i OBLj Hoofdbestuur K.N.L.C. vergaderde Openbare vergadering Landbouwschap Onderling Boerenverzekerïngs - Fonds uw/ vertrouw/enszaak voor levensverzekering 257j STEUN AAN VLASINDUSTRIE VOOR OOGST 1959 Toeslag onveranderd: ƒ160,per ha verwerkt vlas VERSNIPPERING PERCELEN IN RUILVERKAVELINGEN HOEFIJZERVERVOER NEDERLAND-BELGIE-NEDERLAND NOG ALTIJD MOGELIJK ZATERDAG 28 MAART 1959 HET hoofdbestuur wijdde een uitvoerige bespre king aan de gedachten, die in het verband van het Landbouwschap zijn ontwikkeld met betrek king tot het landbouwbeleid en in het bijzonder het graanbeleid in het kader van de Europese Econo mische Gemeenschap. Het meent dat de opvattin gen, die ten aanzien van deze moeilijke aangelegen heid door het Landbouwschap zijn weergegeven en die inmiddels reeds zijn gepubliceerd, een goede onderhandelingspositie verschaffen bij het komen de beraad in E. E. G.-verband. Het voergraanbeleid oogst 1959 Het hoofdbestuur heeft, na kennisneming van de uiteenlopende standpunten van akkerbouw en vee houderij met betrekking tot de grootte van de marge boven en beneden de minimumrichtprijs in het kader van het monopolieheffingssysteem de suggestie gedaan om als tussenoplossing bedoelde marge te stellen op 1,per 100 kg. Met instem ming stelde het hoofdbestuur vast, dat tussen akkerbouw en veehouderij wel overeenstemming werd bereikt inzake de z.g. onderwaardering van andere voergranen dan gerst en haver. Het Oldambt en het akkerbouwbeleid OP voorstel van de Groninger Maatschappij van Landbouw werd besloten te bevorderen dat in het kader van het streven naar verbreding van het garantiebeleid in de akkerbouw en in afwachting van andere voorzieningen in de moeilijke positie van het Oldambt door bijzondere maatregelen met betrekking tot een voor het Oldambt specifiek landbouwprodukt als paardebonen verlichting wordt gebracht in de ongunstige financiële toe stand van vele bedrijven in genoemd gebied. De prijsbeheersing van potentiële tuinbouwgrron den Het hoofdbestuur kan ermee akkoord gaan, dat ten aanzien van grond, waarvan aannemelijk wordt gemaakt, dat hij zal worden aangewend voor de uitoefening van intensieve glascultures, de grond kamers de bevoegdheid wordt toegekend om bij overdracht de koopprijs buiten beschouwing te laten. De ruilverkavelingen HET hoofdbestuur besprak met betrekking tot de ruilverkavelingen een tweetal facetten. In de eerste plaats meende het erop aan te moeten drin gen, dat spoedig meer gegevens worden verzameld omtrent de rentabiliteit van cultuurtechnische wer ken. Verder had de voorbereiding van ruilverkave lingen de aandacht. Voorbereidingscommissies werden zeer nuttig geoordeeld, mits echter wordt gezorgd, dat dit commissies van personen uit het betrokken gebied en uit het betrokken landbouw bedrijfsleven blijven. De boerenwerken Naar aanleiding van het rapport „De betekenis van de boerenwerken" van het Landbouwschap concludeerde het hoofdbestuur, dat de subsidies voor boerenwerken moeten worden verhoogd, dat de discriminatie in de arbeidsvoorwaarden moet verdwijnen, dat de toelatingseisen voor landarbei ders dienen te worden verlicht en dat de landbouw organisaties bij de organisatie van de uitvoering van boerenwerken onvoldoende zijn betrokken. De vraagstukken van de tuinbouw HET hoofdbestuur besprak de verschillende voor stellen, die op de algemene vergadering van de afdeling Tuinbouw van het K. N. L. C. zijn be handeld. Het kon zich in grote lijnen met deze voorstellen verenigen. BIJ de aanvang van zijn openbare vergadering van woensdag 18 maart 1959 herdacht het be stuur van het Landbouwschap het overlijden van de heer Chr. van den Heuvel. Het bestuur sprak, bij de behandeling van akker- bouwvraagstukken als zijn mening uit, dat het ge wenst is een voorschotbetaling te verlenen voor de toeslagregeling voor de voergranen, welke op lichte gronden zijn geteeld. Voorts is men van mening, dat de garantie voor de fabriekaardappelen moet worden gerealiseerd door middel van een toeslag op het aardappelmeel, terwijl men vindt dat de heffing van 0,50 bij ex port van zandaardappelen voor de Westduitse aard- appelmeelindustrie moet worden afgeschaft. De overheid heeft laten weten, dat zij zich ten aanzien van de kali-egalisatie-regeling uiterlijk na het seizoen 1959/'60 zal terugtrekken. Het bestuur zal de betreffende handelsgroeperingen verzoeken alsnog te trachten tot overeenstemming te komen over een regeling op vrijwillige basis, waardoor een fegelmatige voorziening en een redelijke prijs Van de kali voldoende worden gewaarborgd. Het bestuur is tot de conclusie gekomen, dat in de E. E. G. een afzonderlijk beleid voor tarwe en voor voergranen moet worden gevoerd. Dit houdt in, dat voor tarwe een hogere garantieprijs moet gelden dan voor voergranen. Het tarwebeleid dient er zoveel mogelijk op gericht te zijn, dat de tarwe ook inderdaad in het brood verwerkt wordt. Aan gezien de gemiddelde kostprijs in de E. E. G.-lan- den boven die van Nederland ligt, zal er een ge meenschappelijk buitentarief voor tarwe komen, wat zal kunnen leiden tot een verhoging van de kostprijs in Nederland. Deze hogere prijs voor tarwe kan leiden tot een iets lagere prijs voor voergranen. Voor de bescher ming van het gewenste prijsniveau der voergranen, meent het bestuur de voorkeur te moeten geven aan variabele heffingen met een ruime marge, dus met vrij grote uitslagen boven en onder de richt prijzen. Deze heffingen moeten zoveel mogelijk uniform zijn voor de verschillende produkten. Het prijsbeleid voor de voergranen moet niet lei den tot een grotere zelfvoorziening binnen de E. E. G. De importbehoefte aan voergranen van de zes E. E. G.-landen zal dus niet worden verkleind. De overgang naar een gemeenschappelijk graanbeleid en een gemeenschappelijk peil van de garantieprijs en een eventuele afschaffing der restituties bij ex port naar E. E. Q.-landen, zal moeten worden ge koppeld aan de beëindiging van de maatregelen ter bescherming van de eigen veredelingsproauktie in de andere E. E. G.-landen. Daarbij dient de vee houderij binnen de gemeenschap een. voorkeur te hebben boven import van veehouderijprodukten uit andere landen, omdat de veehouderij nadelen ondervindt van de bescherming der voergranen. ZOWEL de commissie Grondgebruik als de hoofdafdeling Tuinbouw van het Landbouw schap waren van mening, dat de prijsbeheersing van eventuele tuinbouwgronden bestemd voor glas cultures niet behoeft te worden gehandhaafd. Het bestuur heeft een beslissing hierover echter aan gehouden om meer concreet te worden ingelicht over de wettelijke mogelijkheden van de uitvoe ring. Op advies van de commissie Grondgebruik be sloot het bestuur een brief met bezwaren te zen den aan de ministers van Financiën en van Land bouw, over de ontginning van het Wierdense Veld. Vrijwel dit gehele complex zou bij ruilverkavelin gen worden betrokken om de vergroting van be drijven mogelijk te maken, maar de Cultuurtech nische Dienst besloot inmiddels deze grond aan te wenden voor massa-recreatie. Tevens zou een brief gezonden worden aan de ministers van Verkeer en Waterstaat, van Financiën en van Landbouw, waarin op spoedige inpoldering van de Lauwerszee wordt aangedrongen. Beide brieven zijn reeds ver zonden. Na afloop van de vergadering nam het bestuur officieel afscheid van prof. mr. F. F. X. Cerutti, hoofd van de afdeling Juridische en Organisatori sche Aangelegenheden, die wegens zijn benoeming tot hoogleraar te Nijmegen op 1 maart j.l. het Landbouwschap verliet. X Advertentie.) <&-JT De economische positie van de vlasindustrie, die sinds vorig jaar door middel van een toeslag per ha verwerkt vlas wordt verstevigd geeft niettemin nog steeds moeilijkheden. De regering heeft met het oog darop besloten ook voor de oogst 1959 een toeslag aan de vlassers te verlenen wederom van ƒ160,per ha verwerkt vlas. Bij de toeslagregeling van de vorige oogst was bepaald dat zij een aflopend karakter zou hebben. Uit de omstandigheid, dat het subsidie is verlengd, mag niet worden afgeleid, dat het aflopende karak ter aan de regeling is ontnomen. Integendeel, er zal, naar het ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening tenslotte mededeelt, ernstig rekening mee moeten worden gehouden dat de toe-1 slag dit jaar voor het laatst wordt gegeven. Op schriftelijke vragen van het lid van de Tweede Kamer de heer Engelbertink over ruilverkaveling antwoordde minister C. Staf onlangs dat hij inder daad in de jongste tijd kennis heeft genomen van uitlatingen, dat een belangrijk deel van de rijks bedragen voor ruil- en herverkaveling zou worden verspild tengevolge van het weer splitsen van per celen en versnipperen van bedrijven, nadat de wer ken tot stand zijn gekomen. Door het departement van landbouw werd, na de tweede wereldoorlog, geen nauwgezet algemeen onderzoek ingesteld naar de verslechtering of ver betering van de gebruiks- en eigendomsverhoudin-i gen in een aantal afgesloten ruilverkavelingen, zo werd medegedeeld. Wel werd in een drietal ge vallen onderzoek verricht. Daaruit bleek dat het in het algemeen niet juist is te veronderstellen, dat van de oorspronkelijk verkregen voordelen reeds vele weer te niet gegaan of dreigen te gaan. De minister van Landbouw a.i. deelde verder o.m. nog mede dat thans een onderzoek wordt ingesteld bij een vijftal representatieve ruilverkavelingen die in de jaren 19451949 tot stand kwamen. Hoewel nog geen definitieve conclusies kunnen worden ge trokken, kan wel worden medegedeeld dat de alge mene indruk is, dat overdracht bij verkoop of ver- erving, slechts in weinig gevallen tot een verslech-i tering van de toestand aanleiding hebben gegeven. Het onderzoek duurt voort. BIJ het uitvallen van de veren over de Wester- schelde vanwege de mist en/of storm, is het voor eigenvervoerders mogelijk om via België toch naar en van Zeeuws-Vlaanderen goederen te kun nen vervoeren. Dit deelt de Algemene Verladers en Eigenvervoerders Organisatie E. V. O. mede, in tegenstelling tot andersluidende berichten. Maar het zogenaamde „Hoefijzervervoer" is niet in alle gevallen mogelijk. Er bestaan enkele voor schriften waaraan absoluut voldaan moet worden:; In de eerste plaats is het noodzakelijk, dat de wagen waarmee goederen van Nederland door Bel gië naar Nederland vervoerd worden, verzegeld kan worden en wel zodanig dat onder geen enkele omstandigheid goederen aan de laadruimte kun nen worden onttrokken zonder dat de verzegeling wordt verbroken. g Vervolgens dient voor het transport door Bel gië door de Belgische douane 'n transitodocument te worden opgemaakt op de plaats waar de goede ren binnenkomen. Dit document wordt slechts afgegeven, nadat zekerheid gesteld is voor de in België verschuldigde rechten. De hoogte van de zekerheidsstelling is gelijk aan de hoogte der rechten, die betaald moe ten worden wanneer de goederen bestemd zouden zijn voor België. De gestelde zekerheid wordt terug gegeven zodra de goederen België weer verlaten, in dezelfde hoeveelheid en in dezelfde staat als waarin ze België zijn binnengekomen. Ten slotte dient voor de uit- en wederinvoer in Nederland een formulier In-, Uit- en Doorvoer no, 15, een zogenaamd „Kustpaspoort", te worden op gemaakt. Dit document, opgemaakt op de plaats waar do goederen Nederland verlaten, dient bij de goede ren te blijven tot op de plaats waar de goederen weer in Nederland binnenkomen, alwaar het na controle door de Nederlandse douane wordt inge trokken. Voor de goede orde wordt erop gewezen, dat te allen tijde gebruik gemaakt kan worden 'van de' mogelijkheid tot vervoer op z.g. kustpaspoort van de ene Nederlandse plaats naar de andere via Belgisch grondgebied, aldus de E. V. O. Het al o£ niet varen van de Zeeuwse veren staat daar geheel los van.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1959 | | pagina 25