Erkennings- en teeltregeling
in de tuinbouw
Nieuwe Voorzitter van
het N. R. S.
ZATERDAG 9 JULÏ 19 6 9
Voor geheel Nederland waarvoor wij de cijfers hier laten volgen kan men soortgelijke beschou
wingen houden.
Verbouwde oppervlakte akkerbouwgewassen in Zeeland in de jaren 1955 t/m
Granen
Tarwe/winter
Tarwe/zomer
Gerst/winter
Gerst/zomer
Haver
Peulvruchten
1955
ha
34717 100
54510 100
3656 100
66325 100
1956
ha
32100 93
53699 99
8519 230
65321 99
1957
ha
41659 120
57327 105
7676 207
64455 97
1958
ha
54585 157
56586 101
8815 238
73120 110
170632 100 153631 90 159418 93 137484 81 125528
1959
ha
60712 175
59677 109
3363 226
63974 96
74
I960
1960
ha
87728 253
39723 73
10319 279
58836 89
111071
67
Gr. erwten
33127
100
33050
100
30733
93
23222
70
23979
72
25838
78
Schokkers
4880
100
4430
90
5142
105
6744
138
9019
184
7460
152
Kapuc. gr. erwten
1996
100
2226
111
2132
107
2029
101
1292
65
1520
76
Stambonen
5125
100
4468
88
3610
71
2761
54
3734
73
3491
68
Olieh. Vezelgew.
40
Koolzaad
7438
100
10180
138
6418
87
4528
61
2621
35
2924
Blauwmaa nzaad
1998
100
4116
206
4946
247
6382
319
5368
268
2171
109
Karwijzaad
3197
100
4901
153
5865
183
4358
136
2627
82
1943
61
Vezelvlas
32192
100
31995
99
22^79
70
16022
50
15114
47
•24127
75
Land hou wzaden
Graszaad
-1174
100
4308
103
4799
114
5865
140
8814
210
8765
209
Knol Wortelgew.
Cons. aardappelen
(incl. poot voer).
op zand- of veengr.
53953
100
49875
92
46810
87
43211
80
43188
81
42893
79
op kleigrond
52331
100
54032
103
52265
100
49563
95
54849
105
54179
104
Suikerbieten
66825
100
69080
103
64511
97
81007
121
92979
139
92487
138
Voederbieten
54623
100
50593
93
48033
88
47474
87
42439
78
38999
71
Groenvoedergew.
Lucerne
7146
100
6229
88
7255
102
7717
109
5617
79
7037
98
Klaver
11280
100
5839
52
9844
87
6873
61
5911
52
3174
28
Uien
3964
100
5142
130
5298
134
6735
170
5238
132
5361
135
Wij zijn nogal eens geneigd om relatief veel aan
dacht te schenken aan de verbouwde oppervlakte
en de opbrengst per ha als een vrijwel constante
grootheid te beschouwen. Toch is dit niet juist,
vo^r bepaalde gewassen lopen de opbrengsten per
ha van jaar tot jaar immers belangrijk uiteen.
Om de aandachtige lezer hierin een inzicht te
geven hebben wij op dezelfde wijze als voor de
verbouwde oppervlakte en voor dezelfde jaren
(uiteraard 1960 buiten beschouwing latend) de ge
middelde opbrengsten per ha eens naast elkaar
gezet, wij krijgen dan de volgende cijfers.
Oogst ramingen Zeeland in de jaren 1955 t/m 1959
Opbrengsten per ha
Granen
Tarwe/win ter
Tarwe/zomer
Gerst/zomer
Haver
Peulvruchten
Gr. erwten
Schokkers
Kapucijners gr. erwten
Bruine witte bonen
Olieh. Vezelgewassen
Koolzaad
Blauwmaanzaad
Karwijzaad
Vezelvlas/gerepeld
Vezelvlas/lijnzaad
Knol/Bol Wortelgewassen
Vroege aardappelen
(Cons, voederaardappelen
incl. pootaardappelen)
w.v. o/Kleigrond (incl. uitv.V
w.v. o/Kleigrond (excl. uitv.)
w.v. zand Veengrond (incl. uitv.)
w.v. Zand Veengrond (excl. uitv.)
Suikerbieten
Voederbieten
Uien
1955
1956
1957
1958
1959
3823
100
4100
107
4513
118
4462
113
4853
127
3678
100
4001
134
3912
106
3679
100
4198
114
3742
100
3980
107
4257
114
4196
112
4156
111
3983
100
3816
96
3556
89
4055
102
3081
77
Het nut van erkennings- en teeltregelingen in
de tuinbouw is thans volop in discussie in verhand
niet de zich ontwikkelende F]. E. G. en het S. E. K.-
advies over vestigingseisen in de landbouw. In het
nummer van 22 juni van Economisch-Statistische
Berichten is een artikel van de hand van Ir. A. de
Zeeuw opgenomen over enkele bedrijfseeonomiscne
aspecten van de erkennings- en teeltregeling in de
tuinbouw. Hierin wordt onder meer gesteld dat
de „natuurlijke" remmen op de produktie.uitbrei-
ding (vakmanschap en financiering) belangrijk
verschillen in capaciteit al naar het bedrijfstyfie.
Al naar deze remmen sterker zijn is er minder
reden voor erkennings. en teeltregelingen.
Men is naar de mening van schrijver dan ook op
de verkeerde weg, wanneer men binnen een be
paald bedrijfstype de ondernemer niet zoveel mo
gelijk de vrije keus laat hij het telen van die pro-
dukten, die ongeveer gelijke eisen stellen aan
bedrijfsuitrusting en vakmanschap. Door Inper
kingen op te leggen wordt de tuinlxmwonder-
nemer beperkt in het kiezen van een optimaal
teeltplan en hiermede de rentabiliteit van het be
drijf geschaad. Dit impliceert dat men voorzichtig
dient te zijn met het instellen of voortzetten van
zodanige maatregelen, dat daardoor het kiezen van
een optimaal teeltplan binnen bepaalde bedrijfs-
typen wordt verhinderd. Dit geldt bijvoorbeeld
wanneer de produktie van sterk gemechaniseerde
tuinbouwteelten, die ongeveer dezelfde eisen stellen
als landbouwteelten, niet wordt toegestaan op
landbouwbedrijven.
3880
100
2671
68
3497
90
3722
97
3703
95
3411
100
2527
74
2783
82
3405
100
3216
94
3283
100
2408
73
3048
93
3261
99
3188
97
2168
100
1894
87
2309
106
2643
121
1112
51
2991
100
2537
85
2443
82
1695
57
2731
91
1287
100
767
59
1061
82
1005
78
726
56
2051
100
1160
57
1949
95
1632
80
1759
86
6201
100
5671
91
6002
97
5810
94
5138
83
817
100
1027
126
1037
127
898
110
1001
123
19901 100
20073 101 16736 84 21431 108 113536 68
29172
100
27051
93
35015
120
33953
116
22932
79
25338
100
21432
85
17529
69
29040
146
17158
68
23459
100
23287
99
31127
133
29396
125
11357
48
19699
100
19479
99
21021
107
25388
129
6093
31
48931
100
41979
86
37938
78
50495
103
36464
75
76979
100
70860
92
60858
79
87882
114
47076
61
21834
100
36769
168
30425.
J39
40576
186
19241
88
Oogstramïngen Nederland in de jaren 1955 t/m 1959
Opbrengsten per ha
Granen
Tarwe/winter
Tarwe/zomer
Gerst/winter
Gerst/zomer
Haver
Peulvruchten
Gr. erwten
Schokkers
Kapucijners gr. erwten
Bruine witte bonen
Olieh. Vezelgewassen e.iï.
Koolzaad
Blauwmaanzaad
Karwijzaad
Vezelvlas/gerepeld
Vezelvlas/lijnzaad
Knol/Bol Wortelgewassen
Vroege aardappelen
(cons, voederaardappelen
incl. pootaardappelen)
w/v Kleigrond (incl. uitval)
w/v Kleigrond (excl. uitval)
Zand Veengrond (incl. uitval)
Zand Veengrond (excl. uitval).
Suikerbieten
Voederbieten
Uien
1955
1956
1957
1958
1959
3862
100
3795
98
4241
110
3964
103
4621
119
3965
100
3480
88
3768
95
3287
83
3571
89
3840
100
3734
97
3995
105
3848
100
3711
96
3766
100
3690
98
4048
107
3526
93
3938
104
3411
100
3161
93
3177
90
3243
95
2552
75
3518
100
2051
58
3405
97
3181
93
3643
103
3352
100
2490
74
3031
90
3394
101
3390
101
3050
100
1863
61
2980
98
2598
85
3355
110
2201
100
1793
81
2257
103
2597
118
1185
54
2529
100
2509
99
2534
100
1970
78
2904
115
1195
100
770
64
1028
86
960
80
776
65
1644
100
1173
71
1624
99
1261
76
1740
105
5772
100
5252
91
5486
95
5536
96
5096
38
847
100
833
98
899
106
821
97
931
110
19877
100
19719
99
19795
100
21412
108
19313
97
28625
100
26414
92
30172
106
30387
106
25337
89
24388
100
20262
83
18292
75
25970
104
20624
85
25146
100
22445
89
26058
104
27094
108
17254
69
19746
100
17437
88
20106
102
21919
111
11285
57
44651
100
36671
82
41678
93
47874
107
33319
75
71001
100
56641
80
70239
99
80632
114
37763
53
24285
100
32776
135
27934
115
348-32
140
23253
'H
|N de buitengewone algemene vergadering van
het Nederlandsche Rundvee-Stamboek welke
op 5 juli j.l. te Utrecht werd gehouden, werd als
opvolger van wijlen prof. ir. W. de Jong tot voor
zitter gekozen de heer J. Leenheer te Rhoon, Z.-H.
De heer Leenheer, die op 9 juni 1921 te Baren-
drecht werd geboren, bezocht de H. B. S. te Rot
terdam en vervolgens de Rijkslandbouwwinter-
school te Dordrecht. Na enige tijd op het bedrijf
van zijn vader werkzaam te zijn geweest, trad hij
op 16 mei 1945 als inpecteur in dienst bij het
N. R. S. In augustus 1947 legde hij deze functie
neer om de leiding van het bedrijf van zijn in
middels overleden vader geheel op zich te nemen.
De heer Leenheer, die sinds 1958 lid is van het be
stuur van het N. R. S., vervult in hel organisatie
leven vele functies.
JJET is de moeite waard om van jaar tot jaar de
opbrengsten te vergelijken zowel van Zeeland
als Nederland en die van Zeeland met de landelijke
cijfers. Zeelahd komt dan niet ongunstig voor de
dag, doch een vergelijking ware uiteraard waarde
voller om onze provincie te vergelijken met over
eenkomstige landbouwgebieden.
Wanneer de lezer de energie heeft op
gebracht de cijferreeksen goed te bestu
deren dan moeten we toch de opmerking
maken dat ook deze cijfers een betrek
kelijke waarde hebben en alleen gemid
delde cijfers zijn, m.a.w. voor het
individuele bedrijf liggen ze veelal geheel
anders. Niet ten onrechte zegt men wel
eens dat men met statistieken alles kan
bewijzen behalve de waarheid.
J. D. DORST.