Het A'ozewverschijnsel 0 DE OLVEH VAN 1879 Groei mee met de E. E. G. 701 L J G WINTERTARWERASSEN LEVENSVERZEKERING £CiLde boerenjeugd TEGENWOORDIG wordt het woord „nozem" vaak gebruikt. De oorsprong ervan is niet geheel duidelijk. Het eerst is het woord in Nederland gebruik! in 1S55 door Jan Vrijman. Hij schreef toen een artikel genaamd: „De nozems van de Nieuwendijk". Toch schijnt het tevoren ook al te hebben bestaan in de jazz-wereld. Oorspron kelijk zou het een bargoens woord zijn: nootsum, wat betkende de onwetende, snotneus, groentje. Het is zeker geen verschijnsel (jat zich alleen in Nederland voordoet. Vrijwel in elk land komt het voor. In Engeland worden zij „Teddy-boys" genoemd; in Duitsland „die Halbstarken"; in Rusland ..Stiljagi"; in Frankrijk ..Les Blousons Noirs"; in Amerika „Teensnobsters" of Hoods" en zo kan men verder gaan. De naamgeving is dus niet moeilijk, maar wat is nu de betekenis? Volgens een artikel geschreven door dr. Mik is er geen juist woord voor te vinden. Maar om ons nu toch een zeker» be grip hierover te vormen vertelt deze schrijver hoe ze zich voordoen. WAT IS NOZEM? HUN houding is onverschillig. De schouders worden ver naar achte ren getrokken, en bij het lopen schok kend heen en weer bewogen. De benen volgen onverschillig, slungelend. Wat de kleding betreft overheerst de donkere tint. Zwart corduroy is erg geliefd. Dan natuurlijk nauwe broeks pijpen, die eindigen in een split. Schoe nen van suède. Soms een slobbertrui, ma#r een leren vest is ook goed. Fel gekleurde overhemden zorgen voor een goed contrast. De haardracht wisselt van geval tot geval. Soms erg lang, dan weer zeer kort, liefst slordig geknipt. Op z'n haar is de nozem zeer gesteld. De verzorging ervan doet bijna vrouwelijk aan. De nozem houdt van jazz, rock-en roll- muziek, maar sommigen houden uitslui tend van „goede jazz" en de niet-alle- daagse klassieken. Het bioscoopbezoek is veelvuldig; de laatste film moet je beslist zien. Een punt van samenkomst is liefst een ijs- salon of cafetaria, waar men ijs of patetes frites eet en Coca-Cola drinkt. Alcohol-misbruik staat niet op de voor grond. Als men bij elkaar is, is de overwe gende sfeer herrie-schoppen. Bijzonder succesvol is dan ook hard rijden op een brommer, die men gemakkelijk „leent" van iemand die hem vergat af te slui ten. Vooral in de grote stad komt de zgn „joyriding" veel voor. In hun taal hebben ze een aparte woordenkeus; die varieert van streek tot streek, maar de woorden als „sluw", wat ongeveer betekent geweldig, fan tastisch, „snoeigoed" en „waardeloos", worden vaak gebruikt. HET NOZEM-MEISJE. r[)T nu toe hadden we hel over de mannelijke nozem, maar ook onder de meisjes komt een dergelijk type voor. Ze kenmerkt zich ook in haar ge drag enexcentrieke kleding. Toch schijnen de meisjes in de groepen een veel minder belangrijke rol te spelen, en in aantal weinig op de voorgrond te treden. Ze vormen op de brommers en op de dansvloer het decorum. Merkwaardig is ook dat wanneer 'n nozem zich verlooft en zijn vrienden uitnodigt voor het feest, hij enkel zijn eigen naam op het kaartje zet. Het meisje is niet belangrijk. Eigenlijk is zich verloven, in zekere zin verraad. Het betekent loslaten van de groep. Opvallend is dat de mannelijke no zem meer aandacht aan zijn kleren be steed dan de vrouwelijke. Deze laatste zijn vaak slordig gekleed en zou ook veel minder letten op de lichamelijke verzorging. De nozem die een buitenlandse reis ging maken vertelde aan dr. Mik enthousiast dat hij misschien in Zwe den wel mooie nozemkleren zou kunnen kopen. Speciaal wat de broek betreft, zou daar grote keus zijn. Diep onder de indruk was dr. Mik toen hij hoorde wat een grote zorg een nozembroek dagelijks behoeft om goed van snit te blijven. „Het was net een jonge vrouw, die over haar kapsel sprak." EEN NIEUW PROBLEEM? MEN kan dus van een zekere omke ring spreken. Wat houdt dit alles nu in? Is het een nieuw gedrag, of is het zich keren tegen de volwassenen? Is de nozem dus een probleem of maakt de volwassene er een probleem van? Verschillende mensen hebben onderzoe kingen hierover gedaan. Ze gingen bij voorbeeld na hoe de pers reageerde op het probleem en constateerden toen hoe weinig betekenende gebeurtenissen door verschillende dagbladen was over dreven. In alle dagbladen was sprake van vernieling, die de jeugd had aan gericht. Overeenstemming in bericht geving was er echter niet. Dagblad A meldde: „Een tiental ver woeste banken"; dagblad B: „Er wa ren circa 8 banken vernield; dagblad C: „Er werden verschillende banken los geschroefd". Meerdere voorbeelden van deze aard van overdrijving zijn er. Dit zou niet zo ernstig zijn, was het niet, dat juist door deze feiten nozems elders worden geaktiveerd. De nozem in andere plaatsen meen den niet onder te moeten doen voor hun collegae, waardoor er al van te vo- ren een zekere stemming bestond, die nog versterkt werd door publieke be langstelling en voorzorgsmaatregelen door de politie. ■7IJN dit nu problemen enkel van deze tijd? Het is misschien goed aan te halen wat Luther in 1540 zegt in een gesprek van de periode na de schooltijd: „Vanaf deze tijd tot in het 21e levensjaar bedrijven wij allerlei moedwil door het spel, door naar drinkgelegenheden te gaan en dergelijke en beginnen dan pas een beetje te werken". L. F. (Slot.) POLITIEKE KWESTIES. ÖOCH niet alleen de fruitteelt in Bol zano, ook het leven in Zuid-Tirol kwam ter sprake. Het drama van poli tieke touwtrekkerij, die het leven alle zin ontneemt door de mens los te scheuren uit zijn omgeving, van zijn taal, levenswijze en kuituur. Het opdringen van een andere le vensstijl met daarbij het systematisch onderdrukken van alle mogelijkheden van eigen ontplooiing is een langzame doch zekere moord op een volk, waar bij niet alleen het volk in zijn geheel zich oplost in het niet, maar waarbij iedere menselijke waardigheid geschon den wordt. Moeilijk is het niet: het verbieden van het gebruik van eigen taal, geen aanstelling van eigen leerkrachten, on voldoende opleidingsmogelijkheden (domhouden van het volk en wegtrek ken van de jongere generatie), infiltra tie door het aanleggen van industrieën, die arbeidskrachten van buiten het ge bied aantrekken. Een bevolkingspoli tiek die onze Europese geschiedenis he laas vaak laat zien en die generaties lang een spoor van onrust en gevaar achter zich laat. Wordt het geen tijd dat voor altijd deze minderheidskwes- ties door een Europese Gemeenschap geschiedenis worden èn blijven? EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN EUROPA. VIA Beieren, met een kort bezoek aan de minister van Landbouw en aan een groot coöperatief lichaam, de Baywa (Bayerische Warenvermitte- lung) terug naar Frankrijk met Straatsburg met het Europees Parle ment van de „zes", dat in hetzelfde ge bouw vergadert als de Raad van Euro pa van de'„zeventien". In het Parlement hebben de ver schillende politieke richtingen zitting: 65 Christen-Democraten; 35 Socialis ten en 75 Liberalenen restpartijen. Er zijn verschillende gespecialiseerde kom missies, die regelmatig vergaderenook het Parlement in haar geheel verga dert geregeld. De afgevaardigden wor den door de nationale parlementen aangewezen zolang nog geen recht streekse verkiezingen worden gehou den. Het feit dat nog steeds geen Euro pese hoofdstad gekozen is, brengt een eindeloos gereis mee „Het gebed zonder eind" tussen Straatsburg Luxemburg (sekretariaat) en Brussel. EUROPESE UNIVERSITEIT. OP 1 juli, de dag van ons bezoek, werd de noodzaak van een Euro pese Univex-siteit besproken. Dr. Geiger (Duitsland) zette uiteen, dat vooral onderzoek van historische feiten een taak is voor deze Universiteit. De na tionale historische heilige huisjes heb ben al veel wanbegrip en eenzijdig denken veroorzaakt, evenals een be studering en gelijkschakeling van de rechtspraak. Voor technische studie is een Euro pees studiecentrum niet zozeer nodig. De techniek heeft een internationale formule-taal, terwijl het ondei'zoek ook cp Europees niveau in Euratom ge schiedt. Scherp moet gewaakt worden voor politieke beïnvloeding. Kultureel heeft een Europese Uni versiteit van de „zes" nog weinig zin. Wil men de Europese kuituur in haar geheel omvatten, dan hoort heel Euro pa daarbij. Oost èn West. BEZOEK AAN EEN KALIMIJN. JN de buurt van Mulhouse werd een kalimijn en het daarbij horend proefbedrijf bezocht. Vooral de onder grondse excursie op 650 m diepte in volledig mijnwerkerskostuum, bracht ons tot de slotsom, dat het niet alleen de boeren zijn, die zware arbeid heb ben. De ploegen werken 7 uur, waar van 5% ondergronds bij een tempera- tur van meer dan 40° C. in zoute, droge lucht daarbij is het op de meeste plaatsen niet mogelijk rechtop te lopen. Hiertegenover staat een hoog loon: zt 35 per dag, 1 maand vakantie, vrij wonen, een volledig pensioen bij 60 jaar na 20 jaar ondergrondse arbeid. Beroepsziekten kent de kalimijn niet. De excursie was daarom zo interessant omdat het werk normaal zijn gang ging en nergens „show" vertoond werd. Drie uren waren we beneden. LAATSTE IN DE RIJ: LUXEMBURG. INS laatste land in de rij was Luxem- burg, met een onvergetelijke offi ciële ontvangst! Waren we al toege sproken dooi' de burgemeesters van Brussel en Milaan en door de Minister van Landbouw van Beiex'en, hier wachtte ons een charmante Prinses Josephine Charlotte met haar kinde ren in de tuin van kasteel Betzdorf! Als groet uit Nederland brachten wij twee lammeren mee, die met zoveel enthousiasme ontvangen werden, zo wel door de moeder als door de kin deren, dat dit sluitstuk van onze reis een hoogtepunt werd. Moe en boordevol ervaringen en indrukken namen we in Eindhoven afscheid met grote erkentelijkheid aan het Centraal Bureau en een iets beter begrip en zeker meer be langstelling voor „ons land Europa". M. GELUK T\E Rijkscommissie voor de Samenstelling van de Rassenlijst voor Land- bouwgevvassen maakt bekend, dat bij wintertarwe voor het eerst op de Rassenlijst zijn geplaatst C, I. V. 30-9 WINTERTARWE (voorlopige naam). Kweker: Stichting Kweek- hedrijf C. I. V., Veghel en Ottersum. Vertegenwoordiger van de kweker: C. I. V., Rotterdam - Goed wintervaste tarwe, die zeer goede opbrengsten heeft gegeven. Stoelt weinig uit. Geeft in het voorjaar een vlot, opgaand gewas. Komt vroeg in aar. Vrij kort, matig stevig, niet veerkrachtig stro. Moet der halve niet te zwaar met stikstof worden bemest. Tamelijk vatbaar voor bruine roest; gele roest kwam weinig voor. Vrij korte, brede aar met spitse top. Grote, rode korrel. Vrij weinig gevoelig voor schot en voor korreluitval. C. B. 7 WINTERTARWE (voorlopige naam). Kweker: Centraal Bureau, Rotterdam Produktief ras, dat waarschijnlijk vrij goed wintervast is. Zeer vlotte, bladrijke beginontwikkeling. Komt zeer vroeg in aar. Het vrij korte, fijne stro is matig stevig, maar wel veerkrachtig. Tamelijk vatbaar voor bruine roest. Gele roest werd tijdens de beproeving niet geconstateerd. Rijpt vroeger dan de overige rassen van het Rassenlijstsortiment. De vrij grote aar is tamelijk spits en nogal ruim geschakeld. De korrel is rood, groot, iets ge voelig voor schot. KORTENAERKADE I, 5- GRAVE NH AGE BIJKANTOREN AMSTERDAM, ARNHEM, EINDHOVEN, 'S-GRAVENHAGE. GRONlNGEf^, ROTTERDAM, "UTRECHT.- v'

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1960 | | pagina 9