L J
PRODUKTSCHAP VOOR AARDAPPELEN
Exportregeling gewij/ign
Contingenten verhoogd
Commentaar
van het Landbouwschap
0 de op basis van het totaal contingent ver
strekte toewijzingen aan de exporteurs hun
geldigheid verliezen, voorzover zij binnen een
termijn van drie weken niet in de vorm van
uitvoervergunningen zijn benut. Na deze drie
weken wordt het n iet-benut te deel der toewij.
zingen ingetrokken en herverdeeld;
0 overdracht van toewijzing slechts mogelijk is
indien de overnemer tezelfder tijd een uitvoer
vergunning voor een gelijke hoeveelheid in
dient, terwijl aan exporteurs, die hun eigen
toewijzing hebben overgedragen, geen over
name van toewijzing van andere meer is toe
gestaan;
0 contracten voor levering later dan 4 weken
terstond moeten worden aangemeld, zodat een
beter inzicht in de verplichtingen op langere
termijn wordt verkregen.
Z. L. M.-EXCURSIES 1958
ZATERDAG 15 FEBRUARI 1958 155
De minister van Landbouw
met minder melk
méér mans
Het Landbouwschap acht de motivering
van de regering inzake de verlaging van de
garantieprijs voor de melk om de volgende
redenen niet aanvaardbaar
Het Landbouwschap heeft ernstig be
zwaar tegen de beslissing van de regering
om de garantieprijs te verlagen op grond
van het feit dat de pachtprijzen nog niet
volledig zijn aangepast aan de nieuwe
pachtnormen. Met deze beslissing neemt de
regering een deel terug van haar toezegging
aan de landbouw om de garantieprijzen te
verhogen in verband met de gestegen kos
ten van grond en gebouwen. Deze toezeg
ging maakte immers deel uit van de her
ziening van het landbouwprijsbeleid, die is
aangekondigd in de regeringsnota inzake
beperking van de bestedingen d.d. 15 febru
ari 1957. Het Landbouwschap is van oor
deel dat de regering speciaal door deze be
slissing de landbouw onrecht aandoet. Het
vreest, dat het vertrouwen van de agrari
sche bevolking in het beleid van de minis
ter hierdoor ernstig wordt geschokt.
In de tweede plaats acht het Landbouw
schap het om principiële en praktische re
denen onjuist om het prijsbeleid in de
landbouw zo volledig los te maken van de
kostprijsberekeningen van het Landbouw-
Economisch Instituut als nu geschiedt in
de regeringsbeslissing met betrekking tot de
rentevergoeding voor het bedrijfskapitaal.
De verlaging van de rentevoet voor het in
de landbouwbedrijven geïnvesteerde be-
drijfskapitaal tot 4l/a acht het Landbouw
schap onaanvaardbaar. De motivering van
de regering, dat deze verlaging geoorloofd
is, omdat een groot deel van het bedrijfs
kapitaal eigen vermogen is mist elke be
drijfseconomische grondslag en is boven
dien uit landbouwpolitiek oogpunt gevaar
lijk. Ten overvloede wijst het Landbouw
schap erop, dat de regering voor het vaste
kapitaal een aanzienlijk lagere rentevergoe
ding dan 4% incalculeert t.w. een rente
van Z'/x voor het gebouwenkapitaal en
slechts 1 IY2 voor het grondkapitaal.
Wat betreft de post „omzet en aanwas"
van de veestapel wijst het Landbouwschap
erop dat de beslissing van de regering neer
komt op een verlaging van de garantieprijs
van de melk van 0.6 cent per kg melk. De
regering gaat blijkbaar uit van een rund
vleesprijs die zij, als resultaat van het
marktordenend beleid van het Produkt-
schap voor Vee en Vlees in het lopende
jaar verwacht.
De regering heeft hiermede tegenover de
veehouders een zware verantwoordelijkheid
op zich genomen om deze verwachtingsprijs
ook waar te maken.
Het Landbouwschap is ernstig teleurge
steld over de beslissing van de regering om
naast de verkoop van melk met 2.5% vet
die van volle melk met 3.75 vet mogelijk
te maken. Het Landbouwschap is van oor
deel dat deze beslissing van de regering
geen wezenlijke bijdrage levert tot de op
lossing van het boter- en vetvraagstuk.
TUSSEN het ministerie van Landbouw, Visserij
en Voedselvoorziening en het Produktschap
voor Aardappelen is overeenstemming bereikt1 over
een belangrijke verhoging van het contingent voor
export. Uit de eind januari gehouden voorraads-
opname is gebleken, dat de nog aanwezige hoeveel
heden ruimschoots voldoende zijn voor de binnen
landse voorziening. Bovendien is de priisontwikke-
ling zodanig, dat voor een overschrijding van het
gestelde prijsniveau vooralsnog geen vrees behoeft
te bestaan. Van de hooggestemde exportverwach
tingen is tol1 nu toe niet veel uitgekomen, hoewel
er sedert kort vooral in de vraag naar zandaard-
appelen wat meer beweging is gekomen.
Hoe het in werkelijkheid met de uitvoer gesteld
is, kan het best worden afgeleid uit de verhouding
tussen het per 1 januari vrijgegeven contingent
en de hoeveelheid waarvoor sinds dezelfde datum
uitvoervergunningen zijn aangevraagd. Deze laat
ste hoeveelheid bedraagt nl. slechts 48% van het
totaal der contingenten. Uit deze verhouding blijkt
tevens, dat de meermalen geuite vrees als zou de
contingenteringsregeling reeds thans een belemme
ring voor de export vormen, volkomen ongegrond
is. Na de thans plaatsgevonden contingentsverho
ging bedraagt de tot nu toe gerealiseerde export
slechts 30 c/o van het totaalcontingent.
De enige oorzaak van de onbevredigende uitvoer
van aardappelen is dat er tot op heden weinig
vraag in het buitenland bestaat. Met name Enge
land. dat aanvankelijk belangrijke tekorten meldde,
toont weinig of geen animo tot kopen. De aanvoer
van inlandse aardappelen is er nog altijd ruim vol
doende. terwijl vooral in telerskringen de opvatting
heerst, dat de eigen oogst toereikend is om tezamen
met importen van nieuwe aardappelen uit de Mid
dellandse Zee-landen, die binnenkort beginnen, de
volgende oogst te halen. Of deze opvatting juist
is. moet worden afgewacht; zij is echter in het
bijzonder met betrekking tot de afzet van onze
kïei-aardappelen van belang, omdat daarvoor ook
elders geen grote afzetmogelijkheden worden ge
zien.
fEGEVEN deze omstandigheden zou men zich
kunnen afvragen of een contingentering dan
wel nodig is. Ter beoordeling van deze vraag d'ent
met twee factoren rekening te worden gehouden.
In de eerste plaats is erop aangedrongen om een
dusdanige exportregeling le treffen, dat een her
haling wordt voorkomen van gebeurtenissen als
zich in het voorjaar 1956 hebben voorgedaan, toen
van hogerhand een exportstop is afgekondigd en,
zij het na een korte overgangstijd, de uitgegeven
uitvoervergunningen ongeldig verklaard zijn. Het
is duidelijk, dat de exporteurs geen transacties kun.
nen opbouwen wanneer zij niet' de zekerheid heb
ben, deze ook te kunnen uitvoeren. Zij eisen dus,
en dat is niet alleen hün belang, dat aan de geldig
heid van een eens verstrekte uitvoervergunning
niet wordt getornd en de garantie daarvoor is
alleen te geven wanneer de uitvoer voldoende in
de hand kan worden gehouden. Nu dat met behulp
van de contingenteringsregeling het geval is, kun
nen zij erop rekenen, dat de hun verstrekte mach
tigingen tot uitvoer onherroepelijk zijn. Vooral
voor het afsluiten van verkopen voor latere leve
ring is dit van zeer groot belang.
In de tweede plaats is er de opdracht van de
minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoor
ziening aan het1 Produktschap voor Aardappelen
om remmende maatregelen met betrekking tot de
export te treffen, zodra het binnenlandse prijspeil
een bepaald niveau bereikt (heeft). Dit niveau bij
levering af boerderij is door het ministerie vast
gesteld op:
17,60 per 100 kg in maart
18,per 100 kg in april
18,50 per 100 kg daarna.
Het1 bestuur van het Produktschap voor Aard.
appelen meent nu, dat het deze opdracht slechts
kan dragen middels een contingenteringsregeling.
Bij elke andere regeling nl. is het alleen mogelijk
om te manipuleren met de geldigheidsduur van de
uitvoervergunningen, en de ervaringen in het voor
jaar 1956 hebben geleerd, dat dit niet voldoende is.
Toen is immers in ruim een week tijds 100.000
ton verscheept1, hetgeen bewijst, dat zelfs een be
perking van de geldigheidsduur tot 1 week in be
paalde omstandigheden niet afdoende is om de
zaak in de hand te houden. Naast het middel van
de beperking der geldigheidsduur van de uitvoer
vergunningen geeft de contingentering dan nog
de mogelijkheid om de export ook in hoeveelheid af
te remmen. Zolang er nu maar voor gezorgd wordt,
dat de beschikbaar gestelde contingenten zo ruim
zijn als de aardappelpositie toelaat, m.a.w. deze
contingenten het beschikbaar exportoverschot zo
goed mogelijk benaderen, zal dus de export niet
meer en niet eerder hinder ondervinden dan voort
vloeit uit de opdracht van het1 ministerie om een
prijsstijging boven het gestelde niveau te verhin
deren. Dat is dan ook het juiste tijdstip waarop
de contingentering voelbaar moet worden, en niet
eerder.
TMOEGEGEVEN moet worden, dat tot voor kort
de regeling niet geheel aan deze voorwaarde
beantwoordde (wist men dat niet? Red.), hetgeen
voor het ministerie aanleiding was om mei1 een
verhoging van het exportcontingent niet in te
stemmen. De regeling is inmiddels zodanig gewij.
zigd, dat dit bezwaar is opgeheven, reden waarom
thans dan ook tot de belangrijke contingentsver
hoging is overgegaan, waarover in de aanhef i3
gesproken.
De aangebrachte wijzigingen komen in het korö
hierop neer, dat:
0 exporteurs, wier toewijzing is uitgeput, bij
wijze van voorschot een extra-toewijzing van
10 kunnen ontvangen, van welke limiet in
bepaalde gevallen kan worden afgeweken;
0 de verhouding tussen de toewijzingen van klei-
aardappelen en die van zsand-aardappelen in
deze zin is gewijzigd, dat van klei-aardappelen
in meerdere mate terecht komen bij de tradi
tionele klei-aardappelexporteurs en die van
zand-aardappelen bij de traditionele zandaard.
appelexporteurs;
0 Dank zij deze verbeteringen in de exportrege-
ling wordt praktisch gesproken voorkomen,
dat de gevraagde uitvoervergunningen niel1 op
een reële basis berusten. Een ander voordeel
Is, dat een ongewenste handel in quota, waarop
terecht aanmerking is gemaakt, doch die de
laatste weken :»1 niet meer bestond, thans vrij»
wel onmogelijk is gemaakt.
r)E Z. L. M. organiseert deze zomer een
tweetal excursies naar het buitenland en
wel een 11-daagse reis naar Zuid-Oost- Frank-
1 rijk met de aangrenzende delen van Italië en
Zwitserland en een 3-daagse reis naar de lan
den van de Benelux-partners.
De 11-daagse reis naar Frankrijk-Italië-
Zwitserland zal plaats vinden van dinsdag 24
juni tot en met vrijdag 4 juli 1958 met als
hoofddoel het prachtige Franse Alpengebied
Haute-Savoie, hel1 gebied rondom het Meer
van Genève en Noord-West-Italië. Tijdens
deze reis zullen tal van interessante land- en
tuinbouwobjecten worden bezocht.
De voorbereidingen voor deze reis zijn
reeds in volle gang en het aantal voorlopige j
aanmeldingen wettigt het vermoeden, dat de
reis zal kunnen doorgaan.
De kosten voor deze 11-daagse reis (dus
volledige reis. en verblijfkosten) zullen
1 f 350.-— h 345,p.p. bedragen. 1
Opgaven voor deze reis moeien, in verband
met de voorbereidingen zo spoedig mogelijk
worden gericht aan het secretariaat der
Z. L. M., Landbouwhuis te Goes, doch in elk
S geval vóór 5 april a.s.
De 3-daagse excursie naar België en Luxem-
burg zal worden gehouden tussen 20 en 30
augustus a.s. De juiste datum zal nog nader
worden bekend gemaakt. Op deze tocht, die
door mooie delen van België en Luxemburg
zal gaan, worden eveneens enkele objecten
op het gebied van de landbouw bezocht, ter
wijl tevens een bezoek aan de Wereldl«entoon-
stelling te Brussel zal worden gebracht.
De kosten van deze excursie bedragen
11 80,per persoon. Aanmeldingen voor
deze reis uitsluitend door storting van de
reissom op postrekening 172503 der Z. L. M.
te Goes of op postrekening 64539 van de
1 Coöp. Boerenleenbank te 's-Heer Arendskerke
ten gunste van de Z. L. M.
Hoewel van beide reizen t.z.t. een volledige
programma zal worden verstrekt, kunnen
thans desgewenst reeds nadere inlichtingen
worden aangevraagd.
(Degenen, die zich reeds voorlopig voor de
11-daagse excursie hebben opgegeven, be
hoeven dit naar aanleiding van deze bekend
making niet1 opnieuw te doen.)
