Mengmeststoffen in de praktijk
B1
'n MGH ras
m
TEKORT
LANDBOU W-EGALISATIEFONDS 1957
471 MILJOEN
PROBLEMEN VAN HET EUROPESE
BOERENBEDRIJF
Schrijven of bellen,
nu FLAMINGO
bestellen
ZEEUWS LANDBOUWBLAD
door G. M. F. BOM.
TN toenemende mate is de laatste jaren aandacht besteed aan de vraag, of de land
en tuinbouw de bestaande bemestingsmethode met enkelvoudige meststoffen dient
te handhaven, of daarnaast en in welke mate moet overgaan op het gebruik van samen
gestelde meststoffen.
Bij een vergelijking deed zich steeds de moeilijkheid voor, dat de benodigde praktijk-
gegevens slechts van het gebruik van enkelvoudige meststoffen beschikbaar waren, ter
wijl deze over de toepassing van samengestelde meststoffen ontbraken. Aangewezen
op enkel theoretische beschouwingen over deze laatsten was het niet gemakkelijk, zo
niet onmogelijk, om tot een zuivere vergelijking te komen. Nu echter verschillende be
drijven meer en meer samengestelde meststoffen gaan toepassen, lijkt het nuttig de
ervaringen hiermede te publiceren. Op mijn akkerbouwbedrijf werd sinds 1946 in toe
nemende mate met Granumix, en de laatste jaren uitsluitend hiermede bemest.
N. P. K.-VERHOUDINGEN VAN GRANUMIX.
T N nauwe samenwerking met de Rijkslandbouw-
x Voorlichtingsdienst en de Directie en Landbouw,
kundige Afdeling der E. N. C. K., werden enkele
jaren geleden naast de gebruikelijke samenstellin
gen een paar nieuwe, nauwkeurig op de praktijk
afgestemde mengmesten op de markt gebracht.
Het waren mengmeststof NPK 15-1-10+5 voor
de zwaardere gronden en mengmeststof NPK
12+8+16 voor de meer kalibehoeftige gronden. De
stikstof, aanvankelijk voor in nitraat- en voor
in ammoniakvorm, wordt thans half nitraat en
half ammoniak geleverd, terwijl het geheel, dus
zowel stikstof, fosforzuur als kali, in water oplos
baar is.
In slechts korte tijd is de E.N.C.K. er in geslaagd
samenstellingen te produceren die aan deze, tech
nisch zware eisen voldoen. Bovendien blijft ook na
lange tijd opslag het produkt goed strooibaar,
waardoor ook in dit opzicht niets te wensen over
blijft.
IS EEN GROOT AANTAL VERSCHILLENDE
SAMENSTELLINGEN NOODZAKELIJK VOOR
DIVERSE GEWASSEN OP DIVERSE PERCE
LEN?
IV AAR ons de ervaring heeft geleerd moet het
-11 antwoord op deze vraag ontkennend zijn. We
nemen aan dat na jarenlang grondonderzoek in
Nederland op verschillende bedrijven van een vol
doende fosfaat- en kalitoestand gesproken kan
worden.
De N. P. K.-verhoudingen van Granumix zijn dan
ook in de eerste plaats gericht op de jaarlijkse
onttrekking door de cultuurplanten en zijn niet be
doeld om grote tekorten aan fosforzuur en kali bij
te werken. In dergelijke gevallen is het echter wel
mogelijk om met verhoudingen waarin stikstof ont
breekt, zoals b.v. mengmeststof NPK 0+15+30,
tekorten op te heffen.
Op mijn bedrijf worden naast 1/3 hakvruchten en
1/3 granen, x/6 vlas en Ve diversen (erwten e.d.)
verbouwd. Behalve voor erwten, die met meng
meststof NPK 0+15+30 worden bemest, wordt
voor de overige vruchten de verhouding mengmest
stof NPK 12 8+16 gebezigd.
Grondonderzoek vond achtereenvolgens plaats
in 1943, 1949, 1953 en 1958. Hoewel van perceel tot
perceel kleine verschillen voorkomen in de fosfaat-
en kalitoestand, is in het algemeen eenzelfde be
weging te constateren in de cijfers die het grond
onderzoek laat zien. Onderstaande grafiek geeft
een gemiddeld beeld van de ontwikkeling van de
fosfaat- en kalitoestand van het gehele bedrijf.
sen hetzelfde perceel zijn gepasseerd, blijkt de ge
middelde bemesting op zodanig peil te zijn geweest,
dat een langzame stijging naar een voldoende P- en
K-toestand is bereikt.
Een wel eens verkondigde mening, dat bij gebrek
aan een voldoende aantal samenstellingen het ge
bruik van mengmest tot luxe zou leiden, is niet
in overeenstemming met de resultaten, die het
grondonderzoek op ons bedrijf aantoont.
ZELF MENGEN?
ER voorkoming van omslachtige arbeid bij het
strooien van enkelvoudige meststoffen, kan
naast het gebruik van mengmeststoffen ook de
methode van zelf mengen worden gebezigd. Om in
hoofdzaak twee redenen vindt deze laatste methode
toepassing.
a. Omdat de verhoudingen van mengmesten
onvoldoende gedifferentieerd zouden zijn.
b. Omdat het prijsverschil van mengmesten
t.o.v. enkelvoudige meststoffen te groot zou
zijn.
Door hetgeen hiervoor is medegedeeld, meen ik
het onder a. gestelde voldoende 'e hebben weer
legd. Tenslotte is er dan de prijs.
Bij vergelijking der prijzen blijkt inderdaad dat
het verschil tussen enkelvoudige en mengmeststof
fen niet is te veronachtzamen. Zeker niet in een
tijd als deze, waar het er meer dan ooit op aankomt
alle zeilen bij te zetten.
Daar de prijsverschillen voor do onderscheidene
samenstellingen ten opzichte van enkelvoudige
meststoffen nogal uiteenlopen en bovendien de gif
ten op diverse grondsoorten en gewassen variëren,
is het niet mogelijk om een vast bedrag te bereke
nen. Om de gedachte te bepalen, zou, zeer globaal
berekend, bij een gemiddeld gebruik van 700 tot
750 kg/ha en een gemiddeld prijsverschil van 2,75
per 100 kg het gebruik van mengmesten ongeveer
15,tot 20,per ha duurder zijn, ware het niet
dat hiertegenover aanwijsbare, doch moeilijk in
cijfers uit te drukken voordelen staan, n.l.:
Ie. Gereed voor het gebruik.
2e. Perfekte menging en granulering.
3e. Personeel beschikbaar voor ander hoog
nodig werk.
4e. Zekerheid, dat elke plant en elke wortel
over alle elementen in de goede verhou
ding beschikken.
ZELF ZAAIZAAD SCHONEN EN
ONTSMETTEN?
T N het algemeen worden in toenemende mate ver-
schillende werkzaamheden, die vroeger op de
Gemiddelde van alle percelen
fosfaat
P. Citr.
kali
K.HCL.
50
40
30
30
20
10
0
41 44 45 46 47. 48 42 50 51 52 11 54 55 56 57 £8
Uit deze grafiek is een langzaam stijgende ten-
denz voor fosfaat en kali waar te nemen.
Gemiddeld werd in de laatste 6 jaar een jaar
lijks gift van 69 kg P2O5 en 120 kg KaO per ha toe
gediend. Daar de stikstof van de mengmeststof
NPK 12+8+16-verhouding bepalend is voor de te
strooien hoeveelhend, is het vanzelfsprekend dat
b.v. aardappels en bieten tevens veel P en K ont
vangen en granen en vlas minder.
Evenwel, elk jaar krijgen alle gewassen een
ïekere hoeveelheid verse fosfaat en kali, hetgeen
vooral in het begin van de groeiperiode van groot
belang is. Na een cyclus van 6 jaar, als alle gewas
boerderij werden verricht, thans overgelaten aan
gespecialiseerde bedrijven, die door betere outil
lage en vakmensen een beter resultaat weten te
bereiken.
De eisen die men tegenwoordig stelt aan de kwa
liteit van zaaizaad zijn zo zwaar geworden, dat het
schonep, drogen en ontsmetten specialistenwerk
is geworden, in vergelijking waarmede het wind
molentje of zelfs schoningsmachientje van het
eigen bedrijf het heeft moeten afleggen.
Het duurdere, maar uiteindelijk betere werk
heeft de goedkopere, maar primitievere methode
verdrongen. Zoals het N. A. K.-certificaat een zaai
zaadkwaliteit garandeert, die slechts door gesp©,
cialiseerde vakmensen met behulp van eveneens
speciale machines is te bereiken, zo geeft de con
trole van het Rijkslandbouwproefstation in Maas-
tricht de hoogst mogelijke garantie aan de juist
heid van een bepaalde N. P. K.-verhouding in de
mengmest.
Het is duidelijk, dat een doorsnee-monster van
een op de wagen omgeschept mengsel van enkel
voudige meststoffen hiermede niet te vergelijken
is.
Het „alle zeilen bijzetten" in deze tijd betekent
dan ook, naar onze mening, dat de voedingsbodem
van de cultuurplanten door bemesting met in de
fabriek gemengde en gegranuleerde meststoffen,
onder controle van Maastricht, aan de hoogst moge
lijke verwachting kan voldoen.
Colijnsplaat, sept. 1958.
[IJ de Tweede Kamer is een wetsontwerp tot
wijziging van de begroting 1957 van het Land-
bouw-Egalisatiefonds ingediend Het nadelig saldo
voor het dienstjaar 1957 beloopt 471.334.100; dit
is 312.351.100 hoger dan oorspronkelijk geraamd.
Tevens wordt het geaccumuleerde nadelige slot
van de dienstjaren 1949 t/m 1956 ten bedrage van
1.313.704.500 opgenomen, zodat het totale nadelige
saldo tot en met 1957 1.785.038.600 wordt.
Als voornaamste oorzaken van de verhoging
noemt minister Vondeling in zijn toelichting:
Hogere garantieprijzen en/of lagere gemiddelde
opbrengsten dan waarmede in de oorpsronkelijke
begroting gerekend werd voor binnenlandse gra"
nen, melk en export-vleesprodukten ca 260.000.000
Voorts de lagere dan oorspronkelijk
geraamde suikeropbrengsten uit bin
nenlandse bietenoogsten, waardoor
import van dure suiker noodzakelijk
was, waarop een nadelig saldo van
43.500.000
(hoewel hiervan ongeveer
30 miljoen in 's Rijks
schatkist vloeide aan in
voerrechten)waartegen
over 'n vermindering van
het nadelig saldo op bin
nenlandse suiker staat
tengevolge van de con
sumentenprijsverhoging
van 12.500.000
ca. 31.000.000
En tenslotte uitgaven die in de oor
spronkelijke begroting voor „Memo
rie" opgenomen waren, omdat voor
deze uitgaven nog geen bedrag ge
raamd kon worden, aardappelmeel,
steun bewaarkool en garantie op traan
ca 19.000.000
en de uitgaven en inkomsten betref
fende afgesloten dienstjaren ca. 2.000.000
Tezamen een verhoging van totaal ca 312.000.000
Tijdens de derde bijeenkomst van de Europese
commissie voor voorlichtings - en landbouwonder-
wijs-aangelegenheden van de F. A. O. van 29 sep
tember tot 4 oktober in Kopenhagen, werd onder
meer gesproken over de noodzakelijkheid van voor
lichting aan landarbeiders, aan welke werkkracht
in sommige Europese landen gebrek gaat komen.
Ook werd aandacht besteed aan het vcoriich-
tingswerk op kleine bedrijven. Volgens de F. A. O.
zijn in Europa jaarlijks een miljoen zoons van boe
ren genoopt, de landbouw te verlaten om elders
werk te zoeken. Op vele kleine boerenbedrijven in
Europa kan slechts voor een deel van het gezin een
bestaan worden gevonden. Er zijn 60 kleine op de
100 landbouwbedrijven in Europa, aldus de Voed
sel- en Landbouworganisatie der Verenigde Naties.
Volgens de F. A. O. zou Denemarken voorts van
plan zijn, een internationaal trainingscentrum te
stichten voor voorlieden uit de boerenstandsorga
nisaties.
(Advertentie.)