Het Centraal Bureau nu
60 JAAR C.B.
SAMENWERKING
GRENZEN
Breed werkterrein.
Internationaal terrein
ZATERDAG 1 AUGUSTUS 195 9
583
HET CenAraaJ Bureau in Rotterdam bestaat dit
jaar 60 jaar. Het jubileum van deze grootse
boeren handels- en industriële onderneming: wordt
op bescheiden, maar niet minder sympathieke wijze
gevierd. Als nationale coöperatieve aan- en ver-
koopvereniging: met vele contacten in het buiten
land, is het Centraal Bureau vanzelfsprekend bij
zonder geïnteresseerd in de internationale econo
mische ontwikkelingen, Dit geldt zeker in het
kader van de E. E. G,#, al weet men zich ook be
trokken bij de ontwikkeling van de kleine vrijhan
delszone. De groeiende samensmelting van West-
Europa heeft echter niet alleen voor een zaak als
het Centraal Bureau consequenties als handels
onderneming, juist als vertegenwoordiger van de
ruim 400 coöperatieve aan- en verkoopverenigrin-
gen, steunende op 90,000 boeren en tuinders, zijn
het de economische belangen van deze boeren,
die op het spel staan.
Het zijn deze boeren, die door bet Centraal
Bureau een stem in het kapittel hebben. Maar
daarvoor is het van belang, dat men ook weet,
wat integratie, wat de E. E. G. betekenen kan. In
september a.s. zal een prijsvraag voor plattelands-
jongeren worden uitgeschreven onder het motto
„Groei mee met de E. E. G."
Aan ongeveer veertig sohrijvvers van de beste
opstellen zal in I960 of 1961 een 14-daagse studie
reis door de aes E. E. G.-landen worden aangeboden.
De Europese Commissie te Brussl heeft haar mede
werking toegezegd aan deze studiereizen. Gezien
de excursie, die het Centraal Bureau dezer dagen
in Rotterdam organiseerde voor de Nederlandse
pers, menen wij te mogen vertrouwen, dat ook deze
Europese studiereis nuttig en leerzaam zal zijn.
HET is een onzichtbare band uitgedrukt door
het woordje samenwerking die vele boeren
bindt en waardoor men tot groot werk in staat is.
Deze samenwerking is noodzakelijk geweest
eo is dat nog om de primaire l>ehoeften van
het boerenbedrijf te dekken. Wil men dan ook een
oordeel vellen over de huidige toestand van onze
boerenbedrijven, vooral in cultuurtechnisch opzicht,
dan mag men niet zonder meer de ontplooiing
van de land- en tuinbouw coöperaties in ons land
voorbijgaan.
Dit zijn enkele gedachten, die de voorzitter van
het Centraal Bureau, de heer H. 1). Louwes, scherp
stelde op een persconferentie in Rotterdam. Er
was ©en noodzaak om tot gezamenlijke aankoop
en -afzet te komen, omdat de boer ook de gTote
tegenover industriële concerns, tegenover lan-
den met ieder hun eigen en aparte landbouw
politiek, machteloos staat. De coöperaties van
vandaag zijn ondernemingen die in het huidige
economische leven een rol spelen, waarmede ter
dege rekening gehouden moet worden. En aan
gezien ook nog in onze maatschappij -het hei
lig moeten eerst tot daden dwingt, is samenwerking
onontbeerlijk. Een samenwerking, die ons gebracht
heeft tot een aantal zetels rondom de conferentie
tafel, waar men meespreekt en meel>epaalt. Het
tegengaan van misstanden ook al bestaan er in
ons land momenteel nog 1800 kartels is een
argument dat tegenwoordig minder basis geeft
voor het bestaan van een coöperatie. Dit is slechts
gekomen dóór deze hechte samenwerking, die
heden ten dage des te dringender wordt om de
l»ositie van een sterk aantal boeren te handhaven
eo te verbeteren.
DIKWIJLS wordt de vraag gesteld, waar de gren-
zen liggen der coöperatieve werkzaamheden.
De voorzitter van het Centraal Bureau gaf op
deze vraag een antwoord: „die grenzen liggen
daar, waar de propaganda voor de coöperatieve
gedachte en de resultaten, die de coöperaties weten
te behalen, geen leden meer tot toetreding of zake
lijk verkeer weten te brengen". En aan de ont
wikkeling van het Centraal Bureau lijkt nog geen
eind gekomen te zijn, In samenwerking met de
E.N.C.K. wordt thans in Vlaardingen gebouwd
aan de fabriek van Deltachemie. De veevoeder-
piroduktie; door de grote droogte werkt de vee
voederfabriek in Rotterdam op wintercapaciteit; de
handel in aardolieprodukten; de ontwikkeling van
©en kippenslachterij op coöperatieve basis (een
spoedige samenwerking met de Coöperatieve
Pluimveeslachterij is te verwachten, waardoor de
produktie van het bestaande l>edrijf te Boxmeer
uitgebreid zal worden tot 600.000 kipper per week).
Kortom al deze activiteiten wijzen op verbreding,
verdieping en uitbouw van de coöperatieve activi
teiten.
T~\ E huidige plaats van het Centraal Bureau te Rotterdam in ons nationaal
economisch bestel, kan niet juist worden bepaald, zonder de histori
sche ontwikkeling enigermate te kennen. Op 24 juli 1899 op de dag af 15
jaar na het oprichten van het Koninklijk Nederlands Landbouwcomité
werd door het toenmalige Nederlands Landbouw Comité, tesamen met afge
vaardigden van landbouwverenigingen, in Utrecht besloten tot stichting van
een centraal aankooporgaan. De coöperatieve aankoop was al wel op gang
gekomen, maar men wenste meer invloed op de markt. Een grote stoot tot
verdieping van de coöperatieve beweging werd gegeven toen men coöpera
tief groothandel en importfuncties ter hand nam.
IN de loop der jaren is het Centraal Bureau ge
worden tot een conglomeraat van groothan
dels im- en exportbedrijven. De geldomzet, die
in 1900 nog 500.000,bedroeg en in. het boek
jaar 1948/'49 een bedrag omvatte van honderd
achtendertig miljoen gulden, bereikte tien jaar
later een totaal bedrag van vierhonderd-zeven-en-
twintig miljoen gulden; dat is dus meer dan ëen
miljoen gulden per dag.
De werkzaamheden beperkten zich oorspronke
lijk tot de voorziening van meststoffen en voer
artikelen. Tussen de 35 a 40 van de binnenland
se omzet aan kunstmeststoffen gaat via het C. B.;
op het gebied van voedergranen en veekoeken
ontwikkelde het zich lot de grootste importeur en
het werd de belangrijkste groothandelaar in bin
nenlandse granen. Thans zijn de werkzaamheden
naar alle mogelijke richtingen uitgegroeid.
Mr. A. C. F. Hendrikse,
algemeen directeur, vertel-
de hierover eerst in de
ruime bestuurskamer van
het bedrijf aan de Haring
vliet te Rotterdam, om dit
later aanschouwelijk te ma-
ken bij een rondvaart door
de haven van Rotterdam.
De activiteiten van het C. B. resulteren hierin,
dat een zeer belangrijke bijdrage liefst 15
van de Rotterdamse havenactiviteiten voor reke
ning komen van 90.000 boeren Indien ergens,
dan tooh zeker wel hier. spreekt voor de Neder
landse gemeenschap het grote belang van een
gezonde boerenstand. Een weinig-koopkrachtige
boerenstand zal immers een terugslag voor Rot
terdam betekenen, weliswaar niet een terugslag
zoals men thans duklelijk ziet aan de Javakade:
geen schip, nagenoeg lege loodsen en een werk
loze kraan, maar niettemin merkbaar.
I»eeld van, en in de tweede plaats gaat de samen
werking tot over onze landsgrenzen heen.
Maar naast al deze zuiver economisch coöpera
tieve activiteiten komt thans de vraag naar voren
of wij niet óók moeten komen tot ontwikkeling van
vrijwillige, sociale ooöi>eratie, aldus betoogde
de voorzitter van het C. B. duidende op nieuwe
vormen van de aloude „buren hulp".
De boerenstand gaat een moeilijke tijd tegemoet,
stelde de heer Louwes. In het moderne Neder
landse industriële klimaat worden, de arbeids
omstandigheden vijfdaagse werkweek de ver*
dienstmogelijkheden en het woonklimaat snel beter.
De boerenstand mag In deze niet tot een vergeten
groep gaan heitoren, maar zal zich zelve daartegen
over positief en constructief moeten inzetten voor
betere omstandigheden. Daar lijkt de coöperatie
ve gedachte een middel toe.
NAARMATE het landbouwbedrijf ingewikkelder
wordt mechanisatie - kunstmest - planten
veredeling - speciale teelten worden ook de eisen
die men aan de grondstoffen stellen moet, hoger.
Dit alles betekent, dat men bij steeds meer facet
ten van het economische leven betrokken raakt
om de eigen positie te verstevigen. De voorziening
van vrijwel alle agrarische produktiemiddelen,
evenals de afzet van bodemprodukten, werd in
eigen beheer in vrijwillige samenwerking
verwezenlijkt. De afdeling technische produkten,
waaronder landbouwwerktuigen, behaalde het
juist afgesloten boekjaar een omzet van 17 mil
joen, vertelde mr. Hendrikse.
De jongste ontwikkeling is die van de zelfvoor
ziening in aardolieprodukten. Het is ook hier de
boer de, in verhouding, kleine gebruiker die
door samenwerking in staat is eigen bronnen aan
te boren om daardoor zijn produktiefactoren te
verlagen. Een verlaging, die op dit moment,
zoals de heer Louwes het uitdrukte, aan het ge
hele Nederlandse volk ten goede komt.
Maar activiteiten in de aardoliebranche zijn
slechts mogelijk door nog sterkere bundeling van
krachten dan op nationaal niveau, het C. B. neemt
dan ook deel aan de Internationaal Cooperative
Petroleum Association te New York, een organi
satie die over een eigen olie-exploitatiebedrijf be
schikt, compleet met boortoren en dergelijke.
Op industrieel terrein worden thans vorderingen
gemaakt. De bouw van de fabriek Deltachemie
voor het vervaardigen van complexe meststoffen,
vordert. Men hoopt dit bedrijf een van de
modernste eenheden op dit gebied in West-Europa
zomer 1960 in produktie te brengen voor binnen
land en export. Dit bedrijf wordt, gezamenlijk met
de E. N. C. K. de grootste superfosfaatfabriek
van West-Europa en mogelijk ook met de
C. I. V. te Rotterdam, geëxploiteerd.
Daarnaast neemt men deel in de Hypeeo een
onderneming voor de produktie van hybride kui
kens, waarin het C. B., samen met de coöperaties
van de R. K. standsorganisaties en de Belgische
Boerenbond deelneemt.
Deze ontwikkeling wijst op twee stromingen, in
de eerste plaats gaat men zich steeds meer bezig
houden met het verticale produktie-patroon, van
grondstof naar eindprodukt de coöperatieve
pluim veesl ach te rij in Boxmeer is daar een voor-
MAAR ook de gevolgen van de Europese één
wording zijn niet louter en alleen van poli-
politieke betekenis, zelfs al is op vele punten nog
geen politieke overeenstemming bereikt. De conse
quenties van de E. E. G. liggen in het bijzonder op
economisch terrein, waar, door het wegvallen van
grenzen, gemakkelijker grotere internationale con
centraties mogelijk worden. Ir. Y. de Boer stelde
dan ook dat de plaats van het C.B. in het Euro-
marktgebied niet alleen wordt bepaald door het
te voeren landbouwbeleid, maar eveneens door d«e
ontwikkeling van het bedrijfsleven zelve.
Waakzaamheid van de coöperaties in deze is dan
ook van groot belang en internationaal-coöperatief-
overleg een noodzaak. Doordat echter het coöpe
ratief patroon in de zes E. E. G.-landen sterk ver
schilt tengevolge van de verschillen in bedrijfs
structuur van de landbouwbedrijven, zijn tegen
stellingen niet te vermijden.
Deze treden aan de dag, waar het het graan
beleid betreft. Graanimporten uit derde landen
en over het algemeen het handelsverkeer met deze
landen is van belang voor het Centraal Bureau
dat handelscontacten heeft met een vijftigtal lan
den in alle delen van de wereld. Natuurlijk zal
Nederland graan blijven importeren, stelde ir. De
Boer, maar het karakter van deze importen uit
Frankrijk zal dan een geheel ander beeld krij
gen, door het duurdere - binnenscheepvaart-
vervoer.
Gezien niet alleen de landbouwstructuur In ons
land, maar ook die van het gehele gebied der
E. E. G., zijn de Nederlandse Coöperaties dan ook
van mening, dat een behoorlijke import moet blij
ven bestaan.
Uiteraard zijn de ontwikkelingen in de kleine
vrijhandelszone, waarbij toegetreden zijn Engeland,
Denemarken, Zweden, Noorwegen, Zwitserland,
Portugal en Oostenrijk, terwijl ook Finland plan
nen in deze richting koestert, van zo recente datum
dat een positiebepaling nog moeilijk is.
Ir. Y. de Boer waarschuwde daarbij voor een
door Duitsland gewenste verhoging van het
graanprijsniveau. Ook andere landbouwprodukten.
•zullen dan in de prijsverhoging meegesleept wor
den, stelde hij, waardoor ook de export van zaden
en peulvruchten ongunstig beïnvloed kan worden.
Overigens rekent het Centraal Bureau, dat ook
op exportgebied van zaden, peulvruchten, brouw-
gerst, aardappelen enz., een belangrijke plaats in
neemt, er op dat de E. E. G. meer exportmogelijk
heden naar deze zes landen zal bieden.
Deze internationale werkzaamhe
den van de in feite op de wereld
markt zwakke landbouwonderne
mer zijn mogelijk door een be
wust gewilde vrijwillige samenwer
king. Een samenwerking die zestig
jaar geleden begon.
N. S.