De Thoolse Fokveedag
M ADO
555
DE RENTABILITEIT
VAN* HOOI VENTILATIE
BIJMENGING VAN INLANDSE
TARWE
ZATFRDAG 23 JULI 196 0
IN een ten geleide van de catalogus voor de op S juli in Poortvliet gehouden Thoolse fokvee
dag maakten we reeds gewag van gunstige vooruitzichten voor de rundveefokkerij in dit
deel van Zeeland. De meer dan 30 inzenders van rundvee hebben met een 130-tal getoonde dieren
laten zien dat zij op weg zijn een veestapel van aanmerkelijk betere kwaliteit op te bouwen. Een
toenemende animo voor beter fokvee dat op een goede gebruikswaarde kan bogen, tekende zich
in de rubrieken melkvee bij een vrij groot aantal goede exemplaren af, welke met eerste
prijzen werden bekroond.
De kwaliteitsverbetering was bij het jongvee
heel duidelijk. In het bijzonder vormden verschil
lende uit Friesland aangekochte fokvaarzen van
hoogwaardige afstamming in exterieur en type
een aanwinst waarmede de kern van melk- en
fokvee reeds in de nabije toekomst kan worden
versterkt en uitgebreid. En dit laatste heeft de
thans in ontwikkeling zijnde rundveeteelt in Tho-
len nodig, aangezien de selectiemogelijkheden in
het aanwezige melkveebestand niet groot genoeg
zijn.
Dat voor een succesvolle, fokkerij gebruik moet
worden gemaakt van zeer goede stieren is een
eerste vereiste. Het in Tholen aanwezige stieren
materiaal is hiertoe van onvoldoende gehalte. Men
zal de oplossing van de stierenkeuze dienen te
vinden in de K. I.-vereniging en de organisatie
van het centrale K. I.-station in Zèeland. Indivi
duele selectie van de bij het vrouwelijke dier best
passende stieren verdient alle aandacht en kan
ook in landelijk verband door aanwending van
diepvries-sperma van goed fokkende K. I.-stieren
toepassing vinden. In dit verband spreken vvë de
wens uit dat de inmiddels door de K. I.-vereniging
Tholen aangekochte nieuwe stier, waarvan exte
rieur en afstamming een verbetering inhouden,
na de noodzakelijke keuring op geschiktheid voor
K. I., een versterking van de K. I.-vereniging en de
fokkerij zal betekenen.
De op de fokveedag getoonde stieren konden
het niet tot eerste prijzen brengen. Bij de 12 ja
rigen behaalde Scout van Zonnestein, eig. M.
Anthonisse, Poortvliet een 2a prijs, gevolgd door
Kaatje's Wodan 3 van L. W. de Rijke te Tholen
(2b).
Het vrouwelijk jongvee was met 55 dieren goed
vertegenwoordigd. In de rubr. kalveren, geb. 1-1 tot
l-3-'60 behaalde Betsy van Joh. Akkermans te St.
Annaland de 1ste prijs (goed gelijnd type, kon ster
ker in schouderaansluiting en benen), voorts werden
2 tweede en één 3e prijs toegekend.
De pinken, geb. 1-7 t/m 31-12-'59 vormden een
vrij goede rubriek, met dieren van ruim voldoende
kwaliteit in Geertje's Jeltje van M. Anthonisse (la.
pr.) en Bontje 4 (v. Amadis Hollander) van D. J.
Polderman, Oud-Vossemeer (lb. pr.).
De middenmoot bevatte 5 dieren met 2de prijzen,
gevolgd door 2 derde prijzen.
De rubriek vaarzen, geb. 1-1 tot l-7-'59, bestond
uit een grote kollektie van in doorsnee voldoende
gehalte maar wat weinig uniform. Dé kopgroep was
goed, met 4 eerste prijzen. De la. prijs ging naar
Anna (v. Dr. Lente's Verwachting) van J. P. Kloet,
St. Maartensdijk, een behangen vaars van goed type,
maar rriinder sterke achterbenen; lb. Marjetta van
C. Dorst, Stavenisse; lc. Sonja (v. Blitsaerd Knaap)
van J. L. Fase, Poortvliet; ld. Jeltje K 50 van C. W.
van Dalen, Tholen. Er werden in deze rubriek zes
tweede en vier derde prijzen toegekend.
In de rubriek kallvaarzen, geb. 1-5 t/m 31-12-'58,
dongen 16 dieren mee. De kopgroep bevatte enkele
beste vaarzen terwijl de kollektie als geheel wat
meer eenvormigheid, liet zien dan de rubriek jongere
vaarzen, la. Adèle van Veldzicht (v. Mercedes), van
C. L. Geluk ert Zn,. St. Maartensdijk, een evenredig
gebouwde en sterke vaars die even meer adel kon
hebben, goed 'zij-aanzicht, kruis kon vlakker; lb.
Jannie (v. Rotterda Sikkema 89) malse diepe vaars
van beste ontwikkeling, achterbenen onvoldoende
droog; lc. Geeske 5 (v. Markus F. R. S.) een Friese
vaars met toekomst, van M. van Ast te Poortvliet,
in adel de beste, iets gedrukt in de bovenhand, ge
volgd door ld. Hiltje 19 (v. eveneens Markus) van
dezelfde eigenaar, correct van type met goede ver
houdingen, minder krachtige achterbenen. De 2de
prijsgroep omvatte vijf dieren van redelijk soort,
gevolgd door acht derde prijzen.
De rubriek oudere kalfvaarzen, geb. vóór 1 mei
1958, was minder regelmatig maar met enkele uit
blinkers. De la. prijs was voor Etje 1 (v. Tabe F. R.
S.) van M. van Ast. Deze behaalde met dit dier het
kampioenschap van de kalfvaarzen. Etje heeft veel
adel, is gesloten en diep van bouw met. harmonische
verhoudingen; de achterbenen zijn, voldoende sterk
maar iets sabèlbenig. Ze werd gevolgd door Trijntje 8
van M. H. van Oorschot, Tholen, eveneens van goed
type, beenstand wat minder sterk', welk dier reserve
kampioene werd; lc. Greetje (v. Sjoerd) van W. A.
de Wilde, Poortvliet, typisch, kruis iets hellend; ld.
Dora 58, F. R. S., van Gebr. Noom, St. Maartensdijk;
best behangen, iets weke bovenhand.
De koeien werden in zes leeftijdsrubrieken gekeurd,
waarvan de 1ste kalfskoeien waren gesplitst. De
jongste dieren, geb. na l-l-'57 vormden een vlot
goede rubriek met twee heel goede kopnummers, la.
Nelly, van J. M. F. Goorden, Oud-Vossemeer, even
redig gebouwd produktietype, met goed uier, voor
hand wat enkel; lb. Beb van C. Giljam, best soort
met kwaliteitsuier, ribben wat weinig gewelfd. Deze
dieren werden gevolgd door twee tweede en twee
derde prijzen. De rubriek 1ste kalfskoeien, gebr.
vóór 1 juli 1957, bevatte tien dieren. De la. prijs was
voor de adelijke melkvaars Corrie (v. Rudolf) van
W. A. de Wilde, die als jonge koe. na zware con
currentie, reserve-kampioene van de melkgevende
koeien werd. Dit dier heeft een uitstekende afwer
king in exterieur met een goed gevormd kwaliteits
uier. Gezien haar op goede Friese bloedlijnen steu
nende afstamming een koe met toekomst. De lb.
prijs in haar rubriek ging naar Jeltje 49, van C.
Bevelander te Poortvliet, ook van goed type. even
minder sterk in de bovenhand; lc. Klaaske 10 F. R.
S.. van M. H. van Oorschot; ld. Tonriy 23, van A. L.
Hage, St. Maartensdijk. Na deze goede kopgroep
volgden vier tweede en twee derde prijzen.
De tweede kalfskoeien waren minder uniform,
goede melkkoeien maar met nogal bemerkingen op
uiervorm. Een kopgroep van vijf bruikbare dieren
met eerste prijzen werd opgesteld; la. Maartebloem
114, F. R. S., van C. Giljam. Scherpenisse, een
koe met goede ribdiepte en melktekenen, in de bo
venhand en het kruis wat weinig gevuld; lb. Trijn
tje 7 (v. Butenmoark Juweel) van J. L. Fase; lc.
Rintje 117, F. R. S., van J. L. Fase; ld. Lenie (v.
Minke's Paul Sikkema) van P. J. Goorden, Oud-
Vossemeer; le. Bertha 106, van A. Klippel en Zn.,
Stavenisse; lf. Geertje's Lucie (v. Rott. Sikkema 114)
van M. Anthonisse. Voorts werden zes tweede en
twee derde prijzen toegekend.
In de rubriek 3e kalfskoeien werden drie eerste,
vier tweede en drie derde prijzen toegekend met als
kwalificatie: goede klasse met zeer goede kopnum
mers. De la. prjjs was voor de oud-kampioene (1959)
Driesum 10 (v. Sjouke) van C. Giljam, Scherpenisse,
(goed type .met dito uier, kon breder in de boven
hand); lb. Sonja van M. Anthonisse, Poortvliet; lc.
Dora, van G. A. de Hond, Tholen.
De kampioenkoe kwam uit de rubriek van de 4e
kalfskoeien. Dit was Gerrie 1 van A. Klippel en Zn,
die haar onderscheiding als oud-kampioene 1957 in
prima conditie wist te prolongeren. Een fraai type
met beste ribdiepte en krachtige bovenhand. Ze
wordt gesierd door een goed ontwikkeld uier van
goede kwaliteit met enige bemerking op de speen-
stand. De lb. prijs in haar klasse was voor Rooske van
J. J. v. d. Zande, Tholen; lc. Cathalijnhof's Willemke
43 van C. L. Geluk en Znj ld. Willy van J. J. v. d.
Zande; le. Maartje 34 van dezelfde eigenaar. Een
verdienstelijke kollektie eerste prijzen, gevolgd door
vijf tweede en drie derde prijzen.
De oudere koeien waren wat onregelmatig in maat
en type, met toch wel goede gebruiksdieren; la. de
oud-kampioene 1958 Aafje 15, van J. J. v. d. Zande
(fijn en sterk gelijnd type) met best uier, iets arm
gespierd; lb. Trijntje 12. van ir. M. A. Geuze, Poort
vliet; lc. Marjetta, van M. Anthonisse, gevolgd door
zes tweede en vier derde prijzen.
Aan de verzwaarde eisen voor de produktieklasse
voldeden een 7-tal koeien. Kampioene in deze
prestatieklasse werd Jikke 8, van J. P. Kloet, St.
Maartensdijk met de volgende opbrengsten in 3 op
eenvolgende iactatieperioden
3.7 4760 kg melk met 4.03 vet in 314 dagen
4.7 5373 kg melk met 4.00 vet in 307 dagen
5.8 6317 kg melk met 4.07 vet in 320 dagen
De rangschikking was verder: 2.) Matzen 98, van
J. L. Fase; 3.) Maartje 34, van J. J. v. d. Zande; 4.)
Bontje 1, van D. J. Polderman; 5.) Cath. Willemke
43, van C. L. Geluk en Zn; 6.) Selma 3, van P. Bur
gers, Poortvliet; 7-> Adèle v. d. Meidoorn, van C. L.
Geluk en Zn.
Voor de gr oepskeu ringen was in voldoende mate
ingeschreven. De gewenste uniformiteit werd echter
niet altijd voldoende bereikt. Een verdienstelijke
lste prijs werd behaald door J. J. v. d. Zande met
een voldoende eenvormige bedrijfskollektie van vijf
melkvormige koeien. In de rubriek bedrijfsgroepen
van drie koeien viel de hoogste eer toe aan L. J.
Fase met de goed bij elkaar passende Trijntje 7,
Mina 4 en Matzen 98 (la. pr.), op de voet gevolgd
door het trio Driesum 10, Maartebloem 114 en Beb
van C. Giljam.
In de rubriek bedrijfsgroepen van drie vaarzen
boekte M. van Ast goede resultaten met een 2-tal
uniforme groepen opgebouwd, uit goedsoortige die
ren waarmede resp. een la. en lb.-prijs werd be
haald. De groep van W. A. de Wilde waarin de re
serve-kampioene van de kdeien (Corrie) met twee
vaarzen (waarvan één van minder kwaliteit) stond
opgesteld werd met een lc. prijs als derde geplaatst.
Gelet op de kwaliteit was het aantal inzendingen
(9 groepen) in de rubriek koeien met twee directe
afstammelingen te groot. De uniformiteit waaruit de
fokwaarde móet blijken was in doorsnee te gering.
Er werden nog drie eerste prijzen toegekend waar
bij de jury haar goede wil toonde; la. Trijntje 12,
Adv.
is de ideale tarwe voor de boer die wil
maaidorsen met behoud van kwaliteit
met haar dochters Trientje 2 en 3, van ir. M. A.
Geuze, een groep met een doelmatig gebouwde en
in exterieur minder fraai afgewerkte moeder, met
twee dochters van de stier Amadis Hollander, waar
van één nogal wat minder in exterieur dan de moe
der. Een lb. pr. behaalde C. P. de Hond, Oud-Vosse-
.rneer, met Cato en twee dochters, die als geheel
minder uniform waren; lc. werd geplaatst Cath. Wil
lemke 43 met een vaars en een stier van C. L. Geluk
en Zn.
De fokgroepen (zelfgefokt) van drie stuks vrouwe
lijk rundvee van één bedrijf maakten een goede
beurt. Een la. prijs behaalde het trio Dora-Bles-Mad-
die, van G. A. de Hond, Tholen, dat een passend!
geheel met voldoende individuele kwaliteit liet
zien. De lb. prijs was voor J. J. v. d. Zande met de
koeien Rooske-Bontje en Bertha, een vrij uniforme
groep van behoorlijk gehalte.
Samenvattend kunnen we zeggen dat de Thoolse
veehouders door goede voorbereiding van hun in
zendingen fokdieren ook aan toilet en wijze van
voorbrengen wordt meer zorg besteed, al geldt dit
nog niet voor allen!! van hun fokveedag iets
goeds hebben gemaakt.
Een en ander zal stellig in positieve zin mede
werken aan de verdere opbouw van de rundvèeteelt
in dit gebied.
De goede samenwerking met. de paarden- er* .scha
penfokkers op deze toondag heeft zijn nut meer dan
bewezen. Er was „voor elck wat wils", waarbij de
geslaagde wedstrijd in handmelken, de kalveropfok-
wedstrijd en het waardige slot van de dressuur eri
springnummers van de Thoolse ruiters het nuttige en
aangename verenigden en velen, ondanks het drei
gende weer, hebben geboeid.
Al met al een gelukwens ten volle waard!
Ir. W. L. HARMSEN,
Rijksvee teeltèonsulent
voor Zeeland.
J'ublikatie nr. 11 van het P.A. W. te Wapeningen
door J. Grijpstra (L.E.Ij en ir. T. T. Wind en
dr. R. A. de Widt (P.A. W.)
HE hooiventilatie is een belangrijk middel om
het weerrisico te beperken. De toepassing
maakt echter meestal ingrijpende wijzigingen
in de bedrijfsvoering noodzakelijk. De schrij
vers hebben een onderzoek ingesteld naar de
technische en economische aspecten van de
hooiventilatie.
Het bleek dat door hooiventilatie niet alleen
een belangrijk beter produkt werd verkregen,
maar dat ook meer hooi per ha werd gewonnen.
De verliezen op het veld en bij bewaring zijn
namelijk veel geringer dan bij de conventionele
hooiwinningsmethode. Bovendien kan men met
een geringer aantal arbeidsuren volstaan. Voor
de drie meest voorkomende systemen van hooi
bergen, n.l. berging op zolders, in een buiten-
berg of een tas in de schuur en in twee of drie
tassen in de schuur, zijn de ventilatiekosten be
groot. In het eerstgenoemde geval lagen de kos
ten vrij veel hoger dan bij de andere systemen.
Op de bedrijven waar het hooi in één tas of in
een buitenberg was opgeslagen waren de venti
latiekosten lager dan op de bedrijven waar het
hooi in twee of drie tassen werd bewaard. De
schrijvers komen uiteindelijk tot de conclusie
dat koudeluchtventilatie rendabel op de bedrij
ven kan worden aangewend. Warme-luchtven-
tilatie is pas rendabel wanneer er meer dan 40
ton hooi wordt gewonnen. Hierbij is uitgegaan
van de veronderstelling dat de betere hooikwa-
liteit en de grotere kwaliteit volledig in het
bedrijf kunnen worden aangewend en dat broei
zelden voorkwam.
Bestelling van deze publikatie kan geschieden
door overschrijving van 1,op giro 966643
t.n.v. het P. A. W. te Wageningen.
IN de vorige bestuursvergadering was het
I Produktschap voor Granen, Zaden en Peul
vruchten in princijbe akkoord gegaan met het
uitgangspunt de verplichte bijmenging op 35 te
stellen en eerst in september a.s. het bijmen
gingspercentage definitief vast té stellen, reke
ning houdende met de kwaliteit en dé kwantiteit
van de komende oogst, waarbij het aanvaarden
van een percentage van 40 voor het komende
oogstjaar doch ook een lager percentage dan
35 geenszins zou zijn uitgesloten.
HE Directeur-Generaal van de Voedselvoor-
U ziening heeft aan het bestuur van het pro
duktschap bericht, dat hij zich niet zonder meer
kon verenigen met het door dit bestuur inge
nomen standpunt. Gezien de te verwachten
omvang van de komende tarwe-oogst is de
Directeur-Generaal van mening, dat er op dit
moment geen reden is te veronderstellen dat
voor het komende oogstjaar het bijmengings
percentage lager zou moeten zijn dan het thans
geldende van 40. Het bestuur van het produkt
schap heeft in zijn vergadering van 7 juli zijn
vorig uitgangspunt bekrachtigd en zal dus op
deze aangelegenheid in de september-vergadering
terugkomen.