enken OVER AARDBEIENRASSEN, HERFSTSLA EN ANDIJVIE Tuinbouwlantaarn 687 Korte n n D1 ZATERDAG 9 NOVEMBER 1957 \7 EERTIEN dagen geleden gaven wij een over zicht van de resultaten die dit jaar met de frambozen op de kleinfruitteeltproeftuin in Ka- pelle,'werden behaald. Deze week willen wij ech ter iets vertellen over de aardbeienrassen- en stammenproef. In de aardbeienrassenproef op de kleinfruit teeltproeftuin in Kapelle worden de nieuwste aardbeienrassen vergeleken met die welke reeds langere tijd bekend zijn. Begin augustus 1956 werd deze rassenproef aangelegd. Tijdens de dro ge periode van 1957 werden de veldjes niet bere gend. In het algemeen kan worden opgemerkt dat de rassen Tailisman, Siletz en Regina deze zomer zijn opgevallen door hun goede ontwikke ling. Zoals ook het geval was op verschillende bedrij ven waar men de Senga-Sengana had uitgeplant, stelde dit ras op de proeftuin in Kapelle teleur. In vergelijking met andere rassen was de op brengst veel te laag. Verder wordt algemeen aan genomen dat de kleur van de vruchten van de Senga-Sengana toch wel te donker is om aan trekkelijk te zijn. De industrie heeft wel belang stelling voor dit ras maar gezien de opbrengst en de onzekerheid ten opzichte van de kleur, moet toch worden verwacht dat het in Zeeland geen grote opgang zal maken. Er zijn al kwekers die in 1956 heb ben geplant en nu reeds geruimd. Een nieuw ras dat meer belofte in zich heeft is de Talisman. Op de klein- fruitproeftuin in Kapelle stond dit ras bovenaan voor wat betreft de kilo-opbrengst. Ook wat de geldelijke opbrengst betreft maakte de Talisman in 1957 de beste beurt. De vrucht is mooi en dit jaar was over het algemeen ruim 80 °/o van het aantal vruchten van eerste kwali teit. In Schotland heeft men de Talisman reeds een jaar of drie in produktie en daar is men er enthousiast over. Laten we hopen dat het een goede vervanger zal mogen zijn van de Climax. Dit ras doet het de laatste jaren niet best tengevolge van het vele voorjaarsbont. De Talisman zouden we een zuster van de Climax kunnen noemen. Tot op heden is er bij dit ras echter van bontheid gelukkig nog niets te bespeuren. In augustus hebben ook in Zeeland verschillende kwekers de Talisman aan geplant. Hopelijk worden de hooggespannen ver wachtingen niet beschaamd. Terugkerende tot de resultaten in de rassen- proef op de proeftuin in Kapelle, waar alle ras sen in deze proef in viervoud liggen met 48 plan ten per veldje, werden omgerekend per are, de volgende opbrengsten behaald: Omgerekend per are werden per stam de vol gende opbrengstcijfers behaald: stam 7b 152 kg 7c 149 99 7 133 tt 7a 132 tt 8 123 79 JK 2 115 JE 5 112 77 3 108 97 JO 4 104 99 5 86 99 2 73 99 Z.V1. 35 Onder de Talisman 114 kg Siletz 105 99 Regina 88 >9 Senga-Sengana 74 99 Mach. Fruhernte 71 99 Spaternte 66 99 Climax 66 99 Madame Moutot 64 99 Juspa 62 99 No. 102 62 99 Madame Lefebre 52 99 Dauernte 23 99 Ten aanzien van laatstgenoemde rassen moe ten we opmerken dat de opbrengst van dit ras sterk werd gedrukt door ziekte in de aanplant. Jucunda-stammenproef. E Jucunda stammenproef op de proeftuin voor kleinfruit is ook aangelegd in 1956 en wel in het voorjaar. Er worden hier 12 Jucundastammen naast elkaar vergeleken. Ten aanzien van de kwaliteit van de vruchten moet worden gezegd dat deze in 1957 beslist slecht te noemen was. De oorzaak van deze slechte kwaliteit moet hoofdza kelijk worden gezocht in de weersomstandighe den. Het was juist in de oogstperiode langdurig droog en warm. In de groei en de ontwikkeling van de verschillende stammen deden zich duide lijke verschillen voor. De stammen 7a, 7b, 7c en 7 muntten uit door een gezonde groei. Gedurende de droge periode in juni en juli werd deze proef driemaal bere gend. Met een tussenruimte van 11 dagen werd er 15 mm water toegediend. Ten aanzien van stam Z.V1. moet nog worden gezegd dat deze eerst werd geplant in de tweede helft van augustus 1956. Herfstsla en andijvie oi.der glas. [VA de aardbeienteelt willen wij ook nog even gaan kijken naar een andere tak van groente teelt en wei naar de teelt van herfstsla en andij vie onder glas. Voor hen die misschien deze over gang niet geheel begrijpen willen wij even ter verduidelijking toevoegen dat plantkundig de aardbeien ook onder de groentegewassen worden gerekendOver de teelt van herfstsla en andijvie onder glas troffen we en kele interessante gegevens aan in het Mededelingen blad van Zeeuwse groen tetelersvereniging. Omdat ook in Zeeland en dan speciaal op Walcheren heel wat groentetelers zijn, menen wij er goed aan te doen, deze week het licht van onze tuinbouwlan taarn een ogenblik te laten schijnen op deze teel ten. Landelijk gezien is vooral de teelt van herfst sla de laatste jaren zeer sterk toegenomen. Om enkele cijfers te noemen: In 1953 bedroeg de to tale aanvoer 18.962.000 stuks. In 1955 was het to tale aangevoerde kwantum reeds opgelopen tot 26 miljoen stuks en in 1956 tot 44 miljoen stuks. Wij moeten hierbij wel opmerken dat in deze cij fers ook is begrepen de aanvoer van l&te volle- grondssla. Hoe groot dit kwantum is, valt niet te zeggen. De laatste jaren is voor deze late sla steeds een goede afzet gevonden. Het binnenland kon flinke hoeveelheden gebruiken. Ook was er steeds een flinke export. Hoewel het onmogelijk is om te zeggen hoe de afzetmogelijkheden van zelfs maar een bepaald produkt in de toekomst zullen zijn, valt toch te verwachten dat er wel goede vraag zal blijven be staan naar de late sla. De opname capaciteit van binnen- en buitenland is belangrijk groter gewor den. Daarom mag ook worden verwacht dat de geldelijke uitkomsten van deze teelt ook in de toekomst wel goed zullen kunnen zijn. In het eerder genoemde mededelingenblad wordt gezegd dat het niet eenvoudig is om een mooi gewas herfstsla te telen. Als vijand nummer 1 wordt het „smeul" genoemd. Om deze kwaal te voorkomen dient men de grond na het planten te bestuiven met TMTD. Dit dient men enkele malen te herhalen totdat de grond door het blad bedekt is. De teler moer er verder vooral voor zorgen dat het blad niet gekneusd wordt door wieden of door tussen de planten te lopen. Ieder kneusplekje wordt een smeulplek. Voor smeul hoger in het blad zou men nog eens kunnen stuiven met TMTD. Smeul wordt verder ook bestreden met Zineb, al is het in mindere mate dan met TMTD. Door Zineb te stuiven vangt men 2 ziekten in één klap. Zineb is n.l. ook het beste middel tegen ziekte no. 2, het wit. Om de tien dagen dient men de sla licht te stuiven met dit middel. Het is noodzakelijk dat om beide ziekten te voorkomen, de lucht onder het glas zo droog mogelijk blijft. Veel luchten is dus noodzakelijk. De telers die over een heteluchtkachel beschik ken kunnen deze prachtig gebruiken om de kas- lucht wat droger te maken. Men moet dan de ventilator laten draaien zonder de kachel te sto ken zodat de kaslucht in beweging komt. Vijand no. 3 van de herfstsla is de luis. Deze komt wel niet zoveel voor als in de voorjaarssla, maar toch is het aan te bevelen om deze te be strijden. Het is in feite noodzakelijk dat de sla reeds op het plantenbed tegen luis is behandeld. Na het uitplanten kan men in kassen rookmid- delen gebruiken of stuiven met parathion-stuif- poeder. Bij goed sluitende ramen zal men ook onder platglas kunnen roken of stuiven. rPEN aanzien van de andijvie onder glas kan worden gezegd dat in oktober en november de andijvie dient te worden uitgeplant welke men in maart-april wil oogsten. In kassen is dit meestal op grond waar men tomaten heeft ge teeld. Wanneer de tomaten gezond blijven en de Vele percelen grasland zijn sterk stukgetrapt. Na het opstallen verdient het aanbeveling de zode met een zware rol te rollen. Dit dient te geschieden bij droog weer en droge grond. Het herstel van de zode wordt hiermee aanmerkelijk bevorderd. De ontwatering van het grasland vraagt weer de aandacht. Greppels dienen waar nodig, aangelegd te worden of bestaande moeten worden uitgediept. Het overtollige water moet snel kunnen afvloeien. Dit komt de kwaliteit van de zode ten goede. Een diepere ontwatering is gewenst, waardoor de gras planten dieper bewortelen, eri daardoor beter resis tent zijn tegen droogte in de zomer. Voert u luzernehooi of erwtenstro aan het vee? Zorg dan dat de dieren een aanvulling met fosfor- rijke mineralen krijgen. Dit is in de handel ver krijgbaar als het Zeeuwse mineralenmengsel. Wanneer u over voldoende opslagruimte beschikt kunnen kali en fosfaat meststoffen reeds nu wor den aangeschaft. U bent er dan zeker van. dat in het komende voorjaar de meststoffen tijdig aan wezig _zijn. Verder zijn deze meststoffen op het ogenblik 60 a 80 cent per 100 kg goedkoper dan bij aankoop in het voorjaar. Op zware zee- en rivierklei is de verbouw van de aardappelrassen Bintje en Eigenheimer riskant. Beide rassen zijn zeer gevoelig voor phytophthora, wat op deze gronden in natte jaren een hoog per centage rotte knollen veroorzaakt. Minder risico geven de rassen Meerlander, Kinta en het nieuwe ras Luctor, omdat deze gewassen weinig gevoelig zijn voor de aardappelziekte. In het najaar worden de sloten en walkanten vrij gemaakt van ruigten. Deze ruigten kunnen straks uitstekend dienst doen om kuilen af te dekken bij strenge vorst. Breng het materiaal echter niet op de kuil, voor de vorst invalt. De temperatuur in de kuil stijgt anders, waardoor de kans op rotting en spruitverlies bij aardappelen en bieten toeneemt. Beweid ruige weiden met jongvee of maai ze met de machine. Schoon de greppels door middel van de greppelfrees en gebruik de weidesleep om de kapot getrapte zode te herstellen en achtergebleven mestflatten en molshopen te verspreiden. In de maanden januari en februari is het in vele jaren de beste tijd om onkruiden in wintergranen, koolsoorten en graszaad met kalkstikstof te be strijden. De benodigde hoeveelheid varieert van 300 tot 400 kg per ha. De laatste jaren neemt de belangstelling voor kalkstikstof toe. Tijdig bestel len voorkomt straks teleurstelling. Een grootscheeps onderzoek heeft uitgewezen, dat hoge kali-cijfers of hoge kaligiften de kans voor het optreden van kopziekte bij melkvee vergroot. Laat uw grond onderzoeken en vraag advies over bemesting aan de rayonassistent. Reeds vele be drijven, waar deze ziekte jaarlijks voorkwam heb ben hiervan met goed succes gebruik gemaakt. Sommige veehouders hebben met het vervoede ren van zieke aardappelen geen beste resultaten. Aardappelen in matige hoeveelheid verstrekt zijn een goed voer. Meen echter niet, dat een koeien- maag een vuilnisemmer is. Grote hoeveelheden grond en verrotte aardappelen kan geen enkele koeienmaag zonder schadelijke gevolgen verwer ken. Verwijder de schieters uit uw suikerbieten. Wan neer er enkele schieters in de monstermand terecht komen daalt het suikergehalte al gauw 1 prijs lang goed is, is het dikwijls haast je rep je om de andijvie er tijdig in te krijgen. Hierin schuilt het gevaar dat de grond door uitspoeling niet wordt ontzilt. Al is andijvie een sterk gewas, toch is zoutschade niet uitgesloten. De schade openbaart zich door slechte groei zodat bij de oogst het gewicht tegenvalt en ook blijkt er dik wijls schade te zijn door het randen. Een ziekte die in andijvie dikwijls voorkomt is vuur of roest. Men bedoelt hiermede de rotte plekjes in het blad. Om een mooi gezond gewas te kweken is het goed om de planten te bespuiten met Maneb, het zelfde middel waarmee men ook de tomaten be handelt tegen de z.g. meeldauw of bladvlekken- ziekte. Wanneer men de jonge planten tweemaal, met een tussenruimte van 1014 dagen bespuit met 2 ons Maneb op 200 liter water, dan zal dat zeer bevorderlijk zijn voor een mooi gezond ge was. Ook voor platglas andijvie is deze bespuiting zeer gewenst.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1957 | | pagina 11