EEN ECONOM1SCL1 VERANTWOORD BOUWPLAN ZATERDAG 1 MAART 1958 H1 r Brief aan de Minister-President Zitdagen Boekhoud- bureau No. 2417. Frankering bij abonnement, Terneuzen 46e Jaargang: ZEEUWS LANDBOUWBLAD waarin opgenomen DE BOERENJEUGD Officieel Orgaan van de ZEEUWSE LANDBOUW MAATSCHAPPIJ de LANDBOUW JONGEREN GEMEENSCHAP ZEELAND DOOR ir. A. W. LUITjmS De economische kanten aan een bouwplan vastüücn vormen de aan leiding bet dit artikel. Als voorbeeld voor de te volgen werkwijze nemen wjj een akkerbouwbedrijf van 45 ha. Iedere praktische landbouwer kan met dit voorbeeld voor ogen zijn eigen bedrijfsplan zo goed mogelijk proberen vast te stellen. Pacht klein onderhoud gebouwen. Deze stellen wij op 250,per ha. Diversen op 100,per ha. De vaste kosten bedragen dan: Totaal per har Arbeidskosten 23.850,530, Werkt.kosten 9.900,— 220,— Pacht klein onderhoud 11.250,250, Diversen 4.500,— 100, DE VASTE KOSTEN VOOR 1958. Totaal JET is bijzonder nuttig, dat iedere boer zich realiseert welke vaste kosten, ook wel gelijkblijvendee kos- ten genoemd, op zijn bedrijf per ha rusten. Een inzicht in deze kosten is misschien niet strikt noodzakelijk voor het opstellen van een bouwplan, maar is onontbeerlijk om een beter overzicht te krijgen van de bedrijfs organisatie als geheel. De vaste kosten zijn die kosten, die op dit moment al vaststaan en die niet meer veranderen, wanneer (ge ringe) wijzigingen in het bouwplan worden aangebracht. Dit zijn dus arbeidskosten van de vaste arbeidskern, pacht, klein onder houd van gebouwen, werktuigen- en machinekosten en diverse kósten zo als contributie, verzekeringen, tele foon, marktbezoek, licht, water, abon nementen, auto voor zover die voor het bedrijf kosten meebrengt. Op het bedrijf dat' als voorbeeld is genomen, wordt gewerkt met 4 vaste arbeiders en met twee trekkers (geen paarden). Een combine met pick-up pers wordt gebruikt, samen met 2 andere boeren. Er is geen volautomatische bietenrooier aanwezig, wel een 3-rij'ige pennenlichter; voorde aardappeloogst wordt beschikt over een voorraad- rooier. De berekening van de vaste kosten ziet er als volgt uit. Arbeid. Vier vaste arbeiders a 5500,— per jaar (incl. sociale lasten) ƒ22.000. Voor de handenarbeid van de boer rekenen wij ƒ1850,— (dit bedrag is tamelijk willekeurig en kan nogal uiteen lopen). Totaal dus 23.850, Werktuigen. De nieuwwaarde van de werktuigen trekkerinventaris wordt geschat op ƒ49.500,Wij zullen niet zover mis zijn, wanneer wij de kosten hier van aan afschrijving, onderhoud, revi siereserve trekkers en rente enz. ge middeld stellen op 20 van de nieuw waarde. De kosten bedragen dan 20 van 49.500,— 9900,—. De drie Centrale Landbouw Organisaties, namelijk de K.N.B.T.B., het K.N.L.C. en de C.B.T.B. hebben o-p 19 februari j.l. gezamenlijk een brief gezonden aan de Minister-President, dr. W. Drees. In deze brief nemen de organisaties scherp stelling tegen een mogelijke wij ziging in het landbouwonderwijs. Er doen namelijk voortdurend ge ruchten de ronde dat dit onderwijs van het Ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening over zal gaan naar het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. In de brief wordt uitvoerig uiteengezet dat voor een wijziging in de huidige toestand geen goede gronden aanwezig zijn. Met de Paasvee* tentoonstellingen in het verschiet behan delde het forum, ge organiseerd door de Zeeuwse AgrurisehR Raad öp SI februari verschillende pro blemen rondom de rundveemestery. Scherp kwam naar voren dat proeven over gebruikskrui- .ingen, onder we tenschappelijke lei ding, zeer dringend zyn. Een kort ver slag over deze ver gadering valt te lezen op pagina 139. ƒ49.500,— 1100,— HET BOUWT LAN. NU wij de vaste kosten weten, gaan wij een bouwplan opstellen. Wij hebben hef plan te gaan verbouwen: 8 ha aardappelen, 8 ha suikerbieten, 10 ha zomergerst, 6 ha wintertarwe (is reeds gezaaid), 6 ha erwten, 5 ha vlas en 2 ha blauwmaanzaad. Om nu te weten of we van dit bouw plan de hoogste winst mogen ver wachten, moeten wij van deze gewas sen sehatten welke bruto geldop- biengst ze gemiddeld zullen geven en welke kosten wij nog moeten maken voor ze te kunnen verbouwen. De bruto-geldopbrengst krijgen wij door de kg-opbrengst te vermenigvul digen met de te verwachten prijs en daarbij op te tellen de geldopbrengst van het nevenprodukt (b.v. stro, bie- tenkoppen, en -blad). De nog te maken kosten aan een gewas zijn: zaaizaad of pcrotgoed, be mesting, loonwerk en/of losse arbeid en diversen, zoals hagelverzekering, rente, sproeimiddelen, keuringskosten enz. Deze kosten noemt men ook wel veranderde kosten, ter onderschei ding van de vaste kosten die eerder zijn genoemd. Deze veranderde kosten (of direkte kosten genaamd) variëren namelijk naarmate het bouwplan verandert, terwijl de vaste kosten bij niet al te ingrijpende veranderingen gelijk blij ven. Het verschil tussen bruto-geldop brengst en directe kosten heet saldo en dit is het getal waarnaar gekeken moet worden om te bepalen of het bouwplan de grootst mogelijke winst geeft. Het is duidelijk dat wij, wan neer wij van het saldo de vaste kosten aftrekken, de winst overhouden. In ons voorbeeld komen wij dan tot de volgende berekening: (Zie tabel) Bekijken wij deze tabel nu eens wat nader. B.v. de aardappelen; hiervan is de opbrengst geschat op 30.000 kg A ƒ0,10 (veldgewas). Als u minder vertrouwen hebt in de prijs van het volgend jaar, dan zet u 8 cent voor veldgewas. De opbrengst wordt dan 2400, Bouwplan in ha Bruto geld direkte saldo/ totaal saldo opbr./ha kosten/ha ha per gewas Aardappelen 8 3000,— 1000,— 2000,— 16.000,— Suikerbieten 8 2250,— 350,— 1900.— 15.200,— Zomergerst 10 1350,— 200,— 1150,— 11.500,— Wintertarwe 6 1500,- 375,— 1125,— 6.750,— Erwten 6 1750.- 320,— 1130,— 8.580,— 1620,-- 480,— 1140,— 5.700,— Blauwmaanzaad 2 1500,— 300,— 1200,— 2.400,— Totaal saldo Totaal vaste kosten 66.130,— 49.500,— en als u optimistischer bent, dan zegt u: bij mij kan ik rekenen op 30.000 per ha A 12 cent 3600,- -. De di recte kosten zijn in dit geval geschat op: pootgoed 500,—, bemesting 220,losse arbeid 150,en diver sen 130.- - per ha. Samen dus 100/ ha. Ook deze bedragen zult u voor uw eigen geval moeten vaststellen. Wan neer u deze handelwijze voor ieder gewas toepast, krijgt u een tabel als bovenstaande. Uit de gegeven tabel blijkt, dat het saldo van de aardappelen per ha 2000,is. De vaste kosten waren 1100.per ha, zodat en flink over schot boven de vaste kosten per ha aardappelen ontstaat. Bij suikerbieten is dit ook het geval. De granen en het vlas leveren echter maar een geringe bijdrage tot de winst. Het is dus zaak, op dit bedrijf eens na te gaan of we niet meer aardappelen of bieten kun nen verbouwen ten koste van bijvoor beeld, de granen. Dit zou misschien meer winst kun nen geven. Aan de andere kant zou den wij meer winst kunnen krijgen als wij op de kosten konden bezuini gen. Aan de directe kosten is weinig te doen, dus moeten wij vooral letten op de vaste kosten. Als wij nu eens probeerden om met 3 vaste arbeiders rond te komen, even tueel door meer werktuigen aan te schaffen Het voordeel van de bovenstaande cijfergroepering is, dat wij de gevol gen van deze wijziging voor de gehele bedrijfsorganisatie vrij gemakkelijk kunnen overzien. Natuurlijk blijft het min of meer een schatting, maar dat is altijd het geval wanneer een bouw plan moet worden opgesteld. 0 DE GEVOLGEN VAN EEN GEWIJZIGD BOUWPLAN. WfE gaan de oppervlakte hakvruch- w ten uitbreiden en wij doen dit voor de suikerbieten. Aardappelen is tenslotte een riskant gewas, vooral wat de prijs betreft. Gaan wij nu eens 11 ha suikerbieten verbouwen (aangenomen dat wij geen last hebben van het bietencystenaal- tje en blijven bij 8 ha aardappelen. Verder krimpen wij de zomergerst in met 1 ha en het vlas met 2 ha. De rest van het bouwplan blijft gelijk. Wij hebben dan ruim 40 hakvruchten Winst 16.630,— en 30 graan. Wanneer wij dit bouw plan met 3 vaste arbeiders en zonder los personeel aankunnen, zal er ge ïnvesteerd moeten worden en zullen andere arbeidsmethoden moeten wor. den toegepast. Een pootmachine voor de aardappelen hebben wij al; dit le vert geen moeilijkheden op. Het op- éénzetten van de bieten is natuurlijk een probleem. Volgens Ir. Moens is vastgesteld, dat bij gebruik van een ryendunner en monogermzaad één man ongeveer 4 ha suikerbieten kan verzorgen. Niet alleen opéénzetten dus, maar ook schoonhouden. We gaan dus een bietendunner aanschaf fen. In de erwten dunnen we met de hand zo weinig mogelijk, maar pro beren ze schoon te houden met me chanische en chemische onkruidbe st rij ding. De oogst van de aardappelen prebe- ren wij aan de kant te krijgen met een zakken rooier, die wij met een buur man aanschaffen. De grondbewerking en verzorging van deze teelt wordt hierop gericht. 3"'-- Zie verdér volgende pagina U.LOP te HULST: Maandag 3 maart in hotel „De Graanbeurs". KOUDEKERKE: Woensdag 5 maart van 9.00 -1.30 uur in hotel „Nieuw Walcheren". OOSTBURG: Woensdag 5 maart in café „De Windt". TERNEUZEN: Woensdag 5 mrt in hotel „Des Pays Bas". ZIERIKZEE: Donderdag 6 maart in hotel „Huis van Nassau". MIDDELBURG: Donderdag 6 maart in café „De Een dracht". ST. MAARTENSDIJK: Donder dag 6 maart in hotel „Hof van Holland".

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1958 | | pagina 1