De MELKPRODUKTIE van VAARZEN
KORTE WENKEN
431
r JPËL UIT EEN geheim
als norm voor het produktievermogen van koeien
GESLAAGD
ZATERDAG 21 JUNI 1958
BEURSBERICHT MARKT GOES, 17 JUNI 1958.
Mas.
Er bestaat veel belangstelling voor het groene
vlas te velde, waarvoor prijzen van 12001500
per ha worden betaald met alle werkzaamheden
voor rekening van de koper.
Voor levering uit de schelf wordt 1617 cent per
kg betaald. In beide gevallen betreft het aankoop
van beste partijen.
Hooi.
Lucernehooi wordt verkocht voor 70,per ton
op de ruiter, met perskosten voor rekening van ver
koper.
Eieren.
De eieren noteerden 2,04 per kg.
FRUIT AFZET 11—17 JUNI 1958.
De afzet van kruisbessen ging regelmatig verder
in de afgelopen week. Er kwamen dagaanvoeren
voor van 10 tot 18 ton per dag per veiling. De prij
zen waren wel schommelend maar overwegend toch
zo dat de nu meer uitgegroeide kruisbessen behoor
lijk werden betaald. Van in het begin van deze week
ruim 50 cent liepen de noteringen op tot 70, daarna
weer aflopend tot 66, naar 58 cent per kg. Kleine
maat kruisbessen werden verhandeld rond 50 cent
per kg.
De aardbeienaanvoer nam in de vroege rassen vrij
sterk toe. Plaatselijk was er geen grote aanvoer in
doosjes. Hiervoor daalde de prijs echter nogal.
Maandag en dinsdag deden deze per doosje van 250
gram: I 2535, II 2028. De kg-prijs in chips, met
dop, daalde eveneens sterk, I deed 95—112, II 70
100. afwijkend 45—75.
Vanaf maandag werd begonnen met het veilen
van aardbeien zonder dop. De prijzen hiervoor waren
voor de meeste rassen hoger dan in de consumptie
veilingen. Een toename van de aanvoer zonder dop
wordt daarom zeker geacht. Voor de betrekkelijk
nog kleine hoeveelheden trad een flink verschil in
prijszetting naar voren. Zo deden Regina en
Machauch's Fruhernte van 126141, Jucunda 121
122 en Madame Moutot slechts 8891 cent per kg.
De nieuwere en vastere rassen blijken door de
fabrieken heel wat hoger gewaardeerd te worden,
al moet er op gelet worden dat het om nog kleine
kwanta ging. Een tamelijk opvallende nieuwigheid
was de Senga Sengana, een fox-se vrucht met een
wel donkere kleur, welke ook binnenin rood is. Zo
is er in de aardbeien regelmatig iets nieuws te zien,
waarvan pas in latere jaren moet blijken of het een
blijvende verbetering zal zijn.
VEEMARKT ROTTERDAM.
Op de veemarkt te Rotterdam waren in totaal
aangevoerd 5503 dieren, zijnde: 2100 vette koeien en
ossen en gebruiksvee, 350 vette en graskalveren, 675
nuchtere kalveren, 898 varkens, 34 biggen, 99 paar
den, 4 veulens, 203 schapen of lammeren, 1115 weide-
lammeren, 25 bokken of geiten.
De notering was als volgt:
Vette koeien ƒ2.50ƒ3,30; Vette kalveren (lev.
gew.) ƒ2,10ƒ3,05; Varkens (lev. gew.) ƒ1,68
ƒ1,72; Slachtpaarden ƒ1,902,30, alles per kg.
Melk- en kalf koeien ƒ850ƒ1200; Vare koeien
ƒ680—ƒ900; Vaarzen 600 -ƒ925; Pinken ƒ400—
ƒ650; Graskalveren 300ƒ500; Nuchtere kalveren
ƒ52—ƒ72; Biggen ƒ38—ƒ58; Schapen ƒ75—ƒ95;
Lammeren ƒ75ƒ100; Weidelammex-en ƒ40ƒ65,
alles per stuk.
VEEMARKT VHERTOGENBOSCH.
Op de veemarkt te 's-Hertogenbosch waren woens
dag aangevoerd 5439 stuks vee, nl. 1456 runderen,
112 graskalveren, 779 vette kalveren, 485 nuchtere
kalveren, 145 schapen, 17 geiten, 786 lammeren, 33
fokzeugen, 354 slachtvarkens, 28 lopers, 1244 biggen.
De prijzen waren, behoudens uitzonderingen voor
dieren van buitengewone kwaliteit, als volgt:
Melk- en kalfkoeien ƒ7001225; Guisle koeien
ƒ680 -ƒ975; Kalfvaarzen ƒ750—ƒ1200; Klemvaar-
zen ƒ715925; Güiste vaarzen ƒ690ƒ840; Pin
ken ƒ460—ƒ675; Graskalveren ƒ280—ƒ425; Nuch
tere kalveren voor fok of mesterij ƒ70225; Wei-
deschapen ƒ40ƒ70: Ooien met lammeren ƒ100
ƒ155; Lammeren ƒ35ƒ55; Drachtige zeugen 285
385; Lopers ƒ62ƒ72; Biggen ƒ4253, alles
per stuk.
Slachtrunderen: aanvoer 664 stuks. Extra kwali
teit ƒ3,30—ƒ3,50, le kw. ƒ3,15—ƒ3,30, 2e kw. 2.80
—ƒ3,10. 3e kw. ƒ2,60—ƒ2,80; Vette stieren ƒ2,85—
ƒ3,20; Worstkoeien 2,50ƒ2,65, alles per kg ge
slacht gewicht.
Vette kalveren le kw. 2,55ƒ2,95; idem 2e kw.
ƒ2,15— ƒ2,45; idem 3e kw. ƒ1,85—ƒ2,10; Nuchtere
slachtkalveren 1,35ƒ1,60; Slachtvarkens ƒ1,56
ƒ1,68; Slachtzeugen le kw. 1,42-—1,48; idem 2e
kw. 1,321,40, alles per kg lev. gew.
Vette schapen ƒ75—ƒ105; Vette lammeren ƒ70—
ƒ95; Nuchtere slachtkalveren ƒ4567,50, alles
per stuk.
17 juni.
"O ET vakantieseizoen is voor ons in de laatste
AJ helft van juni: Begin juli krijgen we het
koolzaad- en de karwij-oogst al weer en het vlas
volgt kort daar op.
We gaan er ook eens uit; elk mens heeft dit
nodig. Zo eens een paar dagen alles kwijt te zijn.
Vroeger was dat er niet bij, de mensen hadden
geen vakantie nodig, ze wisten 't nog niet. Maar
nu is 't voor vele mensen een groot gebeuren. Da
gen te voren zitten ze al te peinzen waar ze dit
jaar naar toe zullen gaan. Hoe verder, hoe lie
ver. Ze maken grote tochten en meestal komen
ze vermoeider van vakantie thuis, dan ze weg
gingen.
We gaan Nederland eens door, onze vrienden
eens opzoeken in 't Noorden van ons land, genie
ten van de mooie natuur van bos en hei en ook
van onze nieuwe polders, want 't bloed kruipt,
waar het niet gaan kan.
Buurman Willem zei: „Ik gae der ok is uut,
maer nae waer, weet ik nog nie. M'n vrouwe \Cil
dolgraeg nae de Expo, maer ik gae liever ons land
is deur om overol js te neuzen. Maer nae de Expo,
mot ik toch ok, want zo dichtbie as Brussel komt
de waereldtoonstellige in gin jaeren en een mens
leeft maer eens, waer of nie? Ik bin a twi keer
in Brussel ewist voor veertig, meen ik. En is één
keer voe de oorlog van 1418. maer daer weet ik
niet vee mae van. Plone zei, dat ze der ok is ge
wist mee een kennis van der, ok een Zeeuwse
boerinne. Die is toen in der erm ebeten van een
neger uut Afrika. Ie docht dat *t nie echt was!
Noe was Bette van Wanne ok nie op der mondje
evollen en gaf die neger een klap op z'n zwart
gezicht, dat 't niet mooi maer was, en ie der van
deur, oor!"
„Ik wou zo graag is in dat atomium klummen",
zei Willem, „dan kun je eel de toonstelling over
zien". „Ze vertellen, dat et er nog a diere is", zei
Plone. „Verol de eterij maer in Olland kun je ok
wel is diere uut wezen. We zatten is in den aag
in een prachtig café, daer niet van, maer de kof
fie was slecht en we mosten 3 kwartjes betalen
voe één bakje leut, dat is toch ok braef diere".
„Jae, as je uut gaet,' raekt je geld kwiet", zei
Wiliem. „Maer je mot uutkieken waer je in gaet.
Zakt je in 't pluus dan is 't dierder dan op de
matten. Maer as we nae de Expo gaen, dan ore
julder der nog wel van, oor".
W OOR een doelmatige selectie van melkvee is
de melkproduktiecontrole een algemeen aan
vaard hoewel in Zeeland nog te weinig toege
past middel. Het is hierbij echter van econo
mische betekenis reeds van de jonge koeien, al
of niet reeds geselecteerd op grond van een be
kende goede afstamming, te weten hoe het met
de te verwachten levensproduktie zal zijn ge
steld.
Nederlandse onderzoekingen hebben aange
toond, dat de eerste kalfskoeien van het zwart
bonte Fries-Hollandse veeslag dooreengenomen
63 geven van hetgeen ze later in een nor
male melkperiode kunnen produceren. De ma
ximale produktie wordt bij het gros van de
koeien pas na het 4de kalf bereikt. Genoemde
ontplooiing van de produktie met het vorderen
van de leeftijd kan echter bij de dieren indivi
dueel sterk uiteenlopen, zodat zich vrij grote af
wijkingen van dier tot dier kunnen voordoen.
Deze variaties in het produktieverloop van jonge
koeien kunnen het gevolg zijn van de erfelijke
aanleg, waarvan het meer of minder vroeg rijp
zijn ook afhangt, maar worden daarnaast sterk
beïnvloed door de bedrijfsomstandigheden (voe
ding en verzorging).
Het is tot heden een vrij algemeen aanvaard
feit, dat voor een «goede beoordeling van de pro-
duktiviteit van jonge koeien tenminste 2, en
liefst 3 melklijsten, na afsluiting beoordeeld
moeten kunnen worden om geheel zeker te zijn
bij de selectie (al of niet uitstoten). De laatste
jaren zijn op dit terrein evenwel belangrijke
aanvullende onderzoekingen gedaan. Een drijf
veer is hierbij geweest de grote wenselijkheid om
bij K.I.-stieren die uiteraard zeer intensief
voor de fokkerij kunnen worden gebruikt zo
snel mogelijk een betrouwbaar beeld te hebben
van de produktievererving. Men is bij het af
stammelingen-onderzoek gedwongen zich gro
tendeels te baseren op de melkproduktie van
vaarzen. Al is het verband tussen melkopbrengst
door ir. W. L. HARM SEN.
in de 2de t.o.v. de 1ste melkperiode bij individuele
koeien niet sterk gebleken, behoeft dit niet het
geval te zijn wanneer wij groepen dochters van
één stier vergelijken.
T N Engeland heeft men bij meer dan 1200 stïe-
ren van de 4 melkrassen waaronder ook het
Brits-Friese zwartbonte bestudeerd in hoe
verre de produkties van groepen dochters na het
eerste kalf overeenstemmen met die op oudere
leeftijd. De conclusie van dit onderzoek was dat
selectie van stieren op melkproduktie-vererving,
uitsluitend gegrond op de produkties van de
dochters als eerste kalfskoeien, zonder grote
fouten kan worden toegepast. M.a.w. de groep
dochters die als melkvaars goed produceren,
blijken ook op oudere leeftijd goed te zijn. De
stijging in opbrengst met de leeftijd bleek bij
groepen dochters van goed verervende stieren
even sterk te zijn als die bij dochters van stie
ren, die de melkproduktie slecht vererfden.
Dit betekent dus ook, dat de produktie in de
eerste lactatieperiode als basis voor selectie vol
doende betrouwbaar is. Maar men dient hierbij
wel te bedenken, dat deze resultaten zijn ver
kregen bij gemiddelde produkties van vrij grote
aantallen jonge koeien. Individueel kunnen
aanzienlijke variaties voorkomen, zowel als ge
volg van erfelijke verschillen als van afwijkende
levensomstandigheden. Wanneer men echter de
laatste ernstig in aanmerking neemt bij vroeg
tijdig selecteren, zal men redelijke kansen heb
ben voor de juiste teeltkeus.
Voor het examen leraar Landbouwwerktuigen
kennis slaagde o.a. de heer A. F. M. v. d. Acker uit
IJzendijke.
Op een kleiner kleibedrijf passen twee trekkers
niet. Een trekker moet dus aLle voorkomende werk
zaamheden kunnen verrichten. Het beste voldoet
hieraan een trekker van circa 25 pk. Zo'n trekker
is sterk genoeg om te ploegen en niet te zwaar
voor zaai-, wied- en aanaardwerk.
Vele boeren hebben vernomen, dat de verge-
lingsziekte in bieten, die overgebracht wordt
door luizen, te voorkomen is door deze luizen
dood te spuiten. Spuit echter niet zo maar raak.
De spuitmiddelen tegen dit insekt zijn duur en
zwaar giftig. Voordat men tot bestrijding be
sluit is het raadzaam eerst goed bij uw rayon
assistent te informeren.
Een ruiter is niet als een kapstok waar men
alles aan kan hangen. Ruiteren moet vakkundig
gebeuren. Op de juiste wijze optassen in niet te
grote repen en de kop van de ruiter goed af
sluiten. Alleen dan heeft ruiteren voordelen. Af
waaien en inregenen wordt dikwijls veroorzaakt
door slordig optassen. Dit geldt voor alle ruiter-
typen.
Is er deze nazomer nog kalk nodig op de stop
pel? Wanneer U hiervoor schuimaarde wilt ge
bruiken, dan is het nu zo langzamerhand tijd
deze van de fabriek te betrekken. De schuim
aarde is nu droog, het is wat minder druk op
het bedrijf en ze kan nog eens goed fijngemaakt
worden voor de tijd van aanwending aanbreekt.
Dikwijls worden de zeugen met biggen binnen
gehouden. Wanneer er echter een mogelijkheid
is om ze buiten ta laten dan moet men dit zeker
doen. Kan dit niet, zorg dan dat de biggen da
gelijks de beschikking hebben over een humus-
rijke graszode. U zult zien, dat de gezondheid
van de jonge dieren hierdoor wordt bevorderd.