Van Boerderij en Organisatie
460
Op de proefvelden was in 1959 het
resultaat van de MADO wintertarwe
opnieuw beter!
ZEEUWS LANDBOUWBLAD
<*^WJUU.
SCHOUWEN EN DU1VELAND.
13 juni.
PRECIES een jaar geleden zaten we
midden in de droogte met o.a. als
gevolg veel slechte vruchten en veel
luizen. Dat is op dit moment geheel
anders. Het groeit om zo te zeggen
als kool en gebrek aan regen is er nu
niet. De luizen in de bieten laten ook
nog op zich wachten, tenminste de zo
gevreesde groene bladluizen. Enkelen
hebben reeds gespoten en dat was
dan voornamelijk tegen de zwarte
bonenluis. Een extra bespuiting zal in
vele gevallen dan straks toch weer
nodig zijn, maar deze kosten zullen
velen liever opbrengen dan onnodig
veel risico te lopen in verband met de
vergelingsziekte.
Ook dit voorjaar was er weer veel
mangaangebrek in de bieten. Door
proeven is gebleken, dat een bespui
ting met mangaansulfaat geen op-
bvengstverhoging geeft. Dit laatste
willen we graag geloven, alleen de er
varingen van de laatste jaren opge
daan bij wel spuiten zijn toch gunsti
ger. Door wel te spuiten krijgen we
direct meer en gezonder blad. Dit is
voor een aantasting van de vergelings
ziekte ook belangrijk en verder ont
wikkelt zich het onkruid in percelen,
die niet gespoten zijn, veel gemakke
lijker.
Wanneer we al deze argumenten
nog eens nagaan, dan lijkt het toch
verstandiger de geringe kosten aan
mangaansulfaat maar op te brengen.
Het is voor een ieder toch plezieriger
een vol en gezond gewas bieten te
telen, dan weken te moeten kijken op
een perceel waar geen groei in zit.
De tijd is ook weer aangebroken om
eens een bezoek te brengen aan het
proefbedrijf „De Scheldemonden" te
Bruinisse. Het blijft elk jaar weer een
interessante trip om de vele belang
rijke proeven van dichtbij te bekijken.
Het is lekker dichtbij en leren doen
we er altijd.
TÜOLEN EN ST. PHILIPSLAND.
13 juni.
HET aantal opgaven voor de Delta
excursie ligt al boven de 300 ver
namen we van de Kringsecretaris en
nog steeds kwamen er aanmeldingen
bij.
Overigens wordt het 'een drukke
excursietljd want we kregen ook weer
al een oproep voor deelname aan de
excursie van de Bedrijfsstudiegroep
naar Zuid-Limburg, een excursie die
ongetwijfeld eveneens de moeite zeker
waard zal zijn. Enfin wellicht hebben
we dan onze akkers een heel eind on-
kruidschoon, en treedt er een korte
adempauze in. Het graszaad en de
vroege aardappels zullen echter ook
al niet lang meer op zich laten wach
ten, zo dat we weer spoedig midden
in de drukke periode zitten.
Het ziet er naar uit, dat het graan,
on dan vooral het zomergraan, erg
zwaar en hoogst waarschijnlijk te
zwaar gaat worden, en dit geldt in
even sterke mate voor het vlas. De
meeste percelen vlas zijn te zwaar en
zij zullen werkelijk moeite hebben om
goed aan het eind te komen. Alleen
droog weer kan daarbij redding bren
gen.
TIJDENS de Pinksterdagen was het
aantal luizen nogal toegenomen,
vooral in de aardappelpercelen. Ook
in onze bietenpercelen zagen we de
groenachtige luizen die zo gevaarlijk
zijn voor de vergelingsziekte. Voor de
meeste delen van onze provincie zijn
reeds waarschuwingen uitgegaan, doch
voor ons gebied hebben we nog niets
gehoord, terwijl we naar ik meen ook
nog geen waarschuwingskaart hebben
«ntvangen.
Voor de pootgoedtelers zijn de lui-
zenvluchten tijdens de Pinksterdagen
met een benauwd hart aangezien. Het
ziet er dit jaar toch al niet zo roos
kleurig uit en als dan onze vijanden
ook nog in zo ruime mate de virus
ziekten gaan verspreiden dan worden
de vooruitzichten steeds onzekerder.
Het ziet er wel naar uit dat het
pootgoed duur za] worden; er is min
der uitgeplant, en reeds meer afge
keurd dan op andere jaren, terwijl
het besmettingsgevaar dit jaar ook
enorm veel groter ïs dan anders.
Goede consumptie-percelen zijn er
weinig en we menen toch wel te
mogen zeggen dat in vrijwel ieder
consumptieperceel zeker 10 zieke
planten voorkomen, terwijl in een heel
groot aantal andere percelen wel 20
50 ja zelfs nog wel hogere percen
tages voorkomen. Dit zijn dus enorme
besmettingsbronnen, zodat de poot-
goedteler aangewezen is op het spui
ten met systemische middelen en op
vroeg rooien. Spuiten met systemische
middelen erhoogt de kostprijs en vroe
ger rooien vermindert de opbrengst,
zodat meer lonende pootgoedteeit de
prijzen, afgezien nog van de te ver
wachten ruime vraag, noodzakelijk
naar boven moeten.
Doordat meerdere collega's die an
dere jaren eigen pootgoed teelden, dit
jaar geen al te best uitgangsmateriaal
hebben gekregen, waren zij niet in
staat om zelf plantmateriaal voor
eigen gebruik te telen en zullen zij de
vraag naar pootgoed nog verhogen.
Laten we hopen dat we in ieder geval
goede pootaardappelen kunnen kopen,
het moge dan duur worden, slecht ma
teriaal is nog veel duurder. Dat kunt
u dit jaar zelf constateren.
ZU1D - BE VEL AN D.
13 juni.
DE regen die nu ongeveer een maand
geleden als een weldaad kwam,
begint nu reeds meer en meer als een
overlast beschouwd te worden. Het
vlas dat door de eerste regen welig en
wat slap was opgeschoten is door de
laatste legen vrijwel geheel gelegerd.
Het gaat er nu maar om wanneer het
vlas weer overeind kan komen of en
voor hoe lang het gelegerd blijft. Door
de voortdurende legering zal de kwa
liteit zeer zeker niet vooruitgaan.
Ook de lust om te kopen worden op
deze manier ongunstig beïnvloed.
Ook de zomergerst is plaatselijk
zeer zwaar gelegerd. Verschillende per
celen zullen wel tot het einde toe ge
legerd blijven. Door de valse meel
dauw, die vrijwel overal en soms in
zeer ernstige mate voorkomt, wordt
de legering verder nog ongunstig be-
invloed. De stikstof het vorige jaar
gegeven hetzij aan aardappelen, bieten
of maanzaad, maar door deze gewas
sen niet geheel opgenomen blijkt nu
in de meeste gevallen de veroorzaker
te zijn van deze welige groei.
De eerste percelen Bintjes zijn reeds
legen de phythophlhora gespoten,
vooral met dit regenachtige weer is
het gewenst om er zorg voor te dragen
dat ook de onderste bladeren voldoen
de beschermd zijn. Later zijn deze
niet meer met een sproeimiddel te be
reiken.
De „gezonde" aardappelen groeien
nu goed door. Zo hier en daar zijn
enkele percelen uitgeplant van eigen
teelt, bijvoorbeeld uitgezocht uit een
party consumptiegewas, deze zijn vrij
wel volkomen ziek. Hier blijkt wel
zeer duidelijk, dat het altijd veel
beter is uit te gaan van goed gezond
pootgoed, dat dan wel eens duur kan
zijn, als uit te gaan van slecht poot
goed dat weinig kost, maar latei een
slecht opbrengend gewas en veel er
gernis te zien geeft.
Hier en daar zijn zelfs enkele per
celen uitgereden. Herinzaai met een
ander gewas geeft ook moeilijkheden
in verband met de reeds gegeven hoe
veelheid stikstof, zodat in sommige ge
vallen, ondanks de te verwachten
slechte opbrengst, het zieke gewas toch
zal blijven staan.
De luizenpopulaties op de suikerbie
ten nemen niet in grote getale toe.
Hierbij spelen regen en het koude weer
van de laatste weken ook een grote
rol. Verschillende percelen zijn reeds
eenmaal tegen de luizen, waarbij de
zwarte bonenluizen het meest voor
komen, bespoten. Afgewacht dient te
worden of een algemene bespuiting
noodzakelijk is en of voor de reeds be
spoten percelen een tweede bespuiting
ook nog rendabel zal zijn. Eén ding
is zeker: de bieten groeien op dit mo
ment zeer buitengewoon goed.
De oppervlakte suikerbieten is al
enkele jaren achtereen zo hoog als
mogelijk was opgeschroefd. Zo is men
er toe gekomen om op enkele perce
len te snel met bieten na bieten terug
te komen. Hoewel het nog zeer vroeg
in het seizoen is, is reeds op enkele
percelen het bietencystenaaltje gecon
stateerd. De schade zo vroeg reeds
ontstaan kan gedurende de zomer vrij
aanzienlijk worden. Voor vele bedrij
ven kan op deze plaats geen betere
aanbeveling gegeven worden dan om
nu reeds aan de grondmonsternemer
of de Assistent van de R. L. V. D. op
te geven om deze zomer of herfst
grondmonsters te laten nemen voor
onderzoek op het bietencystenaaltje.
WALCHEREN.
13 juni.
BE weersomstandigheden van de
laatste weken hebben er toe bij
gedragen dat zowel de bouwlandgewas
sen als het gras in de wei snel zijn
gegroeid. Ook de gunstige struktuur
van de grond en een reserve van
meststoffen die vorig jaar als gevolg
van de droogte niet zijn gebruikt,
hebben er toe bijgedragen dat de groei
bijzonder snel plaats had.
Voor gewassen als suikerbieten en
aardappelen is het gevaar van een te
geile groei niet aanwezig. Anders is
dit voor gewassen als gerst en vlas.
Van gerst die vóór dat de aar zicht
baar is reeds tot legering komt, is
geen topopbrengst meer te verwach
ten. Op enkele percelen is dit gewas
reeds flink gelegerd. Voor wat het
vlas betreft is het een uitzondering
een perceel te vinden dat nog recht
staat. Van meerdere percelen is te
verwachten dat, ook bij gunstig weer,
het gewas niet meer overeind komt.
De oorzaken zijn meer de dichte stand
en een te snelle groei, dan dat het ge
was door de regen is neergeslagen.
Slagregens kwamen immers vrijwel
niet voor. De handel kijkt momen
teel de kat uit de boom en men heeft
alleen interesse in een gewas dat nog
recht staat.
Ook de aardappelen zijn snel ge
groeid. Van de weg lijkt het meestal
heel wat, komt men er in dan valt het
tegen. Soms is het percentage virus-
zieke planten zó groot, dat dit onge
twijfeld de opbrengst drukken zal.
Op tal van percelen is de stand ech
ter zodanig, dat wanneer de groei-
omstandigheden gunstig blijven er nog
wel degelijk een flinke opbrengst ver
wacht kan worden.
Viruszieke planten zijn niet te ge
nezen. Dat is algemeen bekend. Wat
wel eens vergeten wordt is dat ook
het gewas dat door de aardappelziekte
is aangetast niet meer te genezen is.
Wel hebben wij bestrijdingsmiddelen
bij de hand maar deze zullen alleen
effektief blijken te zijn wanneer ge
spoten wordt voor de ziekte aanwezig
is. Het wekt daarom verwondering
dat er nog zovelen zijn die hun Bintjes
nog niet gespoten hebben met een
zink of koperpreparaat.
Het aantal luizen in de bieten is de
laatste dagen nogal toegenomen.
Reeds zagen wij bladeren gekruld
staan als gevolg van zuigschade van
de zwarte luis. Regelmatige controle
is daarom gewenst om, zo nodig,
(Adv.)
direkt tot bestrijding over te gaan.
Ook in maanzaad en aardappelen kan
het aantal luizen zó groot zijn, dat be-
stx-ijding gewenst is.
WEST ZEEUWS-VLAANDEREN.
13 juni.
NA het wisselvallige weer van de
achter ons liggende week is het
onaangenaam om het zo veel beloven
de vlas op verschillende percelen ge
bogen te zien liggen als gevolg van
de waterlast welke de lange slappe
stengels te torsen hebben gehad. Als
we niet spoedig een periode met an
der weer krijgen, zou het wel eens
kunnen gebeuren dat het er voor ver
schillende vlaspercelen niet zo erg
best uitziet, vooral wanneer het ge
legerde vlas in dagen niet droog
komt. Als dan de temperatuur ook
nog aan de hoge kant is, gaat de kwa
liteit zienderogen achteruit. Zoals
trouwens in vele streken hebben we
ook in ons gewest goede tot zeer
goede percelen vlas. Het weer dat we
in de eerstvolgende weken zullen heb
ben zal echter bepalen of sommige
percelen niet te goed zijn, waarbij we
eerlijkheidshalve moeten bekennen dat
de meeste eigenlijk niet anders kun
nen gebruiken als droogte.
Vooral met het oog op dit laatste is
het opvallend dat er reeds zo vroeg een
grote animo bij de vlassers is om voor
behoorlijke prijzen te kopen, hiermede
een toch lang niet onbeduidend risico
op hun hals halende. Zelfs voor de
bloei zijn vele percelen vlas, waar
onder verschillende te zware verkocht
voor prijzen welke we in geen jaren
hebben meegemaakt voor een te velde
staand gewas, en dit terwijl reeds bij
de uitzaai een ongekend grote opper
vlakte vlas door verhuur of op con
tractlevering in vlassershanden was.
Men weet vaak niet wat hier pre-
éles 'achter schuilt, meestal worden
over zoiets allerlei gissingen gemaakt,
maar zeker is wel, dat hier meer in
het spel is, als enkel het vooruitzicht
op een mogelijk hoge kg opbrengst
per ha.
Na de algemene Z. L. M. vergade
ring, ditmaal te Goes, gaan we de
volgende week de Deltawerken be
zichtigen. Een machtig werk, dat
vroeger tot de onmogelijkheden be
hoorde, maar dat men met de tegen
woordige middelen hoopt te kunnen
volbrengen.
Wij West Zeeuws-Vlamingen, die zo
veel met de zee te maken hebben,
wier grond grotendeels aan de zee is
onttrokken en voor wie alle nationale
toegangswegen door het zilte water
worden doorklieft, zullen altijd be
langstelling tonen voor alles wat op
waterbouwkundig gebied tot stand kan
werden gebracht.
Laten we hopen dat we voor de be
zichtiging van deze werken een prach
tige zomerdag mogen treffen. Ook op
reis is het aangenaam om het zonne
tje in het water te kunnen zien schij
nen.
PROEFBOERDERIJ
„DE SCHELDEMONDEN"
TE BRUINISSE.
Exeursiegids 1960.
Verschenen is de excursiegids 1960
van de Proefboerderij „De Schelde
monden" te Bruinisse, waarin een aan
tal gegevens omtrent bouwplan en de
vele op de percelen ingezette proeven
opgenomen zijn. Het proefbedrijf, 30
ha groot, op kalkrijke lichte kleigrond
is geheel gedraineerd. De grond
waterstand is 's winters 80 a 100 cm
en 's zomers 150 a 170 cm beneden het
maaiveld. De proefvelden zijn aange
legd in samenwerking met de R. L.
V. D. op de Zeeuwse Eilanden, de
S. N. Ui. F., de afd. NaCoBrouw van
het N. I# B. E. M. en het Instituut voor
Bodemvruchtbaarheid. Des winters
worden in samenwerking met het
Rijksveeteeltconsulentschap voor Zee
land proeven genomen met het mes
ten van rundvee.
Voor aanvraag excursie weiwle men
zich tot de bedrijfsleider, de heer L.
bij de Vaate, Langeweg 3, Bruinisse,
telef. 01113—387.