DE REGERINGSNOTA
waarin opgenomen
DE BOERENJEUGD
Zitdagen
Boekhoud
bureau
No. 2486 Frankeringf bij abonnement: Terneuzen
ZATERDAG i JULI
47e Jaargang
ZEEUWS LANDBOUWBLAD
Officieel Orgaan van de
ZEEUWSE LANDBOUWMAATSCHAPPIJ
cn de LANDBOUW JONGEREN GEMEENSCHAP
ZEELAND
rin de regeringsverklaring aangekondigle nota over het sociaal economisch
beleid, dat de huidige regering in de naaste toekomst denkt te voeren,
is verschenen. Hierin worden, zoals reeds was te verwachten, ook voor de
landbouw belangrijke maatregelen aangekondigd. Natuurlijk zijn alle maat
regelen van de regering ook van grote betekenis voor de landbouw, immers
rij zuilen het sociaal economisch klimaat beïnvloeden, waarin de landbouw
de komende jaren zal moeten werken. Als zodanig; kan mei» niet direct stel
len, dat slechts enkele van de aangeroerde punten vow ons van belang zijn.
Toch zijn er in deze nota enkele punten aan te wijzen, die, met name voor
de landbouw, van zeer grote betekenis zijn, omdat zij direct op de landbouw
betrekking hebben.
Met spreekt vanzelf, dat hierop in een landbouwblad allereerst de aandacht
dient te worden gevestigd.
IN de eerste plaats is er dan de op
merking in de inleiding, dat deze
nota slechts van een beperkt karak
ter is en dat „maatregelen ten behoe
ve van de ontwikkelingsgebieden en
het landbouwbeleid buiten geschou
wing zijn gebleven.''
Hieruit moet men afleiden, dat de
regering voornemens is op deze ter
reinen de zaak niet bij het oude te
laten. Als men al tot de conclusie
mocht komen, dat de landbouw er in
deze nota betrekkelijk goed is afge
komen, dan betekent dit nog niet dat
voor 1960 geen wijzigingen op het
programma zouden staan.
Op het eerste gezicht lijkt de ver
klaring, dat de consumentensubsidie
op melk per 1 januari 1960 zal wor
den afgeschaft, voor de landbouw de
meest belangrijke. Voorshands wordt
medegedeeld, dat dit zal leiden tot een
straatprijsverhoging van 4 cent per
liter gestandaardiseerde melk en kar
nemelk. De regering berekent zelf
de hoogte van de consumentensubsi
die op ƒ5,96 per 100 1 gestandaardi
seerde melk, zodat het interessant is
te weten waar het verschil vandaan
komt.
Gedeeltelijk wordt dit verklaard
doordat ook de karnemelk wordt ver
hoogd en doordat de regering wil uit
gaan van een hogere waarde van het
vrijkomende boteivet, maar het lijkt
nogal waarschijnlijk, dat hiermee niet
het totale verschil kan worden ge
dekt, Het heet trouwens in de nota
„voor het landelijk subsidiebedrag,
dat overblijft, zal de regering een op
lossing zoeken in het kader van de in
de regeringsverklaring aangekondig
de nadere '»erinniiig op het landbouw
beleid."
WANNEER wij deze zin combineren
met datgene wat over het land
bouwbeleid in de regeringsverklaring
is gesteld, dan kan mij dit bepaald
niet gerust stellen. Daar staat n.l.
ook in, dat het produoentensubsidie
op melk zal worden verlaagd en hoe
wel bijna alle fractievoorzitters in de
Hulst: Maandag 6 juli in hotel
„De Graanbeurs".
WestkapeileMaandag 6 juli in
„Kasteel van Batavia" van
9.15 tot 12.30 uur.
Haamstede: Dinsdag 7 juli in
hotel „Bom" van 11.15 tot
14.30 uur.
Terneuzen: Woensdag 8 juli in
hotel „Des Pays-Bas".
Oostburg; Woensdag 8 juli in
café „De Windt".
ZterikzeeDonderdag 9 juli in
hotel „Huis van Nassau".
Middelburg: Donderdag 9 juli in
hotel „De Eendracht".
Sa, Phiiipsiand; Zaterdag 11 juli
in hotel „De Druiventros''.
Tweede Kanier hebben gesteld, dat zij
hiermee zonder meer niet akkoord
konden gaah en dit een voorbarige
uitspraak vonden in verband met de
aangekondigde nadere bezinning op
het landbouwbeleid, voel ik mij toch
niet erg rustig, nu de regering op
nieuw naar deze nadere bezinning ver
wijst. Er blijkt hier immers een ge
deelte consumentensubsidie op onver
klaarbare wijze weg te vallen, terwijl
de regering blijkbaar niet aan verho
ging van de producentensubsidie
denkt. Dit moet ongetwijfeld tot ge
volg hebben, dat de totale melkop-
brengst daalt en de resterende l\z
cent op de boer wordt afgewenteld.
Dit is echter nog niet alles. Hier komt
nog bij, dat de regering praat over
4 cent verhoging van de straatprijs
van de melk per 1 januari 1960 en zich
bij haar berekening baseert op de vei -
rekenprijs, welke geldt tot 1 novem
ber 1959. Hier kunnen zich ook nog
verrassingen voordoen, wanneer blijkt
dat de kostprijsberekening voor I960
niet op hetzelfde bedrag uitkomt als
verleden jaar. Het plezierigst zou het
zijn, wanneer deze lager zou uitko
men, maar het is in Nederland altijd
nog zó geweest, dat de produktiviteits-
stijgingen werden overschaduwd door
hogere kostenstijgingen (lonen en
grondstoffen).
EEN volgend punt, dat voor de land-
bouw belangrijk is, is het te voe
ren loonbeleid. Ook hierover wordt
een passage aan de landbouw gewijd.
De legering veronderstelt, dat „het
element der produktiviteitsstijging,
zoals dat in de ontwikkeling der kost
prijzen in de gegarandeerde produk-
ten tot uitdrukking komt, kan zonder
bezwaar worden vastgesteld.
Dergelijke produktiviteitsstijgingen
kunnen in overeenstemming met
de algemene spelregels voor het ge
differentieerde loonbeleid voeren
tot een verhoging van de garantie
prijzen en/of tot een verbetering van
ionen en andere arbeidsvoorwaarden
in de landbouw."
Het valt op, dat hier precies de om
gekeerde voigorde is gekozen, als hij
hef overige bedrijfsleven, waar in eer-
ste aanleg wordt gesproken over
loonsverhoging en pas daarna over
daling van de prijzen.
Zou hier een diepere bedoeling ach
ter zitten?
EEN volgend punt zijn de compen
satie-maan egelen. in u-e eéiste
plaats zal de compensatie voor de
Huurverhoging en de verhoging van
de melkprijs worden gevonden in een
huurbijsiag die zal ingaan op 1 jan.
i960, biecnts de helft van oe melk
prijs verhoging wordt geacht in deze
nuurbijslag te zijn verwerkt, de an
dere helft geeft aanleiding tot verho
ging van ae kinderbijslag.
i>e huurbijsiag zal aan dezelfde
personen worcien gegeven als in 1957
en mag bedragen 2Ys van het basis-
loonbedrag met een minimum van
3,50 voor de 4e en 5e gemeente-
klasse. De verhoging van ae kinder
bijslag zal bedragen 4 cent voor het
eerste, tweede en derde kind en 5
cent per dag voor elk volgend kind,
terwijl het dubbeltje duurtetoeslag
permanent en onbeperkt zal worden.
Zij zal reeds ingaan op 1 oktober 1959,
zodat de eerste uitbetaling op 1 jan.
.1960, tegelijk met de verhoging van
de melkprijs, kan geschieden. De ge
volgen voor de premie, die nu 4,8
bedraagt, zijn niet gering. De rege
ring verklaart, dat een verhoging van
1 noodzakelijk is.
Voor de landbouw lijkt tevens nog
belangrijk de opmerking over de
grondbelasting. De verlaging van de
opcenten van enige jaren geleden voor
bepaalde eigendommen, wil de rege
ring n.l. weer ongedaan maken. Deze
maatregel werd destijds genomen om
het huizen bezit meer rendabel te ma
ken. Maar nu naderhand reeds twee
huurverhogingen zijn gevolgd, meent
de overheid ook weer aanspraak te
kunnen maken op een gedeelte daar
van. Voor ongebouwde eigendommen
staat dus geen verhoging ophef pro
gramma. Misschien zou, nu deze ma
terie toch weer aan de orde is, hier
juist van verlaging sprake kunnen
zijn, met het oog op het rendabelei
maken van het grondbezit. Het is dan
bepaald onnodig, dat over dit pro-
duktiemiddel naast een vermogens-
PMrd«n op de Z. L, M.-tentoonstelling. Een verslag: hierover vindt men op
pagina 525»
(Foto De MiHiano.)
TELEVISIE-UITZENDING
AARDENBURG
In het Internationaal Land*
bouwjournaal, uitzending vist
Brussel, maar te zien langs de
Nederlandse televisie-kanalen
(steunzender Goes) zal op dins
dag 7 juli a.s. tussen 19*30 en
20.00 uur een korte reportage
worden uitgezonden van de
Z. L. M.-landbouwtentoonstel-
lingling die op 18. 19 en 20 juni
j.l. werd gehouden te Aarden
burg. De opnamen werden op
19 juni j.l. gemaakt.
belasting nog een aparte belasting
wordt geheven, welke dezelfde strek
king heeft.
UOEWEL er dus verschillende pun-
ten zijn, waarover nadere ophel
dering gewenst is, en zelfs een voor
de landbouw ongunstige uitslag niet
denkbeeldig is, maakt de nota als ge
heel in zoverre een gunstige indruk,
dat de regering duidelijk de moeilijk
heden aangeeft, waarvoor zij zich ge
plaatst ziet en tevens de oplossingen
zoals zij zich die denkt.
Dat het landbouwbeleid hierbij nog
niet voldoende uit de verf is gekomen,
is op zichzelf zeer te begrijpen, im
mers de traditie wil dat hieraan voor
af gaat een nauw overleg van de Mi
nister van Landbouw met het Land
bouwschap. Dit overleg zal in de
komende maanden wederom plaats
vinden. Op het stuk van de gediffe
rentieerde loonpolitiek is de regering
echter reeds zeer duidelijk.
Zij wil deze door laten gaan, niet
tegenstaande de arbeidsreserve aan
zienlijk kleiner is geworden, maar wil
diegenen, die menen veel ruimte te
kunnen verdelen, meteen duidelijk
maken, welke algemene maatregelen
er te verwachten zijn en deze alge
mene maatregelen in een versneld
tempo invoeren. Hierdoor wordt voor
komen, dat de ruimte voor de invoe
ring van deze maatregelen al is opge-
soupeei'd, waardoor de inflatie met
een, en in nog sterker mate, zou be
ginnen.
Nu ben ik nog steeds van mening,
dat de gedifferentieerde loonvorming
(deze term hoort men tegenwoordig
meer dan vrijere loonvorming) onder
de huidige omstandigheden, d.w.z. als
men tegelijkertijd streeft naar een zo.
groot mogelijke werkgelegenheid,
niet uitvoerbaar is.
De pogingen, welke de regering
thans aanwendt om liet stelsel van
zodanige waarborgen te voorzien, dat
het niet tot moei lijk lieden kan leiden,
hebben daarom mijn volle sympathie.
Hoe duidelijker men tegen mogelijk©
excessen wil optreden, hoe meer kans,
dat deze ook worden voorkomen, al
thans kleiner worden.
Misschien, dat hierbij nog een maat
regel zou kunnen worden overwogen
n.l. deze, dat men op het overige 'be
drijfsleven dezelfde regel toepast als
op landbouw. Ik bedoel dit: Wan
neer in een bedrijfstak in overleg tus
sen werkgevers en werknemers een
C.A.O. wordt afgesloten, inhoudend©
een loonsverhoging welke te groot
wordt geacht, dat men dan dat ge
deelte, dat het college niet kan to©»
staan, omzet in een prijsverlaging
Volgens de werkgever kan hij dit im
mers missen. (Hij won het aan d®
werknemers uitdelen, wanneer dit om
redenen van optrekkende werking op
andere bedrijfstakken niet mag, dan
ligt verdeling aan de consument voor
de hand.)
Ir. C. S. KNOTTNERUS.
