LANDBOUWWERKTUIGEN ZATERDAG 26 APRIL 19$8 In Straatsburg NJ Zitdagen Boekhoud- bu reau No. 2425 Frankering bij abonnement: Terneuzen 4«e Jaargang: ZEEUWS LANDBOUWBLAD waarin opgenomen DE BOERENJEUGD Officieel Orgaan van de ZEEUWSE LANDBOUWMAATSCHAPPIJ en de LANDBOUW JONGEREN GEMEENSCHAP ZEELAND -pv E jaarlijkse tentoonstelling van landbouwwerktuigen in Frankrijk is voor het eerst sinds 30 jaar niet in Parijs georganiseerd. Deze decentralisatie \s een proef die enige jaren zal worden voortgezet; voor '59 heeft men Tours in Midden-Frankrijk op het oog. Bij een vergelijking van Parijs in '57 en Straatsburg in '58 is het wel duidelijk, dat de omvang van het geheel in Straatsburg nogal wat minder was. Vooral verschillende grote importeurs lieten verstek gaan, zodat er weinig Amerikaans en Duits materiaal was. Daardoor kreeg de Franse industrie wat meer kans en deze was dan ook in grote getale aanwezig. ER waren meer dan 500 exposan ten van wie er ruim 80 voor het eerst aanwezig waren. De totale ex- sitie-oppervlakte was in Straatsburg ruim 4 ha, waarvan 1,8 ha in over dekte hallen; voor een Europese ten toonstelling wel een beperkte opper vlakte. Buitenlandse fabrikaten wa ren er 126, dus nog een behoorlijk aantal. Nederland was zeer gering vertegenwoordigd. Ons land had zich beperkt tot een voortreffelijke inzen ding van de Fa Brouwer uit Ouden bosch: wat aardappelrooiers, op- laders, wagens en assen. Verder was er de pendelstrooier van Vicon en ontdekte ik plastic borgringen af komstig van een Amsterdamse firma Dubro. Andere Nederlandse inzen ders, die wel geregeld in Parijs wa ren, waren nu afwezig. De keuze van Straatsburg is een gevolg van verschillende overwegin gen, Zo hoopte men door het ont breken van de D. L. G.-tentoonstel- ling veel bezoek uit West-Duitsland aan te trekken. Verder een propa ganda motief: Straatsburg als hoofd stad van Europa, daar het Europese Parlement er vergadert. Of beide mo tieven voldoende gerechtvaardigd waren moet wel in twijfel worden ge trokken. .In verschillende artikelen van Franse zijde wordt nogal de nadruk gelegd op het tot stand komen van de gemeenschappelijke markt en de gevolgen daarvan. Maar het staat wel vast dat de Franse industrie zo wel als de landbouw zich nog vele inspanningen en zeker ook opoffe ringen zullen moeten getroosten om op het economised produktieniveau te komen van de omringende landen. St. Maartensdijk: Donderdag 1 mei in hotel „Hof van Hol land". Zierikzee: Donderdag 1 mei in hotel „Huis van Nassau". Middelburg: Donderdag 1 mei in café „De Eendracht". IJzendijke: Zaterdag 3 mei in hotel „Lievense". fA de auto-industrie is de fabri cage van landbouwwerktuigen en machines de belangrijkste industrie in Frankrijk en vooral de laatste jaren breidt de produktie zich gere geld uit. Zo steeg de trekkerproduk- tie van 80.000 in 1956 tot 94.000 in 1957. Dit aantal wordt vrijwel geheel in eigen land geplaatst; de export is slechts 40005000 stuks. Verder wor den er nog 24.000 trekkers geïmpor teerd. De invoer is niet vrij en boven dien zijn er hoge invoerrechten (40- 45 Het aantal trekkermerken is in Frankrijk, evenals in West-Duitsland groot; het bedraagt enige tientallen, maar wel maken 6 merken ongeveer 95 van het aantal trekkers. Wat het type motor betreft kan het vol gende worden opgemerkt: in Duits land worden na de oorlog alleen die selmotoren gemaakt voor landbouw trekkers, in Engeland heeft men twee wegen bewandeld en nogal hoge ver wachtingen gekoesterd van de trac tor vaporising oil (T. V. O.) een soort trekkerpetroleum, maar in de laatste jaren heeft ook hier de diesel sterk de overhand gekregen. In Frankrijk is de situatie sterk beïnvloed door een speciale dieselbrandstof voor de landbouw, die in mei 1956 beschik baar kwam voor een lagere prijs. Voordien was er feitelijk geen spe ciale voorkeur voor een bepaalde soort brandstof jgn waren er evenveel benzinetrëkkers" als anderen. Nu evenwel is de situatie geheel veran derd: in '57 was 80% van de ge kochte trekkers uitgerust met een dieselmotor. Het bezwaar evenwel is, dat de industrie er niet in kon slagen zo snel over te schakelen bij de fa bricage, zodat men in de Franse trek kers dieselmotoren monteert, geïm porteerd zowel uit Engeland als uit Duitsland. tvtAT de technische uitrusting be- w treft: het aantal trekkers, uit gerust met doordraaiende aftakas, en met differentieelvergrendeling is toe genomen. Verder wordt het aantal aanbouwwerkjuigen voortdurend groter, mede dank zij de internatio nale normalisatie van de driepunts bevestiging, waardoor onderlinge vervanging van werktuigen mogelijk is. Opvallend is, dat vooral bij de ploegen het aantal z.g.n. half gedra gen modellen toeneemt. Dit zijn aan- bouwploegen, die echter tijdens het werk op één of twee steunwielen lo pen. Het voordeel is, dat de diepgang gelijkmatig is, wat vooral ook voor wentelploegen belangrijk is. Hetzelf de idee wordt toegepast bij aange bouwde zaaimachines en kunstmest strooiers. Aan de vooravond van Haar verjaardag bieden wij H. M. Koningin Juliana onze eerbiedige gelukwensen aan en spreken wij de wens uit dat Zij deze dag nog vele jaren in huiselijke kring en temidden van land en volk zal mogen gedenken. (Foto: Meiboom.) Arbeidstoppen voor de landbouw treden vooral op bij de oogst van de verschillende gewassen en het is daarom begrijpelijk, dat de mechani satie zich hiermee bezig houdt. Voor de granen betreft dit de maaidorser en de opraappers, voor de hakvruch- ten de aardappel- en de bietenrooi- machine, voor het gras de rijdende hakselmachine. TN de opraappersen was een grote A keuze. In Frankrijk verdeelt men deze in drie categorieën: hoge druk, middeldruk en lage druk. De hoge- drukpers kan worden gebruikt als het stro minder dan 20 vocht be vat. Het gewicht van de balen is ca. 25 kg; per m:s wordt het produkt in- ééngeperst tot 175190 kg. Het aan tal balen per ha is 175 tot 200. Bij de lagedrukpersen is het gewicht per baal beneden 10 kg. Het hangt er van af of het geperste produkt op het eigen bedrijf wordt gebruikt of ver kocht wordt en over een langere af stand moet worden vervoerd, welk soort pers de voorkeur verdient. Hierbij moet worden bedacht, dat een lagedrukpers licht in gewicht, niet zo duur ip aankoop en eenvou dig van constructie is en bovendien weinig kracht vraagt. Een hulpmotor van 810 PK en paardetractie o£ een trekker van 25 PK met aftak- aandrijving is voldoende. Zo is (te Rousseau D 25 A 55 voorzien van een Bernhardmotor van 68 PK; de bos sen hebben een gewicht van 58 kg en de capaciteit is ca. 4 ton per uur. Eén paard als trekkracht is voldoen de. T EDER jaar is er gelegenheid ma- chines te laten keuren om het praedicaat „nieuwe machine" te ver krijgen. De machines worden apart in de catalogus vermeld en zijn op de tentoonstelling van een speciale aan duiding voorzien. Dit jaar waren dertien machines aangemeld, maar slechts vijf konden naar het oordeel van de jury de toets der kritiek door staan. Hierover zullen wij in een vol gend nummer meer mededelen. P. W. B. ARKEMA.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1958 | | pagina 1