VERZILVERING VAKANTIEBONNEN LANDBOUWPRODUKTEN-AFZETDAG 421 TWEEDE ZOMERVERZILVERING 1958 Z.L.M. sprak mening uit A J ZEEUWS LANDBOUWBLAD ZATERDAG 21 JUNI 1958 TJ ET Landbouw Coöperatie Centrum voor Zuidwestelijk Nederland te Goes organiseerde op verzoek van en in nauwe sa menwerking met de bij het Cen traal Bureau aangesloten aan- en verkoopverenigingen in het werk gebied van het L. C. C. een land- bouwprodukten-afzetdag op don derdag 12 juni j.l. Vraagstukken, die samenhan gen met het landbouwbedrijf en de afzet van de produkten o.a. financiering, marktverkenning en -analyse, beurswezen, verwer king van de oogst, kwaliteits beoordeling, Euromarkt en vrij handelszone kwamen aan de orde. Onder leiding van de voor zitter van het L. C. C., de heer Ir M. A. Geuze, werden deze be handeld door een 6-tal sprekers, waaronder de direkteur van het Centraal Bureau te Rotterdam, de heer Ir. Y. de Boer, de direk teur van de Centrale Raiffeisen- bank te Utrecht, de heer H. J. Hendriksen, de heer P. Luitse wnd. secretaris van de vereni ging de „Rotterdamse Koren beurs", alsmede de heer P. J- Bom, vice-voorzitter van het L. C. C. en de heer B. W. Alink, direkteur van de C. Z. A. V. te Wemeldinge. ]V A het openingswoord door de heer Ir, M. A. Geuze, die zijn voldoening uitsprak over de grote belangstelling, ongeveer 300 personen woon den de bijeenkomst bij, sprak hij over: „De afzet in het kader van de landbouwpolitiek en de P.B.O." DE AFZET. Spreker behandelde het verbruik van de land- bouwprodukten. Hij kwam daarbij tot de konklu- sie, dat hoewel de export van groot belang is, de binnenlandse afzet toch zeker de volle aandacht dient te hebben, waarbij de bevolkingsaanwas een belangrijke rol speelt. Het verband met de P. B. O. schetste spr. door de verschillende maatregelen in de loop der laatste 30 jaren aan te halen. Het afsetprobieem is niet los t« denken van deze regelingen. Desondanks moeten wij niet alles van de Overheid verwachten, maar mede door de coöperaties zelf de hand aan de ploeg slaan. De P. B. O. heeft nog vele hiaten. Zo is er geen produktschap yoor o.a. suiker, vlas en pootaardappelen. Daar de elasticiteit in de landbouwsector gering is, zouden bij volledige vrijheid sterke schomme lingen op sociaal gebied en in de landbouw onver mijdelijk zijn. Anderzijds voelen we ook niet voor volstrekte ordening. Nederland bewandelt dan ook de tussenweg door allerlei maatregelen te nemen ter bescherming van de produktie en de afzet. Frankrijk zal de eerste tijd nog vele poli tieke moeilijkheden hebben, hetgeen tot vertra ging van de samenwerking kan leiden. Dat neemt niet weg dat een her-oriëniatie noodzakelijk wordt. Met nadruk noemde Ir. Geuze in dit verband het belang van de kwaliteit van de produkten, waarbij Nederland een natuurlijke voorsprong heeft, die we moeten benutten. Naast het kostenbesef moet ook het kwaliteits besef vergroot worden. Wat dit laatste betreft gaat de kost voor de baat uit. DE MARKT. ANSLUITEND hierop sprak de heer P. J. Bom over het belang van een rustige marktontwik keling en een geregelde afzet. De boer zal niet alles van de markt af kunnen weten, immers naast de marktberichten dienen we de achtergron den te kennen. Individueel zal dit geen gemakke lijke zaak zijn. Bovendien gaat de concentratie nog steeds verder. Hieruit kunnen marktconcen- traties ontstaan, die leiden tot ongewenste toe standen voor de boer. Vanzelfsprekend moet de boer daartegen waken, door in organisatorisch verband op te treden en de invloed op de markt, die van een niet te schatten belang is, te vergroten door de versterking van de coöperatie. Poolvor- ming die tevens aanleiding kan zijn tot een rus tige marktontwikkeling, zal van groot nut kunnen zijn. ROTTERDAMSE KORENBEURS. P)AT de Rotterdamse Korenbeurs in het handels- verkeer een gewaardeerde functie vervult, wordt algemeen erkend. Na de eeuwwisseling nam door de sterk vergrote produktie van akkerbouw- produkten het handelsvolume enorm toe. Ook het aantal handelaren breidde zich steeds uit, en zo ontstond ook in de kringen van de binnenlandse graanhandel de noodzaak van ordening van het handelsverkeer. De heer *P. Luitse, die zijn voordracht historisch en humoristisch opbouwde, stond uitvoerig stil bij de „spelregels" die uit 44 artikelen bestaan plus de arbitrage bepalingen. Samenvattend kan men het zo stellen, dat de bepalingen van de Rotter damse Korenbeurs als het ware een wet vormen, waaraan partijen zich geheel vrijwillig onderwer pen. Een wet, die geacht wordt in iedere koop- en verkoopovereenkomst te zijn opgenomen. Leden van de vereniging zijn zowel handelaren, coöpera ties, makelaars en andere tussenpersonen. De arbitrage is de belangrijkste functie van de Rotterdamse Korenbeurs waarvan de grote be tekenis in de gehele graanhandel wordt erkend. De korenbeurs kent twee groepen van geschillen, namelijk kwaliteitsgeschillen en handelsgeschillen. De aangewezen arbiters behandelen voorkomende geschillen en doen uitspraak. DE EUROPESE GEMEENSCHAP. .A/IIDDAGS hield de heer Y. de Boer een in- s iTA leiding over „de afzet van granen, zaden en peulvruchten binnen de Europese Gemeenschap." Spr. constateerde, dat het in de bedoeling ligt om de harmonische ontwikkeling van de economi sche activiteiten binnen de gehele gemeenschap te bevorderen en wel in het bijzonder door de op heffing van de onderlinge handelsbelemmeringen en o.m. door de opbouw van een gemeenschappe lijke agrarische politiek. Een snelle aanpassing op het gebied van de landbouw is echter moeilijk, om dat een verhoging van de produktiviteit van de landbouw, het verzekeren van een redelijke levens standaard voor de agrarische bevolking en de sta bilisatie van de markt niet snel te verkrijgen zijn. Er zijn mogelijkheden geschapen om door middel van bijv. een minimum prijzenstelsel deze land bouwdoeleinden te beveiligen. Het zal echter jaren duren vóór men komt tot een open markt-verkeer en een gemeenschappelijke agrarische politiek. Wat betreft de kostprijsverschillen in de ver schillende landen, slaat Nederland een zeer goed figuur en daardoor vreest het buitenland Neder land als exportland. Frankrijk stelt zich voor een exportland van allure te worden. Duitsland stelt voorlopig de eigen zelfvoorziening als doel. Al deze moeilijk heden op dit gebied moeten worden opgelost, want de samenwerking tussen de landen is een eis des tijds en allerlei groepen uit het bedrijfsleven zul len elkaar moeten vinden. FINANCIERING. IA E direkteur van de Centrale Raiffeisenbank te -L' Utrecht, de heer H. J. Hendriksen, legde er de nadruk op, dat bij het crediet-verstrekken de zekerheid voorop gaat en daarnaast de doelmatig heid. Wanneer de boer of tuinder reeds een beroep doet op de financier vanaf het moment, dat hij de grondbewerking begint, dan zal door het jaarlijks oplopende kostenpeil steeds meer geld nodig zijn. De moeilijkheid blijft echter om voor de vele uit eenlopende gevallen een behoorlijke zekerheid te construeren. De taak van de boerenleenbanken is, om voor de vele uiteenlopende gevallen een behoor lijke zekerheid te scheppen. Tot nu toe zijn 30 soorten van zekerheidsstellingen mogelijk en het is voor de boer en de tuinder uiteindelijk zó, dat, als ze crediet nodig hebben, bijna steeds een be roep mogelijk is op de boerenleenbank. OOGSTVER WERKING. A LS derde spreker na de middag trad op Je heer Alink. In zijn voordracht schetste hij de geschiedenis van de oogstmethoden van na de tweede wereldoorlog. Het blijkt, dat door de cen trale verwerkingsbedrijven de boer onafhankelij ker van de weersomstandigheden is geworden. Het werk en de zorg voor het produkt kunnen nu over gedragen worden aan deze bedrijven. De indivi duele afwerking van het produkt biedt voor de boer weinig voordelen. Zeker niet, als op de boer derij hiervoor geïnvesteerd moet worden. Ook de voordelen van een goede startpositie voor de afzet, die het centrale verwerkingsbedrijf kan innemen, spreken dan niet. KWALITEIT. /A PNIEUW kwam de eis van een goede kwali- teit ter sprake. In zijn tweede causerie onder streepte de heer Ir. Y. de Boer nogmaals dit be langrijke punt. Volgens spr. behoort de kwaliteits controle zo dicht mogelijk bij het bedrijf te staan en slechts wanneer dit niet lukt dient de overheid de nodige opvoedende maatregelen te nemen. In verband met de peulvruchtenmarkt merkte spr. op, dat tussenkwaliteiten zijns inziens geen oplossing bieden en tot marktverlies leiden. Spr. acht het daarom beter een kwaliteit in te stellen, die of heel goed of slecht is. A AN het eind van deze geslaagde bijeenkomst memoreerde de voorzitter, Ir. M. A. Geuze, alle besproken punten in het kader van de boer en zijn afzet. Hij stelde vast, dat nog vele problemen, waarmede de boer en tuinder te maken heeft, over blyven. Vraagstukken, die niet naast ons neerge legd dienen te worden, maar die in eigen en bredere kring bekendheid vereisen. Hij besloot met er op te wijzen, dat we, als leve ranciers van kwaliteitsproducten, onze naam hoog moeten houden. LT ET bestuur van het Vakantiefonds voor de 11 Landbouw deelt mede, dat arbeiders, die hun restant aan oude vakantiebonnen van het boek jaar 19571958 (kenbaar aan de opdruk „Geldig tot en met 30 april 1958") nog niet hebben laten verzilveren, deze bonnen thans ter verzilvering moeten inleveren in de periode van vrijdag 20 juni tot en met zaterdag 28 juni d.a.v. De uitbetaling van de voor de ingeleverde bon nen verschuldigde gelden zal plaats vinden in de periode van vrijdag 18 juli tot en met zaterdag 26 juli d.a.v. Met nadruk zij er op gewezen, dat dit dus de LAATSTE gelegenheid zal zijn tot het doen ver zilveren van vakantiebonnen van het boekjaar 1957—1958. Hierna zal onder geen enkele voorwaarde meer tot verzilvering van vakantiebonnen van dat boekjaar kunnen worden overgegaan. De cheque- In 1957 zond de Z. L. M. aan de Afdelin gen een vraag-punt rond over de vestigings eisen in de landbouw. De vragen en ant woorden vermelden wij hieronder: 1) Acht U het gewenst eisen te stellen aan de praktische en theoretische kennis van de boer, die een bedrijf wil beginnen? Vóór: 27 afdelingen Tegen: 12 afdelingen 8 „bevorderen" 8 ,,wel gewenst" 2) In welke vorm dienen deze eisen naar Uw mening gesteld te worden: a) i.d.v.v. meerjarige praktische ervaring b) i.d.v.v. diploma lagere landbouwschool c) i.d.v.v. minimum bedr. grootte. Vóór a: 27 afdelingen Vóór b: 23 afdelingen Tegen b: 10 afdelingen Vóór c: 8 afdelingen d) i.d.v.v. minimum kredietwaardigheid Vóór d: 7 afdelingen bonnen, die door het Vakantiefonds voor de Landbouw zijn uitgereikt aan arbeiders, die we gens herhalingsoefeningen in werkelijke dienst zijn geweest, kunnen terzelfdertijd worden inge leverd. Deze chequebonncn zullen alleen dan worden verzilverd, indien men zich op voldoende wijze kan legitimeren. Worden de chequebonnen ten behoeve van (een) ander(en) aangeboden, dan zal een machtiging moeten worden overge legd, waaruit blijkt, dat men bevoegd is de chequebonnen te laten verzilveren. Het inleveren van bonnen kan uitsluitend ge schieden bij een plaatselijk penningmeester van één der navolgende bonden: Algemene Nederlandse Agrarische Be- drijfsbond, Nederlandse Christelijke Lendarbeiders- bond, Nederlandse Katholieke Landarbeiders- bond „St. Deusdedit". De penningmeester, bij wie men zijn bonnen heeft ingeleverd, zorgt t.z.t. eveneens voor de uitbetaling van de verschuldigde gelden. Vakan tiebonnen, welke niet zijn geplakt in de daar voor bestemde opplakboekjes van het Vakantie- fonds voor de Landbouw, kunnen niet worden aangenomen. Bedoelde boekjes zijn eveneens bij de plaatselijke penningmeesters van bovenge noemde bonden verkrijgbaar. Tenslotte zij hierbij nog medegedeeld, dat de bonnen van het boekjaar 1958—1959, welke na 1 mei 1958 in omloop zijn gebracht, thans nog in geen geval ter verzilvering kunnen worden aan genomen. (Verschijnt wekelijks) Hoofdredacteur mr J. F. G. Schlingemann Redacteur N. Sickenga Redactie en Administratie: Grote Markt 28, Goes. Telefoon K 1100-2345

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1958 | | pagina 5