Joor de
Zeeuwse Plattelandsvrouwen
De Saffa te Zurich
VAN HET PLATTELAND
ONDER REDACTIE VAN MEVROUW L. N. HUISMAN—GRIEP
O1
564
ZEEUWS LANDBOUWBLAD
/'AP de Nederlandse dag van
de Wereldtentoonstelling
vroegen verschillende men
sen mij„Hoe zijn die
Zeeuwse plattelandsvrouwen
Lier in Brussel terecht gekomen?"
Tijdens een bespreking met de heer Stoppelen
burg van de Rijksvoorlichtingsdienst, betreffende
het in 1958 te houden fruitcorso in Goes, vernam
de voorzitter, de heer J. A, van Willegen, dat op
20 augustus in het Nederlandse paviljoen van de
Expo een „Nederlandse dag" zou worden gehou
den. Hiervoor zou aan verschillende provincies
medewerking worden verzocht. De regeling was
opgedragen aan Jhr. Mr. C. J. A. de Ranitz, bur
gemeester van Utrecht.
Hierin werd een kans gezien om aandacht te
vragen voor Zeeland. Inschakeling van de mooie
fleurige klederdrachten werd onmiddellijk over
wogen. maar dan moesten deze ook op waardige
wijze worden gedragen. Het ging er dus om per
sonen aan te trekken, die de klederdracht nog
trouw gebleven zijn, haar hebben gedragen of
doordat huisgenoten deze nog dragen er volko
men vertrouwd mee zijn. Te dikwijls kunnen we
bij zulke gelegenheden waarnemen, dat de deel
nemers aan een optocht vermomd zijn als Zeeuw
se boer of boerin en er slecht verzorgd uitzien.
Dit tot grote ergernis van hen, die de klederdracht
in ere hebben gehouden.
Het resultaat van de hierboven genoemde be
spreking was, dat de heer J. Kleiboer, arrangeur
en adviseur van de Nederlandse inzending op de
Expo, contact opnam met de voorzitter van de
stichting Zeeuws Fruitcorso en diens vrouw,
mevr. J. C. van WillegenEvers. Het gesprek
©pende meer perspectieven dan oorspronkelijk
werd verwacht en het resultaatin één woord:
„schitterend".
Mevr. Van Willegen, presidente van de afde
ling Zuid-Beveland West van de Ned. Bond van
Plattelandsvrouwen, schakelde de leden van haar
zangkoor in en vulde dit gezelschap aan met
leden van de afdeling, die de klederdracht nog
trouw bleven. „Jullie mogen alleen mee als het
kostuum tot in de puntjes is verzorgd", had de
presidente gezegd en dit hadden de leden in hun
©ren geknoopt. Zelden heb ik een zo groot gezel
schap in klederdracht gezien, dat er zo tip-top
verzorgd uitzag. Het was een lust voor het oog.
Zelfs de dirigent, de heer Jan Kousemaker, was
in stijl, want ook hij droeg een boerenkostuum.
QPGEWEKT reden we naar de Belgische hoofd-
stad, slechts één zorg met ons meevoerend:
„Het weer". Stel je voor, dat er eens een plensbui
zou losbreken juist als de stoet over het terrein
moest trekken, want parapluie's mochten niet
worden opgezet. Een stralende zon bescheen het
grote terrein toen we de Beneluxpoort binnen
reden. De bus bracht ons tot voor de rijk met
bloemen versierde Nederlandse afdeling. Een har
telijke ontvangst volgde. De dames kregen even
gelegenheid hun mandje Zeeuws fruit op de daar
voor bestemde plaats neer te zetten, waarna zij
werden meegenomen naar het pleintje bij het
carillon. Hier vertolkte het Schouws gezin Be-
zuijen uit Ellemeet aan de chef-piloot Gerard de
Trémérie, de dank van de Zeeuwse bevolking voor
hetgeen hij en zijn medevliegers tijdens de ramp
dagen van 1953 in het belang van de getroffen
bevolking hebben verricht.
Na deze plechtigheid zong het koor van de plat
telandsvrouwen het Zeeuwse Volkslied. „Een ont
roerend moment", in het bijzonder voor de zonen
en dochteren van het Zeeuwse land, die het voor
recht hadden dit alles van nabij te mogen be
leven. Één van de hoogtepunten van de dag was
wel het aanbieden van veertig mandjes Zeeuws
fruit aan de hostesses en enkele juryleden. Deze
laatsten hadden tot taak de spectaculaire show
van de hostesses te beoordelen. Het fruit was
vanzelfsprekend van uitzondërlijke kwaliteit,
waarin zo de tanden konden worden- gezet. Mevr.
Van Willegen genoot de eer haar mandje te mo
gen aanbieden aan mevr. Rika Hopper, de eens
z© beroemde Nederlandse toneelspeelster.
XJOG scheen de zon, maar toen een tijdje later
de lange fleurige stoet, waarvan ook onze
Zeeuwse plattelandsvrouwen deel uitmaakten,
werd opgesteld, begonnen loodgrijze wolken om
hoog te klimmen. Gelukkig was het nog droog
toen onze vrouwen wuivend met haar bloemen
de Nederlandse afdeling voorbij kwamen. Film
en fotocamera's werden op hen gericht, het pu
bliek juichte en applaudiseerde enthousiast. Het
was een feestelijk gezicht. Maar toen enige tijd
later de grijze wolken hun dikke druppels loslie-
was de fleur er ook meteen af. Kanten mut-
o,> de NEDERLANDSE DAG
sen, hoe goed gesteven, kunnen niet met succes
een regenbui doorstaan. En de parapluie's moes
ten verborgen blijven. Eerst toen de stoet ontbon
den werd, konden de regenschermen van onder
de schorten tevoorschijn komen. Maar toen was
het te laat! Jammer, dat de heren organisatoren
er niet van te overtuigen waren, dat een parapluie
bij een Zeeuwse boerin hoort. Immers zij draagt
deze altijd bij zich als er maar een schijn van
kans is. dat er een spatje regen zal vallen. Zij zal
er zich wel voor wachten met een onbeschermde
zondagse muts door een gietbui te stappen.
Eén half uur later keek de zon weer vriendelijk
door de wolken heen en droogde alles snel. Vlug
ge vingers brachten de mutsen weer zo goed mo
gelijk in hun fatsoen en ohze Zeeuwse platte
landsvrouwen vonden nog een dankbaar onder
werp voor honderden camera's.
De fotografen kregen een mooie gelegenheid,
toen onze vrouwen onder leiding van de heer Jari
Kousemaker, bij het- Congo-paviljoen verscheide
ne vaderlandse liederen, alsook het Belgische
volkslied, ten gehore brachten. Het talrijke pu
bliek zong verschillende liederen spontaan mee.
Het werd al met al een wel wat vermoeiende,
maar niettemin onvergetelijke dag, die de leden
van het koor van Zuid-Beveland West en hun
begeleidsters toch eigenlijk te danken hebben aan
de voorzitter van het Zeeuws fruitcorso. En deze
Stichting is er op haar beurt weer volkomen in
geslaagd reclame te maken voor en publiciteit te
geven aan het Zeeuwse fruit. De aanbieding hier
van aan de internationale gastvrouwen van de
Expo heeft het volle licht op ons Zeeuws produkt
geworpen.
Rest mij nog te vertellen, dat de mooie hengsel-
mandjes, waarin het fruit was opgemaakt, spe
ciaal voor deze gelegenheid vervaardigd zijn door
de firma Gunst te Goes.
)P een stralende zomermorgen kwamen we per
bus in Zürich aan. Ik ging dadelijk mijn eigen
weg. Deze voerde naar het Stationsplein, waar
een omroeper, staande in een spreekgestoelte, on
vermoeid de aandacht van het publiek er op ves
tigde, dat in de eerste straat links de autobus
voor de Saffa gereed stond.
In tien minuten werden wij door de stad ge
bracht naar de rechteroever van het verrukkelijke
meer. waar de tentoonstelling is opgebouwd. Een
toegangsbewijs was gauw gekocht. Ik meldde mij
bij de afdeling „Inlichtingen", gaf mijn naam
kaartje af en een paar minuten later zat ik in
de gezellige ontvangsthal, waar Frau Grossmann,
de chef-gastvrouw, mij allerlei wetenswaardigs
over de Schweizerische Ausstellung für Frauen-
arbeit" (Saffa) vertelde. Ondertussen belde zij
het „boerenhuis" op om te vragen of er iemand
van de plattelandsvrouwen vrij was om mij rond
te leiden. Zij kreeg ten antwoord, dat men on
middellijk iemand zenden zou en zo verscheen
enige ogenblikken later een frisse blonde jonge
dame, die aan mij werd voorgesteld als „Fraulein
Elsbeth Aebi, sekretaresse van de Zwitserse Bond
van Plattelandsvrouwen". Snel overlegden de bei
de dames wat ik in de enkele uren, die ik tot mijn
beschikking had, toch zeker moest zien.
p\IE Linie" (de lijn), mocht ik niet overslaan,
daar waren zij het beiden over eens. Kin
derland en de Pouponnière moesten ook op het
programma. Het Boerenhuis, de Woontoren, de
Landbouwhuishoudschool, de afdeling „De vrouw
in dienst van het Volk" moesten óók worden be
zocht.
Eerst vooral nam zij mij mee naar „Die Linie",
waar in een tiental grote felgekleurde tableaux
het werk van Zwitserse voorvechtsters sym
bolisch worden voorgesteld. Men heeft terugge
grepen tot in een vér verleden, waarin vooraan
staande vrouwen op verschillende wijze hun le
ven in dienst van land en volk hebben gesteld.
Toen wij dat alles hadden bekeken, bedacht
Fraulein Aebi, dat ik toch eerst vooral het Huis
van de Kantons moest zien. Zoals men weet, is
Zwitserland in kantons verdeeld, die tezamen de
Zwitserse bondsrepubliek vormen.
Ieder kanton nu heeft een afdeling in dit grote
huis gekregen, waar klederdrachten, handweef
werk, borduurwerk, kant, vlechtwerk en nog vele
andere kostbare zaken waren uitgestald. Een an
tiek en ook een modern wandkleed zijn wel in
het bijzonder in mijn geheugen blijven hangen.
Het eerste is meer dan twee eeuwen geleden ver
vaardigd door een non. Het is geheel met zeer
fijne zijde bewerkt en prachtig van kleur en com
positie. We werden er stil van, toen we voor dit
kunstwerk stonden en vroegen ons af hoeveel
jaren hier wel aan besteed zouden zijn. Het twee
de wandkleed is modern van patroon en in de
gobelinsteek uitgevoerd. Honderdzeventigduizend
maal is de naald door het stramien gegaan om
dit geheel te verkrijgen. Voorwaar een prestatie
in een tijd waarin iedereen haast heeft
\rAN het Huis der Kantons spoedden wij ons
naar het Kinderland, waar kinderen van
verschillende leeftijden zich onder leiding van
kinderverzorgsters uitstekend amuseerden. Ze
konden zowel binnen als buiten spelen. Er was
een vijver, waarin ze hun bootjes lieten varen,
fietsjes, waarop ze rondreden, bergen zand om
met emmertjes en schopjes bewerkt te worden,
maar ook boetseerklei en figuurzagen, boeken en
blokkedozen om bij regenweer binnen gebruikt
te worden. Via het Kinderland kwamen we bij
de „pouponnière" terecht, waar tientallen baby's
worden verzorgd.
1 LERINNERT U zich nog, dat ik een paar
i maanden geledenop onze vrouwenpagi
na vroeg: „Gaat U mee naar de Saffa?" Ik
was toen al half en half van plan naar
Zwitserland te gaan om tijdens een korte
vakantie deze grote tentoonstelling in Zu
rich te bezoeken. Toen het vast stond, dat
de reis door zou gaan, zocht ik kontakt met
het sekretariaat van de tentoonstelling en
vroeg of het mogelijk was een rondleiding
te krijgen. Ik had slechts één morgen ter
beschikkingomdat ik mij 's middags weer
in Lüzern bij ons reisgezelschap wilde voe
gen.
Alles verliep volgens de plannen en, als
zo vaak in het verleden, ervaarde ik ook nu
weer welk een voorrecht het is lid te zijn
van een internationale organisatie. Doordat
onze Nederlandse Bond van Plattelands
vrouwen lid is van de wereldbond van plat
telandsvrouwen, is het zo gemakkelijk kon-
y^takten te leggen in andere landen. j
Moeders, die de Saffa willen bezoeken en geen
hulp voor de kinderen hebben, kunnen hun
baby's in de „pouponnière" afgeven en hun gro
tere kinderen in Kinderland achterlaten. Na
tuurlijk moet één en ander vooruit geregeld wor
den.
Met de snellift waren we in enkele seconden
op het dak van de negen étages hoge woontoren,
vanwaar we een fantastisch uitzicht hadden op
het meer en de besneeuwde toppen van de Alpen.
We konden echter niet lang van het panorama
genieten, maar begonnen meteen de verschillen
de étages te bekijken. Er was zowel aan grotere
gezinnen als aan alleenstaande vrouwen ge
dacht. Ieder kan hier een model voor zijn eigen
woning vinden. Veel blank hout met lak bespo
ten, zodat het een minimum aan onderhoud
vraagt.
WOL trots werd ons later het Boerenhuis ge-
toond. Men heeR zich bij de inrichting hier
van vooral moeite gegeven het probleem van i*>
wonende ouders op te lossen. In Zwitserland is
het nog gebruikelijk, dat, wanneer dé ouders het
bedrijf aan hun zoon overdoen, zij toch in het
zelfde huis blijven wonen. Men heeft, nu op (ie
tentoonstelling een model boerenwoning inge
richt, waarvan de eerste étage voor de ouders
bestemd is. Oma heeft er haar eigen keuken,
haar woon- en slaapkamer. Hét combinatie-foï1
nuis (elektrisch en kolen of hout) is in de keu
ken zó geplaatst, dat hierdoor op een koude zo
merdag wat warmte aan de zitkamer wordt af
gegeven. De bedden in dit huis zijn voorzien van
eigen geweven linnen en61 ook de overgordijnen
waren van handgeweven stoffen.
XTOG even een vluchtige blik in de met zeildoel
overdekte winkelstraat, waar allerlei hand1
werk te koop is, toen was het tijd om afscheid
te nemen. Dank zij mijn vriendelijke leidster zag
ik veel van wat voor ons plattelandsvrouwen be
langrijk is.
In de trein naar Lüzern kwam ik tegenoveï
een Zwitsers echtpaar te zitten. Na een korW
inleiding vroeg de man mij„Hebt U de Salfi
gezien?"
„Ja, ze is bijzonder interessant en goed opg*
zet", antwoordde ik.
- ver-der pa-g. 565)