Aanvullende C.A.O. LANDBOUW yoop de contractperiode 4 en nieuwe C. A. O. voor de contrac 270 Ook over de aanvullende en nieuwe C.A.O. voor de Akker- en Weidebouw en de Veehouderij in de Provincie De te ontvangen officiële goedkeuring zal nog wel even op zich laten wachten. Onderstaand geven wij reeds de nieuwe lonen en andere bijkomende arbeidsvoorwaarden die ingaande 4 april va Zodra definitieve goedkeuring van het College van Rijkshemiddelaars ontvangen is, zullen wij in het Landbouw aangebracht. Als de nieuwe C.A.O. in druk is verschenen, worden deze aan de afdelingssecretarissen, die hiero Functie-indeling c. Nieuwe lonen C. A. O. De huurverhoging 1960 is niet in deze lonen verwerkt. Deze Ar beidstij den Inwonende arbeiders Schafttijden Gemoedsbezwaren Emolumenten Afstandsvergoeding ZEEUWS LANDBOUWBLAD 1. Vakarbeiders A; 2. Vakarbeiders B; 3. Seizoenarbeiders; 4. Ongeschoolden. VAKARBEIDERS A. Tot de groep vakarbeiders A moeten worden ge rekend de arbeiders met de navolgende functies: a. de voorman; b. de trekkerchauffeur, mits deze functie vier maanden of langer per contractjaar wordt uitgeoefend; c. de eerste paardenknecht. Ten aanzien van de paardenknechts zij opge merkt, dat in elk geval per bedrijf waar één of meer vaste paardenknechts in dienst zijn, één vaste paardenknecht als vakarbeider A zal worden aangemerkt. Zulks geldt niet voor bedrijven met één knecht waar de werkgever zelf de werkzaam heden verbonden aan de functie van vakarbeider A verricht. Het komt verder voor, dat per bedrijf meerdere vaste paardenknechts regelmatig dezelfde werk zaamheden verrichten als de eerste paardenknechts. Ook daarvoor geldt, dat de betreffende knechts als vakarbeider A dienen te worden beschouwd. VAKARBEIDERS B. Als vakarbeider B dienen te worden aangemerkt: a. alle landarbeiders, voorzover niet behorend tot de seizoenarbeiders en ongeschoolden; de veeverzorgers; de trekkerchauffeurs, die deze functie per contractjaar korter dan 4 maanden vervullen, m.d.v. dat zij gedurende de tijd, die zij als trekkerchauffeur werkzaam zijn, het loon van de vaste vakarbeider A ontvangen; de paardenknechts, voorzover niet reeds on der de groep vakarbeiders A genoemd. b. d. Leeftijd MANNELIJKE ARBEIDE' VASTE ARBEIDERS weeklonen Vakarbeider A 1 maart t/m 30 nov. 1 dec. t/m 28febr. Vakarbeider B 1 maart t/m 30nov. 1 dec. t/m 28febr Gebaseerd op uurloon van: Vakarb. A 17 jaar 18 jaar 19 jaar 20 jaar 21 jaar 22 jaar 2365 jaar 65 j. en ouder 90,82 83.41 46,19 52.54 60.61 67.20 72,82 76,73 8(189 74.29 49,66 56,80 65,58 72,44 78,47 82,86 87.25 i 80,12 44,23 50,59 58,41 64,52 69,89 0.94 V2 1.07M 73,80 77.71 71,36 1.24 T.37^4 1,49 1.57 1.65V2 1,52 Vakarb. B VASTE ARBEIDERS uurlonen Vakarbeider A ook in accoordwerk Vakarbeider B ook in accoordwerk 1 maart t/m 30 nov. 1 december,; 1 maart t/m |i t/m 28 februari:; 3o nov. 1 december t/m 28 februari Vk- arbeider B nimmer in accoord werkend 0.901/2 1.031/2 1.19H 1,32 1,43 1,51 1.59 1,46 0,92 1.04 H 1.21 1,331/2 1.45 1.53 1,61 1,48 0,93 1,06 1,22-/2 1.351/2 1,461/2 1,55 1,63 1,50 0,881/2 1,01 1.161/2 1.281/, 1.39-/2 1.47'/2 1,55 1.421/2 O.891/2 1,02 TÏ8_ 1,30-/2 1.411/2 1.49 1.57 1,44 0.901/2 ~ïm\ 1.19-2 1.32 1.43 1.51 1,59 1.46 SEIZOENARBEIDERS. Onder seizoenarbeiders worden verstaan de losse arbeiders met wie gedurende een periode van niet langer dan 6 weken een dienstverband wordt aan gegaan, uitsluitend of in hoofdzaak voor de ver- plegings- en/of oogstperiode. ONGESCHOOLDEN. Tot deze groep moeten worden gerekend arbei ders die het voorkomende handwerk tijdens de verplegings- en/of oogstperiode niet op normale wijze kunnen verrichten. De normale arbeidsdag mag niet eerder aanvan gen en niet later eindigen dan hieronder vermeld. Tevens is het aantal werkuren per week aange geven. VOOR PAARDENKNECHTS, MELKKNECHTS EN TREKKERCHAUFFEURS: van 1 maart tot en met 30 november: aanvang 6 uur einde 18 uur, met een maxi mum schafttijd van 2 uur per dag; 53 uur per week t.w. 5 werkdagen van 9 uur en een zaterdag van 5 uur. van 1 december tot en met 28 februari: aanvang 6.30 uur einde 17.30 uur, met een maximum schafttijd van 2 uur per dag; 47 uur per week t.w. 5 werkdagen van 8 uur en een zaterdag van 4 uur. Des zaterdags eindigt de arbeidsdag niet later dan 12.30 uur. De maximale schafttijd op zaterdag bedraagt ten hoogste een half uur. De normale arbeidstijd per jaar bedraagt in totaal 2726 uur, mits met de arbeid op zaterdagmid dagen en zondagen meegerekend een totale ar beidstijd per jaar van 2800 uur niet wordt over schreden. VOOR DE OVERIGE ARBEIDERS: van 1 maart tot en met 30 november: aanvang 6.30 uur einde 18 uur, met een maxi mum schafttijd van 2 Vz uur per dag; 50 uur per week t.w. 5 werkdagen van 9 uur en een zaterdag van 5 uur. van 1 december tot en met 28 februari: aanvang 7.30 uur einde 17.30 uur, met een maximum schafttijd van 2 uur per dag; 44 uur per week t.w. 5 werkdagen van 8 uur en een zaterdag van 4 uur. Des zaterdags eindigt de arbeidsdag niet later dan 12.30 uur. De maximale schafttijd op zaterdag bedraagt ten hoogste een half uur. De normale arbeidstijd per jaar bedraagt in totaal 2531 uur. De totale normale arbeidstijd per week en per jaar voor bij de ondernemer inwonende arbeiders is gelijk aan de arbeidstijd voor niet inwonende arbeiders met overeenkomstige functie. Aanvang en einde van de arbeidstijd worden in onderling overleg tussen werkgever en werknemer vastge steld met dien verstande dat deze aan de plaatselijk Sociale Commissie worden bekend gemaakt. a. b. IN de werktijden zijn twee stoptijden, van elk ten 1 hoogste 10 minuten begrepen n.L één in de voormiddag en één in de namiddag. Stoptijden welke langer dan 10 minuten duren zullen niet als arbeidstijd worden beschouwd. Indien in de voor- en/of namiddag wordt ge schaft, mag naast de schafttijd geen stoptijd wor den benut. De stoptijden dienen in onderling overleg tussen werkgever en arbeider te worden geregeld. In afwijking met de vermelde lonen geldt: Voor arbeiders en jeugdige mannelijke arbei ders aan wie wegens het hebben van gemoeds bezwaren tegen iedere vorm van verzekering vrijstelling is verleend van de verplichting tot deelneming aan het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw; voor arbeiders en jeugdige mannelijke arbei ders, voor wie zodanige verplichting wel bestaat, doch die werkzaam zijn bij een werkgever, aan wie terzake van het hebben van gemoedsbezwa ren tegen iedere vorm van verzekering vrijstel ling is verleend van de verplichting tot premie betaling; dat voor de 21- tot 65-jarigen het tijdloon per week 1,75 of per uur 3% cent lager is dan het normaal voor hen geldende tijdloon; voor de overige jeugdige arbeiders een loon dat per week 0,88 of per uur 0,02 lager is. Aan vaste arbeiders, knechts en trekkerchauf feurs zullen, indien daarom wordt verzocht, ge durende het contractjaar maximaal 15 hl consump tie-aardappelen worden verstrekt, tegen betaling van 10 cent per kg. De werknemer die prijsstelt op het afnemen van deze aardappelen dient dit aan de werkgever voor de 15e oktober van het contractjaar mede te delen. Evenals in het vorige contract is ook dit jaar geen bepaling betreffende het verstrekken van aardappelland opgenomen. Indien wel aardappel land ter beschikking wordt gesteld mag hiervoor de normale vergoeding worden gevraagd bijv. die voor het verhuren van zaaiklaarland berekend wordt. Voor het gebruik van een eigen rijwiel dient aam de arbeider een vergoeding te worden verstrekt zoals hieronder is aangegeven, indien de afstand van zijn woning tot de plaats van de aanvang der werkzaamheden bedraagt: 5 tot 10 km 10 tot 15 km 15 km en daarboven 0,20 per dag 0,40 per dag ƒ0,60 per dag

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1960 | | pagina 10