Opstellen van de jongste medewerksters
240
VIER ONDEUGENDE
MEISJES
Z. L. M.-T ENT O ON STELLING
SCHOOLLEVEN
ZEEUWS LANDBOUWBLAD
TLIET is op een koude wintermorgen in december.
De meisjes van de eerste klas staan te wassen
ïn hun zinken teiltjes in de keuken. Ze plassen en
modderen een beetje, maar dat is niet zo erg, de
juffrouw kijkt hier niet zo nauw. Ze denkt, het is
toch maar in Molenwijk, een heel oud gebouw. In
'de nieuwe school zal ik er wel beter op letten, dan
jnogen ze geen wollen kleren meer dragen onder
de kookles en ook geen lange broek.
Vier meisjes achteraan gichelen; ze hebben een
leuk plannetje bedacht, dat ze straks in de pauze
'gaan doen. Maar nu nog even door wassen, dan is
het gebeurd.
Na 5 minuten zegt de juf: „Pauze, ga maar gauw
haar buiten, dan kunnen je wat opfrissen."
Alle meisjes gaan nu naar buiten op vier na.
Die wachten tot de laatste de deur uit is en dan
gaan zij vlug een hoge brede trap op, die naar een
grote zolder leidt. Ze mógen niet op die trap en op
die zolder komen, daarom is het echt zo een ge
vaarlijk en leuk plannetje, want als de direktrice
het ziet, dan ben je nog niet jarig.
Op die zolder zijn een heleboel ramen. Daar heb
je een prachtig uitzicht op Walcheren. Ze zien de
.anderen buiten staan, een beetje kleumerig bij
elkaar. Zij lachen er stiekum om; zij zitten toch
maar hoog en droog bij elkaar En ze hoeven niet
in de kou te staan. Maar ze zijn niet gekomen om
naar buiten te kijken, maar om wegkruipertje te
Spelen. Er zijn zulke heerlijke donkere plekjes om
weg te kruipen. (Ze denken er niet aan, dat een
timmerman bezig is op één der kamertjes hout te
Zagen). De meisjes vinden het toch wel een beetje
griezelig om weg te kruipen, want er zijn ook mui
zen en daar zijn ze niet zo op gesteld. Ze tellen af:
Eén van de meisjes moet hem zijn. Ze spreken af,
dat ze over de hele zolder mogen wegkruipen. Het
meisje begint te tellen: „één, twee, drie, vier" enz.
De andere meisjes kruipen vlug weg. Eén meisje
kruipt onder een tafel in een donker hoekje.
Hu.... ze griezelt een beetje. Als er eens een
muis komt, daar moet ze niet aan denken. Het
pndere meisje, dat moet zoeken, zegt: „Achtennegen
tig, negenennegentig, honderd, ik kom." „Wie niet
.weg is, is gezien Ze blijft muisstil zitten. Ze
hoort het meisje heen en weer lopen. Eén heeft ze
al gevonden. Ze kruipt nog dieper weg in haar
hoekje. Maar opeens: Wat hoort ze daar, vlak naast
haar achter de wand
Zzzzzt, zzzzt, zzzzt, ze rilt. Brr, wat is dat Een
muis Nee, dat kan niet, want ze hoort ook hoesten.
Een man O, misschien is het wel een dief. Ze wil
hard weg lopen, maar haar jurk blijft achter een
spijker hangen, krakkk
„Hèllep, hèlp", gilt ze. De meisjes komen ver
schrikt toelopen. „Wat is er", vragen ze. Op dat
Ogenlik steekt een man z'n hoofd om de hoek van
'de deur. Hij heeft een rode zakdoek om z'n hoofd
.voor het stof. Hij zegt met een bromstem: „Wat
motte jullie hier O, wat verschrikken de meisjes.
Ze hollen de trap af. De andere meisjes zijn nog
buiten aan het spelen. De juffrouw zit binnen
koffie te drinken op haar ééntje. Ze hoort gestom
mel op de trap. O, denkt ze, zijn er nu toch weer
kinderen op de zolder geweest? Dat zal ze niet
glad zitten. Boos loopt ze de korte brede gang in.
Dan ziet ze vier meisjes met geschrokken gezichtjes
de trap aflopen. De meisjes struikelen bijna over
hun eigen benen.
„Wat is er vraagt de juffrouw. Ze willen alle
Vier tegelijk praten. „Een tegelijk", zegt de juffrouw
streng. Eén meisje doet het woord. Ze vertelt
precies, zoals het gegaan is. De juffrouw is eerst
.wel een beetje boos. „Wat moesten jullie op die
Zolder doen De anderen zijn toch ook allemaal
buiten Die man, die daar boven is, is een tim
merman en die heeft een rode doek om het hoofd
'gedaan, omdat het zo stuift. En voor straf gaan
jullie die man maar een kop koffie brengen, want
hij is natuurlijk ook van jullie geschrokken. En
die winkelhaak maak je vanmiddag maar in de les
yan Juffrouw N. Ga dan nu maar gauw naar
binnen. De anderen moeten ook komen, want de
pauze is al lang om."
NELLIE MESU, le prijs.
Prot. Chr. Landbouwhuishoudschool
„Oranjezon" te Oostkapelle,
Reeds geruime tijd geleden, namelijk
vlak na Kerstmis, organiseerde het Zeeuws
Landbouwblad onder de leerlingen van de
tweede -primaire klas van de Landbouw-
huishoudscholen der Z. L. M., een opstel
wedstrijd.
De jury die de opstellen moest beoor
delen, had geen lichte taak want iedere
school mocht drie opstellen insturen. Er
zijn negen scholenwaarvan er zeven mee
deden!
Naar de mening van de jury, bestaande
uit mevrouw L. N. HuijsmanGriep, Hoofd,
bestuurslid voor de provincie Zeeland van
de Ned. Bond van Plattelandsvrouwen en
vice-presidente van deze Bond, me
juffrouw A. van der Leeden, Provinciaal
secretaresse van de Ned. Bond. van Platte
landsvrouwen afd. Zeeland, consulente van
het Landhuishoudonderwijs, de heer B. H.
G. ter Haar Romeney, voorzitter van de
Landbouwhuishoudcommissie der Z. L. M.
en de redactie werden de drie beste opstel
len geschreven door Nellie Mesu van de
Prot. Chr. Landbouwhuishoudschool „Oran.
jezon" te Oostkapelle, Gerdie Hanse van de
Prot. Chr. Landbouwhuishoudschool te
Haamstede en Corrie Otte van de Land
bouwhuishoudschool „Prinses Juliana" te
Zierikzee.
Aan hen zal als prijs een boekwerk
worden gegeven. Maar ook de overige
inzendingen, van iedere school naar
de mening van de jury de beste, zul
len worden bekroond. Of U het eens bent
met de keus van de jury? Oordeelt U zelf!
In dit nummer waaraan de jeugd zoveel
werk besteedde, hebben wij plaats inge
ruimd voor deze nog zeer jeugdigen.
RED.
X7ENENTWINTIG juni 1958 gingen we met de
school naar de Z.L.M.-Tentoonstelling te Scher-
penisse. Er moesten 8 meisjes aan de sportwed
strijden meedoen en 2 waren er reserve.
Ook gingen er toeschouwers mee en verder
juffrouw N., juffrouw S. en meneer de W.
Om half acht stonden we met z'n allen bij de
school te wachten. De bus bleef weg, maar einde
lijk verscheen hij.
We gingen zoveel mogelijk achterin zitten. Toen
we in Zierikzee waren, kwamen de meisjes van
Zierikzee er nog in, samen met juffrouw v. L. en
meneer v. d. T. Daarna ging het naar de steiger
bij Ouwerkerk.
Wij moesten op een bootje dat ons over zou
zetten naar Stavenisse. Eén meisje durfde er niet
op. Eindelijk ging ze samen met juffrouw N.
Toen we in Stavenisse aankwamen, moest er een
bus klaar staan die ons naar het veld zou brengen,
maar er was niets te zien. We hebben zowat een
kwartier gewacht en daarna zijn we maar naar het
dorp gewandeld. En daar stond de bus.
De chauffeur dacht, dat we in het dorp aan
kwamen. Ofschoon we vlug ingestapt waren en de
bus snel naar het veld gereden was, kwamen we
toch te laat aan.
De meisjes, die mee moesten spelen, moesten
zich direct verkleden en daarna begonnen de wed
strijden.
Onze school moest beginnen met korfballen. We
hebben er even naar gekeken en zijn toen de ten
toonstelling gaan bezichtigen. Het was heel interes
sant. Zo zagen we in één tent kippen, in een andere
fruit en in een derde melkprodukten, enz. enz.
In weer een tent kon je wat kopen: een slaatje,
yoghurt met aardbeien of iets drinken. Het smaakte
heerlijk.
's Middags gaven de meisjes van de Landbouw
huishoudschool uit Tholen een modeshow in kleren,
die ze zelf gemaakt hadden. Daarna zijn we naar
ruiters gaan kijken. Het weer was intussen erg
koud. Maar de demonstraties waren prachtig.
De meisjes en jongens uit Tholen deden ook nog
enkele volksdansen. Daarna werd bekend gemaakt
wie kampioen geworden was van de sportwedstrij
den van de Landbouwhuishoudscholen in Zeeland.
Het was de school van Zierikzee. Maar later bleek
het dat er een fout gemaakt was. Het was onze
school. Toen ging er een hoeraatje op, dat begrijp
je wel.
De wisselbeker werd uitgereikt en daarna moes
ten we gauw naar de bus, want die stond al te
wachten.
We reden weer naar Stavenisse en gingen daar
op het bootje naar Ouwerkerk.
Het was weer een heerlijk boottochtje net als
's morgens. Bij Ouwerkerk stapten we weer aan
land en reden met de bus naar Zierikzee, waar de
meisjes uit Zierikzee uitstapten. Wij zetten de reis
verder voort naar Haamstede. Bijna de hele terug
reis werd er gezongen, bij Haamstede wel eens zo
hard.
Toen we uitgestapt waren, ging ik gauw naar
huis.
Het was een onvergetelijke dag.
GERDIE HANSE, 2e prijs.
Prot. Chr. Landbouwhuishoudschool
te Haamstede.
TJET is niet altijd even gemakkelijk om 's maan
dagsmorgens om half acht op de fiets te zitten
en maar even 8 km naar Zierikzee te fietsen. Zes
tien km op een dag. Vierenzestig in een week
Jongens wat een idee Maar geloof maar dat
het gezond is. Vooral in de winter, wanneer het
vriest en sneeuwt. En dan zonder van de bus ge
bruik te maken, maar eventjes iedere dag present
te zijn, dat is ook nog een kunst apart. Niet altijd
is het even prettig op school; dat is wanneer men
b.v. straf heeft. Eens had ik het in een week zo
bont gemaakt, dat er een briefje van de directrice
naar huis ging. Daar wachtte me een standje, niet
zuinig.
Ik was 's maandagsmorgens op school gekomen,
zo luidruchtig, dat ik direct al zes verstelstukjes
opliep, met vier hoeken en met de hand, watblief
De volgende dag werd ik er uitgestuurd bij de
leraar van Engels. Het gevolg was: gangen dweilen,
w.c. schuren en de conciergekamer dweilen tot je
zo rood zag als een pioen, 't Was zeker nog niet
genoeg.
Een gebroken schaaltje bij de kooklerares gaf
aanleiding tot een nieuwe scène, 't Was de volgende
dag boeren-Sint-Nicolaas. Ik had me er zo op ver
heugd. Jawel, kun je net begrijpen: „Om een uur
in het waslokaal aanwezig", luidde haar bevel. Wat
zou ik doen Krijgshaftig nam ik mij voor om niet
te gaan. Mama vroeg 's middags een paar keer of
er wat was (Moeders weten toch altijd alles), maar
ik zei telkens van niets.
Toch liet de ongeluksweek me nog niet met rust.
Het toeval wilde juist dat, toen we in het park
liepen, ik net de juffrouw van achter een groep
heesters za^ opduiken. Nu was goede raad duur*
Wat te doen Vriendelijk groeten en doorlopen.-
Maar juf scheen iets anders te willen. Ze stevende
recht op ons af. Gejaagd wilde ik nog een uit
vlucht bedenken, maar mama had haar ook in de
gaten. Ik zal de strafpreek niet verhalen, maar ik
had er meer dan genoeg van. Dat was gelukkig het
slot van de week.
We hebben een fijne zangleraar. Zoals die pianö
speelt. Machtig, in één woord. Ook de lerares van;
naaien is erg aardig. Ik vind het ontzettend jammer,
dat ze eind januari gaat trouwen. We hebben ge
bedeld of ze het nog een half jaar uit wil stellen*
maar daar heeft ze geloof ik geen oren naar. De
leraar van tuinbouw is een echte fijne vent, hij
weet precies vooruit wat wij willen, 't is of hij je
gedachten kan lezen.
Onze A.V.O.-leraar kan zo fijn vertellen. Als je
aardrijkskunde hebt, ga je gewoon mee op reis naar
het land wat er besproken wordt. Dan is de les
geen zakelijke aardrijkskundeles meer.
Soms geeft dit alles me wel eens reden tot na
denken. Waarom krijg ik van deze leerkrachten
nooit straf In IV2 jaar heb ik van hen nooit straf
gehad. En ik ben toch bij elke leerkracht het zelfde
Als ik alles aan Oma vertel, zegt ze: ,,'t Is het ver
schil, hoe ze je vatten." Maar dat begrijp ik niet.
Zou het soms komen doordat de ene leerkracht veel
meer reden geeft om vervelend te zijn dan de
ander 't Is mij een raadsel. Alleen weet ik, dat
niet alle leerkrachten het zelfde zijn. Mijn oude
overgrootmoeder placht altijd te zeggen in haar
Zeeuws dialect: „Ik se mar so, elk mens is nie
't zelfde, anders zou der elemaele gin variatie weze
Mama zegt dan: „Ik kan het oude mens niets dart
gelijk geven."
Met die sneeuwstorm verleden winter hebben"
we ook wat mee gemaakt. Maar gelachen ook. Zo
gaat het op een huishoudschool. Pret maken en
jool hebben. Maar ook werken en leren Strevert
naar een hogere rang in de maatschappij. Daar is
veel voor nodig. In.de eerste plaats: wil! In de
tweede plaats: volharding en in de derde plaats:
ijver. Gemakzucht en luiheid kunnen in de maat
schappij niet geduld worden. Wanneer men zich
houdt aan de drie eerste dingen, dan kan men ver
komen in de wereld. Doch ook in de huishouding
zijn deze dingen nodig, wanneer men een goede,
verstandige, ijverige en praktische huisvrouw wil'
worden. j
CORRIE OTTE, 3e prijs,
landbouwhuishoudschool „Prinses Juliana^j
te Zierikzee.