I BISON Cb]
VOL BELAST
TUINBOUW
Hoe zal het gaan met de
winterbloemkool
j|ET zou gemakkelijk zijn wanneer we
u op dit moment konden vertellen hoe
het in het komende seizoen zal gaan met
de afzet van de winterbloemkool. U zult
echter begrijpen dat dit niet gaat. Er spe
len bij de prijsvorming zoveel onbereken
bare faktoren een rol. Denk b.v. maar eens
aan de invloed van de weersomstandighe
den op het aanbod en ook op de vraag en
dus op de prijs.
I VOEDERBIETEN j
BESTRIJDING VAN MONIL1AROT
BIJ STEENVRUCHTEN
WIJ ONTVINGEN:
VEE EN VLEES
ONKRUID IN GRANEN
ZATERDAG 26 MAART 1960
249
Verder is ook belangrijk hoe het staat
met de invoer van bloemkool uit andere
landen.
Op het ogenblik is de situatie zo dat de
invoer van groenten in ons land uit de ge
hele wereld vrij is. Verwacht mag worden
dat aan deze vrije invoer paal en perk ge
steld zal worden als het seizoen wat meer
op gang gaat komen. De invoer van bloem
kool zal daar echter weinig van merken
want als er geen vrije invoer meer mogelijk
is komen de contingenten aan de beurt en
voor onze E. E. G.-partners zijn deze t,en
opzichte van het vorig jaar opnieuw ver
hoogd, terwijl mag worden aangenomen dat
bij eventuele uitputting het Produktschap
voor Groenten en Fruit pogingen zal doen
om invoer mogelijk te doen zijn.
Er zullen aan de invoer van bloemkool
dus wel weinig of geen belemmeringen wor
den gesteld.
JEN zeer belangrijk produktiegebied van
bloemkool is Bretagne in Frankrijk.
Volgens het vakblad voor de groothandel
schat men de oogst van bloemkool in deze
streek dit seizoen op 100.000 tot hoogstens
110.000 ton. Dat is minder dan het vorig
seizoen toen de oogst 130.000 ton bedroeg.
Aanvankelijk vond de oogst van bloem
kool in Bretagne plaats tot half maart
maar de laatste jaren is er een verschui
ving gekomen in de teelt en thans valt de
hoofdperiode van de oogst van half februari
tot half mei dus vrijwel tegelijk met onze
winterbloemkool.
Het is hoofdzakelijk het type brocoli dat
in Bretagne wordt geteeld. Er is dus een
mogelijkheid van concurrentie van deze
kool in de tijd dat de Walcherse kool komt.
Of die groot zal zijn valt niet te zeggen.
Veel zal daarbij afhangen van de prijs
welke wordt besteed. Als we zien dat de
oogst heel wat kleiner is dan het vorig jaar
dan zijn we niet direct zo bang van deze
concurrentie.
Voor alles zal echter van belang zijn dat
de Zeeuwse tuinders een produkt aanbieden
dat de concurrentie kan weerstaan. Daartoe
zal het noodzakelijk zijn dat alle mogelijke
zorg wordt besteed aan het veilingklaar
maken van de kool. Als er een goed produkt
is dan is er op het ogenblik zeker geen re
den om de afzetmogelijkheden pessimis
tisch te bekijken. Over de wijze van aan
bieden vertellen we in een afzonderlijk ar
tikel nog iets meer.
(Adv.)
Reeds jarenlang no. 1 op |i
de IVRO proefvelden en
I no. 1 op de rassenlijst! I)
I
BIJ in volle bloei staande fruitgewassen, voor
namelijk bij steenvruchten, komt het her
haaldelijk voor, dat plotseling een deel van de
bloesem bruin wordt en verdort. De verdorring
der bloesem wordt dikwijls gevolgd door een af
sterven van vruchtsporen en zelfs van twijgen.
Later in het seizoen kunnen voorts de vruchten
worden aangetast.
Zowel de bruine verdorde bloemtrosjes als de
aangetaste verschrompelde vruchten (z.g. mum
mies) kan men tot het volgend voorjaar aan de
takken zien hangen. Vooral bij morellen, kersen
en pruimen komen deze verschijnselen voor. Ze
worden veroorzaakt door schimmels van het ge
slacht Monilia, die overwinteren in de verdorde
bloemtrostjes, in aangetaste takken en in de al
of niet afgevallen mummies, om van daaruit in
het voorjaar opnieuw infectie te bewerkstelligen.
De Plantenziektenkundige Dienst deelt de
fruittelers mede dat deze tak- en bloesemaantas
ting waardoor in sommige jaren bij kersen, mo
rellen en pruimen zeer ernstige schade kan ont
staan, bij deze gewassen in belangrijke mate kan
worden tegengegaan door vóór de bloei een be
spuiting uit te voeren met xh koperoxychloride
of 0.35 koperoxycarbonaat. Deze bespuiting
dient niet te laat te worden uitgevoerd, aangezien
dan ernstige schade aan de knoppen kan ont
staan. Men zou (volgens buitenlandse gegevens)
in het rose of witte knopstadium ook kunnen
spuiten met captan of thiram (TMTD). Bij erg
droog weer zou laatstgenoemde bespuiting zelfs
nog iets later kunnen worden uitgevoerd, n.l. wan
neer de eerste bloemen zich openen. Indien de
bloei zich over een abnormaal lange periode uit
strekt en indien het in deze periode zeer nat weer
is, zou het, op grond van dezelfde gegevens, aan
beveling verdienen na verloop van enige tijd een
tweede bespuiting uit te voeren.
De vruchtaantasting wordt door alle genoemde
bespuitingen vóór de bloei niet voorkomen. Men
zou de kans op vruchtaantasting evenwel kunnen
verminderen door te spuiten met captan of thi
ram zodra de vruchten beginnen te kleuren (11
en 8 dagen voor de oogst). Deze bespuiting is
dan gelijktijdig werkzaam tegen het veel voorko
mende Botrytis-rot in kersen.
Voor laatstgenoemd rot kan men captan zowel
als thiram het beste in een concentratie van
0.25 verspuiten.
(P. D. bericht 1369.)
Het 24e jaarboekje 1960 van de N. I. B. E. M.
Landbouwbureau Wiersum te Groningen.
Adviserend spuitschema voor het gebruik van
bestrijdingsmiddelen in de landbouw voor 1960.
Speciaal ten behoeve van de fruitteelt is even
eens een spuitschema opgesteld.
N.V. VV. J. Thieme Cie, Zutphen.
SCHAPENTEELT
door J. H. Lantinga, Hoofdassistent bij de
Rijksveeteelt- en Zuivelvoorlichtingsdienst in
Zeeland. Prijs ƒ2,50.
Algemene Dierkunde door W. Fase, Hoofd van
de Lagere Landbouwschool te Oudelande.
Prijs 2,90.
N. V. 'Uitgeverij Tjeenk Willink te Zwolle.
Serie B no. 49. Bloembollenteelt VI. De narcis
door P. Krabbendam. Prijs 3,75.
Jaarverslag 1959. Vereniging voor Bedrijfs
voorlichting „Walcheren".
Jaarverslag 1959. Rijksveeteelt- en Zuivelvoor
lichtingsdienst voor Zeeland.
Jaarverslag 1959. Vereniging ter verbetering
van het schapenras in Zeeland.
Jaarverslagen 1956 tot en met 1959 van de
Stichting Provinciaal Veevoederbureau voor
Zeeland.
Uitgave no 7 van dezelfde stichting waarin op
genomen de proeven met mestvee, gehouden
op het Proefbedrijf „De Scheldemonden" te
Bruinisse.
Eveneens werden proeven met mestvee op het
bedrijf van P. J. Bom te Colijnsplaat gehouden
waarover een verslag verscheen.
Statistisch jaarrapport 1959 van het Produkt
schap voor Vee en Vlees afd. Statistiek.
Landbouwkundig Bureau voor Thomasslakken-
.meel geeft een folder uit „Thomasmeel ook in
het voorjaar". Op aanvraag is deze folder gra
tis bij genoemd bureau te Wageningen ver
krijgbaar.
Slachthuizen, bacon-, vleeswaren- en conserven-
fabrieken draaien vol belast evenals alle soorten
bedrijven die iets met de be- of verwerking en
handel van vlees en vleesconserven te maken
hebben.
Alles draait op volle toeren en toch is het de
laatste paar weken zo, dat men ternauwernood
het dwingende aanbod kan verwerken. Het ge
volg is dan ook geweest dat de prijs nog verder is
gedaald, zodat ook de baconovernameprijs met
5 cent tot ƒ2,02 moest worden verlaagd.
In de afgelopen week gingen ruim 14.000 var
kens in de pekel om als bacon naar Engeland
verzonden te worden. Daarnaast werden 10.000
varkens tot 70 kg geslacht voor de vleeswaren en
conservensector met 12 cent toeslag per kg. Dit
betekpnt dus dat in één week tijd 24.000 varkens
op licht gewicht uit de markt genomen werden.
Deze week verwacht men dat in de pekel 17.000
varkens gaan en dat er tevens tenminste 10.000
varkens tot 70 kg in de vleeswarenrichting zullen
verdwijnen, zodat dit samen 27.000 stuks beloopt.
TOESLAG VERHOOGD
De toeslag voor de lichte vark,ens tot 70 kg
werd met ingang van j.l. maandag tot nader
orde verhoogd tot 15 cent per kg. Het gehele be
leid van het PVV staat in het teken van de sei
zoenopruiming. De uitvoer van vers varkensvlees
en afvallen draait eveneens op hoge toeren en
beloopt 400 500 ton per week. Tevens gingen
ruim 6.700 zware varkens naar Italië. Hoewel de
uitvöer van vleeswaren en vleesconserven mo
menteel van betekenis achterblijft, kon toch wel
gezegd worden dat het tempo waarop de varkens-
produktie verwerkt wordt de hoop wettigt dat
over enige tijd aanbod en verwerking meer in
evenwicht zal zijn dan thans het geval is.
Voor de mesters is een betrekkelijk klein licht
puntje dat de biggenprijzen intussen beduidend
goedkoper geworden zijn.
DE RUNDVEESECTOR
Hier is sprake van een iets optimistischer beeld.
Bij dezelfde aanvoeren is de markt voor slacht-
runderen williger. Dit was ook in deze sector wel
hard nodig daar het prijspeil voor 2e klasse vee
intussen met vorig jaar (dezelfde tijd) een ver
schil te zien gaf van 20 30 cent per kg. Al stijgt
de prijs belangrijk, waar dan 2 stuivers per kg
onder verstaan wordt, wil dit nog niet zeggen dat
deze mesterij lonend zal worden. Deze situatie
wordt bevestigd door berichten dat het aantal
kalveren dat nuchter geslacht wordt groter is
dan vorig jaar.
HET PRODUKTSCHAP VOOR VEE EN
VLEES BOERDE NIET SLECHT
Het PVV stelde de rekening en verantwoording
over het boekjaar 1959 vast. Het PVV wordt in
hoofdzaak als orgaan gefinancierd door heffin
gen op in- en uitvoer van IV2 Dit beliep ca.
ƒ1.685.000 over 1959 en daarnaast door de ge-
Deze interest beliep 670.000, opgebracht door een
kweekte interest van de in reserve zijnde gelden,
belegd kapitaal van 16.818.000. Het exploitatie
saldo over 1959 beliep 415.000. Bezien zal worden
of de retributieheffing van IV* in de toekomst
verlaagd kan worden tot 1 Wij vragen ons wel
af of deze verlaging in het huidige tijdsbestek wel
juist is, ware de weg van de exportbevordering
en afzetpropaganda niet effectiever.
D.
(Adv.)
Over het grote nut en voordeel van chemische
onkruidbestrijding in granen zijn de meningen niet
verdeeld. Dat blijkt wel uit het totaal aantal hec
taren met die gewassen beteeld, dat elk jaar
bespoten wordt. Het cijfer spreekt voor zichzelf.
Waarover nog wèl te praten valt, is de keuze
van het te gebruiken type middel. Er zijn er di
verse en het is zaak goed te weten, wat een mid
del wel en wat het niet kan, vóór U een keuze
doet. Allereerst dient U de onkruiden, die gewoon
lijk op Uw akkers optreden, goed te kennen. Eten
dient U van elk type middel te weten of het vroeg
of laat moet worden toegepast, onder welke om
standigheden het effect van het middel het grootst
is en, niet in het minst welke van de „probleem"-
onkruiden op Uw akkers al of niet door een be
paald type middel worden gedood. De meeste din
gen dient U zelf te bekijken, maar een paar din
gen willen we toch even met nadruk vaststellen!
a. Alleen D.N.C. geeft onbrengstverhoging.
b. D.N.C. kan en moet reeds vroeg worden ge
spoten.
c. Het aantal soorten onkruiden door D.N.C. ge
dood, is groter dan het aantal, dat door andere
typen middelen wordt gedood.
Neem de juiste D.N.C.-producten.
Kies: D.N.C.-TRIFOCIDE of TRIACIDE.
Publicatie van N.V. Fabriek van Chemische Produk-
ten VONDELINGENPLAAT, Postbus 69, Vlaardinge*.