Landbouw veiligheid
en verkeersvoorschriften
Benutting teeltrecht
en bijzondere tuinbouwteelt vergunningen
Demonstratie op 24 februari te Krabbendijke
De loononderhandelingen
in de landbouw
Arbeids- en rusttijden
in de landbouw
148
ZEEUWS
LANDBOUWBLAD
HET vervoer op de weg door tractoren met
aangekoppelde wagen(-s) neemt steeds toe.
Verschillende soorten vrachten worden van en
naar het bedrijf vervoerd. De wet stelt daarbij
eisen ten aanzien van de uitrusting van het
transport-materiaal.
Het komt echter voor dat een beschrijving in
de wet voor tweeërlei uitleg vatbaar is. Allerlei
gemeenteclassificatie. Het verschil in gemeente-
(Vervolg van vorige pagina)
klasse wordt n.l. niet in procenten maar in geld
uitgedrukt, en bij iedere verhoging van het loon
moet de procentuele stijging van de laagste ge
meenteklasse hoger zijn dan die in de eerste ge
meenteklasse, wil men het verschil op hetzelfde
bedrag (10 cent) handhaven. Bij het instellen
van een huurbijslag houdt men meestal wel re
kening met de werkelijk betaalde gemiddelde
huur per gemeenteklasse. Bij de verrekening
moet in de 4de en 5de gemeenteklassen een even
groot bedrag worden verrekend als in de eerste
gemeenteklasse om het verschil in uurloon even
groot te houden.
DE COORDINATIEREGELING
ER zal dus een beroep moeten worden gedaan
op de coördinatieregeling. De regering heeft
zich bij monde van de Staatssecretaris van So
ciale Zaken in de Tweede Kamer al duidelijk uit
gesproken dat zij een beroep ook niet zal afwij
zen. Alleen het tijdstip waarop dit beroep kan
worden gedaan is niet bekend.
Voor de werkgever, of eigenlijk voor de land
bouw als geheel want het zal ook de werkne
mers wel duidelijk zijn, dat er geen lonen kun
nen worden betaald wanneer de inkomsten van
het boerenbedrijf te gering zijn blijven wij
met de grote moeilijkheid zitten of de cijfers die
aan het Centraal Bureau voor de Statistiek zijn
ontleend, overeenkomen met de werkelijkheid of
wat voor ons hetzelfde moet zijn, met de cijfers
van het L.E.I. m.a.w. hoe moeten wij in het ver
volg de kostprijsberekening van het L.E.I. opzet
ten.
Onder de huidige omstandigheden, nu de mi
nister meent, dat hij de garantieprijzen niet pre
cies op de gemiddelde landelijke kostprijs behoeft
vast te stellen, geldt nu nog meer dan^boit, dat
de kostprijs met de werkelijkheid moet overeen
komen.
Er is dus voor mij geen twijfel aan dat in
deze kostprijzen de werkelijk betaalde lonen
zullen moeten worden opgenomen, maar
natuurlijk ook de werkelijk gewerkte uren
en ook de werkelijke opbrengsten. Het L. E. I.
zal deze grootheden op veel nauwkeuriger
wijze moeten gaan bepalen, omdat juist uit
deze factoren de productiviteitsstijging per
man voortvloeien. We krijgen op die manier
cijfers die met het Centraal Bureau voor de
Statistiek vergelijkbaar zijn en er ontstaat
dan meer zekerheid.
Natuurlijk zijn ook alle kostenfactoren van
groot belang, want men kan de totale pro
ductiviteitsstijging niet alleen aan de factor
arbeid toerekenen. Bovendien zijn er nog
enkele productiefactoren die tot op heden te
laag gewaardeerd zijn. Ook deze zullen moe
ten worden bijgetrokken. Het komt mij voor
dat het wenselijk is, dat de onderhandelingen
met de Minister over deze nieuwe opzet van
de L. E. I. berekeningen zo spoedig mogelijk
worden geopend, omdat wij anders in okto
ber nog niet klaar zijn.
Vooral ook de verhouding garantieprij
zen tot deze kostprijzen is van hijzonder
veel betekenis, omdat nu de Minister zich
van de kostprijzen heeft losgemaakt, wij er
nog niet zijn als de lonen alleen in de kost
prijzen worden opgenomen. Inmiddels is de
zaak in een nieuwer stadium getreden. Het
Dagelijks Bestuur van het Landbouwschap
heeft n.l. op 9 februari het besluit genomen
een loonsverhoging van 4 boven de ver
plichte verrekeningen van 1 april a.s. ter
goedkeuring aan het College van Rijksbe
middelaars aan te bieden als de Minister
van Landbouw een redelijk perspectief
biedt voor de garantieprijzen.
Ir. C. S. KNOTTNERUS.
aanvullingen maken het geheel soms nog gecom
pliceerder, zodat begrijpelijkerwijze velen niet
voldoende op de hoogte zijn van wat nu wel en
wat niet mag.
Er zijn echter ook omstandigheden waarbij
men meende goed te handelen, terwijl in werke
lijkheid toch een overtreding begaan was. De
voorschriften op het gebied van het wegtransport
met trekkers en landbouwwagens zijn nu een
maal zeer ingewikkeld waardoor er dikwijls twij
fel ontstaat. Het is daarom verheugend dat de
adjudant-commandant van de Verkeersgroep
Middelburg, bereid is gevonden zijn visie op dit
terrein weer te geven.
Speciale voorlichting dus op een gebied waar
nog veel verwarring heerst.
Ook beveiligingen van landbouwwerktuigen
zullen die middag onder de loupe worden geno
men. Op dit gebied waarvan de controle berust
bij de Arbeidsinspektie, heerst nog veel onwe
tendheid of laksheid om het gevaar bij gebruik
van diverse werktuigen, zoveel mogelijk te voor
komen of geheel weg te nemen.
Ten aanzien van de beveiliging zijn wettelijke
bepalingen en voorschriften uitgevaardigd.
De technisch ambtenaar voor Zeeland, H. A.
Stokvis te Goes, is bereid gevonden een korte
uiteenzetting te geven van de wettelijke bepalin
gen t.a.v. de landbouwveiligheid en daarbij te
vens de technische beveiligingen aan een be
schouwing te onderwerpen.
Naast deze korte uiteenzettingen, toegelicht
met lantaarnplaatjes en film, zullen diverse trek
kers en werktuigen worden opgesteld met al of
niet beveiligde onderdelen.
Aan de hand van deze voorbeelden zullen di
verse mogelijkheden bij de machines zelf worden
besproken.
Gezien in het licht van de voorlichting kan dit
alles leiden tot een beter begrip van verkeers
technische vraagstukken en van de landbouw
veiligheid in het algemeen.
Het programma is als volgt:
Datum: donderdag 24 februari.
Plaats: veilingsgebouw te Krabbendijke.
•13.30 uur: opening;
13.40 uur: verkeersvoorschriften met betrek
king tot de landbouwvoertuigen door
de heer F. Eleveld, adjudant-com
mandant Verkeersgroep Middelburg;
14.15 uur: Beveiliging van landbouwwerktui
gen" door H. A. Stokvis, technisch-
ambtenaar bij de Arbeidsinspectie te
Goes;
14.50 uur: film „Safety first" (Veiligheid bij
landbouwtrekkers)
15.15 uur: bespreking van de opgestelde werk
tuigen.
Leg deze zo belangrijke middag direkt in uw
agenda vast.
J. G. VAN LIERE,
R.L.V.D. GOES.
(Van redaktiewege bekort.)
Z. L. M.-EXCURSIE
DELTAWERKEN
Voor de laatste maal willen wij de
aandacht van de leden uit de Kringen
Schouwen-Duiveland, Tholen en St.
Philipsland, Walcheren, West Zeeuws-
Vlaanderen, Axel en Hulst vestigen
op de Z. L. M.-excursie naar de Delta
werken.
r Het is voor het Z. L. M.-bestuur
absoluut noodzakelijk met het oog op
de definitieve reservering van de boot
NOG DEZE MAAND de beschik
king te hebben over de gegevens van
het aantal deelnemers.
Indien men dus de tocht wil mee
maken, dient men zich onverwijld op
te geven bij de plaatselijke afdelings
secretaris. Aanmeldingen, die na febr.
worden gedaan, kunnen slechts onder
voorbehoud worden aanvaard. Wacht
dus niet langer, doch geeft U thans op.
Het spreekt vanzelf, dat ernstige fami
lieomstandigheden op de dag der ex
cursie als geldige redenen tot terug
trekken van de opgave worden aange
nomen en dat dan teruggave van de
gestorte gelden zal volgen.
HEBT U DUS BELANGSTELLING
VOOR DE TOCHT, MELDT U
DAN VANDAAG NOG AAN.
UET bestuur van het Landbouwschap heeft
dezer dagen de Arbeids- en rusttijdenveror-
dening 1960 definitief vastgesteld. Volgens deze
verordening zullen in de landbouw de volgende
maximum-arbeidstijden gelden3100 uur per jaar
en 253 uur per vier weken voor veeverzorgers*
2800 uur per jaar voor paardeverzorgers en wer
kers met zware landbouwmachines en 2600 uur
per jaar en 55 uur per week voor de overige vol
wassen mannelijke arbeiders en voor vrouwelijke
en jeugdige arbeiders.
Deze tijden waren ook al opgenomen in een
verordening van het Landbouwschap van 1958,
die nu is ingetrokken omdat de overheid en de
S.E.R. er bezwaren tegen hadden. Die bezwareiï
hebben tot gevolg gehad, dat in de nieuwe veror
dening de verplichting van de arbeider tot over
werk niet is gehandhaafd en alleen strafrechte
lijke, geen tuchtrechtelijke sancties mogelijk
worden gemaakt.
Een aantal amendementen die de Algemenè
Nederlandse Agrarische Bedrijfsbond had inge*
diend en die onder andere een verlaging van de
maximum-arbeidstijden beoogden werd niet
aanvaard.
UET Produktschap voor Groenten en Fruit
maakt bekend dat het aan erkende groente
telers bedrijfsgenoten A) zal zijn toegestaan,
voor zover zij in het bezit zijn van tuinbouwteelt-
recht onder de rubriek 4 (fruit onder glas, vroege
aardappelen onder glas en groenten, met uitzon
dering van rode-, witte- en savoyekool, andere
dan groenekool) en/of rubriek 5 (vroege aard
appelen, andere dan onder glas, met nacult.uur
van groenten, met uitzondering van rode-, witte
en savoyekool, andere dan groenekool) dit teelt-
recht te benutten voor het telen zowel van de
onder rubriek 4 als onder de rubriek 5 vermelde
produkten.
UOORTS zullen bijzondere tuinbouwteeltver-
gunningen voor de contractteelt ten behoeve
van de conservenindustrie, met uitzondering van
wittekool, voor zover het betreft de produkten
spinazie en sperziebonen, eveneens worden uit
gereikt aan andere dan erkende groentetelers. De
telers dienen er mede op toe te zien, dat zij tijdig
over de door hen via de conservenfabrieken aan
te vragen bijzondere teeltvergunningen kunnen
beschikken.
TENSLOTTE wordt medegedeeld, dat aan be-
drijfsgenoten A ook het telen van augurken
op contract met erkende handelaren zal zijn toe
gestaan tot een maximum oppervlakte van 1 ha,
Bijzondere teeltvergunningen voor deze contract-
teelt kunnen onder overlegging van het onder
tekende en gedagtekende teeltcontract wordeil
aangevraagd bij de Plaatselijke Bureauhouders
van de Provinciale Voedselcommissaris.
WETENSWAARDIGHEDEN VOOR
WERKGEVERS
Het loonoverleg in
Akkerbouw en Veehouderij
Het dagelijks bestuur van het Landbouwschap
is in principe tot overeenstemming gekomen over
een vrije loonsverhoging in de landbouw van 4
naast de verwerking van de huurbijslag 1957 ten
bedrage van 3,10 per week in het basisloon.
Tevens heeft men besloten zich hieromtrent tót
de Minister van Landbouw en Visserij en de Minis
ter van Sociale Zaken en Volksgezondheid te wen
den.
