DE NIEUWE C.A.O. 195
508
Vakarbeiders A
Seizoen-arbeiders
Vakarbeiders B
Ongeschoolden
Gemoedsbezwaar
Vrouwelijke arbeiders
Inwonende arbeiders
Diploma toeslagen
Toeslag
oogst werkzaamheden
losse arbeiders
Toeslagen
bijz. werkzaamheden
ZEEUWS LANDBOUWBLAD
Hoewel het ontwerp C. A. O. waarover in onze Provincie overeenstemming is bereikt,
©m officieel van kracht te worden eerst nog de goedkeuring van de Hoofdafdeling
Sociale Zaken van het Landbouwschap en het College van Rijksbemiddelaars behoeft,
menen wij U nu reeds, onder voorbehoud dat deze goedkeuring komt, te moeten advi
seren over te gaan tot toepassing van deze nieuwe overeenkomst.
Zodra definitieve goedkeuring heeft plaats gehad zullen wij hiervan melding maken
In ons landbouwblad. v
.Wij wijzen onze werkgevers er op dat het in onze bedoeling ligt zodra de C. A. O. in
drukvorm is verschenen deze aan alle werkgevers toe te zenden.
Niettemin zouden wij ieder die met vreemd personeel werkt willen adviseren
de pagina's waarop de nieuwe loonregeling is beschreven goed te bewaren. Wellicht
kunt U door het grondig bestuderen van deze uiteenzetting, moeilijkheden in de toe
komst voorkomen!
De nieuwe regelingen zijn als volgt:
Voor vaste vakarbeiders A op weekloon:
Leeftijd:
1 mei t/m
1 dec. t/m
1 mrt t/m
30 nov.
28 febr.
30 apr.
17 jaar
48,01
42,76
48,01
18 jaar
54,75
48,76
54,75
19 jaar
63,17
56,27
63,17
20 jaar
69,91
62,27
69,91
21 jaar
75,81
67,52
75,81
22 jaar
80,02
71,27
80,02
2365 jaar
84,23
75,02
84,23
65 jaar en ouder 77,00
68,39
77,00
In deze weeklonen is niet begrepen de extra be
loning voor arbeid op zaterdagmiddagen en zon
en feestdagen. Deze arbeid moet worden beloond
overeenkomstig het bepaalde in artikel 37.
De basis-uurlonen bedragen
Leeftijd: Leeftijd:
17 jaar 0,87 21 jaar 1,38
18 jaar 1,22 jaar 1,46
19 jaar 1,15 23—65 jaar 1,53%
20 jaar 1,27 65 jaar en ouder 1,40
Voor vaste vakarbeiders A op uurloon:
Leeftjjd
1 mei t/m
1 dec. t/m
1 mrt t/m
30 nov.
28 febr.
30 apr.
17 jaar
0,85
0,86
0,85
18 jaar
0,97
0,98
0,97
19 jaar
1,12
1,13
1,12
20 jaar
1,24
1,25
1,24
21 jaar
1,34
1,36
1,34
22 jaar
1,42
1,43
1,42
2365 jaar
1,49
1,51
1,49
65 en ouder
1,36
1,37%
1,36
Leeftijd:
0,84
21 jaar
1,32
0,%
22 jaar
1,40
1,10
23—65 jaar
1,47
1,22
65 jaar en ouder
1,34
Voor vaste vakarbeiders B op uurloon,
welke ook in akkoord werken:
Leeftijd:
1 mei t/m
1 dec. t/m
1 mrt t/m
30 nov.
28 febr.
30 apr.
17 jaar
0,82
0,83
0,82
18 jaar
0,93
0,94
0,93
19 jaar
1,07
1,09
1,07
20 jaar
1,19
1,20
1,19
21 jaar
1,29
1,31
1,29
22 jaar
1,36
1,38
1,36
2365 jaar
1,43
1.45
1,43
65 jaar en
ouder 1,30
1,32
1,30
Voor vaste vakarbeiders B op uurloon,
welke nimmer ln akkoord werken:
Leeftijd: Leeftijd:
17 jaar 0,84 21 jaar 1,32
18 jaar 0,95% 22 jaar 1,39%
19 jaar 1,10 23—65 jaar 1,47
20 jaar 1,22 65 jaar en ouder 1,34
Voor losse vakarbeiders B op uurloon:
Leeftijd: Leeftijd:
17 jaar 0,80 21 jaar
18 jaar 0,91 22 jaar
19 jaar 1,05 2365 jaar
20 jaar 1,16% 65 jaar er. ouder
1,26%
1,33%
1,40%
1,23
Voor losse vakarbeiders A op uurloon:
Leeftijd: Leeftijd:
17 jaar 0,84 21. jaar 1,32
18 jaar 0,95 22 jaar 1,39
19 jaar 1,10 2365 jaar 1,46%
20 jaar 1,22 65 jaar en ouder 1,28%
Voor vaste arbeiders B op weekloon:
Leeftijd: lmeit/'m Idee. t/m lmrtt/m
30 nov. 28 febr. 30 apr.
17 jaar 45,98 40,95 45,98
18 jaar 52,44 46,70 52,44
19 jaar 60,50 53,89 60,50
20 jaar 66,96 59,64 66,96
21 jaar 72,60 64,67 72,60
22 jaar 76,64 68,26 76,64
23—65 jaar 80,67 71,35 80,67
65 jaar en ouder 73,68 65,43 73,68
In deze weeklonen is niet begrepen de extra be
loning voor arbeitj op zaterdagmiddagen en zon
en feestdagen. Deze arbeid moet worden beloond
overeenkomstig het bepaalde in artikel 37.
De basis-uurlonen bedragen:
Leeftijd:
17 jaar
18 jaar
19 jaar
20 jaar
Voor seizoen-arbeiders:
Leeftijd:
17 jaar 0,74%
18 jaar 0,85
19 jaar 0,98
20 jaar 1,09
Leeftijd:
21 jaar
22 jaar
2365 jaar
65 jaar en ouder
1,18
1,24%
1,31
1,14%
1,01
1,07
1,12%
0,98
Leeftijd: Leeftijd:
17 jaar 0,64 21 jaar
18 jaar 0,73 22 jaar
19 jaar 0,84% 2365 jaar
20 jaar 0,93% 65 jaar en ouder
In AFWIJKING van het bovenstaande geldt:
a. ten aanzien van arbeiders, aan wie wegens
het hebben van gemoedsbezwaren tegen iede
re vorm van verzekering vrijstelling is ver
leend van de verplichting tot deelneming aan
het Bedrijfspensioenfonds voor de Landbouw;
b. ten aanzien van arbeiders, voor wie zodanige
verplichting wèl bestaat, doch die werkzaam
zijn bij een werkgever, aan wie terzake van
het hebben van gemoedsbezwaren tegen iede
re vorm van verzekering vrijstelling is ver
leend van de verplichting tot premiebetaling;
voor de 21- tot 65-jarigen, als tijdloon een
bedrag, dat per week 1,75 of per uur 3%
cent lager is;
voor de 17- t/m 20-jarigen als tijdloon een be
drag, dat per week 0,88 of per uur 2 cent
lager is.
De bijslagen met betrekking tot de Wachtgeld
en Werkloosheidsverzekering en de Algemene
Ouderdomswet zijn in deze lonen verwerkt. De
compensatiebijslag; huurverhoging 1957 niet. (Deze
bedraagt voor arbeiders ouder dan 23 jaar 2,10
per week.)
Voor losse vakarbeiders B op uurloon:
Leeftijd: Per uur:
17 jaar 0,67
18 jaar 0,81
19 jaar en ouder 0,95
Voor seizoenarbeiders:
Leeftijd: Per uur:
17 jaar 0,62
18 jaar 0,75
19 jaar en ouder 0,88
Voor ongeschoolden
Leeftijd: Per uur:
17 jaar 0,53
18 jaar 0,64
19 jaar en ouder 0,75
Voor inwonende arbeiders geldt een tijdloon ate
hierboven voor niet-inwonende arbeiders met over
eenkomstige functie is bepaald.
Het voor kost en inwoning e.d. in mindering te
brengen bedrag zal tenminste 15 en ten hoogste
17,50 per week bedragen.
Voor de volgende diploma's worden de daar
achter vermelde toeslagen verstrekt:
Per week:
diploma landbouwspuiten 1,—
melkersdiploma 1,—
diploma trekkerbestuurder in de landbouw 1,
De diploma's, die behoren bij een zgn. basis
opleiding (bijv. Lagere Landbouwschool en Land-
bouwwintercursus) worden niet meer apart ge
waardeerd, daar hiermede reeds rekening is ge
houden bij de werkclassificatie.
Voor de hierna te noemen werkzaamheden moe
ten de volgende toeslagen op het geldende tijdloon
worden betaald:
Oogst werkzaamheden, waaronder te verstaan?
kantenzichten of -snijden, binden, ophokken en
binnenhalen van vlas, granen en peulvruchten, het
rooien van aardappelen met volautomatische rooi-
machines en het laden en lossen van aardappelen
tijdens de aardappeloogst 13 cent per uur extra.
Voor de hierna te noemen werkzaamheden moe
ten de volgende toeslagen op het geldende uurïoo»
worden betaald:
Sproeiwerkzaamheden in de landbouw 16 cent
per uur;
Dorsen met eigen garnituur en voor het behulp
zaam zijn bij een loondorser 16 cent per uur;
Voor de aardappelselectie:
voor aardappelen, die in de maximaal bereikbare
klasse worden goedgekeurd 25,per ha;
voor aardappelen, die één klasse lager worden
geclassificeerd dan de maximaal bereikbare klasse^
10,per ha.
Andere bijzondere werkzaamheden dan de hie^
boven genoemde worden niet meer met een toeslag
gewaardeerd; daar hiermede bij de werkclassifica
tie reeds rekening gehouden is.