel van de winst op het door de leden geleverde gedeel- 3 Q90 non te bedraagt nu x ƒ100.000 ƒ80.000, -. Wordt nu van de winst ƒ50.000,— aan de leden terugbetaald en de andere helft gereserveerd dan moet het onbelaste gedeelte van de uitkering aan leden berekend, worden met behulp van dezelfde o non nnn breuk. Dit bedraagt dus 4'qqq'qqq x 50.000, 40.000. - en belast is dus 10.000, -. Het gereser veerde deel van 50.000,is als verzelfstandigde winst geheel belast en dus is in totaal belast 10.000,h 50.000,— 60.000,—. Naar wij vertrouwen zal met deze voorbeelden de regeling van het nieuwe orftwerp voor onze lezers wel duidelijk zijn en het zal niemand ver wonderen dat deze aanslag op onze coöperaties de coöperatoren in het geweer roept. MEIJERS. P.S. Over het vrijgestelde minimum van ten hoogste 5.000,is hier eenvoudigheids- halve niet gesproken. JT|E Belastingcommissie van het Landbouwschap, onder voorzitterschap van mr. Ph. C. M. van Campen, welke commissie in het verleden reeds herhaalde malen vruchtbaar werkzaam is geweest, is ook thans weer actief in verband met de nieuwe belastingontwerpen. Direct na het verschijnen van de bekende belastingontwerpen van oud-minister Hofstra in flecember 1958, heeft de Belastingcommissie zich aan de studie hiervan gezet. Het resultaat is geweest een uitvoerig commentaar van de zijde van het Landbouwschap, dat onmiddellijk na het optreden van het kabinet De Quay is voorgelegd aan de nieuwe ministers van Financiën en van Landbouw en aan verschillende andere autoriteiten. Het resultaat hiervan is geweest dat het nuidige kabinet bij de indiening van de Nota van Wijzigingen van minister Zijlstra d.d. eind juni 1960 wel op enkele punten aan de belasting- wensen van de agrariërs is tegemoet gekpmen. (Adv.) Ten aanzien van enkele belangrijke hoofdpunten stelt het nieuwe wetsontwerp het Landbouwschap ten zeerste teleur. Dit geldt met name voor het vervallen van artikel 6, lid 2 van de huidige Wet op de Inkomstenbelasting (vrijstelling van waarde stijging van landbouwgronden) en ook voor het voorstel ten aanzien van middeling van inkomens. Hoe sterk het agrarisch inkomen wel kan fluctu eren, is nog eens gebleken in de droge zomer 1959 en in de natte zomer 1960. Ten aanzien van de middeling van inkomens is in het nieuwe wetsontwerp op de Inkomsten belasting wel enige tegemoetkoming gegeven aan de door het Landbouwschap zo lang be pleite wens. Deze tegemoetkoming wordt in landbouwkringen echter onvoldoende geacht. Het allerbelangrijkste punt blijft echter de kwestie, dat de in de toekomst in tegenstel-* ling tot de zo lang gevolgde praktijk de waar destijging van landbouwgronden zal worden belast en het is daartegen, dat de Belasting commissie van het Landbouwschap zich met klem van argumenten keert. B|EZE Belastingcommissie, die op 30 september j.J. bijeen geweest is, zal op korte termijn zo wel het dagelijks bestuur als het bestuur van het Landbouwschap op deze punten attenderen, zodat men mag verwachten, dat deze zaak in de be- stuursvergadering van het Landbouwschap van woensdag 16 november zal worden behandeld. De Belastingcommissie besloot voorts ten aan zien van het nieuwe wetsontwerp op de verlaging van belastingen aan het dagelijks bestuur van het Landbouwschap mede te delen, dat men hierin niet direct agrarische aspecten ziet, ofschoon men de verlaging uiteraard gaarne accepteert.^ Verder be sloot de Belastingcommissie het D. B. te adviseren op diverse bij het Landbouwschap lopende belas tingzaken de aandacht te vestigen, indien het dagelijks bestuur besluit een request te doen uit gaan aan de Staten-Generaal ter gelegenheid van de behandeling van diverse rijksbegrotingen en met name van hoofdstuk VII B (Financiën). Ten aanzien van de wetsontwerpen Hofstra en de -daarop gevolgde Nota van Wijzigingen-Zijlstra, besloot de Belastingcommissie van het Landbouw schap zich te beperken tot de bestudering van de agrarische aspecten van de nieuwe wetsontwerpen op de Inkomstenbelasting, de Loonbelasting en de Vermogensbelasting. De voor de coöperaties zo uiterst belangrijke kwestie van de wijziging van de Wet van de Ven nootschapsbelasting, waarbij immers de belasting heffing op coöperaties in het geding is, wil de commissie overlaten aan de Belastingcommissie van de Nationale Coöperatieve Raad. Met deze commissie werkt de Belastingcommissie van het Landbouwschap intensief en vruchtbaar samen, evenals met de Vereniging van Landbouwfooek- houdhureaux.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1960 | | pagina 11