ALGEMENE VERGADERING CENTRAAL BUREAU Drinkwatervoorziening Yerseke Moer 10 PERSONEELSBELEID en INTEGRATIE VAN BEDRIJVEN PENSIOENFONDS VOOR HET MOLENAARSBEDRIJF HET TUINBOUWVESTIGINGS- VRAAGSTUK. Coöp. Melkinrichting en Zuivelfabriek „Walcheren" Mede dank zQ Z. L. M.-initiatief geslaagd ZEEUWS LANDBOUWBLAD In zijn tijdens de algemene vergadering van het Centraal Bureau gehouden openingsrede wees de voorzitter, de heer H. D. Louwes, er op dat het Centraal Bureau kon terugzien op een financieel gunstig jaar. De grote en ongekende droogte heeft echter vele individuele leden in moeilijkheden gebracht. Het C.B. heeft dit gemerkt doordat tijdens de weideperiode de omzet van veevoeder reeds zeer groot was. De ruwvoeder-voorziening ondervindt vanzelfsprekend allerlei spanningen en de heer Louwes zegde dan ook toe, dat het C.B. alles zal doen om zo goed mogelijk mede te werken aan een goede voorziening van kracht- en ruw voer." Tevens wees de heer Louwes op de geheel an dere eisen die het personeelsbeleid heden ten da gen aan de besturen van coöperaties stelt. Het be drijf met de daarin uitgeoefende funkties zijn, vergeleken bij vroeger, geheel anders geworden. Het moderne sociale denken vraagt om andere verhouding tussen het bestuur, de direkteur en de medewerkers. Een daartoe ingestelde commis sie heeft hieraan grote aandacht besteed en is tot belangwekkende conclusies inzake een gericht personeelsbeleid gekomen. De toekomstige beheersvorm van de boeren bedrijven vormden eveneens een interessant onderdeel van de rede van de heer Louwes. Ook in Amerika is het traditionele patroon van eigenaar beheerder bewerker, samenge bracht in één persoon, nog niet ernstig aangetast door de industriële ontwikkelingen. Prof. Burz ziet echter, vanuit Amerikaanse toestanden bekeken, de toekomstige vorm van beheer in de richting van de N.V. gaan. De steeds verdergaande concentratie en spe cialisatie noopt volgens prof. Burz aldaar ook tot integratie van de boerenbedrijven. DOOR de Algemene Nederlandse Molenaarsbond te 's-Gravenhage is een zeer belangrijk initia tief genomen. Door deze bond werd n.l. op 6 no vember 1959 een pensioenfonds voor het Mole naarsbedrijf en aanverwante bedrijven opgericht. Reeds in verschillende bedrijfstakken waaronder in bedrijfstakken die zeer nauw verwant zijn aan het Molenaarsbedrijf werden na de oorlog bedrijfs pensioenfondsen opgericht. Wij denken hierbij met name aan het Bedr ijfspensioenfonds voor de Land bouw, het Bedrijfspensioenfonds voor de Handel in Bouwmaterialen en het Bedrijfspensioenfonds voor de Brandstoffenhandel. Deze Bedrijfspensioenfondsen geven aan werk nemers een oudedags- en eventueel een nabestaan- denverzorging, die als een welkome aanvulling op de Algemene Ouderdomswet, de Algemene Wedu wen- en Wezenwet en de Invaliditeitswet kunnen worden gezien. Dat thans ook voor het Molenaarsbedrijf en aan verwante bedrijven een Pensioenfonds is opge richt, stemt tot grote vreugde. De A. N. M. B. heeft voor de oudedags- en nabestaandenverzorging van de werknemers in tegenstelling tot de hier- bovengenoemde Bedrijfspensioenfondsen niet een wettelijk verplicht fonds gekozen. Verwacht wordt echter dat alle molenaars- en aanverwante bedrijven voor zover zij niet zelf reeds een rege ling hebben zich zullen aansluiten bij het opge richte fonds, opdat voor alle werknemers in deze bedrijfstak, evenals dit reeds in andere bedrijfstak ken het geval is, een redelijke oudedags- en nabe staandenverzorging wordt getroffen en wel op de meest voordelige voorwaarden, die bereikbaar zijn. In het fonds worden opgenomen alle werknemers van 21 jaar en ouder. DE kosten zijn afhankelijk van de leeftijden en burgerlijke status van de werknemers. Bij de gemiddelde leeftijd, zoals die uit een door de A. N. M. B. gehouden enquête is gebleken, zijn de kosten 2,50 per week per werknemer, waarbij ook een beperkte regeling over de verstreken dienstjaren mogelijk is. Van bijzonder belang is nog. dat de kosten die door het bedrijf aan het pensioenfonds worden betaald, ten laste van de Verlies- en winstrekening kunnen worden geboekt, waardoor een belangrijk gedeelte van de kosten gefinancierd kan worden uit de middelen die an ders aan Inkomstenbelasting of Vennootschaps belasting zouden moeten worden voldaan. Het pensioenfonds verstrekt gaarne aan belang hebbenden volledige Inlichtingen. Zij kunnen zicli hiervoor wenden tot het Pensioenfonds voor het Molenaarsbedrijf en aanverwante bedrijven, Post bus 1879, Den Haag. Hoewel de voor Amerika geldende omstandig heden nog niet voor de verhoudingen hier te lande gelden, is echter in het verleden wel ge bleken dat de Atlantische Oceaan al vaker niet diep en breed genoeg bleek te zijn om gedachten en ontwikkelingen van „de overzijde'' tegen te houden. De heer M. Prins, voorzitter van het Centraal Bureau voor Tuinbouwveilingen, heeft in zijn in leiding van de op 17 december gehouden Alge mene Vergadering van het C.B. het tulnbouwves- tigingsvraagstuk uitvoerig belicht. Een tuinbouwvestigingsplan. dat onder meer ruimte zou moeten bieden voor tuinbouwver- plaatsing, is er in Nederland niet. zodat de ver dreven en nog te verdrijven tuinders niet weten waar ze heen moeten. Hoewel vele gemeentebesturen met het oog op een aanwezig arbeidsoverschot grote belangstel ling van tuinbouwvestigingen hebben, legde de heer Prins er de nadruk op. dat de faktor arbeid beslist niet de enige is, op grond waarvan een verantwoorde tuinbouwvestiging plaats kan vin den. De natuurlijke omstandigheden, zoals kli maat, water, waterbeheersing, grond en de ver- keersligging met centrumfunktie evenals de kwa liteit van de arbeid en de mentaliteit van de ondernemers zijn mede van doorslaggevende be tekenis. Betreffende de verkeersligging en centrum funktie wees de heer Prins er op, dat zowel wat de afstand tussen de produktie- en consumptie- gebieden als wat de variatie in de consumptie- gebieden betreft, de ligging van Nederland voor een groot deel van het Westeuropese gebied ideaal is. Als voorbeeld noemde spreker de vrachtkosten van kroppen sla van Rotterdam en van Apalië (het grootste produktiegebled van Italië) naar Düsseldorf, die een voordelig verschil voor Ne derland van circa 500,per wagen opleveren. Over de geaardheid van de ondernemer merkte de heer Prins op dat de tuinder die vooruit wil komen moet durven te investeren. De investe- ringsdrang is echter bij de meeste boeren niet in die mate aanwezig, daar de omstandigheden van de boeren meer spaarders gemaakt hebben. In zijn betoog bracht de heer Prins, in verband met de noodzakelijke hervestiging van tuinbouw bedrijven, de wet op de vervreemding van land bouwgronden ter sprake. Met klem bepleitte hij de noodzaak en urgentie van wetswijziging. Door de grondprijsbeheersing is bijna geen en kele boer of landbouwer bereid de voor de tuin bouw geschikte gronden te verkopen tegen de door de grondkamer vastgestelde prijzen. De toe passing van deze wet is funest voor een juiste vestiging yan glastuinbouw. Het is te dwaas om er over te spreken, zo zei de heer Prins, dat er met de grondkamers getwist wordt over de vraag of 1 ha grond voor de glastuinbouw vijf- dan wel zes- of zevenduizend guldens mag kosten, als men bereid is op diezelfde hectare grond enkele hon derdduizenden guldens te investeren. B. Met een korte ceremonie is een 14 dagen gele den het laatste perceel welland, in het omvang rijke weidegebied gelegen tussen Yerseke en We- meidinge, aangesloten waarmee een jarenlang streven om een volledige drinkwatervoorziening Yerseke Moer tot stand te brengen met succes werd bekroond. Reeds vóór de oorlog in 1938 en ook daarna zijn pogingen daartoe, overigens zon der resultaat, verschillende keren ondernomen. Echter ook hier geldt het spreekwoord: ,.De aanhouder wint" en in maart 1959 werd door de aktieve commissie Drinkwatervoorziening Yer seke Moer. in nauwe samenwerking en hulp van de waterleiding maatschappij „Zuid-Beveland" wederom een plan opgesteld, om nogmaals te trachten deze voor betrokkenen zo belangrijke zaak opgelost te krijgen. Door deze commissie waarvan de burgemeester van Yerseke A. C. Willemsen lid was en namens de Z. L. M. afd. Yerseke de heren P. de Koeyer, C. J. v. d. Velde. P. H. A. Polderman en J. Schip per en de heer C. P. J. van Iwaarden als secre taris zjtting hadden, is veel voorbereidend werk verricht. Ingewijden weten dat dit een gebied was met zeer slecht drinkwater. Veel boeren, die zelf buiten dit gebied wonen, moesten water veelal over gro te afstanden aanvoeren, hetgeen naast het onge rief ook hoge kosten met zich meebracht. En een goede drinkwatervoorziening is onmisbaar voor een goede ontwikkeling en verzorging van het vee, bleef een dagelijks terugkerend probleem. Nu is het dan toch mogelijk gebleken, dat in IN zjjn algemeenheid is 1959 voor Ue Walcheren.se veehouders nog niet zo nadelig geweest. Welis waar was de meiklevering in sommige perioden veel lager dan anders, maar de hooioogst was daarentegen awer goed. Doordat meer vee gehou den werd, wa« de totaSp leverantie nagenoeg gelijk aan 1958. De produktenverkoop was zeer goed te noemen en de samenwerking met de melkslijters op Walcheren uitstekend. Dit constateerde de Voorzitter van de Coöpera tieve Zuivelfabriek „Walcheren", de heer S. .Simonse van St. Laurens, tijdens de najaarsver gadering die te Middelburg gehouden werd. Op de vergadering waren 174 leden aanwezig, die 392 stemmen konden uitbrengen. TOT zijn spijt moest de Voorzitter mededelen, dat de direkteur, de heer M. A. van Varik, die dit bedrijf gedurende 31 jaar heeft geleid, met ver vroegd pensioen gaat. Spreker hoopte hierop in de voorjaarsvergadering, welke waarschijnlijk in april zal worden gehouden, nader terug te komen. Op deze vergadering kan 't afscheid van de schei dende en de indiensttreding van de nieuwe direk teur worden gecombineerd. Een-en-veertig nieuwe leden traden in de loop van het jaar toe. Het erelid J. Lampert, die vanaf de oprichting lid en vele jaren bestuurslid was, overleed dit jaar. Als bestuurlid van de Brabantse Zuivelbond werd inplaats van de Voorzitter, die niet herkies baar was, tot vertegenwoordiger voor Zeeland, de heer A. Poppe, secretaris van de Coöp. Zuivelfa briek „Walcheren, gekozen. FT en met 5 december 1959 werden door de veehouders op Walcheren geleverd 18.201.950 kg melk en 2.432 kg room, samen bevattende 694.564 kg melkvet. Als voorschotprijs werd hiervoor Getaald 4.678.124,dit is 25,68 per 100 kg melk. Het gemiddelde vetgehalte van de melk is 3,81 Over hetzelfde tijdvak in 1958 werd 37.683 kg melk minder ontvangen. Praktisch gesproken was de leverantie dus gelijk. Door de droogte liep het vetgehalte nogal uit een. Het hoogste vetgehalte was 4.45 in de 11e vlerweekse periode. Tot dusver was een dergelijk hoog gemiddeld vetgehalte van de aangevoerde melk nog nimmer bereikt in dit bedrijf. Door de fabriek werd de abortus bestrijding ge subsidieerd, waardoor 115 dieren konden worden opgeruimd. Totaal werd daarvoor ƒ21.300,uit betaald. Walcheren is thans nagenoeg vrij van abortus-vee. De produktenverkoop en detail vertoonde een verdere stijging van in flessen verpakte waar, in plaats van los. Zonder twijfel zal het warme weer daaraan ook nog wel hebben medegewerkt. De kwaliteit van de produkten mag zeer goed genoemd worden en ten aanzien van de boter neemt Walcheren de tweede plaats in op de rang lijst der fabrieken. Het inleggeld voor nieuwe leden werd op nihil gesteld voor 1960. De balans en exploitatie-reke ning wezen een voordelig bruto-saldo aan per 12 september j.l. van ruim 610.000,zodat Uit de eigen middelen nog een nabetaling van plm. 2Vz cent per kg melk zal kunnen geschieden. De heren H. J. Volkers, bestuurslid, en K. Janse. lid van de Commissie van Toezicht, werden met bijna alle uitgebrachte stemmen herkozen. enkele maanden tijds voor mens en dier volop goed drinkwater in de Yerseke Moer beschikbaar is gekomen. Op 30 september 1959 is men met de werkzaam heden begonnen, waarbij de Nederlandse Heide Maatschappij het grondwerk verrichtte en de Waterleiding Mij. de technische uitvoering ver zorgde. In ruim 21A maand tijds zijn 150 aansluitingen tot stand gebracht en werd 335 ha. ontsloten, waarvoor 15 km. hoofdleiding en 1500 m. aanslui tingsleiding gelegd moest worden. Dat deze werkzaamheden, met de, naar ver houding tot vroeger, lage kosten mogelijk zijn geworden, is mede te danken aan de vooruitgang der techniek der laatste jaren. Gebruik is gemaakt van de laatste vinding op dit gebied, de z.g.n. Draka-tileenbuizen. In tegenstelling tot de vroeger gebruikte lei dingen behoeven deze niet op een diepte van 90 100 cm. gelegd te worden, maar op slechts 40 a 50 cm. diepte. Door vorst kan de draka-tileen- buis n.l. niet stuk vriezen. Een sleuvengraafma- chine, waardoor de werkzaamheden met de hand tot het minimum werden beperkt, drukten de uitvoerende kosten eveneens in belangrijke mate. Verheugend dat, mede dank zij het Z. L. M - initiatief, dit Jaren lange pogen om tot een goede drinkwatervoorziening van de Yerseke Moer te komen, tenslotte dit gunstige resultaat heef op^- geleverd. Verzekeringszaken

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1960 | | pagina 10