Proefstation voor de fruitteelt in de volle grond
TUINBOUW
DINGEN VAN DE WEEK
UITBREIDING
BLOEMKWEKERIJ AREAAL
ZATERDAG 8 OKTOBER 196#
717
Jaarverslag over 1959
WE ontvingen dezer dagen het jaarverslag over 1059 van het Proefstation voor de fruitteelt in
de Vollegrond te Wilhelminadorp. Gaarne willen we deze week hierbij stil staan in onze
rubriek. Bij de bespreking van hetgeen we lazen in dit verslag moeten we ons overigens wel veel
beperkingen opleggen in verband met de plaatsruimte, want het 80 pagina's tellende fraai ver
zorgde boekwerk, geeft een overvloed van voor tie fruitteelt belangrijke gegevens.
We moeten voorop stellen, dat we het erg jammer vinden dat het jaarverslag van het proef
station steeds zo laat verschijnt. Het: jaar 1960 is immers weer al ver verstreken nu we de resul
taten van de onderzoekers over 1959 onder ogen krijgen. We vermoeden echter dat het niet
mogelijk zal zijn het jaarverslag eerder te geven en de opmerking, welke we hierover maakten,
doet niets af aan onze waardering voor hetgeen ons verteld wordt in dit boekwerk. Het geeft
blijk van een grondige aanpak van vele zaken, welke van belang zijn voor onze fruitteelt.
MET ingang van 1 januari a.s. is benoemd tot
direkteur van de Lagere Tuinbouwschool in
Kapelle de heer .1. op 't Hof te Krabbendijke. Deze
zal dus de huidige direkteur, de heer >1. Nicuwen-
fauïze opvolgen, die om gezondheidsredenen iiet
onderwijs gaat verlaten.
Begonnen wordt met te vertellen hoe op 7 sep
tember van het vorig jaar door ir A. W. v. d. Plas-
sche, de direkteur-generaal van de Landbouw, een
nieuw laboratorium, alsmede een bedrijfsschuur en
enige kassen officieel in gebruik werden genomen.
Dit betekent voor het Proefstation een aanzien
lijke verbetering van de toerusting ten behoeve
van het onderzoekingswerk.
Er werd een begin gemaakt met het verbouwen
van het oude laboratorium tot ontvangstruimte en
©nderwijslokaal.
Inmiddels zijn ook voorbereidingen getroffen
tot vernieuwing en gedeeltelijke verplaatsing van
de proeftuin. Door de Koninklijke Maatschap ,,De
Wilhelminapolder" werd een terrein van 6.75 ha
hiertoe aan de westzijde van de tuin beschikbaar
gesteld.
Het onderzoek onderging in het verslagjaar
enige uitbreiding. Aan algemeen fruitteeltkundige
vraagstukken, in het bijzonder ten aanzien van
boomvormen, plantsystemen, snoeien en uitbuigen,
werd meer aandacht geschonken.
Verder ligt het in het voornemen uitbreiding te
geven aan het opderzoek op het gebied van de
chemische onkruidbestrijding in de fruitteelt in
samenwerking met het Instituut voor Biologisch
en Scheikundig Onderzoek van Landbouwgewas
sen.
Het ziektebestrijdingsonderzoek werd onvermin
derd voortgezet. Naast de bestrijding van enige
belangrijke en aktuele ziekten, o.a. appelmeeldauw,
fruitspint. gloeosporium en stambasisrot, werden
de mogelijkheden van een meer harmonische be
strijding van ziekten en plagen diepgaand onder
zocht. In het bijzonder werd nagegaan de invloed
van culluurmaatregelen op de ontwikkeling van
parasieten, alsmede de mogelijkheden van meer
biologische bestrijding.
Bij de beschrijving van liet algemeen onderzoek
geven de heren ir P. M. Felius en G. Toorenaar
allereerst een beschrijving van de gevolgen van
de droogte van het vorig jaar voor de fruitteelt.
NIEUWE RASSEN
AAN nieuwe appel- en pererassen wordt op het
proefstation veel aandacht besteed. In 1959
IN haar laatst gehouden vergadering heeft het
Hoofdbestuur van het K. N. L. C. een stand
punt bekrachtigd van de commissie bloemkwekerij
van het K. N. L. C. met betrekking tot het teelt-
recht van bloemkwekerij-produkten voor het
jaar 1961.
In het kort willen we dit standpunt hier weer
geven. Niet omdat hetgeen hierin wordt vastgesteld
nu direct zo belangrijk is voor onze provincie, maar
omdat het getuigt van een krachtige aanpak van
het beleid op dit gebied.
Aan het Produktschap voor siergewassen zal
namens het K. N. L. C. worden voorgesteld:
a. De omvang van het teeltrecht voor bloem-
kwekerijprodukten voor 1961 vast te stellen op
110 van de omvang van 1960;
b. Van deze uitbreiding 10 te bestemmen voor
uitreiking van teeltrecht aan „ontwikkelings
gebieden"
e. Van de overige 90 van de uitbreiding de
bloemkwekerijbedrijven, waarvan het teeltrecht
een te geringe omvang heeft voor een econo
mische exploitatie, een zodanige hoeveelheid
teeltrecht te verstrekken, dat een volwaardig
éénmansbedrijf kan worden verkregen.
De categorieën hoveniers en bloemiat-winke-
liers dienen van deze verstrekking te worden
uitgesloten.
d. De dan nog resterende hoeveelheid teeltrecht
regressief te verstrekken aan de bestaande
bloemkwekerijbedrijven, d.w.z. met een gelei
delijk aflopende schaal van de kleinere naar de
middelgrote bedrijven.
Het uitgestippelde beleid ten aanzien van het
teeltrecht van de bloemkwekers heeft twee belang
rijke verdiensten. In de eerste plaats een afstem
ming van het areaal op de vergrote afzetmogelijk
heden, mede in verband met de verwezenlijking van
de Euromarkt, en een verstrekking van teeltrecht
volgens een systeem dat meer voldoet aan het
zechtvaardigheidsgevoel van de belanghebbenden.
beschikte men over een 70-tal nieuwe appelrassen.
Jaarlijks worden hiervan de slechte afgevoerd en
komen er nieuwe voor in de plaats.
In het pere- en pruimensortiment van de tuin
hadden geen veranderingen plaajs.
Den aanzien van de appels wordt gezegd dat Je
ervaringen met het ras Close, evenals het vorig
jaar, ongunstig uitvielen.
Stark Earlyst is de kinderziekten bijna alle 1e
boven en blijkt een welkome aanvulling voor het
zomerfruit te zijn. Door selectie is er ten aanzien
van de kleur veel verbeterd. De groeikracht is
sterker dan aanvankelijk gedacht werd. De ge
voeligheid voor meeldauw blijft een bezwaar.
Over Tydemans Early Worchester wordt gezegd
dat dit ras om zijn fraaie kleur en goede smaak
zeer gewaardeerd wordt door de consument.
Door de matige vruchtbaarheid zal dit ras ech
ter enkel op M IX geteeld kunnen worden, terwijl
als boomvorm de vrije haag te verkiezen is. Een
virusachtig verschijnsel, dat zich uit in kleine
vruchtjes, noopt tot strenge selectie.
De tienjarige ervaringen met Ingrid Marie zijn
gunstig te noemen. De goede houdbaarheid ten
opzichte van de Cox's maken dit ras tot een
waardevolle aanwinst voor het appelsortiment.
KLEIN ERUIT
]R. Roelof sen 'zegt in zijn bespreking van de
proeven op de kleinfruitproeftuin in Kapelle,
dat de abnormaal droge en warme zomer geen
nadelige invloed heeft gehad op de ontwikkeling en
produktie van de kleinfruitgewassen. Voor een be
langrijk deel moet dit worden toegeschreven aan
de mogelijkheden tot beregening, waarvan druk
gebruik werd gemaakt en waarvan duidelijk werd
vastgesteld dat deze mogelijkheid voor de klein-
fruit in de droge zomers bijzonder belangrijk is.
Over de proeven op de kleinfruitproeftuin in
Kapelle, zoals deze worden beschreven, kunnen we
deze keer kort zijn, aangezien we deze reeds eer
der in ons blad hebben opgenomen. We hopen wel
in staat te zijn in de loop van de komende maan
den uitvoeriger mededelingen te doen over de
resultaten van de proeven op de kleinfruitproef
tuin gedurende dit seizoen.
Ir J. Butijn vermeldt de resultaten van het
bodemkundig onderzoek. In het bijzonder werd
hierbij aandacht geschonken aan vraagstukken van
biologische bodemverbetering, bodembehandeling
in boomgaarden, beregening en stikstofvoeding.
Ir G. S. Roosje leidt het mycologisch onderzoek.
Aan vele ziekten werd aandacht geschonken en in
het bijzonder aan de appelmeeldauw. Ook in 1959
lag het zwaartepunt van het onderzoek op de
levenswijze van dë ziekteverwekker. Er werd een
oriënterend onderzoek ingesteld naar de levens
duur van de conidiën van uitgesnoeide aangetaste
scheuten. Dit is van belang om het nut te bepalen
van het verzamelen en verbranden van uitge
snoeide scheuten zoals het huidige bestrijdings-
advies aangeeft. De voorlopige indruk is dat coni
diën op uitgesnoeide scheuten na 9 dagen uit
droging nog kiemkrachtig kunnen zijn. Nader
onderzoek hierover is echter noodzakelijk.
IN het verslagjaar werd een sterke oogstreduktie
waargenomen bij bomen, welke in 1958 ernstig
door meeldauw waren aangetast, vergeleken met
bomen waarop in 1958 een goede meeldauwbestrij-
ding was uitgevoerd.
Het entomologisch onderzoek werd geleid door
drs D. J. de Jong. Bij dit onderzoek wordt ge
streefd naar het telen van kwaliteitsfruit; beper
kingen van het aantal bespuitingen; het binnen
niet-schadelijke grenzen houden van schadelijke
organismen door een juiste keuze van middelen en
bestrijdingstijdstippen; het zoveel mogelijk sparen
van natuurlijke vijanden van schadelijke organis
men; toepassing van middelen die weinig of niet
giftig zijn voor de mens.
Het belangrijkste studie-object is een boomgaard
van ongeveer 1% ha op de Albertina hoeve te
Kloetinge.
Op de Albertina hoeve werd o.m. ook een proef
genomen met een gecombineerde chemische en bio
logische bestrijding van fruitspint. Dit werd geleid
door de heer M. v. d. Vrie.
Ook aan het probleem van het optreden van
resistentie tegen acariciden bij het fruitspint werd
veel aandacht besteed. Een voorzichtige schatting,
op grond van laboratoriumproeven en veldcontróles
We hopen later terug te komen op dit vertrek
van tie heer Nieuwenhuïze, die zoveel heeft ge
daan voor het tuiiibouwoiulerwijs in Kapelle. Dé
heer Op 't Hof is geen onbekende in de Zeeuwse
tuinbouvvkringen. Opgeleid als onderwijzer aan de
Chr. Kweekschool te Middelburg, behaalde hij in
1936 het onderwijzersdiploma en in 1938 zijn hoofd
akte. Het was toen geen gemakkelijke tijd voor dé
onderwijzers. Er was een overvloed en heel moei
lijk kon men aan de slag komen. In 1912 echter
kreeg de heer Op 'fc Hof zijn vaste aanstelling als
onderwijzer en wel te Zaamslag. Daar bleef hij tot
1953. Toen werd hij benoemd tot hoofd van tie
Chr. Nationale school te Krabbendijke en dat is
hij thans nog.
Als geboren Zeeuw (op 29 febr. 1916) te Oude-
lande) zat hern de land- en tuinbouw in het bloed.
Hij haalde achtereenvolgens de aktes landbouw-,
tuinbouw en tuin bouw bedrijfsleer. Zijn kennis
bracht hij in de praktijk «foor vele cursussen te
geven op het gebied van de tuinbouw en bedrijfs
leer, alsmede middenstandscursussen. Hij deed dit
en doet dit nog in verschillende plaatsen in de
provincie.
We wensen de heer Op 't Hof van harte geluk
met deze benoeming. Er ligt een grootse taak voor
hem te wachten nu de school het nieuwe leerplan
gaat invoeren en hierdoor tot grote uitbreiding zal
komen. Met zijn kennis van Zeeland en zijn liefde
voor de tuinbouw mogen we echter zeker ver
wachten dat de heer Op 't Hof een waardig op
volger van de heer Nieuwenhuize zal zijn. De
laatste immers heeft de school op een zeer hoog
peil gebracht. Het is van groot belang voor de
toekomst van onze tuinbouw dat dit peil blijft ge
handhaafd. Met minder dan een grondige opleiding
aan een lagere tuinbouwschool kunnen we zeker
geen tuinbouwbedrijf meer gaan stichten. Een
algemene tuinbouwcursus is goed en nuttig maar
deze kan toch nooit de basisopleiding geven die
men ontvangt op een tuinbouwschool. Kapelle-
Biezelinge is een zeer belangrijk tuinbouwcentrum
en naar onze mening gaat onze school hier met het
nieuwe leerplan een grootse toekomst tegemoet.
Dat de heer Op 't Hof hieraan op waardige wijze
leiding mag geven met ingang van het nieuwe
jaar.
Tot de volgende week.
geeft aan, dat thans ongeveer 50 van de bedrij
ven waarop sedert een aantal jaren intensief met
fosforesters werd gespoten, een mijtenpopulaiie
voorkomt die niet afdoende met deze middelen
bestreden kan worden.
In het algemeen kan worden vastgesteld dat ria
een periode van vijf jaar, bij benadering overeen
komende met 20 tot 25 generaties mijten, waarin
één bepaalde groep van acariciden wordt gebruikt,
de kans zeer groot is dat het fruitspintresistentie
tegen die groep van acariciden heeft ontwikkeld
en niet meer op bevredigende wijze daarmee be
streden kan worden.
Graag zouden we nog verder ingaan op hetgeen
in dit jaarverslag wordt verteld. Plaatsruimte ont
breekt ons echter om hieraan gevolg te geven.
Samenvattend kunnen we zeggen, dat, het
geen hierin wordt verteld, wel een zeer volledig
beeld geeft van de ontwikkeling van het onder
zoek dat in Wilhelminadorp gebeurt in het be
lang van de fruitteelt. Dat dit zeer veelzijdig en
uitgebreid is, wordt steeds duidelijker wanneer
men dit uitstekend verzorgde jaarverslag leest
