n H0LL1D
(JÏHDriel
WAN DORSTEN*
HET ZAAIEN VAN SUIKERBIETEN
217
r)E zaaimachine levert geen speciale problemen
*-* op. Met de meest gangbar0 zaaisystemen kun
nen bieten goed worden gezaaid. Bij aanschaf
DE MESTSTOF VOOR HET MODERNE BEDRIJF
MENGMESTSTOF-NPK IN KORRELVORM
12°/0 N Stikstof half in salpeter- en half in ammoniakvorm I
10°/„ P2Os Fosforzuur geheel in water oplosbaar,
18°/o .K20 - Kali chloorarm
Naar: 1000-1200 kg per hektare
Consumptie- en pootaardappelen hebben voor de groei gemakkelijk opneembare
voedingsstoffen nodig, 12+10+18 bevat de stikstof, fosforzuur en kali geheel
in de inwater oplosbare vorm, waardoor een snelle en zekere werking wordt verkregen.
Betere sortering en hoge opbrengsten van prima kwaliteit!
I
I
I
New Holland neemt het voor li op!
opneem balenper sen Speciale prospectus en attesten op aanvraag.
ZATERDAG 29 MAART 1958
OFSCHOON in de mechanisatie hij de uitzaai
van suikerbietenzaad de laatste jaren geen
opzienbarende veranderingen naar voren kwa
men, kan het nuttig zijn, nog eens op enkele pun
ten te wijzen. Een goed gebruik van de voor deze
teelt beschikbare machine kan alleen plaats vin
den, wanneer hiermee al van het begin af reke
ning wordt gehouden.
Grondbewerking:
ALS eerste grondbewerking moet het ploegen
worden genoemd. Afhankelijk van de grond
soort moet naar een goed aaneengesloten ligging
van de ploegsneden worden gestreefd. Een erg
open en ongelijk liggend perceel zal, zo mogelijk
in de winter of zeker vroeg in het voorjaar, ge
lijk getrokken moeten worden om een zo gelijk
matig mogelijk opdrogend perceel te verkrijgen.
De voorjaarsgrondbewerking moet er vooral op
gericht zijn een zo vlak mogelijk zaaibed te krij
gen. Steeds meer komt hierbij de tandesleep in
gebruik. Een in de hoogte verstelbare plank ach
ter de achterste rij tanden is daarbij zeer wense
lijk om het land tegelijk vlak te slepen. Dit voor
jaar zijn verschillende tandesïepen aangekocht
met een schommelbokje dat aan de egge een
schommelende beweging geeft, waardoor het
werk met een arbeidskracht minder kan worden
uitgevoerd.
Over het algemeen geven de tandesïepen een
uitstekend resultaat. Niet zelden kan in één be
werking een mooi ondiep en fijn zaaibed gemaakt
worden.
Met de duizendpootegge kan eveneens goed
werk worden verricht, al moet men er meestal
een keer meer overheen.
Het vlakleggen van het zaaibed houdt vooral
verband met het later volgende wiedwerk en het
eventueel gebruik van een dunmachine. Vooral
dan kan ongelijk land het effect sterk vermin
deren.
De zaaimachine
zal het nokkenradsysteem om verschillende rede
nen de voorkeur verdienen.
Hèt probleem van de zaaimachine is echter nog
wel dat, noodgedwongen, veel te veel zaad wordt
gebruikt. Er wordt echter vrij naarstig gewerkt
aan de zogenaamde precisie-zaaimachine en als
de voortekenen niet bedriegen, komt daar binnen
niet al te lange tijd wel een goed apparaat uit
voort. Op het ogenblik is het' nog niet zover dat
een der machines voor algemeen gebruik kan
worden aanbevolen.
Voorlopig zal dus nog met de bestaande werk
tuigen moeten worden gewerkt. Dat kan ook
best als er maar op onder meer de volgende pun
ten speciaal wordt gelet:
le. Een zodanige afstelling van de machine,
dat elke zaaipijp evenveel zaad verzaait en dat
in de rij een goede verdeling van het zaad plaats
vindt. Afhankelijk van de zaadsoort, de kiem-
kracht en de omstandigheden in de grond, zal de
hoeveelheid zaad per ha zo gering mogelijk moe
ten worden gehouden. Een regelmatige, niet te
volle stand, zal zowel het handwerk als het werk
met de dunmachine ten goede komen.
2e. Een goede afstelling van de zaadpijpen. In
de eerste plaats is een voor alle pijpen precies
gelijke onderlinge afstand noodzakelijk. Verschil
in rijenafstand geeft grote moeilijkheden bij het
wieden, machinaal dunnen en rooien.
T>IJ een nauwkeurige afstelling komt het nog
voor, dat de zaaikouters een zijdelingse be
weging kunnen maken. Dit is even funest, zo
niet nog erger, dan enig verschil in onderlinge
rijenafstand. Deze bewegingsmogelijkheid vindt
meestal zijn oorzaak in de bevestigingspunten
van de vorentrekkersstangen. Deze moeten dus
voor het zaaien vernieuwd of bijgesteld worden.
De rijenafstand houdt ook weer sterk verband
met de al of niet te gebruiken rooimachine. Bij
machinaal rooien is een rijenafstand van 40 cm
aan de te smalle kant44 cm begint er goed op
te lijken en 50 cm is ideaal. Een grotere rijenaf
stand dan 40 cm behoeft beslist geen oogst-
depressie tot gevolg te hebben. Bij een voldoende
aantal planten per ha kan op de meeste gronden
tot 50 cm worden gegaan, zodat 44 cm zeker geen
bezwaar zal opleveren.
De afstelling van de verschillende onderdelen
als de hoeveelheid zaad kan op de boerderij ge
beuren. Voor het merendeel zelfs geruime tijd
voor het zaaien.
Gewezen kan nóg worden op de genormali
seerde rijenafstand. Verschillende machines ko
men genormaliseerd in de handel. Een voordeel
is de arbeidsbesparing doordat zaaikouters en
spoorbreedte van de trekker niet meer versteld
behoeven te worden. Dit geldt ook voor de wied-
werkzaamheden in voorjaar in zomer. Zij, die dit
al langer toepassen, zijn hierover zeer tevreden.
Het zaaien
T N verband met het wiedwerk en het machinaal
1 dunnen en oogsten is het noodzakelijk dat er
recht wordt gereden.- Dit spreekt vanzelf, maar
het mankeert er in de praktijk nog wel eens
aan.
De zaaidiepte kan bij de meeste machines vrij
goed worden geregeld. Sleepvoetjes of drukrollen
worden in Zeeland weinig gebruikt. Toch zijn er
bepaalde grondsoorten, waarop hiermee goede1
resultaten bereikt kunnen worden. Contragewich
ten geven op die gronden niet dat effect, dat met
een sleepvoet wordt verkregen. In andere om
standigheden voldoen ze weer uitstekend.
Om vlot te werken is het van belang, vooruit te
weten of met een rooimachine zal worden ge
werkt. In dat geval is het noodzakelijk de wend
akkers breder te nemen dan men gewoon is.
Steeds weer moeten deze grote machines te kort
draaien, waardoor zij te dikwijls door hetzelfde
spoor over de kopakkers rijden. Vooral bij nat
weer is dit lastig en verliest men er veel tijd
mee. Er groeit bovendien overdwars evenveel als
overlangs.
Resumerende moet dus bij het zaaien van de
suikerbieten met de volgende hoofdpunten reke
ning gehouden worden
Q een ideeaal zaaibed door goed ploeg- en egwerk.
O een juiste afstelling van de zaoimachine
0 de later te gebruiken werktuigen dus recht
rijden en brede wendakkers nemen.
De Hoofdass. bij de R.L.V.D.,
J. G. VAN LIERE.
LAND- EN TUINBOUWKUNDIGE AFDELING
VLAARDINGEN
Model 78: onberispelijk rapen, persen en binden.
Ongeëvenaarde capaciteit (tot 15 ton!).
Naar wens met draad- of touwbinding.
Ill Mill
Hoofddorp - Dordrecht - Kampen
uroninge*