^Door de Cürouw
oed en '^Ooordelicj
Hoe nclit ik
een
HUIS-APOTHEEK in?
264
ZEEUWS LANDBOUWBLAD
VAN HET PLATTELAND
ONDER REDACTIE VAN MEVROUW L. N. HUISMAN—GRIEP
door mevrouw D. ELEMABAKKER
AUW en goed gaan nooit samen" zei onze
onderwijzeres vroeger. Zou goed en voordelig
wel samen kunnen gaan als het de kleding van ons
vrouwen betreft?
Wat is goed? Het antwoord hierop luidt: „mooie,
degelijke stof, een flatterende lijn, verzorgde af
werking met brede naden, die plat vallen en bo
vendien zorgvuldig zijn afgewerkt, keurige knoops
gaten en stevig aangezette knopen. Deze laatste op
een hoofdje gezet en zo goed bevestigd, dat zij
minstens zo lang meegaan als het kledingstuk zelf.
U allen zult dit modepraatje nog wel met meer
goede wensen kunnen aanvullen. Over het ,,goed"
zullen wij het samen wel eens worden, maar hoe
denken wij over het „voordelig"?.
Als wij het woord voordelig in het woordenboek
opzoeken dan vinden wij er achter staan: „winst
gevend". Het lijkt wonderlijk om van winstgevend
te praten als wij geld uit gaan geven voor onze
kleren. Maar thuisgekomen na een aankoop zitten
wij toch nog wel eens de voor- en nadelen van een
aankoop te bepiekeren. Zoeken wij dan soms geen
winsten te halen? Willen wij dan niet in ruil voor
ons goede geld veel draagdagen, dus veel kwaliteit
uit onze aankoop halen. Hebben wij soms geen
steek in ons geweten gevoeld als wij al te snel iets
kochten
Het is moeilijk, een bepaald recept te geven om
goed en voordelig in te kopen, maar enkele regels
kunnen ons op weg helpen en die kunnen ons te
pas komen als wij aan de schoonmaak zijn. De
schoonmaak van de klerenkast is zo'n geschikt
begin. Wij gaan eens na wat wij zoal bezitten. Wat
de nieuwe mode aan stoffen en modellen brengt,
is al in de winkels te koop en wanneer het echt
voorjaarsweer wordt gaan wij verlangen naar an
dere en meer fleurige kleren.
T"\ E eerste regel is dus: „leg alles uit wat er in de
kasten hing of lag en beslis wat er weggedaan
moet worden, verder wat er vermaakt kan worden
voor uzelf of voor de kinderen en tenslotte wat er
chemisch gereinigd of gewassen moet worden.
Als dit alles achter de rug is, weet u meteen wat
er vernieuwd moet worden en dan komt dus het
probleem van de aankoop. De eerste regel, die ik
u noemde kost weinig of geen geld, maar nieuwe
kleren zijn duur. Ze slokken een hap uit onze huis-
houdkas op, vooral als het om de grote stukken
gaat. Maak dus een lijstje van de noodzakelijke
vernieuwingen. Over huisvrouwen, die allerlei niet
noodzakelijke dingen kopen, willen wij het vandaag
niet hebben. Schrijf op dat lijstje ook het bedrag,
dat uw man en u uitgetrokken hebben voor de
aanschaf. Dat betekent, dat u met hem een klein
gesprek moet begninen over het wel of niet nodig
zijn van de nieuwe kleren voor het hele gezin.
Dat bedrag zal soms klein, soms groot kunnen
zijn, al naar de beurs en omstandigheden dit ver
oorloven. Maar vast staat dat elke huisvrouw zo
veel mogelijk klerenwaarde uit elke gulden wil
halen.
Vandaag is de huisvrouw aan de beurt om op
geknapt te worden voor de zomer en wij zouden
haar willen raden:
„Pas alle nieuwe aanwinsten aan bij datgene wat
al in uw kast hangt." Hiermee hangt samen:
„Houd aan één hoofdkleur." Dit laatste kan men
gerust de grondwet van de klerenkast noemen.
Als u zich aan deze regel houdt, is u al op weg om
voordeel te halen uit de nieuwe aankopen. Wat
onze kleding aangaat zijn er drie hoofdkleuren:
„Zwart, blauw en bruin."
Bij zwart (wat eigenlijk geen kleur is), kunt u
alle tinten grijs tot wit toe gebruiken en bij bruin
is groen een goede vervangingstint. Het voordeel
van één hoofdkleur wordt ons duidelijk als wij ons
een vrouw voorstellen met een groene hoed, blau
we mantel, zwarte schoenen, rode tas en bruine
handschoenen. Elk stuk op zichzelf mag nog zo
duur en mooi zijn, het geheel is een rommelzo.
Er zijn vaak vrouwen, die met een klagend ge
zichtje beweren: „alles goed en wel, maar ik heb
geen geld om alles in één kleur te kopen. Ik moet
nu eenmaal opdragen wat ik heb". Het is natuur
lijk naar als een klerenkast zo'n raar kleurenmeng-
seltje vertoont, maar er is altijd beterschap denk
baar en ergens moeten wij toch beginnen!
Daarom eerst: „Wat hangt er in uw kast?"
T ATEN wij nu maar denken aan een inhoud met
veel bruin, een beetje groen, een tikkeltje
blauw, terwijl een rode jurk wat wonderlijk bij de
anuex-e kleren afsteekt.
Nu zou deze bruine dame het voordeligst kopen
als zij verder op een bruine garderobe aanstuurde.
De groene bloesjes en truitjes gaan best bij een
bruine rok, maar wat moet zij nu met dat blauw,
de zwarte rok en schoenen en die rode jurk? Het
samenstellen van een voordelige garderobe is iets
wat wij „beleid op lang zicht" zouden kunnen noe
men als wij een deftig vergaderwoord willen ge
bruiken. De bruine dame zal enkele jaren moeten
nemen om zover te komen dat haar kast een pret
tig beeld geeft van kleuren, die soms gelijk zijn
en soms eikaars tegenstelling vertonen. Zij zal re
kening hebben te houden met haar duurste kle
dingstuk, n.l. de wintermantel, die enkele jaren
mee moet kunnen gaan, goede stof dus, soms aan
gesloten, soms ruim gedragen. Dit hangt af van de
lengte van het figuur van de draagster.
Moet zij nu een bruine hoed, tas, schoenen en
handschoenen gaan kopen? Ik hoop, dat Bruintje
dit niet kan trekken, want dat zou al te saai zijn.
Schoenen en hoed is al bruin genoeg. Dan blijft er
over een andere tint, die goed bij de hoofdkleur
past voor de handschoenen en de tas. Wees niet te
angstvallig om alle accessoires, bijkomstigheden
dus, pijnlijk precies in het geheel te passen. Dit
geeft iets krampachtigs aan de zaak. Daarom licht
beige handschoenen en een aardige tas, die nog in
de la lag, van een goudachtige kleur geven een
fleurige rust aan al dat bruin.
T EDERE vrouw moest eens een avond nemen om
een beetje te spelen met haar garderobe en met
de mogelijkheden van een kleurtje hier en daar.
Juist die éne hoofdkleur maakt dat de stukken al
tijd bij elkaar passen en dat wij wonderen kunnen
doen met een kleinigheidje in een tegenstellende
kleur. Uiteindelijk zal dat een voordeeltje voor
onze portemonnaie betekenen. Het betekent ook
dat wij kleren kunnen kopen van een betere kwa
liteit, want ze kunnen langer meegaan, ook al om
dat ze niet gauw vervelen. Welke vrouw zou graag
zeven jaar lopen in een rode mantel? Een goede
zwarte jas van een mooi model zal niet zo gauw
vervelen.
Koop nooit te veel! Koop niets wat niet nood
zakelijk is! Dat zijn van die akelige uitspraken,
die een mens prikkelen, waarschijnlijk omdat zij
zoveel waarheid bevatten.
Kleurenharmonie, goede kwaliteiten, geen over
bodige aankopen zijn dus de punten, die wij in ons
achterhoofd hebben als wij gaan winkelen. En wat
overkomt ons dan?
Wij zien overal de korte rokken en de nieuwe
vlotte, ruimvallende lijn. Wij denken dan aan de
inhoud van de kasten, trachten ons deze nieuwe
mode voor te stellen bij de resten van vorige jaren.
Wat nu?
Wij vrouwen hebben het dit voorjaar niet ge
makkelijk ais wij denken aan onze voeten, onze
benen, onze knieën, die wij niet graag zouden wil
len vergelijken met die van een Parijse mannequin.
En zelfs deze onderdanen hebben wij in de mode
bladen niet onverdeeld kunnen bewonderen. Nu
zegt men wel: „alles went", maar tochen met
een vergoeilijkende glimlach denken wij terug aan
de nu belachelijke foto's uit de twintiger jaren toen
wij ook korte rokken droegen. Het enige verschil
is, dat de taille toen laag hing, terwijl nu een nei
ging is te bespeuren het middel omhoog te hijsen
tot het belachelijke toe.
DE pap wordt echter nooit zo heet gegeten als
zij gekookt wordt. Wat in de grote modebladen
komt is de hoogste kunst van de kleermaker. De
confectieindustrie, die in ons land voortreffelijk
werk doet, haalt de draagbare modellen er uit.
Men verandert hier en daar wat, houdt rekening
met ons Nederlands figuur en fatsoeneert zo lang
tot er een nieuwe mode in de winkels komt, die
oud en nieuw zo goed mogelijk heeft aangepast.
Maarbedenk, dat iedere vrouw haar eigen
roklengte heeft, die flatteus is voor haar figuur.
Pas dus zolang tot u die hebt gevonden. Naait u
zelf, dan is een brede zoom een oplossing. Het kan
zijn dat langere rokken op komst zijn en dan is er
geen stof verknipt, maar vergeet niet dat onze
ogen ook aan een nieuwe mode moeten wennen.
Toen wij op het televisiescherm de intocht van de
beide koninginnen in Amsterdam zagen, kwamen
wij toch onder de indruk van de vlotte charme van
deze toiletten, ook met de korte rok en van een
lijn, die beslist jonger maakt.
Voorzichtig dus met de schaar. Geef uw spiegel
een kans om u de juiste lengte van uw rokken van
1958 te doen zien. Overweeg wel, dat voor oudere
vrouwen een langere rok het meest flatteus is. En
daar gaat het tenslotte toch om.
TJ ET was een goede gedachte van het bestuur
van de Rillandse Plattelandsvrouwen aandacht
te besteden aan bovenstaand onderwerp. De ge
meentearts dokter J. A. Kamps werd uitgenodigd
op een afdelingsavond hieraan een causerie te
wijden. Spreker begon zijn inleiding door te zeggen,
dat hij alles wat betrekking heeft op een huis
apotheek in drie rubrieken wilde verdelen en wel:
„de dingen, die wij in huis moeten hebben, één en
ander, dat wij in huis mogen hebben en tenslotte
middelen, die wij niet in huis mogen hebben."
Tot de eerste rubriek behoren: „verbandstoffen,
met name sterielgaas, witte watten, één of meer
zwachtels van stevige stof. Verder kleefpleister,
wondpleister, b.v. Hansaplast, jodium, mercuro-
chroom, levertraanzalf. Dokter Kamps wees er op,
dat jodiumtinctuur na enige tijd begint te verdro
gen (de alcohol vervliegt) en dan door te sterke
werking schade toebrengt aan de wondranden,
waardoor de genezing vertraagd wordt. Zowel
jodium als mercurochroom alleen bij kleine won
den gebruiken. Levertraanzalf bewijst goede dien
sten bij brandwonden, die slechts rood zijn. Ook
aspirine, norit, vaseline en Eau de Cologne beho
ren in onze huis-apotheek thuis". Echter nooit
aspirine geven aan personen, die maagklachten
hebben.
Tot de tweede rubriek kunnen gerekend worden:
„hoestdrankjes voor kinderen, neusdruppels, la
xeermiddelen (cascara en/of parafine), talkpoe
der, zinkzalf, boorwater, zuiveringszout, myrrhe-
tinctuur en zo wij last van zee- of wagenziekte
hebben b.v. Suprimal voor het geval wij op reis
moeten."
Wat de vette neusdruppels betreft werd er op
gewezen, dat deze niet voor jonge kinderen ge
bruikt mogen worden. Wanneer deze in de lucht
wegen terecht komen, kan een lelijke longontste
king het gevolg zijn. Ook mogen wij nooit laxeer
middelen geven als de patiënt buikpijn heeft. Ver
der is boorwater vrij spoedig aan bederf onderhevig
en moeten wij dit zo het ouder is dan twee maan
den liever niet meer gebruiken.
Daar geneesmiddelen, die door een deskundige
moeten worden voorgeschreven gelukkig alleen op
doktersrecept te verkrijgen zijn, bevatte de derde
rubriek maar twee dingen, die wij beslist niet in
huis mogen hebben. Dit zijn: „vermageringspillen
en slaaptabletten." Spreker waarschuwde tegen
het gebruik van beide middelen. Vermagerings
pillen zijn uiterst schadelijk voor onze gezondheid
en voortdurende slapeloosheid is een symptoom,
dat er in ons organisme iets niet in orde is, dat
wij door slaaptabletten niet kunnen verhelpen.
Wij willen deze nuttige wenken niet aan onze
lezeressen onthouden. Misschien is er niemand
onder u, die de overtollige pondjes door vermage
ringspillen tracht kwijt te raken, maar mocht u
eens iemand tegen komen, die er zich aan bezon
digt, laat dan een waarschuwend woord horen.
Mocht u last van voortdurende slapeloosheid heb
ben, laat de slaaptabletten dan waar zij zijn en
wend u tot uw arts. Tenslotte zijn er ook pijnstil
lende middelen, die niet zo erg onschuldig zijn, dus
wees ook daarmee voorzichtig. Neem dan liever
utv toevlucht tot de veel bezongen aspirine mits
uw maag niet protesteert.